This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 02001R2163-20080101
Commission Regulation (EC) No 2163/2001 of 7 November 2001 concerning the technical arrangements for data transmission for statistics on the carriage of goods by road (Text with EEA relevance)
Consolidated text: Verordening (EG) n r. 2163/2001 van de Commissie van 7 november 2001 betreffende de technische aspecten van de toezending van gegevens voor de statistiek van het goederenvervoer over de weg (Voor de EER relevante tekst)
Verordening (EG) n r. 2163/2001 van de Commissie van 7 november 2001 betreffende de technische aspecten van de toezending van gegevens voor de statistiek van het goederenvervoer over de weg (Voor de EER relevante tekst)
2001R2163 — NL — 01.01.2008 — 001.001
Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen
VERORDENING (EG) Nr. 2163/2001 VAN DE COMMISSIE van 7 november 2001 betreffende de technische aspecten van de toezending van gegevens voor de statistiek van het goederenvervoer over de weg (PB L 291, 8.11.2001, p.13) |
Gewijzigd bij:
|
|
Publicatieblad |
||
No |
page |
date |
||
VERORDENING (EG) Nr. 973/2007 VAN DE COMMISSIE van 20 augustus 2007 |
L 216 |
10 |
21.8.2007 |
VERORDENING (EG) Nr. 2163/2001 VAN DE COMMISSIE
van 7 november 2001
betreffende de technische aspecten van de toezending van gegevens voor de statistiek van het goederenvervoer over de weg
(Voor de EER relevante tekst)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1172/98 van de Raad van 25 mei 1998 betreffende de statistische registratie van het goederenvervoer over de weg ( 1 ) gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2691/1999 van de Commissie ( 2 ), en met name op artikel 5, lid 2, en artikel 9,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Ingevolge artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1172/98 moet de Commissie de wijze van toezending van de gegevens door de lidstaten vaststellen. |
(2) |
Het is noodzakelijk het formaat waarin de gegevens aan Eurostat moeten worden toegezonden, in voldoende mate te specificeren, zodat de gegevens snel en op een kosteneffectieve manier kunnen worden verwerkt. |
(3) |
Deze verordening brengt geen verandering in de status van de variabelen die in Verordening (EG) nr. 1172/98 facultatief zijn verklaard. |
(4) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij Beschikking 89/382/EEG, Euratom van de Raad ( 3 ) opgerichte Comité statistisch programma, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Het technisch formaat voor de toezending van de gegevens naar de Commissie (Eurostat) wordt in de bijlage bij deze verordening vastgesteld.
De lidstaten gebruiken dit formaat voor de gegevens voor het referentiejaar 2002 en latere jaren.
Artikel 2
De lidstaten verstrekken de door deze verordening verlangde gegevens en metagegevens in elektronische vorm aan de Commissie (Eurostat), overeenkomstig de door de Commissie (Eurostat), overeenkomstig de door de Commissie (Eurostat) voorgestelde norm voor de uitwisseling van gegevens.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
BIJLAGE
TECHNISCH FORMAAT VOOR DE TOEZENDING VAN DE GEGEVENS
1. GEGEVENSSTRUCTUUR
De individuele gegevensbestanden voor ieder kwartaal, die naar Eurostat moeten worden gezonden, bestaan uit drie onderling gekoppelde reeksen gegevens. Deze bestrijken:
A1 |
variabelen betreffende het voertuig |
A2 |
variabelen betreffende de rit |
A3 |
variabelen betreffende de goederen (per elementaire vervoerverrichting). |
Elk „voertuigbestand” (gegevensreeks A1) is gekoppeld aan 1-n „ritbestanden” (gegevensreeks A2), die gegevens bevatten over de ritten die het voertuig tijdens de enquêteperiode (gewoonlijk één week) heeft gemaakt. Elk ritbestand is op zijn beurt gekoppeld aan 0-m „goederenbestanden” (gegevensreeks A3), die gegevens bevatten over de elementaire vervoerverrichtingen waaruit de rit bestond.
Figuur 1 geeft de structuur van de gegevens weer.
Niet alle ritbestanden zullen meerdere goederenbestanden omvatten. Afhankelijk van de voor de rittenregistratie gebruikte methode en/of de aard van de rit, is het ook mogelijk dat elk ritbestand maar aan één goederenbestand gekoppeld is. Aan een rit zonder lading is in de regel geen goederenbestand gekoppeld (hoewel gekoppelde goederenbestanden voor lege ritten wel zijn toegestaan).
