Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32015D0362

    Besluit (EU) 2015/362 van de Raad van 2 maart 2015 tot vaststelling van het standpunt namens de Europese Unie in de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) over het verzoek van de Verenigde Staten om een WTO-ontheffing met het oog op voortzetting en verruiming van het toepassingsgebied van de Caribbean Basin Economic Recovery Act (CBERA) van de VS

    PB L 62 van 6.3.2015, p. 22–23 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2015/362/oj

    6.3.2015   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 62/22


    BESLUIT (EU) 2015/362 VAN DE RAAD

    van 2 maart 2015

    tot vaststelling van het standpunt namens de Europese Unie in de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) over het verzoek van de Verenigde Staten om een WTO-ontheffing met het oog op voortzetting en verruiming van het toepassingsgebied van de Caribbean Basin Economic Recovery Act (CBERA) van de VS

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 9,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    In artikel IX, leden 3 en 4, van de Overeenkomst van Marrakesh tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie („de WTO-overeenkomst”) worden de procedures vastgesteld voor het verlenen van ontheffingen betreffende de multilaterale handelsovereenkomsten in de bijlagen 1A, 1B of 1C bij de WTO-overeenkomst en de bijlagen bij die bijlagen.

    (2)

    Op 15 februari 1985 werd aan de Verenigde Staten een ontheffing van verplichtingen uit hoofde van artikel I, lid 1, van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel 1994 („de GATT 1994”) verleend voor de periode van 1 januari 1984 tot en met 30 september 1995. Op 15 november 1995 werd aan de Verenigde Staten een verlenging van die ontheffing verleend voor de periode tot en met 30 september 2005, en op 29 mei 2009 opnieuw, voor de periode tot en met 31 december 2014, zodanig dat de Verenigde Staten in rechtenvrije behandeling konden voorzien voor de invoer van in aanmerking komende producten van oorsprong uit begunstigde Centraal-Amerikaanse en Caribische landen en gebieden („de begunstigde landen”) aangewezen overeenkomstig de bepalingen van de Caribbean Basin Economic Recovery Act van 1983, als gewijzigd bij de Caribbean Basin Economic Recovery Expansion Act van 1990 en bij de United States-Caribbean Basin Trade Partnership Act, de Haitian Hemispheric Opportunity through Partnership Encouragement Act van 2006, de Haitian Hemispheric Opportunity through Partnership Encouragement Act van 2008 („de bestaande ontheffing”).

    (3)

    De Verenigde Staten hebben overeenkomstig artikel IX, lid 3, van de WTO-overeenkomst een verzoek ingediend om de bestaande ontheffing te mogen voortzetten tot en met 31 december 2019 en het toepassingsgebied van de bestaande ontheffing van hun verplichtingen uit hoofde van artikel I, lid 1, van de GATT 1994 zodanig te mogen verruimen dat de Verenigde Staten in rechtenvrije behandeling kunnen voorzien voor in aanmerking komende producten van oorsprong uit de begunstigde landen aangewezen overeenkomstig de bepalingen van de Caribbean Basin Economic Recovery Act van 1983, zoals gewijzigd bij de Caribbean Basin Economic Recovery Expansion Act van 1990 en bij de United States-Caribbean Basin Trade Partnership Act, de Haitian Hemispheric Opportunity through Partnership Encouragement Act van 2006, de Haitian Hemispheric Opportunity through Partnership Encouragement Act van 2008 en de Haitian Economic Lift Program Act van 2010.

    (4)

    Het inwilligen van het verzoek om een ontheffing uit hoofde van de WTO-overeeenkomst, zou geen negatieve invloed hebben op de economie van de Unie, noch op de handelsbetrekkingen met de begunstigden van de ontheffing. De Unie steunt bovendien in het algemeen acties tegen armoede en voor stabiliteit in de begunstigde landen.

    (5)

    Daarom moet worden vastgesteld dat namens de Unie in de Algemene Raad van de WTO ten aanzien van het ontheffingsverzoek van de Verenigde Staten een positief standpunt moet worden ingenomen,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Het standpunt dat namens de Unie in de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie moet worden ingenomen is dat zij het door de Verenigde Staten ingediende verzoek om een ontheffing van verplichtingen uit hoofde van artikel I, lid 1, van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel 1994 van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2019, in overeenstemming met de voorwaarden in dat verzoek, steunt.

    Dit standpunt zal door de Commissie tot uitdrukking worden gebracht.

    Artikel 2

    Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

    Gedaan te Brussel, 2 maart 2015.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    D. REIZNIECE-OZOLA


    Top