EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document E1999C0329

Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 329/99/COL van 16 december 1999 betreffende de verlenging van de geldigheidsduur van de onderhavige regels en de introductie van nieuwe richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden en tweeëntwintigste wijziging van de formele en materiële regels op het gebied van de overheidssteun

OJ L 274, 26.10.2000, p. 1–18 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1999/329(2)/oj

E1999C0329

Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 329/99/COL van 16 december 1999 betreffende de verlenging van de geldigheidsduur van de onderhavige regels en de introductie van nieuwe richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden en tweeëntwintigste wijziging van de formele en materiële regels op het gebied van de overheidssteun

Publicatieblad Nr. L 274 van 26/10/2000 blz. 0001 - 0018


Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA

nr. 329/99/COL

van 16 december 1999

betreffende de verlenging van de geldigheidsduur van de onderhavige regels en de introductie van nieuwe richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden en tweeëntwintigste wijziging van de formele en materiële regels op het gebied van de overheidssteun

DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA,

Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte(1), en met name op de artikelen 61 tot en met 63,

Gelet op de Overeenkomst tussen de EVA-staten betreffende de oprichting van een Toezichthoudende Autoriteit en een Hof van Justitie(2), en met name op artikel 24 en artikel 1 van Protocol nr. 3,

Overwegende dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA ingevolge artikel 24 van de TA- en Hof-overeenkomst uitvoering geeft aan de bepalingen inzake overheidssteun,

Overwegende dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA ingevolge artikel 5, lid 2, onder b), van de TA- en Hof-overeenkomst kennisgevingen en richtsnoeren doet uitgaan over aangelegenheden die in de EER-overeenkomst worden behandeld, indien die overeenkomst of de TA- en Hof-overeenkomst zulks uitdrukkelijk voorschrijft, of indien de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA dit nodig acht,

Wijzend op de formele en materiële regels op het gebied van de overheidssteun(3) die op 19 januari 1994 door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA zijn vastgesteld(4), en met name op de bepalingen in hoofdstuk 16 (Reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden),

Wijzend op het feit dat de huidige regels voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden, die op 19 oktober 1994(5) zijn vastgesteld en bij Besluit nr. 298/97 van 17 december 1997 en Besluit nr. 372/98 van 16 december 1998 van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA zijn verlengd, tot 31 december 1999 van kracht blijven,

Overwegende dat de Europese Commissie nieuwe "Communautaire richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden"(6) heeft vastgesteld,

Overwegende dat er streng toezicht moet worden gehouden op reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden en ervoor moet worden gezorgd dat de EER-regels inzake overheidssteun in de hele Europese Economische Ruimte op dezelfde wijze worden toegepast,

Overwegende dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA ingevolge punt II onder de titel "ALGEMEEN" aan het einde van bijlage XV bij de EER-overeenkomst, na overleg met de Europese Commissie, besluiten dient vast te stellen die overeenkomen met die van de Commissie, teneinde gelijke mededingingsvoorwaarden te handhaven,

Na overleg met de Europese Commissie,

Overwegende dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA tijdens een multilaterale bijeenkomst over overheidssteun de EVA-staten over de invoering van nieuwe richtsnoeren heeft geraadpleegd,

Overwegende dat de nieuwe richtsnoeren specifieke aanmeldingsverplichtingen introduceren die dienstige maatregelen zijn in de zin van artikel 1, lid 1, van Protocol nr. 3 van de TA- en Hof-overeenkomst en de goedkeuring van de betrokken EVA-staten vereisen,

BESLUIT:

1. De richtsnoeren overheidssteun worden gewijzigd door vervanging van hoofdstuk 16 door nieuwe richtsnoeren "Reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden" en twee nieuwe bijlagen (bijlage XIV, Aanmeldingsformulier voor ad-hocherstructureringssteun, en bijlage XV, Aanmeldingsformulier voor reddingssteun), die in bijlage I bij dit besluit zijn opgenomen.

2. Punt 25.4(7) van hoofdstuk 25 van de richtsnoeren overheidssteun zoals voor de veertiende maal gewijzigd op 4 november 1998, luidt als volgt:

"Een investering in vast kapitaal door middel van de overname van een vestiging die gesloten is of zou sluiten indien deze niet werd overgenomen, mag ook als initiële investering worden beschouwd."

3. De EVA-staten worden van dit besluit in kennis gesteld door middel van een afschrift van het besluit, met inbegrip van bijlage I, en een brief met het verzoek binnen zes weken na de datum van dit besluit hun goedkeuring te hechten aan de nieuwe richtsnoeren, voorzover deze betrekking hebben op dienstige maatregelen in de zin van artikel 1, lid 1, van Protocol nr. 3 van de T.A.- en Hof-Overeenkomst.

4. De Europese Commissie wordt overeenkomstig Protocol nr. 27, onder d), van de EER-overeenkomst van dit besluit in kennis gesteld door middel van een afschrift van het besluit, met inbegrip van bijlage 1.

5. Het besluit wordt, met inbegrip van bijlage I, bekendgemaakt in het EER-deel van het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen en in het EER-supplement daarbij.

6. De gewijzigde richtsnoeren waarnaar wordt verwezen in de punten 1 en 2, treden in werking op de datum van hun publicatie in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen en in het EER-supplement daarbij. Tot die datum blijven de onderhavige richtsnoeren van kracht.

7. Dit besluit is authentiek in de Engelse taal.

Gedaan te Brussel, 16 december 1999.

Voor de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA

De voorzitter

Knut Almestad

(1) Hierna "EER-overeenkomst" genoemd.

(2) Hierna "TA- en Hof-overeenkomst" genoemd.

(3) Hierna "richtsnoeren overheidssteun" genoemd.

(4) Oorspronkelijk gepubliceerd in PB L 231 van 3.9.1994 en in het EER-supplement nr. 32 daarbij van dezelfde datum, laatstelijk (voor de 21e maal) gewijzigd bij Besluit nr. 276/99/COL van 17 november 1999 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).

(5) Gepubliceerd in PB L 383 van 31.12.1994 en in het EER-supplement nr. 59 daarbij van dezelfde datum.

(6) Gepubliceerd in PB C 288 van 9.10.1999, blz. 2.

BIJLAGE I

"16. REDDINGS- EN HERSTRUCTURERINGSSTEUN AAN ONDERNEMINGEN IN MOEILIJKHEDEN(1)

16.1. Inleiding

(1) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA heeft in 1994 de eerste richtsnoeren ('kaderregeling') voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden(2) vastgesteld. Deze richtsnoeren zijn bij besluit van 16 december 1998 tot en met 31 december 1999 verlengd(3).

(2) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA wil met de onderhavige richtsnoeren, waarvan de tekst aan de vroegere kaderregeling is ontleend, bepaalde wijzigingen en verduidelijkingen aanbrengen die om verschillende redenen noodzakelijk zijn geworden. Allereerst nopen de voltooiing van de interne markt en de invloed hiervan op de Europese Economische Ruimte tot een grotere waakzaamheid bij het toezicht op staatssteun. Ten tweede brengen het zesde en zevende overzicht van de Europese Commissie inzake de steunmaatregelen voor de nijverheid en bepaalde andere sectoren in de Europese Unie(4) een toename van ad-hocsteun, en vooral van reddings- en herstructureringssteun, aan het licht. Voorts is het ook wenselijk dat de regels inzake reddings- en herstructureringssteun worden verscherpt, zonder hierbij evenwel uit het oog te verliezen welke rol toereikende steunbedragen kunnen spelen bij de sociale begeleiding van herstructureringen. De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA wil dan ook de regels die van toepassing zijn op reddings- en herstructureringssteun verduidelijken en tegelijkertijd strengere richtsnoeren voor de beoordeling van deze steun vaststellen, zoals de Europese Commissie reeds heeft gedaan ten aanzien van de lidstaten van de EG.

(3) Staatssteun om ondernemingen in moeilijkheden voor een faillissement te behoeden en om de herstructurering ervan aan te moedigen, kan slechts onder bepaalde omstandigheden als gerechtvaardigd worden beschouwd. Dit kunnen bijvoorbeeld redenen van sociaal of regionaal beleid zijn, of de noodzaak rekening te houden met de positieve rol van kleine en middelgrote ondernemingen (KMO's) in de economie, of in uitzonderlijke gevallen indien het wenselijk is een concurrerende marktstructuur te behouden wanneer het verdwijnen van bedrijven tot een monopolie of een sterk oligopolistische situatie zou kunnen leiden.

16.2. Definities en toepassingsgebied van de onderhavige richtsnoeren en aansluiting bij andere teksten inzake staatssteun

16.2.1. Het begrip 'onderneming in moeilijkheden'

(1) Er is geen EER-definitie van 'een onderneming in moeilijkheden'. De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA gaat er evenwel van uit dat een onderneming in moeilijkheden verkeert in de zin van de onderhavige richtsnoeren, wanneer zij niet in staat is, noch met haar eigen middelen, noch met middelen die haar eigenaren/aandeelhouders en haar schuldeisers bereid zijn in te brengen, haar verliezen tot stilstand te brengen, welke zonder steun van buitenaf op korte of middellange termijn vrijwel zeker tot haar faillissement zullen leiden.