Het methodologisch aanhangsel van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1172/98 geeft nadere informatie.
2. LIJST VAN VELDEN
Voor elk veld wordt de volgende informatie verstrekt:
— Nummer veld: ter identificatie van de plaats van het veld in het bestand;
— Variabele: hetzij met een verwijzing naar de variabele in Verordening (EG) nr. 1172/98, hetzij met een interne identificatie;
— Omschrijving: korte omschrijving van de inhoud van het veld;
— Code: de variabelen worden gecodeerd aan de hand van de bijlagen A-G bij Verordening (EG) nr. 1172/98. Er worden aanvullende codeerregels gegeven. Eurostat kan nadere toelichtingen en aanbevelingen met betrekking tot de codering geven in het referentiehandboek voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1172/98;
— Type veld: geeft aan of het veld numeriek is of tekst bevat;
— Behalve voor variabele A1.9 bevatten alle numerieke velden gehele getallen;
— Variabele A1.9 krijgt een komma („,”) als decimaalteken;
— Facultatieve variabele: een vlag voor variabelen die volgens bijlage A bij Verordening (EG) nr. 1172/98 facultatief zijn;
— Maximumlengte: de verwachte maximale lengte van de gegevens voor dat veld. Gegevens die te lang zijn, kunnen niet worden opgeslagen;
— Kernveld: de combinatie van de waarden van de kernvelden voor een gegevensreeks moet voor die gegevensreeks een unieke kernwaarde aangeven. Indien er een duplicaat van de kernwaarde blijkt te zijn, wordt de opslag van de gegevensreeks en de daaraan gekoppelde gegevensreeksen geblokkeerd, aangezien het voertuig-, het rit- en het goederenbestand niet correct kunnen worden gekoppeld.
Gegevensreeks A1: Variabelen betreffende het voertuig
Nummer veld |
Variabele |
Omschrijving |
Codering |
Type veld |
* = facultatieve variabele |
Maximumlengte |
* = kernveld |
Specifieke codes voor ontbrekende waarden |
1 |
RCount |
Melden land |
Tekst |
2 |
* |
|||
2 |
DSetID |
Identificatie gegevensreeks |
A1 |
Tekst |
2 |
* |
||
3 |
Year |
Jaar van gegevensreeks |
In 4 digits |
Tekst |
4 |
* |
||
4 |
Quarter |
Kwartaal van gegevensreeks |
K1, K2, K3 of K4 |
Tekst |
2 |
* |
||
5 |
QuestN |
Identificatie vragenlijst |
Tekst |
9 |
* |
|||
6 |
A1.1 |
Mogelijkheid om voertuig te gebruiken voor gecombineerd vervoer |
Moet worden ontwikkeld |
Tekst |
* |
1 |
||
7 |
A1.3 |
Leeftijd van het gemotoriseerde voertuig (vrachtwagen of trekker) |
In jaren vanaf eerste registratie |
Numeriek |
2 |
99 |
||
8 |
A1.6 |
Activiteitenklasse van de exploitant van het voertuig ( ►M1 NACE Rev. 2 ◄ ) |
NACE-niveau met 4 cijfers |
Tekst |
* |
5 |
||
9 |
A1.8.1 |
In totaal afgelegd aantal kilometers gedurende de enquêteperiode — met lading |
km |
Numeriek |
4 |
|||
10 |
A1.8.2 |
In totaal afgelegd aantal kilometers gedurende de enquêteperiode — leeg (m.i.v. trekkerritten zonder oplegger) |
km |
Numeriek |
* |
4 |
||
11 |
A1.9 |
Bij steekproefenquête: gewicht van het voertuig t.b.v. de opstelling van volledige uitkomsten op basis van individuele gegevens |
Numeriek |
8 |
||||
12 |
Stratum |
Steekproefstratum waartoe het voertuig behoort |
Tekst |
7 |
||||
13 |
A2 link |
Aantal gekoppelde A2-bestanden |
Numeriek |
Numeriek |
5 |
|||
