Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 22013D0030

    Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 30/2013 van 15 maart 2013 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst

    PB L 231 van 29.8.2013, p. 1–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2013/30(1)/oj

    29.8.2013   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 231/1


    BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

    Nr. 30/2013

    van 15 maart 2013

    tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst

    HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

    Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (hierna „de EER-overeenkomst” genoemd), en met name artikel 98,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 989/2012 van de Commissie van 25 oktober 2012 tot verlening van een vergunning voor endo-1,4-bèta-xylanase, geproduceerd door Trichoderma reesei (MULC 49755), en endo-1,3(4)-bèta-glucanase, geproduceerd door Trichoderma reesei (MULC 49754), als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor legkippen en voor mest- en legvogels van minder gangbare pluimveesoorten (vergunninghouder Aveve NV) (1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

    (2)

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 990/2012 van de Commissie van 25 oktober 2012 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van Propionibacterium acidipropionici (CNCM MA 26/4U) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (2) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

    (3)

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 991/2012 van de Commissie van 25 oktober 2012 tot verlening van een vergunning voor zinkchloridehydroxide-monohydraat als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (3) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

    (4)

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1018/2012 van de Commissie van 5 november 2012 tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 232/2009, (EG) nr. 188/2007, (EG) nr. 186/2007, (EG) nr. 209/2008, (EG) nr. 1447/2006, (EG) nr. 316/2003, (EG) nr. 1811/2005, (EG) nr. 1288/2004, (EG) nr. 2148/2004, (EG) nr. 1137/2007, (EG) nr. 1293/2008, (EG) nr. 226/2007, (EG) nr. 1444/2006, (EG) nr. 1876/2006, (EG) nr. 1847/2003, (EG) nr. 2036/2005, (EG) nr. 492/2006, (EG) nr. 1200/2005, en (EG) nr. 1520/2007 wat betreft het maximumgehalte van bepaalde micro-organismen in volledige diervoeders (4) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

    (5)

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1019/2012 van de Commissie van 6 november 2012 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1906/2009 wat betreft het minimumgehalte aan endo-1,4-bèta-xylanase, geproduceerd door Aspergillus niger (CBS 109.713), als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestkippen en eenden (vergunninghouder BASF SE) (5) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

    (6)

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1065/2012 van de Commissie van 13 november 2012 tot verlening van een vergunning voor preparaten van Lactobacillus plantarum (DSM 23375, CNCM I-3235, DSM 19457, DSM 16565, DSM 16568, LMG 21295, CNCM MA 18/5U, NCIMB 30094, VTT E-78076, ATCC PTSA-6139, DSM 18112, DSM 18113, DSM 18114, ATCC 55943 en ATCC 55944) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (6) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

    (7)

    Uitvoeringsrichtlijn 2012/31/EU van de Commissie van 25 oktober 2012 tot wijziging van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG van de Raad wat betreft de lijst van voor virale hemorragische septikemie gevoelige vissoorten en de schrapping van het epizoötisch ulceratief syndroom uit de lijst van ziekten (7) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

    (8)

    Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen. Wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen dient niet van toepassing te zijn op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen bij bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit dient derhalve niet van toepassing te zijn op Liechtenstein.

    (9)

    Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    In hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt in punt 8a (Richtlijn 2006/88/EG van de Raad) van deel 3.1, punt 5a (Richtlijn 2006/88/EG van de Raad) van deel 4.1 en punt 4a (Richtlijn 2006/88/EG van de Raad) van deel 8.1 het volgende streepje toegevoegd:

    „—

    32012 L 0031: Uitvoeringsrichtlijn 2012/31/EU van de Commissie van 25 oktober 2012 (PB L 297 van 26.10.2012, blz. 26).”.

    Artikel 2

    Hoofdstuk II van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    In punt 1zi (Verordening (EG) nr. 1847/2003 van de Commissie), punt 1zzr (Verordening (EG) nr. 1811/2005 van de Commissie), punt 1zzs (Verordening (EG) nr. 2036/2005 van de Commissie), punt 1zzzf (Verordening (EG) nr. 1876/2006 van de Commissie), punt 1zzzl (Verordening (EG) nr. 226/2007 van de Commissie), punt 1zzzzu (Verordening (EG) nr. 232/2009 van de Commissie), punt 1zzzzzf (Verordening (EG) nr. 1293/2008 van de Commissie) en punt 39 (Verordening (EG) nr. 316/2003 van de Commissie) wordt het volgende toegevoegd:

    „, gewijzigd bij:

    32012 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1018/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 56).”.