(2) Met name wordt een onderneming, ongeacht haar omvang, voor de toepassing van deze richtsnoeren als een onderneming in moeilijkheden beschouwd:

a) in het geval van een vennootschap waarvan de vennoten een beperkte aansprakelijkheid hebben(5), wanneer meer dan de helft van het maatschappelijk kapitaal verdwenen is(6) en meer dan een kwart van dit kapitaal verloren is gegaan gedurende de afgelopen twaalf maanden; of

b) in het geval van een vennootschap met onbeperkte aansprakelijkheid(7), wanneer meer dan de helft van het eigen vermogen, zoals in de boekhouding van de vennootschap wordt vermeld, verdwenen is en meer dan een kwart van dit vermogen verloren is gegaan gedurende de afgelopen twaalf maanden; of

c) voor alle ondernemingsvormen, wanneer de onderneming ingevolge het nationale recht aan de voorwaarden voldoet om aan een collectieve procedure wegens insolventie te worden onderworpen.

(3) De moeilijkheden van een onderneming blijken gewoonlijk uit toenemende verliezen, een dalende omzet, groeiende voorraden, overcapaciteit, een geringere kasstroom, een toenemende schuldenlast, toenemende rentelasten en een vermindering of een verdwijning van de waarde van de nettoactiva. In acute gevallen kan de onderneming reeds insolvent zijn geworden of op grond van het nationale recht aan een collectieve procedure wegens insolventie zijn onderworpen. In dit laatste geval zijn de onderhavige richtsnoeren van toepassing op de steun die eventueel wordt verleend wanneer een dergelijke procedure een voortzetting van de onderneming tot gevolg heeft. Hoe dan ook komt de onderneming slechts voor steun in aanmerking wanneer is vastgesteld dat zij niet in staat is met haar eigen middelen of met van haar eigenaren/aandeelhouders of door leningen verkregen kapitaal haar herstel te verwezenlijken.

(4) Voor de toepassing van deze richtsnoeren komt een pas opgerichte onderneming(8) niet voor reddings- of herstructureringssteun in aanmerking, zelfs niet wanneer haar aanvankelijke financiële positie onzeker is. Dit geldt vooral voor ondernemingen die na de liquidatie van bestaande ondernemingen worden opgericht of die de activa van deze ondernemingen overnemen.

(5) Een onderneming die deel uitmaakt van een concern komt in beginsel niet voor reddings- en herstructureringssteun in aanmerking, behalve wanneer kan worden aangetoond dat de moeilijkheden van de onderneming een specifiek karakter hebben en niet eenvoudig een gevolg zijn van de kostenallocatie binnen het concern, en dat deze moeilijkheden van de onderneming te groot zijn om door het concern zelf te kunnen worden opgelost.

16.2.2. Definitie van reddings- en herstructureringssteun

(1) Reddingssteun en herstructureringssteun worden in dezelfde richtsnoeren behandeld, daar de overheid in beide gevallen wordt geconfronteerd met een onderneming in moeilijkheden en omdat redding en herstructurering dikwijls twee aspecten van één ingreep vormen, ook al functioneren zij verschillend.

(2) Reddingssteun is per definitie van voorlopige aard. Hij moet een onderneming in moeilijkheden in staat stellen zich te handhaven gedurende de periode waarin een herstructurerings- of liquidatieplan wordt uitgewerkt en/of totdat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA een besluit over dit plan neemt.

(3) Een herstructurering daarentegen berust op een haalbaar, samenhangend en ingrijpend plan om de levensvatbaarheid van een onderneming op langere termijn te herstellen. Een dergelijk plan behelst doorgaans een of meer van de volgende elementen: reorganisatie en rationalisatie van de activiteiten van de onderneming op efficiëntere basis, waarbij verliesgevende activiteiten gewoonlijk worden afgestoten; de herstructurering van bestaande activiteiten welke mogelijkheden tot herstel van de concurrentiepositie bieden; en mogelijkerwijze de ontwikkeling van of de overschakeling op nieuwe, levensvatbare activiteiten. Naast materiële herstructurering is financiële herstructurering (kapitaalinbreng, schuldvermindering) meestal noodzakelijk. Daarentegen kan een herstructurering in de zin van deze richtsnoeren niet beperkt blijven tot een financiële bijdrage om eerder geleden verliezen ongedaan te maken zonder in te gaan op de oorzaak van deze verliezen.

16.2.3. Toepassingsgebied

(1) Deze richtsnoeren zijn van toepassing op alle sectoren (behalve die welke onder artikel 27 en Protocol nr. 14 van de EER-overeenkomst betreffende kool- en staalproducten vallen), zonder afbreuk te doen aan bijzondere bepalingen voor ondernemingen in moeilijkheden in de betrokken sector(9).

16.2.4. Toepasselijkheid van artikel 61, lid 1, van de EER-overeenkomst

(1) Reddings- en herstructureringssteun voor ondernemingen in moeilijkheden leidt per definitie tot een vervalsing van de mededinging. Voorzover hij het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloedt, valt deze steun onder artikel 61, lid 1, van de EER-overeenkomst.

(2) Herstructureringssteun kan in verschillende vormen worden verleend, waaronder kapitaalinbreng, schuldkwijtschelding, leningen, belastingfaciliteiten of vermindering van sociale premies en leninggaranties. Ingeval van redding moet steun evenwel, tenzij in een andere EER-tekst op het gebied van staatssteun anders wordt bepaald, tot leningen of leninggaranties worden beperkt (zie punt 16.3.1).

(3) De steun kan afkomstig zijn van zowel centrale, regionale als lokale overheidsinstellingen(10), alsmede van 'openbare bedrijven' zoals gedefinieerd in artikel 2 van de richtlijn waarnaar wordt verwezen in punt 1 van bijlage XV bij de EER-overeenkomst(11). Zo kan reddings- of herstructureringssteun worden verleend door staatsholdings of openbare participatiemaatschappijen(12).

(4) De beoordeling of nieuwe inbreng van overheidskapitaal in ondernemingen die staatseigendom zijn, een vorm van steun is, is gebaseerd op het beginsel van de 'particuliere investeerder in een markteconomie'(13). Dit houdt in dat middelen of garanties niet als staatssteun worden beschouwd wanneer onder dezelfde omstandigheden een rationele particuliere investeerder in een markteconomie deze middelen ook ter beschikking zou hebben gesteld.

(5) Indien evenwel middelen of garanties door de staat worden toegekend aan een onderneming in financiële moeilijkheden, moet het waarschijnlijk worden geacht dat deze financiële overdrachten staatssteunelementen bevatten. Dergelijke financiële transacties moeten derhalve vooraf aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA worden meegedeeld, waar passend door middel van de aanmelding van een algemeen plan, overeenkomstig artikel 1, lid 3, van Protocol nr. 3 van de TA- en Hof-overeenkomst(14). Het vermoeden van staatssteun is sterker, wanneer de markt waarop de begunstigde van de steun actief is op het niveau van de EER met structurele overcapaciteit kampt of indien de bedrijfstak als geheel in moeilijkheden verkeert.

(6) Veranderingen van eigenaar van de gesteunde onderneming mogen geen invloed hebben op de beoordeling van de reddings- en herstructureringssteun.

16.2.5. Verenigbaarheid met de werking van de EER-overeenkomst

(1) In artikel 61, leden 2 en 3, van de EER-overeenkomst is voorzien in de mogelijkheid dat steun die onder artikel 61, lid 1, valt, verenigbaar wordt geacht met de werking van de EER-overeenkomst. Afgezien van steun ingeval van schade door natuurrampen en andere buitengewone gebeurtenissen (artikel 61, lid 2, onder b)) die niet onder deze richtsnoeren valt, vormt artikel 61, lid 3, onder c), de enige grondslag voor verenigbaarheid van reddings- of herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden. Volgens deze bepaling mag de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA haar goedkeuring hechten aan 'steunmaatregelen om de ontwikkeling van bepaalde vormen van economische bedrijvigheid te [...] vergemakkelijken, mits de voorwaarden waaronder het handelsverkeer plaatsvindt daardoor niet zodanig worden veranderd dat het gemeenschappelijk belang wordt geschaad'.

(2) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA is van mening dat reddings- en herstructureringssteun kan bijdragen tot de ontwikkeling van de economische bedrijvigheid zonder het handelsverkeer ongunstig te beïnvloeden en daardoor het belang van de verdragsluitende partijen te schaden, indien wordt voldaan aan de in deze richtsnoeren uiteengezette voorwaarden. Indien de betrokken ondernemingen gevestigd zijn in gebieden waaraan steun wordt verleend, zal de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA rekening houden met de in artikel 61, lid 3, onder a) en c), vermelde overwegingen van regionale aard, volgens de in punt 16.3.2.5 uiteengezette voorwaarden.

16.2.6. Andere bepalingen van de EER-overeenkomst

(1) Ten slotte moet eraan worden herinnerd dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA reddings- of herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden niet kan goedkeuren wanneer de steunvoorwaarden in strijd zijn met andere bepalingen van de EER-overeenkomst en/of de TA- en Hof-overeenkomst dan artikel 61 van de EER-overeenkomst of artikel 1 van Protocol nr. 3 van de TA- en Hof-overeenkomst.

16.3. Algemene voorwaarden voor de goedkeuring van afzonderlijk bij de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA aangemelde reddings- en herstructureringssteun

(1) Dit hoofdstuk heeft uitsluitend betrekking op steunmaatregelen die afzonderlijk bij de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA zijn aangemeld. Onder bepaalde voorwaarden kan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA reddings- en herstructureringssteunregelingen goedkeuren: deze voorwaarden worden in punt 16.4 uiteengezet.

