EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 21.4.2021
COM(2021) 205 final
BIJLAGE
bij de
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s
Bevordering van een Europese benadering van artificiële intelligentie
Inhoud
Gecoördineerd plan inzake artificiële intelligentie — Herziening 2021
Inleiding: samen met de lidstaten ervoor zorgen dat de EU wereldleider wordt op het gebied van op de mens gerichte AI
I.Ontsluitende voorwaarden scheppen voor de ontwikkeling en invoering van AI in de EU
1.Beleidsinzichten verwerven, bundelen en delen
2.Het potentieel van data benutten
3.Kritieke computercapaciteiten bevorderen
II.Zorgen dat de EU de plek wordt waar excellentie gedijt, van het lab tot de markt
4.Samenwerken met belanghebbenden, bijvoorbeeld via het Europees partnerschap inzake AI, data en robotica en via deskundigengroepen
5.Onderzoekscapaciteiten bouwen en mobiliseren
6.Zorgen voor instrumenten via een platform voor AI on demand en een omgeving voor ontwikkelaars om te testen en experimenteren (TEF’s) en voor kmo’s en overheden om AI in te voeren (EDIH)
7.Innovatieve ideeën en oplossingen voor AI financieren en opschalen
III.Ervoor zorgen dat AI ten dienste staat van mensen en een positieve kracht in de samenleving is
8.Talent voeden en het aanbod aan vaardigheden verbeteren die nodig zijn om een bloeiend AI-ecosysteem mogelijk te maken
9.Een beleidskader ontwikkelen om vertrouwen in AI-systemen te waarborgen
10.De visie van de EU ten aanzien van duurzame en betrouwbare AI in de wereld bevorderen
IV.Strategisch leiderschap opbouwen in sectoren waar de effecten groot zijn
11.AI inzetten voor klimaat en milieu
12.AI van de volgende generatie gebruiken om de gezondheid te verbeteren
13.De voorsprong van Europa behouden: strategie voor robotica in de wereld van AI
14.Van de publieke sector een pionier maken in het gebruik van AI
15.AI toepassen op rechtshandhaving, migratie en asiel
16.Mobiliteit slimmer, veiliger en duurzamer maken dankzij AI
17.AI ondersteunen voor duurzame landbouw
Conclusies:
Aanhangsel 1 — Termijn — kernacties
Aanhangsel 2 Analyse van nationale strategieën en investeringen op het gebied van AI
1.Overzicht van de nationale strategieën
2.Vooruitzichten — geplande nationale maatregelen
3.Investeringen van de lidstaten in AI
Gecoördineerd plan inzake artificiële intelligentie — Herziening 2021
Inleiding: samen met de lidstaten ervoor zorgen dat de EU wereldleider wordt op het gebied van op de mens gerichte AI
Het mondiale leiderschap van Europa bij de invoering van de nieuwste technologieën, het benutten van de voordelen en het bevorderen van de ontwikkeling van op de mens gerichte, duurzame, veilige, inclusieve en betrouwbare artificiële intelligentie (AI, ook wel kunstmatige intelligentie (KI) genoemd) is afhankelijk van het vermogen van de Europese Unie (EU) om op het gebied van AI investeringen te versnellen, actie te ondernemen en beleidsprioriteiten op elkaar af te stemmen. Dit is de belangrijkste boodschap en een van de uitgangspunten van deze 2021-herziening van het gecoördineerde plan.
Het gecoördineerde plan inzake KI van 2018 is een gezamenlijk engagement van de Europese Commissie en de lidstaten om samen te werken zodat Europa maximaal kan concurreren op mondiaal vlak
. In het plan werd de basis gelegd voor samenwerking, werden gebieden gedefinieerd waarop moet worden geïnvesteerd en werden de lidstaten aangemoedigd om nationale strategische visies op AI te ontwikkelen. De processen en openbare debatten die uit het gecoördineerde plan van 2018 zijn voortgevloeid in de lidstaten, de EU en de wereld, duiden erop dat het plan een essentiële eerste stap vormde op weg naar de vaststelling van een gemeenschappelijke richting en gemeenschappelijke doelstellingen voor een Europees beleid inzake AI. Als gevolg van de acties die in het gecoördineerde plan van 2018 werden overeengekomen en mogelijk werden gemaakt, hebben de meeste lidstaten nationale AI-strategieën goedgekeurd en zijn zij begonnen met de uitvoering hiervan; investeringen in AI zijn toegenomen en de EU kon de kritieke middelen bijeenbrengen om deze processen te ondersteunen
.
