EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31991R1284

Verordening (EEG) nr. 1284/91 van de Raad van 14 mei 1991 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3975/87 tot vaststelling van de wijze van toepassing van de mededingingsregels op ondernemingen in de sector luchtvervoer

PB L 122 van 17.5.1991, p. 2–3 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/04/2004

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1991/1284/oj

31991R1284

Verordening (EEG) nr. 1284/91 van de Raad van 14 mei 1991 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3975/87 tot vaststelling van de wijze van toepassing van de mededingingsregels op ondernemingen in de sector luchtvervoer

Publicatieblad Nr. L 122 van 17/05/1991 blz. 0002 - 0003


VERORDENING ( EEG ) Nr . 1284/91 VAN DE RAAD van 14 mei 1991 houdende wijziging van Verordening ( EEG ) nr . 3975/87 tot vaststelling van de wijze van toepassing van de mededingingsregels op ondernemingen in de sector luchtvervoer

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 87,

Gezien het voorstel van de Commissie ( 1 ),

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 2 ),

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 3 ),

Overwegende dat Verordening (EEG ) nr . 2342/90 van de Raad van 24 juli 1990 betreffende de tarieven voor geregelde luchtdiensten ( 4 ) en Verordening ( EEG ) nr. 2343/90 ( 5 ) betreffende de toegang tot de markt en de verdeling van de passagierscapaciteit voorzien in een verdere liberalisatie van de tarieven binnen de Gemeenschap;

Overwegende dat het gemeenschappelijk beleid inzake luchtvervoer de luchtvaartmaatschappijen de middelen zal verschaffen om op grond van hun eigen merites te concurreren; dat een en ander ertoe zal bijdragen dat de dynamiek van de bedrijfstak wordt opgevoerd in het belang van de luchtvervoergebruiker; dat de Commissie dan evenwel de gelegenheid moet hebben snel te reageren in gevallen waarin de luchtvaartmaatschappijen praktijken toepassen die strijdig zijn met de mededingingsregels en die een bedreiging kunnen vormen voor de levensvatbaarheid van diensten die door een concurrent worden geëxploiteerd of zelfs voor het voortbestaan van een luchtvaartmaatschappij en zo aan de concurrentiestructuur onherstelbare schade kunnen toebrengen;

Overwegende dat er een speciale procedure dient te worden ingesteld waarmee de Commissie de mededingingsregels sneller kan toepassen in gevallen waarin een dringende behoefte bestaat om dergelijke tegen de concurrentie gerichte praktijken te verhinderen of daartegen op te treden;

Overwegende dat deze procedure de betrokken ondernemingen de gelegenheid moet geven schriftelijk hun opmerkingen kenbaar te maken over tegen hen geformuleerde klachten;

Overwegende dat bijgevolg Verordening ( EEG ) nr . 3975/87 ( 6 ) dient te worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD : Artikel 1

Verordening ( EEG ) nr . 3975/87 wordt als volgt gewijzigd :

1 . het volgende artikel wordt ingevoegd :

"Artikel 4 bis

Voorlopige maatregelen tegen praktijken die tegen de concurrentie zijn gericht

1 . Onverminderd de toepassing van artikel 4, lid 1, kan de Commissie, wanneer zij beschikt over duidelijke bewijzen dat bepaalde praktijken in strijd zijn met artikel 85 of artikel 86 van het Verdrag en tot doel of tot gevolg hebben dat het bestaan van een luchtdienst rechtstreeks in gevaar wordt gebracht, en wanneer gebruikmaking van de normale procedures onvoldoende zou kunnen blijken om de betrokken luchtdienst of luchtvaartmaatschappij te beschermen, bij beschikking voorlopige maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat deze praktijken niet of niet langer worden toegepast en alle nodige instructies geven om deze praktijken tegen te gaan, totdat een beschikking op grond van artikel 4, lid 1, wordt gegeven .

2 . Een uit hoofde van lid 1 gegeven beschikking geldt voor ten hoogste zes maanden . Artikel 8, lid 5, is niet van toepassing .

De Commissie kan de oorspronkelijke beschikking, al dan niet na wijziging, met ten hoogste drie maanden verlengen . In dat geval is artikel 8, lid 5, van toepassing .";

2 . aan artikel 13, lid 1, wordt het volgende punt toegevoegd :

"e ) gevolg te geven een iedere maatregel die bij een krachtens artikel 4 bis gegeven beschikking wordt opgelegd .";

3 . in artikel 16, lid 1, wordt de verwijzing naar artikel 4 vervangen door een verwijzing naar de artikelen 4 en 4 bis . Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen . Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel, 14 mei 1991 . Voor de Raad

De Voorzitter

J . F . POOS ( 1 ) PB nr . C 155 van 26 . 6 . 1990, blz . 7, en PB nr . C 101 van 18 . 4 . 1991, blz . 19 . ( 2 ) PB nr . C 48 van 25 . 2 . 1991, blz . 166 . ( 3 ) PB nr . C 41 van 18 . 2 . 1991, blz . 44 . ( 4 ) PB nr . L 217 van 11 . 8 . 1990, blz . 1 . ( 5 ) PB nr . L 217 van 11 . 8 . 1990, blz . 8 . ( 6 ) PB nr . L 374 van 31 . 12 . 1987, blz . 1 .

Top