16.3.1. Reddingssteun

(1) Om door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA te worden goedgekeurd, moet reddingssteun, zoals in punt 16.2.2(2), omschreven(15):

a) bestaan in kassteun in de vorm van leninggaranties of leningen(16). In beide gevallen moet de rente op zijn minst vergelijkbaar zijn met de rentepercentages die gelden voor leningen aan gezonde ondernemingen en met name aan de referentiepercentages die door de Toezichthoudende Autoriteit zijn vastgesteld;

b) gekoppeld zijn aan leningen die over een periode van ten hoogste twaalf maanden na de laatste storting aan de onderneming moeten worden terugbetaald(17);

c) worden gerechtvaardigd door dringende sociale redenen en geen ernstig 'spill-over'-effect naar andere EVA-staten of lidstaten van de EG hebben;

d) bij de aanmelding ervan gepaard gaan met een toezegging van de EVA-staat, de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA binnen zes maanden na de goedkeuring van de reddingssteun, ofwel een herstructureringsplan, ofwel een liquidatieplan voor te leggen, dan wel aan te tonen dat de lening volledig is afgelost en/of dat de garantie is ingetrokken;

e) zich qua bedrag beperken tot hetgeen noodzakelijk is voor de voortzetting van de exploitatie van de onderneming gedurende de periode waarvoor de steun is goedgekeurd (bijvoorbeeld dekking van de loonkosten, lopende leveringen).

(2) De aanvankelijke goedkeuring van de reddingssteun bestrijkt een periode van maximaal zes maanden of, wanneer de EVA-staat binnen deze termijn een herstructureringsplan voorlegt, totdat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA over dit plan een beslissing neemt. Na deze aanvankelijke goedkeuring kan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA in uitzonderlijke, behoorlijk gemotiveerde gevallen op verzoek van de EVA-staat een verlenging van deze termijn toestaan.

(3) Reddingssteun dient een eenmalige ingreep te zijn met het doel de activiteiten gedurende een korte periode voort te zetten, waarin de toekomst van de onderneming kan worden geëvalueerd. Een reeks reddingsoperaties die zich ertoe beperken de bestaande situatie te bestendigen, waarbij het onvermijdelijke wordt uitgesteld en de economische en sociale problemen op andere, meer efficiënte producenten of andere EVA-staten of EG-lidstaten worden afgewenteld, kunnen daarentegen niet worden toegestaan.

(4) Wanneer de EVA-staat niet binnen een termijn van zes maanden de in punt 16.3.1(1), onder d), genoemde toezegging nakomt en geen naar behoren met redenen omkleed verzoek om verlenging van deze termijn heeft ingediend, leidt de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA de procedure van artikel 1, lid 2, van Protocol nr. 3 van de TA- en Hof-overeenkomst in.

(5) De goedkeuring van reddingssteun laat de latere beslissing over de goedkeuring van steun in het kader van een herstructureringsplan onverlet; een dergelijk plan moet op zijn eigen waarde worden beoordeeld.

16.3.2. Herstructureringssteun

16.3.2.1. Grondbeginselen

(1) Herstructureringssteun werpt specifieke bezwaren op voor de mededinging, omdat deze steun een onredelijk deel van de last van structurele aanpassing en de daarmee gepaard gaande sociale en economische problemen kan verschuiven naar andere producenten die geen steun ontvangen en naar andere EVA-staten en/of EG-lidstaten. Het algemene beginsel dient derhalve te zijn dat herstructureringssteun alleen wordt toegestaan indien kan worden aangetoond dat de goedkeuring van deze steun niet in strijd met de werking van de EER-overeenkomst is. Dit is slechts mogelijk indien de steun aan strenge criteria voldoet en indien wordt verzekerd dat eventuele mededingingsvervalsingen voldoende worden gecompenseerd door de voordelen die de voortzetting van de exploitatie van de onderneming meebrengt (vooral wanneer vaststaat dat het netto-effect van de ontslagen als gevolg van het faillissement van de onderneming alsmede de gevolgen voor de leveranciers, de plaatselijke, regionale of nationale problemen op het gebied van de werkgelegenheid zouden verergeren, of, in uitzonderlijke gevallen, wanneer de sluiting van de onderneming tot een monopolie of een sterk oligopolistische situatie zou leiden) en, in voorkomend geval, door voldoende compenserende maatregelen ten gunste van de concurrenten.

16.3.2.2. Voorwaarden voor de goedkeuring van steun

(1) Behoudens de bijzondere bepalingen voor steungebieden en KMO's (zie de punten 16.3.2.5 en 16.3.2.6) moet herstructureringssteun, om door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA te worden goedgekeurd, aan de volgende voorwaarden voldoen:

a) De onderneming moet voor steun in aanmerking komen

De onderneming moet als een onderneming in moeilijkheden in de zin van deze richtsnoeren (zie punt 16.2.1) kunnen worden beschouwd.

b) Herstel van de rentabiliteit

Voorwaarde voor de toekenning van steun is de tenuitvoerlegging van een herstructureringsplan dat, voor alle individuele gevallen van steun, door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA moet zijn goedgekeurd.

Het herstructureringsplan, waarvan de looptijd zo kort mogelijk moet zijn, dient binnen een redelijk tijdsbestek de levensvatbaarheid op lange termijn van de onderneming te herstellen op grond van realistische veronderstellingen betreffende de toekomstige bedrijfsomstandigheden. Herstructureringssteun moet derhalve gekoppeld zijn aan een uitvoerbaar herstructureringsplan waartoe de betrokken EVA-staat zich verbindt. Dit plan moet met alle noodzakelijke gegevens, waaronder met name een marktstudie, aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA worden voorgelegd(18). De verbetering van de levensvatbaarheid dient voornamelijk tot stand te komen door middel van interne maatregelen waarin het herstructureringsplan voorziet, en mag alleen op externe factoren berusten waarop de onderneming slechts weinig invloed kan uitoefenen, zoals hogere prijzen en een stijging van de vraag, indien de veronderstellingen inzake de marktontwikkeling in ruime kring worden onderschreven. Een herstructurering dient de afstoting van de activiteiten te omvatten die zelfs na de herstructurering structureel verliesgevend zouden blijven.

Het herstructureringsplan dient de omstandigheden te beschrijven die tot de moeilijkheden van de onderneming hebben geleid, zodat kan worden beoordeeld of de voorgestelde maatregelen passend zijn. Het moet met name de situatie en de verwachte ontwikkeling van vraag en aanbod op de markt van de betrokken producten in aanmerking nemen, aan de hand van optimistische, pessimistische en neutrale scenario's, alsook de specifieke sterke en zwakke punten van de onderneming. Het maakt de onderneming de overgang naar een nieuwe structuur mogelijk die haar uitzicht biedt op levensvatbaarheid op lange termijn alsmede de mogelijkheid geeft tot exploitatie met eigen middelen.

Het herstructureringsplan moet een omschakeling van de onderneming beogen zodat deze, wanneer de herstructurering voltooid is, in staat is alle kosten, met inbegrip van aflossingen en financiële lasten, te dekken. De verwachte kapitaalopbrengst van de onderneming na de herstructurering moet voldoende zijn zodat zij geen staatssteun meer nodig heeft en op eigen kracht op de markt kan concurreren.

c) Vermijding van buitensporige vervalsing van de mededinging

Er moeten maatregelen worden genomen om de nadelige gevolgen van de steun voor concurrenten zoveel mogelijk te beperken. Anders zou moeten worden aangenomen dat door de steun 'het gemeenschappelijke belang wordt geschaad' en zou deze derhalve als met de werking van de EER-overeenkomst onverenigbaar moeten worden beschouwd.

Dit houdt meestal in, dat de onderneming na de herstructurering geen even belangrijke positie op haar markt(en) meer mag innemen als voordien. Wanneer de betrokken markt(en)(19) vanuit het oogpunt van de EER te verwaarlozen is/zijn, of wanneer het aandeel van de onderneming in deze markt(en) verwaarloosbaar is, moet worden aangenomen dat zich geen ongerechtvaardigde mededingingsvervalsing voordoet. Deze voorwaarde geldt derhalve in beginsel niet voor kleine en middelgrote ondernemingen, behalve wanneer de sectorale regels op het gebied van staatssteun anders bepalen.

De gedwongen beperking of vermindering van de aanwezigheid op de markt of markten waarop de onderneming actief is, vormt een compenserende maatregel voor de concurrenten. Deze compenserende maatregel moet verband houden met de door de steun veroorzaakte mededingingsvervalsing en met name met de relatieve positie van de onderneming op de markt of markten. De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA stelt de omvang van deze beperking of vermindering vast op grond van de marktstudie die deel uitmaakt van het herstructureringsplan en, wanneer de procedure is ingeleid, op grond van door de belanghebbenden verstrekte inlichtingen. De vermindering van de aanwezigheid van de onderneming op de markt wordt aan de hand van het herstructureringsplan en de hierin opgenomen voorwaarden bereikt.

Een versoepeling van de noodzaak compenserende maatregelen te nemen kan worden overwogen wanneer deze vermindering of beperking tot een duidelijke verslechtering van de martkstructuur zou kunnen leiden, bijvoorbeeld doordat zij indirect het ontstaan van een monopolie of een sterk oligopolistische situatie in de hand werkt.