    2)

    In punt 1zt (Verordening (EG) nr. 1288/2004 van de Commissie), punt 1zze (Verordening (EG) nr. 2148/2004 van de Commissie), punt 1zzm (Verordening (EG) nr. 1200/2005 van de Commissie), punt 1zzv (Verordening (EG) nr. 492/2006 van de Commissie), punt 1zzz (Verordening (EG) nr. 1444/2006 van de Commissie), punt 1zzzb (Verordening (EG) nr. 1447/2006 van de Commissie), punt 1zzzi (Verordening (EG) nr. 188/2007 van de Commissie), punt 1zzzk (Verordening (EG) nr. 186/2007 van de Commissie), punt 1zzzy (Verordening (EG) nr. 1137/2007 van de Commissie), punt 1zzzzh (Verordening (EG) nr. 1520/2007 van de Commissie) en punt 1zzzzn (Verordening (EG) nr. 209/2008 van de Commissie wordt het volgende streepje toegevoegd:

    „—

    32012 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1018/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 56).”.

    3)

    In punt 1zzzzzu (Verordening (EG) nr. 1906/2009 van de Commissie) wordt het volgende toegevoegd:

    „, gewijzigd bij:

    32012 R 1019: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1019/2012 van de Commissie van 6 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 60).”.

    4)

    Na punt 57 (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 839/2012 van de Commissie) worden de volgende punten ingevoegd:

    „58.

    32012 R 0989: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 989/2012 van de Commissie van 25 oktober 2012 tot verlening van een vergunning voor endo-1,4-bèta-xylanase, geproduceerd door Trichoderma reesei (MULC 49755), en endo-1,3(4)-bèta-glucanase, geproduceerd door Trichoderma reesei (MULC 49754), als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor legkippen en voor mest- en legvogels van minder gangbare pluimveesoorten (vergunninghouder Aveve NV) (PB L 297 van 26.10.2012, blz. 11).

    59.

    32012 R 0990: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 990/2012 van de Commissie van 25 oktober 2012 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van Propionibacterium acidipropionici (CNCM MA 26/4U) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (PB L 297 van 26.10.2012, blz. 15).

    60.

    32012 R 0991: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 991/2012 van de Commissie van 25 oktober 2012 tot verlening van een vergunning voor zinkchloridehydroxide-monohydraat als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (PB L 297 van 26.10.2012, blz. 18).

    61.

    32012 R 1065: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1065/2012 van de Commissie van 13 november 2012 tot verlening van een vergunning voor preparaten van Lactobacillus plantarum (DSM 23375, CNCM I-3235, DSM 19457, DSM 16565, DSM 16568, LMG 21295, CNCM MA 18/5U, NCIMB 30094, VTT E-78076, ATCC PTSA-6139, DSM 18112, DSM 18113, DSM 18114, ATCC 55943 en ATCC 55944) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (PB L 314 van 14.11.2012, blz. 15).”.

    Artikel 3

    De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 989/2012, (EU) nr. 990/2012, (EU) nr. 991/2012, (EU) nr. 1018/2012, (EU) nr. 1019/2012 en (EU) nr. 1065/2012 en Uitvoeringsrichtlijn 2012/31/EU zijn authentiek.

    Artikel 4

    Dit besluit treedt in werking op 16 maart 2013, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (8).

    Artikel 5

    Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te Brussel, 15 maart 2013.

    Voor het Gemengd Comité van de EER

    De voorzitter

    Gianluca GRIPPA


    (1)  PB L 297 van 26.10.2012, blz. 11.

    (2)  PB L 297 van 26.10.2012, blz. 15.

    (3)  PB L 297 van 26.10.2012, blz. 18.

    (4)  PB L 307 van 7.11.2012, blz. 56.

    (5)  PB L 307 van 7.11.2012, blz. 60.

    (6)  PB L 314 van 14.11.2012, blz. 15.

    (7)  PB L 297 van 26.10.2012, blz. 26.

    (8)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


    Top