Kies de experimentele functies die u wilt uitproberen

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Handhaving van het EU-recht

In artikel 17 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) is bepaald dat de Europese Commissie, als bewaker van de verdragen van de Europese Unie (EU), de taak heeft het EU-recht te handhaven door toe te zien op de toepassing van het primaire en afgeleide EU-recht en door te zorgen voor een uniforme toepassing daarvan in de gehele EU. De Commissie verzamelt informatie zodat ze op de naleving door de EU-lidstaten kan toezien.

Wanneer een EU-lidstaat EU-wetgeving niet naleeft, kan de Commissie een “aanmaningsbrief” sturen, waarop de EU-lidstaat de mogelijkheid heeft opmerkingen te maken. Indien de Commissie daarna nog steeds van mening is dat de EU-regels worden geschonden, stuurt zij de EU-lidstaat een met redenen omkleed advies. Dat met redenen omkleed advies bevat een termijn waarbinnen de lidstaat aan het EU-recht moet voldoen. Indien de lidstaat dit advies niet binnen de gestelde termijn opvolgt, kan de Commissie de zaak aanhangig maken bij het Hof van Justitie van de EU (op grond van artikel 258 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU)).

Het Hof kan een lidstaat die het arrest niet nakomt een geldboete opleggen na een tweede procedure voor het Hof (artikel 260, lid 2, VWEU). Wanneer een lidstaat echter nalaat om een richtlijn in te voeren, kan het Hof al bij zijn eerste arrest financiële sancties opleggen op grond van artikel 258 VWEU (artikel 260, lid 3, VWEU).

Iedere natuurlijke persoon of organisatie kan een klacht bij de Commissie indienen als een maatregel of een administratieve praktijk in een lidstaat EU-regels lijkt te overtreden. Alleen de Commissie kan echter de procedure opstarten op grond van artikelen 258 en 260 VWEU.

ZIE OOK

Naar boven