De 2021-herziening van het gecoördineerde plan is de volgende stap — hierin wordt een concrete reeks gezamenlijke acties voor de Europese Commissie en de lidstaten voorgesteld om te zorgen voor mondiaal leiderschap van de EU op het gebied van betrouwbare AI. De voorgestelde kernacties weerspiegelen de visie dat, om hierin te slagen, de Europese Commissie, de lidstaten en particuliere actoren werk moeten maken van:
-versnelde investeringen in AI-technologieën om een veerkrachtig economisch en sociaal herstel aan te zwengelen, gefaciliteerd door de invoering van nieuwe digitale oplossingen;
-actie met betrekking tot AI-strategieën en -programma’s door deze volledig en tijdig uit te voeren om ervoor te zorgen dat de EU haar pioniersvoordeel ten volle kan benutten; en
-de onderlinge afstemming van het AI-beleid om een einde te maken aan versnippering en mondiale uitdagingen aan te pakken.
Versnelde private en publieke investeringen gebruiken als hefboom voor beschikbare EU-middelen, bijvoorbeeld door middel van de programma’s Digitaal Europa (DEP) en Horizon Europa (HE) en de herstel- en veerkrachtfaciliteit. De Commissie heeft voorgesteld dat de Unie in de programmeringsperiode 2021-2027 ten minste 1 miljard EUR per jaar uit de programma’s Horizon Europa en Digitaal Europa in AI investeert. Deze financiering op EU-niveau moet leiden tot het aantrekken en bundelen van investeringen om de samenwerking tussen de lidstaten te bevorderen en de impact te maximaliseren door de krachten te bundelen, aangezien samen veel meer kan worden bereikt dan met ongecoördineerde, individuele inspanningen.
Het doel bestaat erin de publieke en private investeringen in AI geleidelijk te verhogen tot in totaal 20 miljard EUR per jaar in de loop van dit decennium. Daarnaast biedt de herstel- en veerkrachtfaciliteit een ongekende kans om te moderniseren en te investeren in AI om wereldleider te worden in de ontwikkeling en invoering van op de mens gerichte, betrouwbare, veilige en duurzame AI-technologieën
. De EU mag deze kans niet voorbij laten gaan. In dit gecoördineerde plan wordt een voorstel gedaan voor de manier waarop EU-financiering, met inbegrip van het DEP, HE en de herstel- en veerkrachtfaciliteit, kan worden gebruikt om gezamenlijke acties van de lidstaten te ondersteunen.
Actie met betrekking tot AI-strategieën en -programma’s door tijdige en concrete stappen te nemen die met financiering worden ondersteund: van voornemen tot actie. Het gecoördineerde plan van 2018 heeft aangetoond dat wanneer de lidstaten en de Europese Commissie gecoördineerd en gezamenlijk inspanningen leveren om de industrie en het publiek te betrekken bij de ontwikkeling en invoering van AI-technologieën, dit een aanzienlijke toegevoegde waarde kan opleveren voor de economie, het milieu en de samenleving van de EU. Dit betekent dat strategieën, initiatieven en programma’s het meeste opleveren wanneer ideeën voor samenwerking goed zijn ontworpen en gefinancierd en doelgericht worden aangewend. De ervaring van de EU met digitale-innovatiehubs (DIH’s) is een voorbeeld hiervan. Zowel de technologie als het overheidsbeleid op het gebied van AI is uitgerijpt en kan op brede schaal worden ingevoerd
. Wereldwijd is het aantal ondernemingen dat AI-technologieën gebruikt in het afgelopen jaar verdrievoudigd
. Ontwikkelingen op gerelateerde gebieden, zoals robotica en het “internet der dingen” ("internet of things" of IoT), verleggen de grenzen van de technologie en vergroten het potentieel voor AI-systemen. Niets doen zou tot aanzienlijke kosten kunnen leiden
. Om over te gaan van voornemen tot actie, wordt daarom met de herziening van 2021 een reeks specifieke acties voorgesteld met een duidelijk tijdschema en mogelijke mechanismen voor samenwerking en financiering.