(1) Voor de codering van deze variabele moet gebruik worden gemaakt van de landencodes in bijlage G bij Verordening (EG) nr. 1172/98. |
Gegevensreeks A2: Variabelen betreffende de rit
Nummer veld |
Variabele |
Omschrijving |
Codering |
Type veld |
* = facultatieve variabele |
Maximumlengte |
* = kernveld |
Specifieke codes voor ontbrekende waarden |
1 |
RCount |
Meldend land |
Tekst |
2 |
* |
|||
2 |
DSetID |
Identificatie gegevensreeks |
A2 |
Tekst |
2 |
* |
||
3 |
Year |
Jaar van gegevensreeks |
In 4 digits |
Tekst |
4 |
* |
||
4 |
Quarter |
Kwartaal van gegevensreeks |
K1, K2, K3 of K4 |
Tekst |
2 |
* |
||
5 |
QuestN |
Identificatie vragenlijst |
Tekst |
9 |
* |
|||
6 |
JournN |
Identificatie rit |
Tekst |
5 |
* |
|||
7 |
A1.2 |
Assenconfiguratie |
Bijlage B bij Verordening (EG) nr. 1172/98 |
Tekst |
* |
3 |
||
8 |
A1.4 |
Maximaal toegestaan gewicht |
100 kg |
Numeriek |
4 |
|||
9 |
A1.5 |
Laadvermogen |
100 kg |
Numeriek |
4 |
|||
10 |
A1.7 |
Type vervoer |
Bijlage A bij Verordening (EG) nr. 1172/98 |
Tekst |
1 |
9 |
||
11 |
A2.1 |
Ritsoort |
Bijlage C bij Verordening (EG) nr. 1172/98 |
Tekst |
1 |
|||
12 |
A2.2 |
Gewicht goederen |
Brutogewicht in 100 kg |
Numeriek |
4 |
|||
13 |
A2.3 |
Plaats van lading (van het gemotoriseerde wegvoertuig voor goederenvervoer, voor een rit met lading) |
Tekst |
5 |
XX |
|||
14 |
A2.4 |
Plaats van lossing (van het gemotoriseerde wegvoertuig voor goederenvervoer, voor een rit met lading) |
Tekst |
5 |
XX |
|||
15 |
A2.5 |
Afgelegde afstand: werkelijke afstand m.u.v. de afstand die is afgelegd terwijl het gemotoriseerde wegvoertuig voor goederenvervoer door een ander vervoermiddel werd vervoerd |
Km |
Numeriek |
4 |
|||
16 |
A2.6 |
Aantal ton per km voor de rit |
ton/km |
Numeriek |
8 |
|||
17 |
A2.7 |
In doorvoer gepasseerde landen (niet meer dan 5) |
Tekst |
10 |
||||
18 |
A2.8 |
In voorkomend geval, plaats waar het gemotoriseerde wegvoertuig voor goederenvervoer op een ander voertuig is geladen |
Tekst |
* |
5 |
XX |
||
19 |
A2.9 |
In voorkomend geval, plaats waar het gemotoriseerde wegvoertuig voor goederenvervoer van een ander voertuig is gelost |
Tekst |
* |
5 |
XX |
||
20 |
A2.10 |
Mate waarin het voertuig geladen is (maximale omvang van de gebruikte ruimte tijdens de rit) |
Tekst |
* |
1 |
9 |
||
21 |
A3 link |
Aantal gekoppelde A3-bestanden |
Numeriek |
8 |
||||
(1) Voor de codering van deze variabele moet gebruik worden gemaakt van de landencodes in bijlage G bij Verordening (EG) nr. 1172/98. (2) Voor de codering van deze variabele moeten de regels van bijlage G bij Verordening (EG) nr. 1172/98 worden toegepast. |
Gegevensreeks A3: Variabelen betreffende de goederen (per elementaire vervoerverrichting)
Nummer veld |
Variabele |
Omschrijving |
Codering |
Type veld |
* = facultatieve variabele |
Maximumlengte |
* = kernveld |
Specifieke codes voor ontbrekende waarden |
1 |
RCount |
Meldend land |
Tekst |
2 |
* |
|||
2 |
DSetID |
Identificatie gegevensreeks |
A3 |
Tekst |
2 |
* |
||
3 |
Year |
Jaar van gegevensreeks |
In 4 digits |
Tekst |
4 |
* |
||
4 |
Quarter |
Kwartaal van gegevensreeks |
K1, K2, K3 of K4 |
Tekst |
2 |
* |
||
5 |
QuestN |
Identificatie vragenlijst |
Tekst |
9 |
* |
|||
6 |
JournN |
Identificatie rit |
Tekst |
4 |
* |
|||
7 |