De compenserende maatregelen kunnen verschillende vormen aannemen, naargelang op de markt waar de onderneming werkzaam is, al dan niet overcapaciteit heerst. Om te beoordelen of er overcapaciteit heerst, kan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA rekening houden met alle nuttige gegevens waarover zij beschikt:

i) wanneer in de Gemeenschap of in de EER een structurele overcapaciteit bestaat op een markt waarop de begunstigde actief is, dient het herstructureringsplan, evenredig met de hoogte van het ontvangen steunbedrag en de invloed van de steun op de relevante markt, bij te dragen tot de verbetering van de marktvoorwaarden door een onomkeerbare vermindering van de productiecapaciteit. Een capaciteitsvermindering is onomkeerbaar wanneer de betrokken activa zodanig worden veranderd dat zij nooit meer de vroegere capaciteit kunnen behalen, of definitief worden omgebouwd met het oog op een ander gebruik. De verkoop van capaciteit aan concurrenten is in dit geval niet voldoende, tenzij de installaties worden verkocht voor gebruik in een geografische markt waar de permanente exploitatie ervan geen belangrijke gevolgen voor de mededinging in de EER heeft. De voorwaarden inzake capaciteitsvermindering moeten bijdragen tot de beperking van de aanwezigheid van de gesteunde onderneming op de markt(en);

ii) wanneer er daarentegen in de Gemeenschap of de EER geen structurele overcapaciteit bestaat op de markt waarop de begunstigde actief is, zal de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA niettemin onderzoeken of een compenserende maatregel moet worden geëist. Ingeval deze compenserende maatregel een capaciteitsinkrimping omvat, kan deze tot stand worden gebracht door de afstoting van activa of van dochterondernemingen. De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA zal de door de EVA-staat voorgestelde compenserende maatregelen, in welke vorm dan ook, onderzoeken en vaststellen of deze toereikend zijn om de eventuele mededingingsvervalsende gevolgen van de steun te beperken. Bij haar overweging van de noodzakelijke compenserende maatregelen zal de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA rekening houden met de marktsituatie en met name met de groei op de markt en de mate waarin in de vraag wordt voorzien.

d) Beperking van de steun tot het minimum

Het bedrag en de intensiteit van de steun moeten tot het voor de uitvoering van de herstructurering strikt noodzakelijke minimum worden beperkt, in samenhang met de financiële mogelijkheden van de onderneming, van haar aandeelhouders of van de groep ondernemingen waarvan zij deel uitmaakt. De begunstigden van de steun dienen met eigen middelen, zo nodig door de verkoop van activa wanneer deze niet onontbeerlijk zijn voor het voortbestaan van de onderneming of door externe financiering tegen marktvoorwaarden, een belangrijke bijdrage te leveren aan het herstructureringsplan. Om mededingingsvervalsingen te beperken, moet de steun in zodanige vorm worden verleend dat de onderneming niet de beschikking krijgt over extra middelen die zouden kunnen worden gebruikt voor agressieve, marktverstorende activiteiten die geen verband met het herstructureringsproces houden. Hiertoe onderzoekt de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA het niveau van de passiva van de onderneming na de herstructurering evenals na de overdracht of vermindering van vorderingen, met name in het kader van de voorzetting van haar activiteiten na een procedure wegens insolventie ingevolge het nationale recht(20). Evenmin mag de steun worden gebruikt voor de financiering van nieuwe investeringen die niet noodzakelijk zijn om de levensvatbaarbeid te herstellen.

In ieder geval moet aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA worden aangetoond dat de steun slechts dient om de levensvatbaarheid van de onderneming te herstellen en niet om de begunstigde in staat te stellen de productiecapaciteit tijdens de uitvoering van het herstructureringsplan uit te breiden, behalve indien dit voor het herstel van de levensvatbaarheid van de onderneming noodzakelijk is, zonder dat de mededinging evenwel wordt vervalst.

e) Bijzondere voorwaarden voor de goedkeuring van steun

Naast de onder c) beschreven compenserende maatregelen en indien de EVA-staat dergelijke bepalingen niet heeft vastgesteld, kan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA de voorwaarden en verplichtingen opleggen die zij nodig acht om te voorkomen dat de mededinging zodanig wordt vervalst dat het gemeenschappelijk belang wordt geschaad. De betrokken EVA-staat kan er met name toe worden verplicht:

i) zelf maatregelen te nemen (bijvoorbeeld de openstelling van bepaalde markten voor andere marktdeelnemers in de EER);

ii) van de steunontvangende onderneming bepaalde maatregelen te eisen (bijvoorbeeld om op bepaalde markten niet als prijsleider op te treden);

iii) de begunstigde gedurende de herstructureringsperiode geen steun met andere doeleinden te verlenen.

f) Volledige uitvoering van het herstructureringsplan en nakoming van de opgelegde voorwaarden

De onderneming dient het aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA voorgelegde en door haar goedgekeurde herstructureringsplan volledig uit te voeren en alle andere in het besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA opgelegde verplichtingen na te komen. De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA beschouwt het niet uitvoeren van het plan en het niet nakomen van de verplichtingen als misbruik van steun.

Ingeval van herstructureringen die zich over een aantal jaren uitstrekken en waarmee aanzienlijke steunbedragen gemoeid zijn, kan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA eisen dat de herstructureringssteun in verschillende tranches wordt betaald. Zij kan de betaling van elke steuntranche aan de volgende voorwaarden onderwerpen:

i) de aan elke betaling voorafgaande vaststelling dat alle fasen van het herstructureringsplan binnen het vastgestelde tijdschema naar behoren ten uitvoer zijn gelegd,

ii) haar aan elke betaling voorafgaande goedkeuring, na vaststelling van de behoorlijke uitvoering van het plan.

g) Controle en jaarlijks verslag

De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA moet in staat worden gesteld zich, op grond van regelmatige en gedetailleerde verslagen die de betrokken EVA-staten bij haar indienen, van een behoorlijke uitvoering van het herstructureringsplan te vergewissen.

Wat de steun aan grote ondernemingen betreft, moet het eerste van deze verslagen gewoonlijk binnen zes maanden na de datum van goedkeuring van de steun bij de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA worden ingediend. Vervolgens moeten de verslagen ten minste eenmaal per jaar, op een vaste datum, aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA worden toegezonden zolang de doelstellingen van de herstructureringssteun niet zijn bereikt. Zij moeten alle relevante gegevens bevatten aan de hand waarvan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA de uitvoering van het goedgekeurde herstructureringsplan, het tijdschema van de uitkeringen van steun aan de onderneming en haar financiële positie kan controleren en zich ervan kan vergewissen of de in het goedkeuringsbesluit gestelde voorwaarden of verplichtingen in acht zijn genomen. Zij moeten met name alle nuttige inlichtingen bevatten met betrekking tot de steun, ongeacht voor welke doeleinden en ongeacht of deze ad hoc of in het kader van steunregelingen is verleend, die de onderneming gedurende de herstructurering heeft ontvangen (zie punt 16.5.2). Is tijdige bevestiging van bepaalde essentiële informatie nodig, bijvoorbeeld in verband met sluitingen of capaciteitsverminderingen, dan kan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA verlangen dat vaker verslagen worden ingediend.

Wat de steun voor kleine en middelgrote ondernemingen betreft, is de jaarlijkse indiening van de resultatenrekening en de balans van de gesteunde onderneming in de regel voldoende, behalve ingeval het goedkeuringsbesluit strengere eisen bevat.

16.3.2.3. Beginsel van de eenmalige steun

(1) Om eventueel misbruik van steun te voorkomen, mag herstructureringssteun slechts eenmaal worden verleend. Wanneer de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA in kennis wordt gesteld van een vornemen tot het verlenen van herstructureringssteun, moet de EVA-staat aangeven of de onderneming in het verleden reeds staatssteun voor herstructurering heeft ontvangen, met inbegrip van steun die vóór de inwerkingtreding van deze richtsnoeren is verleend en van niet-aangemelde steun(21). Zo dit het geval is en wanneer minder dan tien jaar is verstreken sinds de herstructurering is beëindigd(22) of de uitvoering van het plan is gestaakt, zal de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA de toekenning van nieuwe herstructureringssteun gewoonlijk niet goedkeuren(23), behalve onder uitzonderlijke en onvoorziene omstandigheden die de onderneming niet zijn toe te rekenen. Onder onvoorziene omstandigheden worden gebeurtenissen verstaan die ten tijde van de opstelling van het herstructureringsplan volstrekt niet konden worden voorzien.

(2) Wijzigingen van de eigendomssituatie van de begunstigde onderneming na de toekenning van steun, evenals eventuele gerechtelijke of administratieve procedures die tot gevolg hebben dat de vermogenspositie van de onderneming wordt gesaneerd, de vorderingen worden verminderd of vroegere schulden worden vereffend, hebben geen enkele invloed op de toepassing van deze regel, indien de exploitatie van een en dezelfde onderneming wordt voortgezet.

(3) In geval van een onderneming die de activa van een andere onderneming overneemt, met name wanneer deze aan een van de in punt 16.3.2.3(2) genoemde procedures of aan een collectieve procedure wegens insolventie ingevolge het nationale recht is onderworpen en zelf reeds reddings- of herstructureringssteun heeft ontvangen, is de voorwaarde van eenmalige steun niet op de overnemende onderneming van toepassing, indien aan de volgende drie voorwaarden is voldaan:

a) de overnemende onderneming onderscheidt zich duidelijk van de oude onderneming;

b) de overnemende onderneming heeft activa van de oude onderneming tegen de marktprijs verworven (zodat het 'lekken' van aan de oude onderneming uitgekeerde steun naar de nieuwe onderneming is uitgesloten);

c) de liquidatie of de sanering van de oude onderneming en de overname vormen geen formaliteiten om de toepassing van het beginsel van de eenmalige steun te omzeilen (wat door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA zou kunnen worden vastgesteld wanneer, bijvoorbeeld, de moeilijkheden waarmee de overnemende onderneming kampt bij de aankoop van de activa van de oude onderneming duidelijk konden worden voorzien).