Het AI-beleid afstemmen om mondiale uitdagingen aan te pakken en een einde te maken aan de versnippering: de versnippering tussen verschillende EU-acties en tussen nationale en EU-acties kan de invoering van AI vertragen en het moeilijker maken om voordelen te behalen. Daarom worden de voorgestelde acties op het gebied van milieu en gezondheid met deze herziening versterkt, teneinde de gezamenlijke acties inzake AI beter af te stemmen op het witboek over KI van 2020
, de Europese Green Deal en de EU-maatregelen naar aanleiding van de COVID-19-pandemie. In de nationale strategieën werd onder meer het belang onderstreept van het voortbouwen op en bevorderen van de op de mens gerichte, betrouwbare, veilige, duurzame en inclusieve benadering van AI. Daarnaast werd in de nationale strategieën benadrukt dat sectorspecifieke gezamenlijke acties moeten worden ontwikkeld
. In de herziening van 2021 is daarom rekening gehouden met het veranderende technologie- en beleidsklimaat en worden inzichten opgenomen die over een periode van twee jaar zijn verworven bij de uitvoering van het gecoördineerde plan en de door de lidstaten goedgekeurde strategieën. Deze afstemming wordt weerspiegeld in de voorgestelde nieuwe structuur van het gecoördineerde plan
.
Om investeringen in AI te versnellen, werk te maken van AI-strategieën en -programma's en AI-beleidslijnen op elkaar af te stemmen teneinde de kansen van AI-technologieën te grijpen en de Europese benadering van AI mogelijk te maken (d.w.z. op de mens gerichte, betrouwbare, veilige, duurzame en inclusieve AI, met volledige eerbiediging van onze Europese kernwaarden) worden in deze herziening van het gecoördineerde plan vier belangrijke reeksen voorstellen voor de Europese Unie en de lidstaten gedaan:
Ontsluitende voorwaarden scheppen voor de ontwikkeling en invoering van AI in de EU
-Beleidsinzichten verwerven, bundelen en delen (hoofdstuk 1)
-Het potentieel van data benutten (hoofdstuk 2)
-Kritieke computercapaciteiten bevorderen (hoofdstuk 3)
Zorgen dat de EU de plek wordt waar excellentie gedijt, van het lab tot de markt
-Samenwerken met belanghebbenden, bijvoorbeeld via het Europees partnerschap inzake AI, data en robotica en via deskundigengroepen (hoofdstuk 4)
-Onderzoekscapaciteiten opbouwen en mobiliseren (hoofdstuk 5)
-Zorgen voor een omgeving waarin ontwikkelaars kunnen testen en experimenteren (TEF’s) en waarin kleine en middelgrote ondernemingen en overheden AI kunnen gebruiken (EDIH) (hoofdstuk 6)
-De financiering en groei van innovatieve AI-ideeën en -oplossingen steunen (hoofdstuk 7)
Ervoor zorgen dat AI ten dienste staat van mensen en een positieve kracht in de samenleving is
-Talent voeden en het aanbod aan vaardigheden verbeteren die nodig zijn om een bloeiend AI-ecosysteem mogelijk te maken (hoofdstuk 8)
-Een beleidskader ontwikkelen om vertrouwen in AI-systemen te waarborgen (hoofdstuk 9)
-De visie van de EU ten aanzien van duurzame en betrouwbare AI in de wereld bevorderen (hoofdstuk 7)
Strategisch leiderschap opbouwen in sectoren waar de effecten groot zijn
-AI inzetten voor het klimaat en milieu (hoofdstuk 11)
-AI van de volgende generatie gebruiken om de gezondheid te verbeteren (hoofdstuk 12)
-De voorsprong van Europa behouden: strategie voor robotica in de wereld van AI (hoofdstuk 13)