GoodsN |
Identificatie goederenverrichting |
Tekst |
6 |
* |
|||
8 |
A3.1 |
Aard van de goederen, overeenkomstig de groepen van een geschikte classificatie |
Bijlage D bij Verordening (EG) nr. 1172/98 (NST/R) |
Tekst |
2 |
|||
9 |
A3.2 |
Gewicht van de goederen |
Brutogewicht in 100 kg |
Numeriek |
4 |
|||
10 |
A3.3 |
Classificatie van gevaarlijke goederen |
Bijlage E bij Verordening (EG) nr. 1172/98 (belangrijkste categorieën van Richtlijn 94/55/EG) |
Tekst |
3 |
|||
11 |
A3.4 |
Vrachtsoort |
Bijlage F bij Verordening (EG) nr. 1172/98 (niveau met 1 cijfer van VN-Aanbeveling nr. 21) |
Tekst |
* |
1 |
||
12 |
A3.5 |
Plaats van lading van de goederen |
Tekst |
5 |
XX |
|||
13 |
A3.6 |
Plaats van lossing van de goederen |
Tekst |
5 |
XX |
|||
14 |
A3.7 |
Afgelegde afstand: werkelijke afstand m.u.v. de afstand die is afgelegd terwijl het gemotoriseerde wegvoertuig voor goederenvervoer door een ander vervoermiddel werd vervoerd |
Km |
Numeriek |
4 |
|||
(1) Voor de codering van deze variabele moet gebruik worden gemaakt van de landencodes in bijlage G bij Verordening (EG) nr. 1172/98. (2) Voor de codering van deze variabele moeten de regels van bijlage G bij Verordening (EG) nr. 1172/98 worden toegepast. |
3. ONTBREKENDE WAARDEN
In de regel worden ontbrekende waarden in gegevensbestanden als een leeg veld gecodeerd (geen gegevens tussen twee opeenvolgende veldscheidingstekens). Voor bepaalde velden kan Eurostat aanbevelen specifieke codes voor ontbrekende waarden of andere speciale waarden te gebruiken (zie kolom „Specifieke codes voor ontbrekende waarden”).
Aanvullende informatie wordt gegeven in het referentiehandboek voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1172/98 betreffende de statistische registratie van het goederenvervoer over de weg.
4. WIJZIGING IN DE CONFIGURATIE OF HET TYPE VERVOER
In bijlage A van Verordening (EG) nr. 1172/98 wordt opgemerkt dat er tijdens de enquêteperiode sprake kan zijn van een verandering in de configuratie (een aanhangwagen extra, waardoor de assenconfiguratie of het laadvermogen veranderen), terwijl ook het type vervoer van rit tot rit kan veranderen. Dergelijke wijzigingen zouden moeten worden opgetekend, ook al is dit niet verplicht.
Om de toezending van deze gegevens binnen de hier beschreven normale gegevensstructuur mogelijk te maken, moeten de variabelen A1.2, A1.4, A1.5 en A1.7 als onderdeel van de gevensreeks A2 (variabelen met betrekking tot de rit) worden verstrekt.
5. VALIDATIE VAN DE GEGEVENS DOOR EUROSTAT
Voordat de gegevens in de productiegegevensbank worden opgeslagen, verricht Eurostat enkele validatiecontroles op de door de lidstaten ingediende gegevens. Wanneer een significant aantal bestanden niet in orde blijkt te zijn, laat Eurostat de lidstaat weten welke bestanden fouten bevatten en geeft daarbij aan waarom de bestanden niet worden geaccepteerd. De lidstaat wordt dan verzocht de fouten te rectificeren en de volledige set van de drie gegevensreeksen voor dat kwartaal opnieuw in te dienen (niet alleen de bestanden met fouten). Deze procedure is nodig om de juistheid van de gewichten en de samenhang tussen de bestanden met betrekking tot het voertuig, de rit en de goederen te waarborgen.