(4) Er zij evenwel aan herinnerd dat steun voor de aankoop van activa, omdat deze steun voor een initiële investering is, uit hoofde van de onderhavige richtsnoeren niet kan worden goedgekeurd (zie ook punt 16.2.1(4)).

16.3.2.4. Wijziging van het herstructureringsplan

(1) Is herstructureringssteun goedgekeurd, dan kan de betrokken EVA-staat, zolang de herstructureringsperiode niet is afgelopen, de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA verzoeken wijzigingen van het herstructureringsplan en van het steunbedrag te aanvaarden. De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA kan dergelijke wijzigingen goedkeuren zolang de volgende voorwaarden in acht worden genomen:

a) het gewijzigde plan moet, steeds binen een redelijk tijdsbestek, een herstel van de levensvatbaarheid inhouden;

b) wanneer het steunbedrag wordt verhoogd, moeten de tegenprestaties omvangrijker zijn dan oorspronkelijk was vastgesteld;

c) wanneer de voorgestelde tegenprestaties geringer zijn dan die welke oorspronkelijk werden verlangd, moet het steunbedrag dienovereenkomstig worden verlaagd;

d) de tenuitvoerlegging van de compenserende maatregelen mag slechts worden uitgesteld ten opzichte van het oorspronkelijke tijdschema om redenen die niet aan de onderneming of de EVA-staat kunnen worden geweten. In het andere geval moet het steunbedrag dienovereenkomstig worden verlaagd.

16.3.2.5. Herstructureringssteun in steungebieden

(1) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA moet bij de beoordeling van herstructureringssteun in steungebieden met de behoeften van de regionale ontwikkeling rekening houden. Dat een noodlijdende onderneming gevestigd is in een steungebied betekent evenwel niet dat herstructureringssteun zonder meer wordt toegestaan; een regio is er op middellange tot lange termijn niet bij gebaat dat ondernemingen op kunstmatige wijze in stand worden gehouden. Voorts is het, aangezien slechts beperkte middelen voor steun ter bevordering van de regionale ontwikkeling beschikbaar zijn, in het belang van de regio's zelf dat zij deze beperkte middelen gebruiken om zo snel mogelijk alternatieve activiteiten te ontwikkelen die op lange termijn levensvatbaar zijn. Ten slotte dient de mededinging zo min mogelijk te worden vervalst, ook in geval van steun aan ondernemingen in steungebieden.

(2) De in de punten 16.3.2.2, 16.3.2.3 en 16.3.2.4 vermelde criteria gelden dus evenzeer voor steungebieden, ook al wordt rekening gehouden met de behoeften van de regionale ontwikkeling. Het stellen van minder strenge voorwaarden voor goedkeuring is in deze steungebieden evenwel mogelijk, tenzij in sectorale regels ten aanzien van de compenserende maatregelen anders wordt bepaald. Indien de ontwikkeling van een gebied hierbij gebaat is, zal de capaciteitsvermindering in steungebieden geringer zijn dan in gebieden die niet voor regionale steun in aanmerking komen, en zal worden onderscheiden tussen gebieden die op grond van artikel 61, lid 3, onder a), van de EER-overeenkomst voor regionale steun in aanmerking komen, en gebieden die op grond van artikel 61, lid 3, onder c), voor steun in aanmerking komen om rekening te houden met het feit dat de problemen van de eerste categorie gebieden ernstiger zijn.

16.3.2.6. Herstructureringssteun aan kleine en middelgrote ondernemingen

(1) Steun aan ondernemingen die tot de categorie van de kleine en middelgrote ondernemingen(24) behoren, heeft doorgaans minder nadelige gevolgen voor het handelsverkeer dan steun aan grote ondernemingen. Dit geldt ook voor herstructureringssteun, zodat een minder restrictieve houding kan worden aangenomen met betrekking tot de voorwaarden van punt 16.3.2.2: herstructureringssteun aan KMO's zal niet algemeen aan compenserende maatregelen worden gebonden (zie punt 16.3.2.2(1), onder c)), behalve indien de sectorale regels inzake staatssteun anders bepalen, en de verplichtingen inzake verslaggeving zijn minder streng (zie punt 16.3.2.2(1), onder g)). Het beginsel van eenmalige steun (punt 16.3.2.3) is daarentegen volledig van toepassing op KMO's.

16.3.2.7. Steun voor de dekking van sociale kosten van herstructurering

(1) Herstructureringsplannen brengen gewoonlijk een vermindering of afstoting van de betrokken activiteiten mee. Een dergelijke vermindering is vaak noodzakelijk om de onderneming te rationaliseren en efficiënt te maken en staat los van de capaciteitsverminderingen die als voorwaarde voor de goedkeuring van steun kunnen worden verlangd (met name indien de bedrijfstak te kampen heeft met structurele overcapaciteit op het niveau van de EER - zie punt 16.3.2.2(1), onder c)). Welke reden aan deze maatregelen ook ten grondslag ligt, zij zullen in het algemeen tot vermindering van de werkgelegenheid binnen de onderneming leiden.

(2) Het arbeidsrecht van de EVA-staten kan algemene regelingen op het gebied van de sociale zekerheid omvatten, die in rechtstreekse uitkeringen aan de betrokken werknemers bij ontslag of vervroegde uittreding voorzien. Dergelijke regelingen worden niet als steun in de zin van artikel 61, lid 1, beschouwd, voorzover de staat deze rechtstreeks ten behoeve van de werknemers treft zonder tussenkomst van de onderneming.

(3) Naast rechtstreekse voorzieningen voor werknemers bij ontslag en vervroegde uittreding bestaan dikwijls algemene sociale regelingen, waarmee de overheid de kosten van de uitkeringen dekt die de onderneming aan ontslagen werknemers verstrekt en die verder gaan dan haar wettelijke of contractuele verplichtingen. Indien dergelijke regelingen voor alle sectoren gelden en algemeen en automatisch beschikbaar zijn voor elke werknemer die aan vooraf vastgestelde voorwaarden voldoet, worden zij voor de ondernemingen die een herstructurering uitvoeren niet als steun in de zin van artikel 61, lid 1, aangemerkt. Wanneer zij daarentegen worden gebruikt om de herstructurering in specifieke bedrijfstakken te ondersteunen, kan er, wegens de selectieve toepassing, wel steun zijn(25).

(4) De verplichtingen die een onderneming zelf heeft ten aanzien van het verstrekken van uitkeringen bij ontslag en/of vervroegde uittreding ingevolge het arbeidsrecht of collectieve overeenkomsten met vakbonden, maken deel uit van de gewone bedrijfskosten die de onderneming met eigen middelen dient te bekostigen. Derhalve wordt elke bijdrage van de staat aan deze kosten als steun beschouwd, ongeacht of de bedragen rechtstreeks aan de onderneming worden uitbetaald of door middel van een overheidsinstelling aan de werknemers ten goede komen.

(5) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA staat positief tegenover dergelijke steun, daar deze economische voordelen meebrengt, die verder gaan dan de belangen van de betrokken onderneming, structurele veranderingen vergemakkelijkt en ongewenste sociale gevolgen verlicht, terwijl hij vaak slechts de verschillen opheft tussen de verplichtingen die de nationale wetgevingen de bedrijven hebben opgelegd.

(6) Steun wordt niet alleen toegekend om tegemoet te komen aan de kosten van ontslag- of vervroegde-uittredingsregelingen, maar vaak ook in verband met opleiding, advisering, praktische hulp bij het vinden van ander werk, financiële tegemoetkoming bij overplaatsing en beroepsopleiding en bijstand ten behoeve van werknemers die een nieuw bedrijf willen beginnen. De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA neemt dan ook een positief standpunt ten aanzien van dergelijke steun in.

(7) Het is van belang dat de in de punten 16.3.2.7(1) tot en met 16.3.2.7(6) besproken steun duidelijk in het herstructureringsplan wordt aangegeven. Immers, steun voor sociale maatregelen die uitsluitend aan de ontslagen werknemers ten goede komen, wordt bij de vaststelling van de omvang van de in punt 16.3.2.2(1), onder c), bedoelde compenserende maatregelen niet in aanmerking genomen.

(8) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA zal in het algemeen belang trachten de sociale gevolgen van herstructureringen in andere EVA-staten dan die welke de steun toekent, in het kader van het herstructureringsplan zoveel mogelijk te beperken.

16.4. Steunregelingen voor kleine en middelgrote ondernemingen

16.4.1. Algemene beginselen

(1) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA keurt slechts regelingen op het gebied van reddings- en/of herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden goed, indien zij bedoeld zijn voor kleine en middelgrote ondernemingen die aan de definitie in hoofdstuk 10 van deze richtsnoeren voldoen. Onder voorbehoud van de onderstaande bijzondere bepalingen zijn de punten 16.2 en 16.3 van toepassing voor de beoordeling van de verenigbaarheid van dergelijke regelingen. Alle steun die uit hoofde van een regeling wordt verleend en die niet aan een van deze voorwaarden voldoet, moet afzonderlijk worden aangemeld en vooraf door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA worden goedgekeurd.

