Het offshoreprotocol helpt bij de bescherming van de Middellandse Zee tegen verontreiniging

De EU is toegetreden tot het offshoreprotocol van het Verdrag van Barcelona en laat daarmee zien dat ze zich inzet voor de bescherming van de Middellandse Zee tegen verontreiniging door offshore exploratie- en exploitatieactiviteiten.

BESLUIT

Besluit 2013/5/EU van de Raad van 17 december 2012 betreffende de toetreding van de Europese Unie tot het Protocol inzake de bescherming van de Middellandse Zee tegen verontreiniging door exploratie en exploitatie van het continentaal plat en de zeebodem en de ondergrond daarvan (het offshoreprotocol).

SAMENVATTING

Met Besluit 2013/5/EU van de Raad kan de EU toetreden tot het offshoreprotocol (protocol inzake de bescherming van de Middellandse Zee tegen verontreiniging door exploratie en exploitatie van het continentaal plat en de zeebodem en de ondergrond daarvan), dat op 24 maart 2011 van kracht werd.

Het offshoreprotocol is een van de protocollen van het Verdrag van Barcelona en heeft betrekking op de bescherming van de Middellandse Zee tegen vervuiling. De partijen die aangesloten zijn bij het Verdrag van Barcelona zijn alle 21 landen die grenzen aan de Middellandse Zee en de EU.

Het besluit van de Raad nodigt lidstaten uit het Middellandse Zeegebied die nog niet zijn toegetreden tot het protocol (Cyprus is de enige die al toegetreden is) uit de nodige stappen te nemen om zich aan te sluiten.

Artikel 7 van het gewijzigde Verdrag van Barcelona stond aan de wieg van het offshoreprotocol. Dat artikel verplicht de partijen om al het mogelijke te doen om verontreiniging van de Middellandse Zee als gevolg van exploratie en exploitatie van het continentaal plat en de zeebodem en de ondergrond daarvan tegen te gaan.

Er zijn meer dan 200 actieve offshoreplatformen in de Middellandse Zee. Er worden nog meer installaties gepland nu er grote voorraden fossiele brandstoffen zijn ontdekt. Indien er een ongeval zou plaatsvinden, vormen deze platformen en andere geplande platformen voor andere minerale hulpbronnen een grote bedreiging voor de economie en de kwetsbare mariene en kustecosystemen van het Middellandse Zeegebied.

Het aanpakken van het verontreinigingsrisico is ook in overeenstemming met de verplichting van de lidstaten om een goede milieutoestand te bereiken en te behouden in hun mariene wateren in het Middellandse Zeegebied zoals voorgeschreven in de kaderrichtlijn mariene strategie.

Het offshoreprotocol bevat een breed scala aan exploratie- en exploitatieactiviteiten en richt zich onder andere op vergunningseisen, verwijdering van verlaten of in onbruik geraakte installaties, het gebruik en de verwijdering van schadelijke stoffen, aansprakelijkheids- en compensatie-eisen, en coördinatie met de andere partijen van het Verdrag van Barcelona op regionaal niveau.

De partijen die zijn toegetreden tot het protocol zijn verplicht om, individueel of middels bilaterale of multilaterale samenwerking, alle gepaste maatregelen te nemen om verontreiniging in het protocolgebied als gevolg van offshore exploratie- of exploitatieactiviteiten te voorkomen, verminderen, bestrijden en beheersen. Ze verplichten zich ook de best mogelijke technieken te gebruiken, die milieutechnisch het meest effect hebben en economisch gezien passend zijn.

De verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van de gedetailleerde maatregelen uit het protocol, zoals een nationaal monitoringsysteem, ligt bij de landen en hun bevoegde autoriteiten.

GERELATEERDE BESLUITEN

Protocol inzake de bescherming van de Middellandse Zee tegen verontreiniging door exploratie en exploitatie van het continentaal plat en de zeebodem en de ondergrond daarvan.

Verdrag inzake de bescherming van het mariene milieu en de kustgebieden van de Middellandse Zee (het Verdrag van Barcelona).

Richtlijn 2008/56/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het beleid ten aanzien van het mariene milieu (Kaderrichtlijn mariene strategie) (Publicatieblad L 164 van 25.6.2008).

Laatste wijziging: 21.02.2014