Wanneer het aantal bestanden met fouten erg klein is en waarschijnlijk geen significant effect op de analyses heeft, slaat Eurostat de bestanden zonder fouten op en verwijdert het de andere. In dat geval wordt de lidstaat op de hoogte gebracht van de bestanden die bij controle niet in orde werden bevonden en van de redenen hiervoor. De lidstaat kan desgewenst de fouten corrigeren en de volledige set van de drie gegevensreeksen voor dat kwartaal opnieuw indienen (niet alleen de bestanden met fouten). Indien de lidstaat dit doet, slaat Eurostat de herziene gegevens op, maar als er geen nieuwe gegevens worden ingediend, gebruikt Eurostat de al geaccepteerde gegevens voor de opstelling van de tabellen.
6. NAAM VAN DE GEGEVENSREEKS
Overeenkomstig de Stadium-eisen krijgen de gegevensreeksen een naam in de vorm „CCYYQnROADAx.ZZZ”, waarbij:
CC |
meldend land |
YY |
twee laatste cijfers van het jaar (bv. „01” voor 2001) |
Qn |
kwartaal: n = 1 tot en met 4 |
ROADAx |
identificatie gegevensreeks: A1: gegevensreeks betreffende het voertuig A2: gegevensreeks betreffende de rit A3: gegevensreeks betreffende de goederen |
.ZZZ |
type gegevensreeks: .dat: individuele gegevensreeksen .zip: gecomprimeerde gegevensreeks in Pkzip- of WinZip-formaat |
Voorbeelden:
1. De gegevensreeks „ES99Q2ROADA1.zip” is een gecomprimeerd „zip”-bestand met de gegevensreeks A1 voor Spanje voor het tweede kwartaal van 1999 „ES99Q2ROADA1.dat”).
2. De gegevensreeks „UK99Q3ROADA2.dat”is een bestand met gegevensreeks A2 voor het Verenigd Koninkrijk voor het derde kwartaal van 1999.
De naam van de aldus gespecificeerde gegevensreeks moet worden vermeld in het onderwerpvak van het e-mailbericht.
7. MEDIA VOOR DE TOEZENDING VAN DE GEGEVENSREEKSEN
Bij voorkeur worden de gegevens via Stadium naar een door Eurostat bekendgemaakt adres gezonden. Er zij op gewezen dat een e-mailbericht een maximale omvang heeft, waardoor dit medium niet voor omvangrijke gegevensreeksen kan worden gebruikt.
8. OVERGANGSPERIODE
Tijdens een overgangsperiode kunnen de gegevens ook nog in ASCII-gegevensreeksen met velden met variabele lengte worden gestuurd. De puntkomma („;”) wordt als scheidingsteken tussen de velden gebruikt.
Velden mogen niet worden weggelaten, ook als zijn ze leeg (er zijn dan twee veldscheidingstekens na elkaar).
Extra spaties in de velden met gegevens wordt buiten beschouwing gelaten, tenzij de specifieke instructies voor een veld de aanwezigheid van extra spaties verbieden.
Tijdens de overgangsperiode kunnen de gegevens ook per post op diskette of cd-r naar Eurostat worden gestuurd. Gegevens op magneetband of op papier worden niet geaccepteerd.
Indien de gegevens per e-mail worden gestuurd, gelden gedurende de overgangsperiode de volgende regels:
— de gegevensreeksen moeten in een bijlage worden meegestuurd;
— er kan slechts één gegevensreeks per bericht worden meegestuurd;
— de naam van de gegevensreeks moet als onderwerp van het bericht worden vermeld;
— een toelichting op de gegevens (bv. methodologische aantekeningen, opmerkingen over de kwaliteit van de gegevens) kunnen als platte tekst worden opgenomen in het bericht waaraan het gegevensbestand is bijgevoegd. Er mag geen geformatteerde tekst worden gebruikt;
— een toelichting op de gegevens kan ook in platte tekst als afzonderlijk bericht (zonder bijgevoegde gegevensreeks) worden verstuurd, met in het onderwerpveld: „CCYYQnROADAx.rem”. Er mag geen geformatteerde tekst worden gebruikt;
— correcties: om een eerder naar Eurostat gestuurd gegevensbestand te corrigeren wordt de gecorrigeerde gegevensreeks met dezelfde naam als de eerste gegevensreeks gestuurd, samen met een toelichting in platte tekst in het e-mailbericht zelf.
( 1 ) PB L 163 van 6.6.1998, blz. 1.
( 2 ) PB L 326 van 18.12.1999, blz. 39.
( 3 ) PB L 181 van 28.6.1989, blz. 47.