This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 12012M038
Consolidated version of the Treaty on European Union#TITLE V - GENERAL PROVISIONS ON THE UNION'S EXTERNAL ACTION AND SPECIFIC PROVISIONS ON THE COMMON FOREIGN AND SECURITY POLICY#Chapter 2 - Specific provisions on the common foreign and security policy#Section 1 - Common provisions#Article 38(ex Article 25 TEU)
Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de Europese Unie
TITEL V - ALGEMENE BEPALINGEN INZAKE HET EXTERN OPTREDEN VAN DE UNIE EN SPECIFIEKE BEPALINGEN BETREFFENDE HET GEMEENSCHAPPELIJK BUITENLANDS EN VEILIGHEIDSBELEID
Hoofdstuk 2 - Specifieke bepalingen betreffende het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid
Afdeling 1 - Gemeenschappelijke bepalingen
Artikel 38(oud artikel 25 VEU)
Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de Europese Unie
TITEL V - ALGEMENE BEPALINGEN INZAKE HET EXTERN OPTREDEN VAN DE UNIE EN SPECIFIEKE BEPALINGEN BETREFFENDE HET GEMEENSCHAPPELIJK BUITENLANDS EN VEILIGHEIDSBELEID
Hoofdstuk 2 - Specifieke bepalingen betreffende het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid
Afdeling 1 - Gemeenschappelijke bepalingen
Artikel 38(oud artikel 25 VEU)
PB C 326 van 26.10.2012, p. 36–36
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
26.10.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 326/1 |
VERDRAG BETREFFENDE DE EUROPESE UNIE (GECONSOLIDEERDE VERSIE)
TITEL V
ALGEMENE BEPALINGEN INZAKE HET EXTERN OPTREDEN VAN DE UNIE EN SPECIFIEKE BEPALINGEN BETREFFENDE HET GEMEENSCHAPPELIJK BUITENLANDS EN VEILIGHEIDSBELEID
HOOFDSTUK 2
SPECIFIEKE BEPALINGEN BETREFFENDE HET GEMEENSCHAPPELIJK BUITENLANDS EN VEILIGHEIDSBELEID
AFDELING 1
GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN
Artikel 38
(oud artikel 25 VEU)
Onverminderd artikel 240 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie volgt een politiek en veiligheidscomité de internationale situatie op de onder het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid vallende gebieden en draagt het bij tot het bepalen van het beleid door op verzoek van de Raad of van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid of op eigen initiatief adviezen aan de Raad uit te brengen. Het comité ziet ook toe op de tenuitvoerlegging van het overeengekomen beleid, onverminderd de bevoegdheden van de hoge vertegenwoordiger.
In het kader van dit hoofdstuk is het politiek en veiligheidscomité onder verantwoordelijkheid van de Raad en van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid belast met de politieke controle en de strategische leiding van crisisbeheersingsoperaties bedoeld in artikel 43.
De Raad kan het comité voor het doel en de duur van een crisisbeheersingsoperatie, als bepaald door de Raad, machtigen passende besluiten te nemen over de politieke controle en strategische leiding van de operatie.