16.4.2. Subsidiabiliteit

(1) Steun voor kleine en middelgrote ondernemingen die op grond van van nu af aan goedgekeurde regelingen wordt verleend kan, tenzij in sectorale regelingen anders wordt bepaald, uitsluitend van afzonderlijke aanmelding worden vrijgesteld indien deze ondernemingen ten minste aan een van de in punt 16.2.1(2), genoemde criteria voldoen. Steun voor ondernemingen die aan geen van deze drie criteria voldoen, moet afzonderlijk bij de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA worden aangemeld, opdat zij kan beoordelen of de kwalificatie van onderneming in moeilijkheden al dan niet van toepassing is.

16.4.3. Voorwaarden voor de goedkeuring van regelingen inzake reddingssteun

(1) Om door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA te kunnen worden goedgekeurd, moeten regelingen inzake het verlenen van reddingssteun aan de voorwaarden in punt 16.3.1(1), onder a), b), c) en e), voldoen. De in punt 16.3.1(1), onder d), genoemde voorwaarde wordt voor de in dit punt behandelde regelingen vervangen door de volgende voorwaarde:

'd) reddingssteun mag slechts voor maximaal zes maanden worden toegekend, gedurende welke periode de situatie van de onderneming moet worden onderzocht. Voor het verstrijken van deze periode keurt de EVA-staat ofwel een herstructureringsplan of een liquidatieplan goed, ofwel verzoekt hij om terugbetaling van de lening en van de steun voor een bedrag dat overeenkomt met de risicopremie;'.

Reddingssteun die deze periode van zes maanden overschrijdt, moet afzonderlijk bij de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA worden aangemeld.

16.4.4. Voorwaarden voor de goedkeuring van regelingen inzake herstructureringssteun

(1) Regelingen inzake herstructureringssteun kunnen door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA slechts worden goedgekeurd, indien aan de toekenning van deze steun de voorwaarde is verbonden dat een door de EVA-staat vooraf goedgekeurd herstructureringsplan dat aan de volgende criteria voldoet, volledig ten uitvoer wordt gelegd:

a) 'herstel van de levensvatbaarheid': de criteria van punt 16.3.2.2(1), onder b), zijn van toepassing;

b) 'voorkoming van ongerechtvaardigde vervalsingen van de mededinging': gezien de minder grote mededingingsvervalsingen die steun aan KMO's meebrengt, is het in punt 16.3.2.2(1), onder c), beschreven beginsel inzake de beperking van de aanwezigheid van de begunstigde onderneming op de betrokken markt of markten, niet van toepassing, tenzij in sectorale regels inzake staatssteun anders wordt bepaald. De regelingen moeten daarentegen de bepaling bevatten dat de begunstigde ondernemingen gedurende de looptijd van het herstructureringsplan niet tot capaciteitsuitbreiding mogen overgaan;

c) 'beperking van de steun tot het noodzakelijke minimum': de in punt 16.3.2.2(1), onder d), beschreven beginselen zijn van toepassing;

d) 'beginsel van de eenmalige steun': het in punt 16.3.2.3 beschreven beginsel van de eenmalige steun is van toepassing. De EVA-staten dienen de steun evenwel afzonderlijk bij de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA aan te melden wanneer van dit beginsel wordt afgeweken:

i) wegens uitzonderlijke en onvoorziene omstandigheden die de onderneming niet zijn toe te rekenen;

ii) in het geval van overname van de activa van een onderneming die zelf reeds reddings- of herstructureringssteun heeft ontvangen;

e) 'wijziging van het herstructureringsplan': bij elke wijziging van het plan moeten de voorwaarden van punt 16.3.2.4 in acht worden genomen.

16.4.5. Gemeenschappelijke voorwaarden voor de goedkeuring van regelingen inzake reddings- en/of herstructureringssteun

(1) De regelingen moeten het maximale steunbedrag vermelden dat aan een onderneming kan worden toegekend met het oog op redding of herstructurering, ook ingeval het plan wordt gewijzigd. Gevallen van steun waarbij dit bedrag wordt overschreden, moeten afzonderlijk bij de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA worden aangemeld. Het maximale steunbedrag mag niet hoger zijn dan 10 miljoen EUR, inclusief eventuele cumulatie met steun uit andere bronnen of op grond van andere regelingen.

16.4.6. Controle en jaarlijks verslag

(1) Het bepaalde in punt 16.3.2.2(1), onder g), geldt niet voor steunregelingen. Een voorwaarde voor goedkeuring van de regeling is echter dat, gewoonlijk jaarlijks, een verslag wordt ingediend over de uitvoering van de betreffende regeling, waarbij de gegevens worden verstrekt die in hoofdstuk 32 en in bijlagen III en IV bij deze richtsnoeren worden gespecificeerd. De verslagen moeten eveneens een lijst van alle begunstigde ondernemingen bevatten en voor elk ervan vermelden:

a) de naam van de onderneming;

b) de code van de bedrijfstak waartoe zij behoort - overeenkomstig de uit twee cijfers bestaande NACE-code(26);

c) het aantal werknemers;

d) de jaaromzet en de balanswaarde;

e) het bedrag van de toegekende steun;

f) in voorkomend geval, gegevens over in het verleden verleende herstructureringssteun of daarmee vergelijkbare steun;

g) de vermelding of de begunstigde onderneming al of niet is vereffend of aan een collectieve procedure wegens insolvabiliteit is onderworpen zolang de herstructureringsperiode nog niet is verstreken.

16.5. Dienstige maatregelen in de zin van artikel 1, lid 1, van Protocol nr. 3 van de TA- en Hof-overeenkomst

(1) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA stelt de EVA-staten op basis van artikel 1, lid 1, van Protocol nr. 3 van de TA- en Hof-overeenkomst de volgende dienstige maatregelen voor met betrekking tot hun bestaande steunregelingen. Om door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA te worden goedgekeurd, moeten alle toekomstige regelingen de onderstaande regels in acht nemen.

16.5.1. Afzonderlijke aanmelding van steun van materiële investeringen gedurende de herstructureringsperiode

(1) Wanneer een grote onderneming herstructureringssteun ontvangt die op grond van de onderhavige richtsnoeren is onderzocht, kan de toekenning van andere investeringssteun gedurende de herstructureringsperiode, ook al is deze met een reeds goedgekeurde regeling in overeenstemming, gevolgen hebben voor het niveau van de compenserende maatregelen die door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA moeten worden vastgesteld.

(2) Tijdens de periode van herstructurering van een dergelijke onderneming moet alle steun ten behoeve van materiële investeringen (ongeacht het doel van deze investeringen, zoals regionale ontwikkeling, milieubescherming of anderszins) die na 30 juni 2000 wordt verleend, afzonderlijk worden aangemeld, tenzij deze onder de geldende de-minimis-regel(27) valt.

16.5.2. Opgave aan de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van alle aan de begunstigde onderneming toegekende steun

(1) Wanneer een grote onderneming herstructureringssteun ontvangt die op grond van de onderhavige richtsnoeren wordt onderzocht, vereist de controle op een goede toepassing van de besluiten van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA inzake dergelijke steun een grote mate van doorzichtigheid ten aanzien van latere steun die de onderneming, zelfs op grond van een reeds goedgekeurde regeling, zou kunnen ontvangen, ook indien deze overeenkomstig punt 16.5.1 niet afzonderlijk behoeft te worden aangemeld.

(2) Vanaf 30 juni 2000 moet in de aanmelding van herstructureringssteun van een grote onderneming bij wijze van kennisgeving worden vermeld welke andere steun gedurende de betrokken periode ten behoeve van de onderneming wordt voorgenomen, ongeacht het soort steun, tenzij deze steun onder de geldende de-minimis-regel valt.

(3) Evenzo moet in de overeenkomstig punt 16.3.2.2(1), onder g), van de onderhavige richtsnoeren ingediende verslagen worden vermeld welke andere steun gedurende de betrokken periode aan de begunstigde onderneming is toegekend, evenals de steun die gedurende de herstructureringsperiode wordt voorgenomen, tenzij deze steun onder de geldende de-minimis-regel valt.

(4) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA behoudt zich het recht voor, de procedure van artikel 1, lid 2, van Protocol nr. 3 van de TA- en Hof-overeenkomst ten aanzien van alle steun in te leiden, indien de toekenning van steun op grond van de goedgekeurde regelingen niet aan de voorwaarden van deze richtsnoeren voldoet.

16.5.3. Aanpassing van de bestaande regelingen inzake reddings- en herstructureringssteun aan deze richtsnoeren

(1) De EVA-staten moeten hun bestaande regelingen inzake reddings- en herstructureringssteun die na 30 juni 2000 van kracht zullen zijn, aanpassen om deze na die datum met de onderhavige richtsnoeren en met name met de regels van punt 16.4 in overeenstemming te brengen.

(2) Om de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA in staat te stellen deze aanpassing te controleren, doen de EVA-staten haar vóór 28 februari 2000 een lijst met al deze regelingen toekomen. Vervolgens moeten zij haar, in ieder geval vóór 30 juni 2000, voldoende inlichtingen verstrekken om haar in staat te stellen na te gaan of de regelingen overeenkomstig deze richtsnoeren zijn gewijzigd.

16.6. Inwerkingtreding, geldigheidsduur en herziening van deze richtsnoeren

16.6.1. Wijziging van de richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen

(1) Punt 5.4(7), van hoofdstuk 25 van de richtsnoeren inzake nationale regionale steunmaatregelen wordt aldus gewijzigd: de passage beginnend met 'behalve wanneer ...' tot en met het eind van dat punt wordt geschrapt. Volgens deze passage viel de overname van een vestiging van een onderneming in moeilijkheden niet onder de definitie van initiële investering. Een dergelijke overname valt nu wel onder de definitie. Vermeld zij evenwel, dat in geval van een overname van een vestiging van een onderneming in moeilijkheden dient te worden aangetoond dat is voldaan aan de voorwaarde van punt 25.4(9) van hoofdstuk 25 van die richtsnoeren volgens welke de transactie tegen marktvoorwaarden moet geschieden.

