Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven (vanaf 31 januari 2021)

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) 2019/1148 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

  • Deze verordening stelt geharmoniseerde EU-voorschriften vast voor het aanbieden*, het binnenbrengen, het bezit en het gebruiken van stoffen* en mengsels* die kunnen worden misbruikt voor de vervaardiging van zelfgemaakte explosieven.
  • De beschikbaarheid van die stoffen of mengsels voor particulieren wordt door deze verordening beperkt, en verdachte transacties moeten worden gemeld aan de desbetreffende autoriteiten.
  • De verordening versterkt het systeem dat de illegale vervaardiging van explosieven beoogt te voorkomen, als antwoord op de toenemende bedreiging die terrorisme en andere ernstige criminele activiteiten vormen voor de openbare veiligheid.

KERNPUNTEN

Door de verordening:

  • worden twee verschillende categorieën geïdentificeerd binnen de gereguleerde precursoren voor explosieven*:
    • precursoren voor explosieven waarvoor een beperking geldt, zoals salpeterzuur, waterstofperoxide en ammoniumnitraat, vermeld in bijlage I. Deze worden niet aangeboden aan, binnengebracht, in bezit gehouden of gebruikt door particulieren, tenzij de concentratie daarvan onder specifieke grenzen blijft;
    • precursoren voor explosieven die moeten worden gemeld, zoals aceton, natriumnitraat en magnesiumpoeders, vermeld in bijlage II;
  • wordt vereist dat verdachte transacties, aanmerkelijke verdwijningen en diefstallen in beide categorieën binnen 24 uur aan de bevoegde autoriteiten (de nationale contactpunten) in de EU-lidstaten worden gemeld.

Lidstaten:

  • kunnen vergunningen voor bepaalde precursoren voor explosieven waarvoor een beperking geldt, afgeven aan particulieren die een legitiem belang hebben bij het verkrijgen van deze precursoren;
  • moeten een of meer nationale contactpunten oprichten die 24 uur per dag, 7 dagen per week operationeel zijn om meldingen van verdachte transacties, aanmerkelijke verdwijningen en diefstallen te ontvangen;
  • stellen adequate middelen ter beschikking voor de opleiding van rechtshandhavingsinstanties, douaneautoriteiten en hulpdiensten (“first responders”) om gereguleerde precursoren voor explosieven te herkennen en te reageren op verdachte activiteiten;
  • zorgen ervoor dat de autoriteiten de toepassing van de wetgeving kunnen inspecteren en controleren;
  • voeren doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties in voor overtredingen van de verordening;
  • kunnen het aanbieden, het binnenbrengen, het bezit en het gebruik van een stof waarvan zij menen dat deze gebruikt kan worden om zelfgemaakte explosieven te vervaardigen, beperken of verbieden, zelfs als deze niet in de wetgeving is opgenomen (in dat geval onderzoekt de Europese Commissie de voorlopige maatregel en kan zij eisen dat het land de voorlopige maatregel herroept of wijzigt);
  • voorzien de Commissie uiterlijk op 2 februari 2022 en vervolgens jaarlijks van informatie inzake:
    • meldingen van verdachte transacties, aanmerkelijke verdwijningen en diefstallen;
    • ontvangen vergunningsaanvragen, het aantal verleende vergunningen en de meest voorkomende redenen voor het weigeren van de verlening van vergunningen;
    • bewustmakingsacties;
    • verrichte inspecties en de daarbij betrokken marktdeelnemers.

Nationale autoriteiten, wanneer zij overwegen een vergunning af te geven:

  • houden rekening met de:
    • noodzaak van de explosieven en de legitimiteit van het beoogde gebruik ervan;
    • beschikbaarheid van alternatieven met lagere concentraties;
    • achtergrond van de aanvrager waaronder informatie over eerdere strafrechtelijke veroordelingen;
    • veiligheid van de voorgestelde opslagvoorzieningen;
  • weigeren de vergunning te verlenen indien zij op redelijke gronden twijfelen aan de legitimiteit van het beoogde gebruik;
  • kunnen ervoor kiezen de geldigheid van de vergunning te beperken tot onder het maximum van drie jaar en kunnen de vergunning schorsen of intrekken indien niet meer wordt voldaan aan de oorspronkelijke voorwaarden;
  • kunnen van de aanvrager een vergoeding verlangen voor het aanvragen.

