EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Europees register inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen (Europees PRTR)

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EG) nr. 166/2006 betreffende de instelling van een Europees register inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

  • Bij de verordening wordt het Europees register inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen (Europees PRTR) ingesteld.
  • Dit is een publiek toegankelijke elektronische databank met belangrijke milieugegevens van industriële inrichtingen in Europa.
  • In 2019 werd Verordening (EG) nr. 166/2006 gewijzigd bij Verordening (EU) nr. 1010/2019 om de rapportage-eisen in de milieuwetgeving van de EU op elkaar af te stemmen en te stroomlijnen. Bij de wijzigingsverordening worden onder meer bevoegdheden aan de Europese Commissie verleend om door middel van uitvoeringshandelingen het soort, de vorm en de frequentie vast te stellen voor de informatie die volgens Verordening (EG) nr. 166/2006 moet worden bekendgemaakt.
  • Bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1741 van de Commissie werden wijzigingen ingevoerd die specifiek betrekking hebben op het Europees PRTR als vervolg op Verordening (EU) nr. 1010/2019.

KERNPUNTEN

Het Europees PRTR is op internet kosteloos beschikbaar voor het publiek. De informatie in dit register kan worden geraadpleegd met behulp van verschillende criteria (soort verontreinigende stof, geografische locatie, getroffen milieu, bronfaciliteit enz.).

Inhoud van het Europees PRTR

  • Het register bevat informatie over de uitstoot van verontreinigende stoffen in de lucht, het water en de bodem, en over de overbrengingen van het terrein naar elders van verontreinigende stoffen in afvalwater en afval. In het register zijn 91 verontreinigende stoffen opgenomen zoals vermeld in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 166/2006, waaronder broeikasgassen, zware metalen, bestrijdingsmiddelen en chloorhoudende organische stoffen.
  • Uitstoot moet worden gerapporteerd zodra deze boven een bepaalde drempel uitkomt en afkomstig is van een van de 65 activiteiten die in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 166/2006 worden genoemd. De meeste van die activiteiten worden ook geregeld bij Richtlijn 2010/75/EU inzake industriële emissies (zie samenvatting) en omvatten met name de inrichtingen uit de volgende sectoren:
    • energieproductie,
    • metaalproductie en -verwerking,
    • minerale industrie,
    • chemische industrie,
    • afval- en afvalwaterbeheer,
    • productie en verwerking van papier en hout,
    • intensieve veeteelt en aquacultuur,
    • dierlijke en plantaardige producten van de levensmiddelen- en drankensector, en
    • overige activiteiten, bv. textielproductie, leerlooierij.
  • Het register verschaft, voor zover beschikbaar, ook informatie over de uitstoot door diffuse bronnen in lucht en diffuse bronnen in water.

De werking van het Europees PRTR

  • Wijzigingsverordening (EU) 2019/1010 schrijft voor:
    • dat exploitanten van industriële inrichtingen elk jaar informatie over hun uitstoot van verontreinigde stoffen aan de bevoegde nationale instantie zenden. Deze informatie betreft verontreinigende stoffen in de lucht, het water en de bodem, en de overbrengingen van het terrein naar elders van verontreinigende stoffen in afvalwater en afval;
    • dat de EU-landen deze informatie op nationaal niveau verzamelen en controleren;
    • dat de nationale autoriteiten deze informatie uiterlijk elf maanden na het einde van het verslagjaar via elektronische gegevensoverdracht bij de Commissie indienen;
    • dat de Commissie, bijgestaan door het Europees Milieuagentschap, de door de EU-landen, IJsland, Liechtenstein, Noorwegen, Servië en Zwitserland verstrekte informatie binnen één maand in het Europees PRTR verwerkt.
  • Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1741:
    • specificeert het elektronische model dat door de EU-landen ten behoeve van dit verslagleggingsproces moet worden ontwikkeld, en de door de EU-landen aan te leveren informatie;
    • de informatie moest voor het eerst worden ingediend voor het verslagjaar 2019, tenzij anders bepaald in de bijlage bij het besluit;
    • de informatie van de afdelingen 1 tot en met 4 van de bijlage moet uiterlijk op 30 september van het volgende verslagjaar bij de Commissie worden ingediend;
    • de informatie van de afdelingen 5 tot en met 10 van de bijlage moet uiterlijk op 30 november van het volgende verslagjaar bij de Commissie worden ingediend;
    • wordt uiterlijk op 31 december 2024 geëvalueerd om na te gaan of het haalbaar is om vooruitgang te boeken in de richting van de eerdere openbare beschikbaarheid van de gegevens van het Europees PRTR.
  • Door deze wijzigingen duurt de verwerking in het Europees PRTR van de door de EU-landen gerapporteerde informatie geen 16 maanden meer, maar 12 maanden, waardoor het publiek sneller toegang tot deze informatie heeft.

Inspraak van het publiek

De verordening is een belangrijk instrument om aan de vereisten van het Verdrag van Aarhus te voldoen, aangezien het publiek hiermee de mogelijkheid krijgt betrokken te worden bij de besluitvorming betreffende het milieu.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is sinds 24 februari 2006 van toepassing.

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EG) nr. 166/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 januari 2006 betreffende de instelling van een Europees register inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen en tot wijziging van de Richtlijnen 91/689/EEG en 96/61/EG van de Raad (PB L 33 van 4.2.2006, blz. 1-17)

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EG) nr. 166/2006 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1741 van de Commissie van 23 september 2019 betreffende het formaat en de frequentie van de door de lidstaten ter beschikking te stellen gegevens ten behoeve van de rapportage uit hoofde van Verordening (EG) nr. 166/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de instelling van een Europees register inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen en tot wijziging van de Richtlijnen 91/689/EEG en 96/61/EG van de Raad (PB L 267 van 21.10.2019, blz. 3-8)

Verordening (EU) 2019/1010 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende de onderlinge afstemming van de verslagleggingsverplichtingen op het gebied van de milieuwetgeving, en tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 166/2006 en (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijnen 2002/49/EG, 2004/35/EG, 2007/2/EG, 2009/147/EG en 2010/63/EU van het Europees Parlement en de Raad, Verordeningen (EG) nr. 338/97 en (EG) nr. 2173/2005 van de Raad, en Richtlijn 86/278/EEG van de Raad (PB L 170 van 25.6.2019, blz. 115-127)

Protocol betreffende registers inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen (PB L 32 van 4.2.2006, blz. 56-79)

Besluit 2006/61/EG van de Raad van 2 december 2005 inzake de sluiting, namens de Europese Gemeenschap, van het VN-ECE-protocol betreffende registers inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen (PB L 32 van 4.2.2006, blz. 54-55)

Laatste bijwerking 08.05.2020

Top