16.6.2. Datum van inwerkingtreding en geldigheid

(1) Behoudens het hierna bepaalde treden de onderhavige richtsnoeren in werking zodra zij in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen en in het EER-supplement daarbij zijn bekendgemaakt. Zij blijven vijf jaar gelden, tenzij een nieuw besluit wordt genomen.

16.6.3. Steun voor KMO's

(1) Reddings- en herstructureringssteun voor KMO's die vóór 30 april 2000 afzonderlijk wordt aangemeld, wordt beoordeeld in het licht van de kaderregeling die vóór de vaststelling van de onderhavige richtsnoeren van kracht was. De verlenging van deze kaderregeling, die aan de EVA-staten is meegedeeld en op 22 april 1999 in het EER-deel van het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen en in het EER-supplement daarbij is bekendgemaakt, wordt derhalve voor deze steun vernieuwd.

(2) Opgemerkt zij dat alle regelingen onderworpen blijven aan de dienstige maatregelen van punt 16.5.3, voorzover bepaald is dat die regelingen na 30 juni 2000 nog van kracht blijven.

16.6.4. Steun voor grote ondernemingen

(1) Behoudens het hierna bepaalde zal de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA de verenigbaarheid met de werking van de EER-overeenkomst van eventuele steun voor de redding en herstructurering van grote ondernemingen op de grondslag van de onderhavige richtsnoeren beoordelen zodra zij in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen en in het EER-supplement daarbij zijn bekendgemaakt. Vóór deze datum bij de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA ingeschreven aanmeldingen zullen evenwel worden onderzocht in het licht van de criteria die op het moment van de aanmelding van kracht waren.

16.6.5. Niet-aangemelde steun

(1) De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA zal de verenigbaarheid met de werking van de EER-overeenkomst van alle reddings- en herstructureringssteun die zonder toestemming van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA en derhalve in strijd met artikel 1, lid 3, van Protocol nr. 3 van de TA- en Hof-overeenkomst wordt toegekend, onderzoeken:

a) op de grondslag van deze richtsnoeren indien de steun, of een gedeelte daarvan, na de bekendmaking van de richtsnoeren in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen en het EER-supplement daarbij, is toegekend;

b) op de grondslag van de ten tijde van de toekenning van de steun geldende richtsnoeren in alle andere gevallen."

"BIJLAGE XIV

AANMELDINGSFORMULIER VOOR AD-HOCHERSTRUCTURERINGSSTEUN

I. Gegevens betreffende de onderneming

- Naam van de onderneming.

- Rechtsvorm.

- Bedrijfstak waartoe de onderneming behoort overeenkomstig de NACE-code.

- Namen van de voornaamste aandeelhouders en hun respectieve participaties.

- Vermelding van alle aandeelhoudersovereenkomsten (vorming van vaste kern, recht van voorkoop, enz.).

- Indien de onderneming tot een concern behoort, afschrift van het volledige en bijgewerkte organigram van het gehele concern met de onderlinge banden, uitgedrukt in kapitaal en stemrecht.

- Indien de onderneming is ontstaan uit een aankoop van activa na een liquidatieprocedure of een gerechtelijke saneringsprocedure, de bovenvermelde gegevens voor de betrokken onderneming of ondernemingen.

- Vestigingsplaats van alle voornaamste productie-eenheden in de gehele wereld, met aantallen werknemers.

- Indien de onderneming als een kleine of middelgrote onderneming wordt beschouwd, moet de EVA-staat aantonen dat de onderneming aan alle criteria van de EER-definitie van een dergelijke onderneming voldoet. Indien zulks het geval is, moet de lidstaat uiteenzetten waarom de onderneming niet in aanmerking komt voor een regeling inzake herstructureringssteun voor KMO's (er bestaan geen regelingen of er is niet aan de voorwaarden om voor dergelijke steun in aanmerking te komen, voldaan).

- Afschrift van, zo mogelijk, de laatste drie resultatenrekeningen en in ieder geval van de laatste resultatenrekening.

- In voorkomend geval, afschrift van en eventuele gerechtelijke beslissing inzake de benoeming van een tijdelijke bewindvoerder of de inleiding van een onderzoekprocedure.

II. Marktstudies

De EVA-staat moet een afschrift voorleggen van de marktstudie, voor de markt of markten waarop de in moeilijkheden verkerende onderneming werkzaam is, met de naam van de instelling die de studie heeft uitgevoerd. Deze marktstudie moet met name bevatten:

- een nauwkeurige bepaling van de markt waarop de studie betrekking heeft;

- de naam van de voornaamste concurrenten met hun respectieve marktaandelen, op mondiaal, EER- of nationaal vlak naargelang van het geval;

- de ontwikkeling van de marktaandelen van de onderneming gedurende de afgelopen jaren;

- een beoordeling van de totale productiecapaciteit op het niveau van de EER gelet op de vraag en de conclusie ten aanzien van het al dan niet bestaan van overcapaciteit;

- vooruitzichten op het niveau van de EER met betrekking tot de ontwikkeling van de vraag, de ontwikkeling van de cumulatieve productiecapaciteit van de markt en het prijsverloop op deze markt voor de eerstkomende vijf jaar.

III. Beschrijving van de steun

- Toon aan dat de moeilijkheden van de onderneming een specifiek karakter hebben en niet het gevolg zijn van een willekeurige kostenallocatie binnen een concern.

- Geef aan of de onderneming reeds reddingssteun heeft ontvangen en zo ja, vermeld de datum van goedkeuring en voeg de toezegging van de EVA-staat toe om een herstructurerings- of liquidatieplan in te dienen.

- Geef aan of de onderneming of een van haar dochterondernemingen, waarvan zij ten minste 25 % van het kapitaal of van de stemrechten bezit, reeds herstructureringssteun heeft ontvangen of steun die in het verleden als zodanig werd beschouwd. Zo ja, wordt u verzocht het eerdere besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA te vermelden.

- Geef de steunvorm aan en het bedrag van het totale met de steun verbonden financiële voordeel.

- Geef aan welke compenserende maatregelen de lidstaat voorstelt om de mededingingverstorende effecten op het niveau van de EER tegen te gaan.

- Noem alle soorten steun die de onderneming vóór het einde van haar herstructureringsperiode zou kunnen ontvangen, tenzij deze steunmaatregelen onder de de-minimis-regel vallen.

IV. Herstructureringsplan

De EVA-staat moet een herstructureringsplan indienen overeenkomstig de bepalingen van punt 16.3.2.2 van de richtsnoeren, dat ten minste de volgende gegevens bevat:

- presentatie van de verschillende hypothesen inzake de marktontwikkeling die uit de marktstudie naar voren komen;

- analyse van de verschillende factoren die de onderneming in een moeilijke situatie hebben gebracht;

- uiteenzetting van de voor de onderneming in de eerstkomende jaren voorgenomen strategie;

- omschrijving van de verschillende voorgenomen herstructureringsmaatregelen met de daaraan verbonden kosten;

- vergelijkende beoordeling van de economische en sociale gevolgen op regionaal en/of nationaal vlak, van de sluiting van de steunontvangende onderneming en van de uitvoering van het herstructureringsplan;

- tijdschema inzake de tenuitvoerlegging van de verschillende maatregelen en de termijn voor de volledige tenuitvoerlegging van het herstructureringsplan;

- zeer nauwkeurige omschrijving van de financiële planning van de herstructurering:

- gebruik van nog beschikbare eigen middelen;

- verkoop van activa of dochterondernemingen om bij te dragen aan de financiering van de herstructurering;

- financiële toezeggingen van de verschillende particuliere aandeelhouders en de voornaamste kredietinstellingen die leningen verstrekken;

- bedrag van de overheidssteun en motivering van de noodzaak ervan;

- eventueel gebruik van terugbetaalbare voorschotten of van een clausule inzake herstel van winstgevendheid met het oog op de terugbetaling van de steun;

- verwachte resultatenrekeningen voor de eerstkomende vijf jaar met een raming van de rentabiliteit van het eigen vermogen en een gevoeligheidsanalyse op basis van verschillende scenario's;

- verslag van het overleg met de werknemersorganisaties van de onderneming over de voorgenomen herstructurering;

- naam van de opsteller(s) van het herstructureringsplan en datum van voltooiing ervan.

V. Toezegging van de EVA-staat

De EVA-staat moet een toezegging overleggen waarin hij verklaart dat hij, in de verslagen betreffende goedgekeurde herstructureringssteun, alle nuttige inlichtingen zal verstrekken over de steun, ongeacht de aard ervan, die al dan niet in het kader van een regeling aan de begunstigde onderneming is verleend, tot de herstructureringsperiode verstreken is.

BIJLAGE XV

AANMELDINGSFORMULIER VOOR REDDINGSSTEUN

Noodzakelijke gegevens betreffende de onderneming

Naam van de onderneming: ...

...

Rechtsvorm: ...

Bedrijfstak waartoe de onderneming behoort: ...

Aantal werknemers (eventueel geconsolideerd): ...

Bedrag van de exploitatiekosten en financiële lasten in de afgelopen twaalf maanden: ...