Marktdeelnemers* moet:

  • een marktdeelnemer aan wie zij gereguleerde precursoren voor explosieven leveren, ervan in kennis stellen dat voor de precursor van explosieven een beperking of een meldingsplicht geldt;
  • bij het verstrekken van gereguleerde precursoren voor explosieven aan professionele gebruikers of particulieren, ervoor zorgen dat de betreffende personeelsleden weten welke producten gereguleerde precursoren voor explosieven bevatten en dat zij worden geïnstrueerd over de verplichtingen van de verordening;
  • wanneer zij een precursor voor explosieven waarvoor een beperking geldt, aanbieden aan een particulier, voor iedere transactie het legitimatiebewijs en de vergunning van die particulier verifiëren;
  • bij elke levering van precursoren voor explosieven waarvoor een beperking geldt aan een professionele gebruiker of een andere marktdeelnemer, de informatie met betrekking tot de potentiële klant en het beoogde gebruik van de precursoren (bijlage IV bevat een sjabloon voor de verklaring van de klant) controleren;
  • informatie over aankopen gedurende 18 maanden bewaren;
  • kunnen weigeren om precursoren beschikbaar te stellen als zij vinden dat de transactie verdacht is;
  • aanmerkelijke verdwijningen en diefstallen binnen 24 uur melden aan het nationale contactpunt.

Marktdeelnemers en onlinemarktplaatsen:

  • melden verdachte transacties, met name wanneer de potentiële klant van gereguleerde precursoren voor explosieven:
    • onduidelijk is over, of niet vertrouwd lijkt te zijn met, het beoogde gebruik ervan;
    • voornemens is deze te kopen in hoeveelheden, combinaties of concentraties die ongebruikelijk zijn voor legitiem gebruik;
    • geen bewijsstukken betreffende zijn identiteit, zijn verblijfplaats of, indien van toepassing, zijn status als professionele gebruiker of marktdeelnemer wil overleggen;
    • nadrukkelijk verzoekt om op een ongebruikelijke wijze te betalen, onder meer met grote sommen contant geld;
  • beschikken over passende, redelijke en evenredige procedures voor het opsporen van verdachte transacties;
  • kunnen verdachte transactie weigeren en melden deze transactie binnen 24 uur bij het nationale contactpunt.

De Europese Commissie:

  • voorziet in regelmatig geactualiseerde richtsnoeren in alle officiële EU-talen, om alle betrokken actoren bij te staan en om de samenwerking tussen marktdeelnemers te vergemakkelijken;
  • kan gedelegeerde handelingen vaststellen om de grenswaarden in bijlage I te wijzigen en stoffen toe te voegen aan bijlage II bij de wetgeving;
  • brengt uiterlijk op 2 februari 2026 verslag uit aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité over de toepassing van de verordening, aan de hand van een evaluatie.

Deze wetgeving is niet van toepassing op bepaalde soorten pyrotechnische* artikelen en uitrustingen — met name die welke gebruikt worden door strijdkrachten, rechtshandhavingsinstanties, de brandweer, in de landbouw, aan boord van schepen of in de lucht- en ruimtevaartindustrie — voor speelgoed bestemde slaghoedjes of geneesmiddelen aangeboden op basis van medisch voorschrift.

De verordening strekt tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 98/2013 (zie samenvatting) met ingang van 1 februari 2021, hoewel:

  • de op grond van Verordening (EU) nr. 98/2013 afgegeven vergunningen geldig zijn tot het verstrijken van de geldigheidsduur of tot 2 februari 2022, indien dit eerder is;
  • particulieren met precursoren voor explosieven waarvoor een beperking geldt en die op legale wijze voor 1 februari 2021 zijn aangeschaft, gerechtigd zijn deze tot 2 februari 2022 in bezit te hebben, binnen te brengen of te gebruiken.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is sinds 1 februari 2021 van toepassing.

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

KERNBEGRIPPEN

Aanbieden: elke levering, al dan niet tegen betaling.
Stof: een chemisch element en de verbindingen ervan, zoals zij voorkomen in natuurlijke toestand of bij de vervaardiging ontstaan.
Mengsel: een oplossing bestaande uit twee of meer stoffen.
Precursoren voor explosieven: chemische stoffen die kunnen worden gebruikt voor het illegaal vervaardigen van explosieven.
Marktdeelnemer: elke natuurlijke of rechtspersoon die, elk openbaar lichaam dat of elke groep die precursoren op de markt aanbiedt, offline dan wel online.
Pyrotechnisch: onafhankelijke en zichzelf instandhoudende chemische reacties om warmte, licht, gas, rook en geluid te maken.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) 2019/1148 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 98/2013 (PB L 186 van 11.7.2019, blz. 1-20)

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EU) 2019/1148 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad en de Raad — Uitvoering van de Europese veiligheidsagenda ter bestrijding van terrorisme en ter voorbereiding van een echte en doeltreffende veiligheidsunie (COM(2016) 230 final van 20.4.2016)

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — De Europese veiligheidsagenda (COM(2015) 185 final van 28.4.2015)

Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1-849). Tekst opnieuw gepubliceerd in rectificatie (PB L 136 van 29.5.2007, blz. 3-280)

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 22.10.2021

Top