This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 11979H110
DOCUMENTS CONCERNING THE ACCESSION OF THE HELLENIC REPUBLIC TO THE EUROPEAN COMMUNITIES, ACT CONCERNING THE CONDITIONS OF ACCESSION OF THE HELLENIC REPUBLIC AND THE ADJUSTMENTS TO THE TREATIES, PART FOUR TRANSITIONAL MEASURES, TITLE IV AGRICULTURE, CHAPTER 3 PROVISIONS RELATING TO FISHERIES, ARTICLE 110
DOCUMENTEN BETREFFENDE DE TOETREDING VAN DE HELLEENSE REPUBLIEK TOT DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, AKTE BETREFFENDE DE TOETREDINGSVOORWAARDEN VOOR DE HELLEENSE REPUBLIEK EN DE AANPASSINGEN VAN DE VERDRAGEN, VIERDE DEEL OVERGANGSBEPALINGEN, TITEL IV LANDBOUW, HOOFDSTUK 3 BEPALINGEN INZAKE DE VISSERIJ, ARTIKEL 110
DOCUMENTEN BETREFFENDE DE TOETREDING VAN DE HELLEENSE REPUBLIEK TOT DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, AKTE BETREFFENDE DE TOETREDINGSVOORWAARDEN VOOR DE HELLEENSE REPUBLIEK EN DE AANPASSINGEN VAN DE VERDRAGEN, VIERDE DEEL OVERGANGSBEPALINGEN, TITEL IV LANDBOUW, HOOFDSTUK 3 BEPALINGEN INZAKE DE VISSERIJ, ARTIKEL 110
PB L 291 van 19.11.1979, p. 43
(DA, DE, EN, FR, IT, NL)
No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1985
ELI: http://data.europa.eu/eli/treaty/acc_1979/act_1/art_110/sign
Relation | Act | Comment | Subdivision concerned | From | To |
---|---|---|---|---|---|
Derogation | 11972B100 | afwijking | 31/12/1985 | ||
Derogation | 31976R0101 | afwijking | artikel 2.1 | 31/12/1985 |
DOCUMENTEN BETREFFENDE DE TOETREDING VAN DE HELLEENSE REPUBLIEK TOT DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, AKTE BETREFFENDE DE TOETREDINGSVOORWAARDEN VOOR DE HELLEENSE REPUBLIEK EN DE AANPASSINGEN VAN DE VERDRAGEN, VIERDE DEEL OVERGANGSBEPALINGEN, TITEL IV LANDBOUW, HOOFDSTUK 3 BEPALINGEN INZAKE DE VISSERIJ, ARTIKEL 110
Publicatieblad Nr. L 291 van 19/11/1979 blz. 0043
++++ Artikel 110 1 . In afwijking van artikel 2 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 101/76 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijk structuurbeleid in de visserijsector en van artikel 100 van de Toetredingsakte 1972 zijn de Italiaanse Republiek en de Helleense Republiek gemachtigd om ten opzichte van elkaar tot en met 31 december 1985 de beoefening van de visserij in de onder hun soevereiniteit of jurisdictie vallende wateren die gelegen zijn binnen de in artikel 111 omschreven zones te beperken tot vaartuigen die traditioneel in deze wateren vanuit havens in de aanliggende geografische zone de visserij uitoefenen . 2 . Het bepaalde in lid 1 en in artikel 111 doet geen afbreuk aan de bijzondere visrechten waarop de Helleense Republiek en de Italiaanse Republiek zich op 1 januari 1981 ten opzichte van elkaar kunnen beroepen .