EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52009XC1119(02)

Samenvatting van de beschikking van de Commissie van 10 juni 2009 waarbij een boete wordt opgelegd wegens vroegtijdige totstandbrenging van een concentratie in strijd met artikel 7, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad en met artikel 57 van de EER-overeenkomst (Zaak COMP/M.4994 — Electrabel/Compagnie Nationale du Rhône) (Kennisgeving geschied onder nummer C(2009) 4416) (Voor de EER relevante tekst)

PB C 279 van 19.11.2009, p. 9–11 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

19.11.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 279/9


Samenvatting van de beschikking van de Commissie

van 10 juni 2009

waarbij een boete wordt opgelegd wegens vroegtijdige totstandbrenging van een concentratie in strijd met artikel 7, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad en met artikel 57 van de EER-overeenkomst

(Zaak COMP/M.4994 — Electrabel/Compagnie Nationale du Rhône)

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2009) 4416)

(Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)

(Voor de EER relevante tekst)

2009/C 279/08

Op 10 juni 2009 heeft de Commissie in een concentratiezaak een beschikking gegeven op grond van Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad (1) betreffende de controle op concentraties van ondernemingen, en met name artikel 7, lid 1, van genoemde verordening. Een niet-vertrouwelijke versie van de volledige tekst van de beschikking is in de authentieke taal van de zaak en in de werktalen van de Commissie te vinden op de website van DG Concurrentie, op het volgende adres:

http://ec.europa.eu/competition/index_en.html

I.   INLEIDING

(1)

Op 10 juni 2009 heeft de Commissie een geldboete opgelegd aan Electrabel nv (hierna „Electrabel” genoemd, met zetel in België) omdat deze onderneming, in strijd met artikel 7, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 4064/89, een concentratie met een communautaire dimensie tot stand had gebracht voordat deze bij de Europese Commissie was aangemeld en door de Commissie was goedgekeurd. Deze concentratie bestond in de verwerving van uitsluitende zeggenschap over de Compagnie Nationale du Rhône (hierna „CNR” genoemd, met zetel in Frankrijk) op 23 december 2003.

II.   BESCHRIJVING VAN DE ZAAK

1.   Procedure

(2)

Op 9 augustus 2007 stelde Electrabel de vraag aan de diensten van de Commissie of het een feitelijke uitsluitende zeggenschap over CNR had verkregen in de zin van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (2) (hierna de „nieuwe concentratieverordening” genoemd). De diensten van de Commissie bevestigden dat Electrabel inderdaad uitsluitende zeggenschap over CNR had verkregen.

(3)

Omdat de in artikel 1 van de nieuwe concentratieverordening genoemde drempels waren overschreden, heeft Electrabel deze concentratie op 26 maart 2008 aangemeld. De Commissie heeft bij beschikking van 29 april 2008, gegeven op grond van artikel 6, lid 1, onder b), van de nieuwe concentratieverordening, haar goedkeuring gehecht aan deze concentratie.

(4)

Op 17 december 2008 werd aan Electrabel op grond van artikel 18 van Verordening (EEG) nr. 4064/89 (hierna de „oude concentratieverordening” genoemd) een mededeling van punten van bezwaar toegezonden (3). In deze mededeling van punten van bezwaar wordt aangegeven hoe Electrabel met ingang van 23 december 2003 uitsluitende zeggenschap heeft verkregen over CNR en de concentratie tot stand heeft gebracht voordat deze was aangemeld en door de Commissie was goedgekeurd, zulks in strijd met artikel 7, lid 1, van de oude concentratieverordening.

(5)

Op 16 februari 2009 heeft Electrabel geantwoord op de mededeling van punten van bezwaar, waarbij het vroeg om een hoorzitting, die op 11 maart 2009 heeft plaatsgevonden. Op 23 maart 2009 heeft de Commissie aan Electrabel een Letter of Facts toegezonden, waarin de onderneming wordt verzocht haar standpunt kenbaar te maken ten aanzien van diverse verklaringen over CNR in het jaarverslag 2003 van de groep Suez en in het jaarverslag 2004 van Electrabel. Electrabel heeft daarop geantwoord op 30 maart 2009.