Maximumbedrag van de voorgenomen lening: ...

Naam van de instelling die de lening verstrekt: ...

...

Verplicht over te leggen stukken

- Laatste resultatenrekening met balans, of gerechtelijke beslissing om met betrekking tot de onderneming overeenkomstig het nationale vennootschapsrecht een onderzoek te openen.

- Toezegging van de EVA-staat om de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA binnen een termijn van ten hoogste zes maanden vanaf de datum van goedkeuring van de reddingssteun hetzij een herstructureringsplan, hetzij een liquidatieplan voor te leggen, hetzij aan te tonen dat de lening en de steun volledig zijn uitgekeerd.

- Liquiditeitsplan voor de eerste zes maanden waarin de op korte termijn te lenen bedragen worden aangegeven.

- Afschrift van de aan de in moeilijkheden verkerende onderneming aangeboden leningovereenkomst (gekoppeld aan reddingssteun), waarin de voorwaarden inzake de uitkering van de geleende bedragen en de bepalingen inzake de terugbetaling ervan zijn opgenomen.

- Afschrift van de ontwerpgarantie ter dekking van de betrokken lening indien een dergelijke garantie is voorzien."

(1) Dit hoofdstuk stemt overeen met de Communautaire richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden (PB C 288 van 9.10.1999, blz. 2).

(2) Voor het eerst vastgesteld op 19 januari 1994 en gepubliceerd in PB L 231 van 3.9.1994 en in het EER-supplement nr. 32 daarbij van dezelfde datum; gewijzigde richtsnoeren vastgesteld op 19 oktober 1994 en gepubliceerd in PB L 383 van 31.12.1994 en in het EER-supplement nr. 59 daarbij van dezelfde datum.

(3) Gepubliceerd in PB C 111 van 22.4.1999 en in het EER-supplement nr. 17 daarbij van dezelfde datum.

(4) COM(98) 417 def.; COM(1999) 148 def.

(5) Het betreft hier met name vennootschapsvormen die worden vermeld in artikel 1, lid 1, eerste alinea, van Richtlijn 78/660/EEG van 25 juli 1978 (PB L 222 van 14.8.1978, blz. 11), zoals gewijzigd bij met name Richtlijn 90/605/EEG van 8 november 1990 (PB L 317 van 16.11.1990, blz. 60), cf. punt 4 van bijlage XXII bij de EER-overeenkomst.

(6) Naar analogie met de bepalingen van Richtlijn 77/91/EEG van de Raad van 13 december 1976 (PB L 26 van 31.1.1977, blz. 1), cf. punt 2 van bijlage XXII bij de EER-overeenkomst.

(7) Het betreft hier met name vennootschapsvormen die worden vermeld in artikel 1 van Richtlijn 90/605/EEG van 8 november 1990 (PB L 317 van 16.11.1990, blz. 60), cf. punt 4 van bijlage XXII bij de EER-overeenkomst.

(8) De oprichting, door een onderneming, van een dochteronderneming uitsluitend met het doel daarin haar activa en eventueel haar passiva onder te brengen, wordt niet als de oprichting van een nieuwe onderneming beschouwd.

(9) Dergelijke bijzondere bepalingen bestaan in de scheepsbouwsector (Verordening (EG) nr. 1540/98 van de Raad van 29 juni 1998, PB L 202 van 18.7.1998, blz. 1), cf. punt 1, onder b), van bijlage XV bij de EER-overeenkomst, de automobielsector (hoofdstuk 23 van deze richtsnoeren) en in de luchtvaart (hoofdstuk 30 van deze richtsnoeren).

(10) Met inbegrip van cofinancieringen door gezamenlijke activiteiten, opgezet door de verdragsluitende partijen.

(11) Richtlijn 80/723/EEG van de Commissie van 25 juni 1980 betreffende doorzichtigheid in de financiële betrekkingen tussen lidstaten en openbare bedrijven (PB L 195 van 29.7.1980, blz. 35, zoals gewijzigd (PB L 254 van 12.10.1993, blz. 16)), cf. punt 1 van bijlage XV bij de EER-overeenkomst.

(12) Zie het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 22 maart 1977, zaak 78/76, Steinike en Weinlig/Duitsland, Jurisprudentie 1977, blz. 595; Crédit Lyonnais/Usinor-Sacilor, persmededeling van de Europese Commissie IP(91) 1045.

(13) Zie hoofdstuk 20 van deze richtsnoeren voor de toepassing van staatssteun op openbare bedrijven in de industriesector.

(14) Zie met name punt 20.5 van hoofdstuk 20 van deze richtsnoeren voor de toepassing van staatssteun op openbare bedrijven in de industriesector.

(15) De inlichtingen waarover de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA moet beschikken om de steun naar behoren te onderzoeken, zijn in bijlage XV bij deze richtsnoeren vermeld.

(16) Een uitzondering kan worden gemaakt in het geval van reddingssteun in de banksector, om de desbetreffende kredietinstelling in staat te stellen tijdelijk haar bankactiviteiten voort te zetten overeenkomstig de geldende prudentiële wetgeving (Richtlijn 89/647/EEG van de Raad van 18 december 1989 betreffende een solvabiliteitsratio voor kredietinstellingen (PB L 386 van 30.12.1989, blz. 14), cf. hoofdstuk II, punt 18, van bijlage IX bij de EER-overeenkomst. In voorkomend geval zal alle steun in een andere vorm dan die welke onder b) wordt bedoeld, met name in de vorm van een kapitaalinbreng of een achtergestelde lening, bij het eventuele onderzoek van compenserende maatregelen in het kader van een herstructureringsplan overeenkomstig het bepaalde in punt 16.3.2.2(1), onder c), van deze richtsnoeren.

(17) Eventueel kan de terugbetaling van de lening die in het kader van de reddingssteun is verstrekt, worden gedekt door herstructureringssteun die in een later stadium door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA is goedgekeurd.

(18) De inlichtingen waarover de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA moet beschikken om de steun naar behoren te onderzoeken, zijn in bijlage XIV bij deze richtsnoeren vermeld.

(19) Overeenkomstig de definitie van de multisectorale kaderregeling betreffende regionale steun voor grote investeringsprojecten in punt 26.7(6) van hoofdstuk 26 van deze richtsnoeren: 'De relevante productmarkt(en) voor de vastlegging van het marktaandeel, omvat(ten) de producten en/of diensten waarop het investeringsproject betrekking heeft, alsmede waar passend die welke als substituten daarvoor worden beschouwd, hetzij door de consument (wegens de kenmerken van de producten, hun prijs en het gebruik waarvoor zij zijn bestemd), hetzij door de producent (ten gevolge van de flexibiliteit van de productie-installaties). De relevante geografische markt omvat in beginsel de EER of, indien dit niet het geval is, een wezenlijk deel van de EER, voorzover de concurrentievoorwaarden in dat gebied in voldoende mate van die in andere gebieden in de EER kunnen worden onderscheiden. Waar passend kan de relevante markt als een wereldmarkt worden beschouwd'. In een voetnoot wordt verduidelijkt dat in geval van de productie van intermediaire producten, de relevante markt de markt kan zijn voor het afgewerkte product indien niet het grootste deel van de productie op de open markt wordt verkocht.

(20) Zie de derde zin van punt 16.2.1(3).

(21) Wat niet-aangemelde steun betreft, houdt de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA bij haar onderzoek rekening met de mogelijkheid dat de steun verenigbaar met de werking van de EER-overeenkomst kan zijn verklaard.

(22) Tenzij anders is bepaald, is de datum van voltooiing van de herstructurering gewoonlijk de uiterste datum voor de tenuitvoerlegging van de verschillende in het herstructureringsplan vastgestelde maatregelen (zie bijlage XIV, punt IV, zesde streepje, bij deze richtsnoeren).

(23) Naar gelang van de mate van liberalisering en de bijzondere kenmerken van elke sector moeten twee situaties worden vermeld:

- in de sector van het luchtvervoer, die sinds 1997 volledig is vrijgemaakt, zal de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA het principe van de eenmalige steun toepassen in overeenstemming met de beperkingen en voorwaarden van de richtsnoeren inzake staatssteun in de luchtvaartsector (zie hoofdstuk 30 van deze richtsnoeren);

- in andere sectoren kunnen afwijkingen worden vastgesteld indien de liberalisering van EER-markten die voordien niet aan vrije mededinging blootstonden, een nieuwe economische situatie meebrengt.

(24) De toepasselijke definitie is die van punt 10.2 van hoofdstuk 10 van deze richtsnoeren voor steun aan kleine en middelgrote ondernemingen (KMO's).

(25) In zijn arrest van 26 september 1996 in zaak C-241/94, (Frankrijk/Commissie re: Kimberly Clark Sopalin), Jurisprudentie 1996, blz. I-4551, bevestigde het Hof van Justitie het standpunt dat de financiering op discretionaire grondslag door de Franse autoriteiten, via het 'Fonds national de l'emploi', van bepaalde sociale verplichtingen bepaalde ondernemingen in een gunstiger positie bracht dan andere, en derhalve voldeed aan de voorwaarden die gelden voor steun in de zin van artikel 87, lid 1, van het Verdrag (het arrest heeft de conclusie van de Commissie dat deze steun als met de gemeenschappelijke markt verenigbaar kan worden beschouwd, echter niet ter discussie gesteld).

(26) Algemene systematische bedrijfsindeling in de Europese Gemeenschappen, gepubliceerd door het Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen.

(27) Zie hoofdstuk 12 van deze richtsnoeren.

Top