-Van de publieke sector een pionier maken in het gebruik van AI (hoofdstuk 14)
-AI toepassen op rechtshandhaving, migratie en asiel (hoofdstuk 15)
-Mobiliteit veiliger en minder vervuilend maken dankzij AI (hoofdstuk 16)
-AI ondersteunen voor duurzame landbouw (hoofdstuk 17)
In lijn met het bovenstaande biedt de 2021-herziening van het gecoördineerde plan een overzicht van de acties die zijn ondernomen sinds de goedkeuring van het gecoördineerde plan van 2018 en een vooruitblik met concrete voorstellen en aanbevelingen voor verdere acties, waarbij gebieden worden aangemerkt waarop het partnerschap tussen de EU en de lidstaten bijzonder doeltreffend is om van Europa een hub voor de ontwikkeling en het gebruik van geavanceerde, op de mens gerichte AI te maken. De herziening van 2021 is erop gericht de bovenstaande doelstellingen te bevorderen en stelt veertien onderling samenhangende gebieden voor waarop de Europese Commissie en de lidstaten gezamenlijk actie kunnen ondernemen (zeven horizontale en zeven sectorale gebieden). Net zoals in het EU-witboek van 2020 en het gecoördineerde plan van 2018 worden in de 2021-herziening van het gecoördineerde plan de ontwikkeling en het gebruik van AI voor militaire doeleinden niet behandeld.
I.Ontsluitende voorwaarden scheppen voor de ontwikkeling en invoering van AI in de EU
Om de ontwikkeling en de invoering van AI te ondersteunen en de doelstellingen van dit gecoördineerde plan te behalen, is een aantal ontsluitende voorwaarden nodig. De eerste voorwaarde is een passend governance- en coördinatiekader. Een efficiënt en werkend governance- en coördinatiekader kan ertoe bijdragen schaalvoordelen te creëren, informatie- en transactiekosten tot een minimum te beperken en synergieën tussen de lidstaten mogelijk te maken. Data vormen de tweede ontsluitende voorwaarde. De ontwikkeling van AI-technologieën vereist vaak grote, kwalitatief hoogwaardige, veilige en robuuste datasets. Het is daarom belangrijk om ervoor te zorgen dat datastromen binnen de EU, met onze handelspartners en tussen sectoren mogelijk zijn, in lijn met het EU-acquis, waaronder de algemene verordening databescherming voor persoonsgegevens en de internationale toezeggingen van de Unie. De derde voorwaarde is computerinfrastructuur. Deze infrastructuur is nodig voor het opslaan, analyseren en verwerken van de steeds grotere datavolumes. Deze infrastructuur vereist op haar beurt nieuwe ontwikkelingen en benaderingen om de computercapaciteiten uit te breiden, bijvoorbeeld door middel van halfgeleiders die het mogelijk maken dat AI-algoritmen data opslaan, gebruiken en testen. Deze drie factoren zorgen samen voor brede ontsluitende voorwaarden voor het slagen van AI-technologieën in de EU.
Om ontsluitende voorwaarden voor de ontwikkeling en invoering van AI te scheppen en de samenwerking tussen de lidstaten en tussen de lidstaten en de Europese Commissie te verbeteren, wordt in het kader van de herziening voorgesteld de nadruk te leggen op drie kernacties: het opbouwen van een governancekader om beleidsinzichten met betrekking tot AI op doeltreffende wijze te verkrijgen, te verzamelen en te delen; het potentieel van data benutten om het volledige potentieel ervan te ontsluiten; kritieke computerinfrastructuur bevorderen om de capaciteitsopbouw te ondersteunen en de ontwikkeling van AI te verbeteren.
