This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 11997E071
Treaty establishing the European Community (Amsterdam consolidated version)#Part Three: Community policies#Title V: Transport#Article 71#Article 75 - EC Treaty (Maastricht consolidated version)#Article 75 - EEC Treaty
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam)
Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap
Titel V: Vervoer
Artikel 71
Artikel 75 - Verdrag EG (Geconsolideerde Versie Maastricht)
Artikel 75 - Verdrag EEG
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam)
Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap
Titel V: Vervoer
Artikel 71
Artikel 75 - Verdrag EG (Geconsolideerde Versie Maastricht)
Artikel 75 - Verdrag EEG
In force
Verdrag tot oprichting van de Europeese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam) - Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap - Titel V: Vervoer - Artikel 71 - Artikel 75 - Verdrag EG (Geconsolideerde Versie Maastricht) - Artikel 75 - Verdrag EEG
Publicatieblad Nr. C 340 van 10/11/1997 blz. 0205 - Geconsolideerde versie
Publicatieblad Nr. C 224 van 31/08/1992 blz. 0027 - Geconsolideerde versie
(EEG Verdrag - geen officiële publicatie beschikbaar)
Verdrag tot oprichting van de Europeese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam) Artikel 71 1. Ter uitvoering van artikel 70 stelt de Raad, met inachtneming van de bijzondere aspecten van het vervoer, volgens de procedure van artikel 251 en na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's, vast: a) gemeenschappelijke regels voor internationaal vervoer vanuit of naar het grondgebied van een lidstaat of over het grondgebied van een of meer lidstaten, b) de voorwaarden waaronder vervoerondernemers worden toegelaten tot nationaal vervoer in een lidstaat waarin zij niet woonachtig zijn, c) de maatregelen die de veiligheid van het vervoer kunnen verbeteren, d) alle overige dienstige bepalingen. 2. In afwijking van de in lid 1 omschreven procedure, worden op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité met eenparigheid van stemmen door de Raad de bepalingen vastgesteld betreffende de beginselen van het vervoerbestel waarvan de toepassing zowel de levensstandaard en de werkgelegenheid in bepaalde streken als het gebruik van het vervoerapparaat ernstig zou kunnen aantasten, met inachtneming van de noodzaak van een aanpassing aan de economische ontwikkeling welke voortvloeit uit de instelling van de gemeenschappelijke markt.