(6)

Het Adviescomité voor concentraties werd op 14 mei 2009 om advies gevraagd over het bestaan van een inbreuk, en op 4 juni 2009 over het voorgenomen boetebedrag.

2.   De feiten

(7)

Op 23 december 2003 heeft Electrabel, een vooraanstaande Belgische elektriciteitsmaatschappij die behoort tot de Franse groep Suez (thans GDF Suez), van EDF aandelen verkregen van CNR, de tweede elektriciteitsmaatschappij in Frankrijk, en zo zijn reeds bestaande participatie in het kapitaal van CNR verhoogd tot 49,95 % en zijn stemrechten tot 47,92 %.

(8)

Daarenboven had Electrabel op 24 juli 2003 een aandeelhoudersovereenkomst gesloten met CDC, een holding onder zeggenschap van de Franse staat, die de tweede aandeelhouder is van CNR, met 29,43 % van het aandelenkapitaal en 29,80 % van de stemrechten. In deze aandeelhoudersovereenkomst hebben Electrabel en CDC zich ertoe verbonden op algemene aandeelhoudersvergaderingen zo te stemmen dat in het bestuur van CNR steeds twee van de drie leden vertegenwoordigers van Electrabel zijn, zodat Electrabel een gegarandeerde meerderheid heeft in de raad van bestuur.

(9)

Electrabel is ook de enige industriële aandeelhouder van CNR en heeft als zodanig de centrale rol overgenomen die EDF voorheen op zich nam bij het operationele beheer van de elektriciteitscentrales van CNR en de verkoop van de door deze centrales geproduceerde elektriciteit. Bij de verwerving, samen met OEW, van gezamenlijke zeggenschap over EnBW, een Duitse elektriciteitsmaatschappij, in 2001, had EDF zich ertoe verbonden van CNR een volkomen zelfstandige elektriciteitsproducent te maken en zich met ingang van 1 april 2001 terug te trekken uit het operationele beheer van de elektriciteitscentrales van CNR en uit de verkoop van de daardoor geproduceerde elektriciteit.

3.   Juridische beoordeling

(10)

De Commissie is, overeenkomstig haar vaste beschikkingspraktijk, van oordeel dat Electrabel, gezien de aanwezigheidsgraad op de aandeelhoudersvergaderingen van CNR in de voorgaande jaren en de sterke versnippering van het overige kapitaal van CNR, met 47,92 % van de stemrechten verzekerd was van een stabiele meerderheid in de aandeelhoudersvergaderingen van CNR. Electrabel heeft derhalve op 23 december 2003 een feitelijke uitsluitende zeggenschap verkregen over CNR.

(11)

Deze conclusie wordt extra gestaafd door de volgende factoren: i) dankzij de aandeelhoudersovereenkomst van juli 2003 met CDC was Electrabel verzekerd van een meerderheid in de raad van bestuur van CNR, die bij gewone meerderheid beslist over strategische kwesties (zoals de jaarlijkse begroting en het bedrijfsplan van CNR), hetgeen het zeggenschap gaf over de onderneming, en ii) als enige industriële aandeelhouder van CNR nam Electrabel het operationele beheer van de elektriciteitscentrales van CNR en de verkoop van de daardoor geproduceerde elektriciteit voor haar rekening na de terugtrekking van EDF.

(12)

Verscheidene schriftelijke verklaringen, zowel van vertegenwoordigers van Suez als van CNR, bevestigen dat CNR vanaf 2004 feitelijk werd beschouwd als een onderneming die deel uitmaakte van de groep Suez.

(13)

Om die redenen is de Commissie van oordeel dat Electrabel, door aldus op 23 december 2003 uitsluitende zeggenschap te verwerven over CNR zonder dit vooraf te hebben aangemeld en zonder de instemming van de Commissie te hebben verkregen, inbreuk heeft gemaakt op artikel 7, lid 1, van de oude concentratieverordening, die op het ogenblik van de feiten van toepassing was.

