This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 11997E061
Treaty establishing the European Community (Amsterdam consolidated version)#Part Three: Community policies#Title IV: Visas, asylum, immigration and other policies related to free movement of persons#Article 61
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam)
Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap
Titel IV: Visa, asiel, immigratie en andere beleidsterreinen die verband houden met het vrije verkeer van personen
Artikel 61
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam)
Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap
Titel IV: Visa, asiel, immigratie en andere beleidsterreinen die verband houden met het vrije verkeer van personen
Artikel 61
In force
Verdrag tot oprichting van de Europeese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam) - Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap - Titel IV: Visa, asiel, immigratie en andere beleidsterreinen die verband houden met het vrije verkeer van personen - Artikel 61
Publicatieblad Nr. C 340 van 10/11/1997 blz. 0200 - Geconsolideerde versie
Verdrag tot oprichting van de Europeese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam) Artikel 61 Met het oog op de geleidelijke totstandbrenging van een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid neemt de Raad de volgende maatregelen aan: a) binnen een termijn van vijf jaar na de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam maatregelen die erop gericht zijn het vrije verkeer van personen te waarborgen overeenkomstig artikel 14, in samenhang met daarmee rechtstreeks verband houdende begeleidende maatregelen met betrekking tot controles aan de buitengrenzen, asiel en immigratie, overeenkomstig artikel 62, punten 2 en 3, artikel 63, punt 1, onder a), en punt 2, onder a), en maatregelen ter voorkoming en bestrijding van criminaliteit overeenkomstig artikel 31, onder e), van het Verdrag betreffende de Europese Unie; b) andere maatregelen op het gebied van asiel, immigratie en de vrijwaring van de rechten van onderdanen van derde landen, in overeenstemming met artikel 63; c) maatregelen op het gebied van justitiële samenwerking in burgerlijke zaken, als bepaald in artikel 65; d) passende maatregelen ter stimulering en versterking van de administratieve samenwerking, als bepaald in artikel 66; e) maatregelen op het gebied van politiële en justitiële samenwerking in strafzaken, gericht op een hoog niveau van veiligheid door voorkoming en bestrijding van criminaliteit in de Unie, in overeenstemming met het Verdrag betreffende de Europese Unie.