4.   De geldboete

(14)

Overeenkomstig artikel 14, lid 2, onder b), van de oude concentratieverordening kan de Commissie geldboeten van ten hoogste 10 % van de totale omzet van de betrokken ondernemingen in de zin van artikel 5 van de verordening opleggen, indien zij opzettelijk of uit onachtzaamheid een concentratie tot stand brengen die in strijd is met artikel 7, lid 1, van die verordening.

(15)

Wat de aard van de inbreuk betreft, valt op te merken dat de bepaling waarop Electrabel inbreuk heeft gemaakt, een van de hoekstenen is van de communautaire controle op concentraties, namelijk de verplichting om de totstandbrenging van een concentratie op te schorten tot wanneer de goedkeuring van de Commissie is verkregen, hetgeen een voorwaarde is om een voorafgaande controle op alle concentraties met een communautaire dimensie te kunnen uitoefenen. Aldus bekeken kan de inbreuk niet anders dan als ernstig van aard worden gekwalificeerd.

(16)

De zwaarte van de inbreuk wordt niet geringer door het feit dat de concentratie geen concurrentiebeperkende gevolgen heeft gehad, aangezien de inbreuk het principe zelf van een voorafgaande controle, dat van wezenlijk belang is wil de Commissie haar taak naar behoren vervullen, op losse schroeven zet. Het ontbreken van concurrentiebeperkende gevolgen is niettemin in aanmerking genomen bij het bepalen van het bedrag van de geldboete.

(17)

In het licht van de mededeling van de Commissie betreffende het begrip „concentratie” in Verordening (EEG) nr. 4064/89 en de vaste beschikkingspraktijk van de Commissie op het tijdstip van de inbreuk, kon Electrabel overigens niet onwetend zijn van het feit dat de verwerving van de participatie van EDF samen met de sluiting van een aandeelhoudersovereenkomst met CDC haar een feitelijke uitsluitende zeggenschap over CNR bezorgde.

(18)

Aanvullend zij erop gewezen dat Electrabel een vooraanstaande onderneming is die over ruime middelen beschikt en een aanzienlijke eerdere ervaring heeft met de communautaire concentratiecontrole, terwijl ook het doelwit van de operatie een vooraanstaande onderneming was (op één na belangrijkste elektriciteitsproducent in Frankrijk met een omzet van 553 miljoen EUR in 2003).

(19)

Ten slotte zijn er precedenten waarin geldboeten werden opgelegd wegens inbreuk op artikel 7, lid 1, van de oude concentratieverordening.

(20)

De Commissie stelt het bestaan vast van een inbreuk gedurende de periode van de dag waarop Electrabel de deelneming van EDF heeft verkregen (23 december 2003) tot de dag waarop de zeggenschapsdeelneming ter kennis van de Commissie werd gebracht (9 augustus 2007), d.w.z. 43 maanden en 17 dagen.

(21)

De Commissie erkent als verzachtende omstandigheid het feit dat Electrabel uit eigen beweging de zaak aan de Commissie heeft gemeld en nadien in de loop van de procedure haar medewerking heeft verleend.

(22)

Ten slotte hecht de Commissie er veel belang aan te waarborgen dat het niveau van de opgelegde geldboeten voldoende ontradend is. Dat aspect is bijzonder relevant gezien het economische belang van Electrabel.

(23)

Gelet op al het voorgaande, ten einde de inbreuk te bestraffen en rekening houdend met de specifieke omstandigheden van de zaak, heeft de Commissie overeenkomstig artikel 14, lid 2, onder b), van Verordening (EEG) nr. 4064/89 een geldboete van 20 000 000 EUR opgelegd.


(1)  PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1.

(2)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1.

(3)  Krachtens artikel 26, lid 2, van de nieuwe concentratieverordening blijft de oude concentratieverordening van toepassing op alle concentraties waarbij de zeggenschap is verworven vóór de inwerkingtreding van de nieuwe concentratieverordening. In de mededeling van punten van bezwaar wordt erop gewezen dat de zeggenschap over CNR is verworven op 23 december 2003, d.w.z. vóór de inwerkingtreding van de nieuwe concentratieverordening. Bijgevolg is de procedure gevoerd op grond van de oude concentratieverordening.


Top