ONZE BELANGRIJKSTE VOORSTELLEN OM ONTSLUITENDE VOORWAARDEN TE SCHEPPEN
1.Beleidsinzichten verwerven, bundelen en delen
Kennis is de sleutel. Het delen van kennis en beleidsinzichten en het coördineren van beleidsacties en investeringen op een gebied dat zich snel ontwikkelt, zoals AI, kunnen een belangrijk concurrentievoordeel opleveren. Daarom kwamen de lidstaten en de Commissie in het gecoördineerde plan van 2018 een governancemechanisme voor gezamenlijke werkzaamheden overeen en stelden zij twee reeksen acties voor om beleidsinzichten op te bouwen en synergieën te ontwikkelen. De lidstaten werden aangemoedigd om nationale AI-strategieën of -programma’s vast te stellen (of een AI-dimensie toe te voegen aan andere relevante nationale strategieën of programma’s) en deze met elkaar en de Commissie te delen; en de Commissie zegde toe de ontwikkelingen te monitoren en deskundigheid te mobiliseren.
1.1. Maximaal profijt trekken uit nationale strategieën en de voorgestelde acties versnellen
Overzicht van ondernomen acties
Alle lidstaten hebben aanzienlijke inspanningen geleverd om nationale AI-strategieën te ontwikkelen of een AI-dimensie op te nemen in hun bestaande strategieën en programma’s
. De goedkeuring van nationale strategieën maakte een gestructureerde beschouwing van de prioriteiten en doelstellingen voor de ontwikkeling en invoering van AI mogelijk en gaf in veel lidstaten aanleiding tot een breder publiek debat. De uitwisseling van informatie over de nationale strategieën diende ook als input voor een gestructureerde dialoog tussen de lidstaten en de Commissie.
Zoals blijkt uit de analyse van de nationale strategieën, was de goedkeuring van nationale strategieën een belangrijke eerste stap op weg naar het vergemakkelijken en stroomlijnen van de Europese inspanningen op het gebied van AI. Dit proces droeg bij tot het vaststellen van de prioritaire sectoren voor gezamenlijke acties, voorzag in een solide overzicht van de belangrijkste investeringsprioriteiten die door de lidstaten waren gepland en gaf de mogelijke stappen voorwaarts aan voor gemeenschappelijke meerlandenprojecten en gezamenlijke activiteiten.
Vooruitzichten
De volgende stap is waarborgen dat de inspanningen van de lidstaten voor de ontwikkeling van de nationale strategieën concrete resultaten opleveren en leiden tot synergieën op EU-niveau. Om de lidstaten te steunen bij hun werkzaamheden voor de ontwikkeling en uitvoering van nationale AI-strategieën zal de Commissie het volgende blijven doen:
-het gebruik van en synergieën tussen nationale acties die zijn aangemerkt in de nationale AI-strategieën en gezamenlijke acties in het kader van het gecoördineerde plan vergemakkelijken. Dit kan maatregelen omvatten om coördinatiemechanismen te versterken en te voorzien in analyses en studies, bijvoorbeeld via AI Watch;
-de informatieverstrekking aan lidstaten over de praktische middelen, waaronder financiering, verbeteren om de ontwikkeling en invoering van AI te ondersteunen. In 2021 zal de Commissie de lidstaten bijvoorbeeld blijven informeren over de EU-financiering die beschikbaar is voor AI.
De lidstaten worden sterk aangemoedigd om:
-optimaal gebruik te maken van relevante financieringsmogelijkheden van de EU, waaronder de herstel- en veerkrachtfaciliteit, om de ontwikkeling en invoering van AI-technologieën op zowel nationaal als lokaal niveau te steunen en te versterken, op basis van de nationale strategieën, onder meer door middel van private investeringen aan te trekken;
-de nationale AI-strategieën indien nodig te herzien en bij te werken om ervoor te zorgen dat vastgestelde acties en investeringen in de praktijk volledig worden gerealiseerd en de Commissie dienovereenkomstig op te hoogte te stellen van de vooruitgang;
-instrumenten te ontwikkelen en te bevorderen die een regelmatige monitoring, coördinatie, evaluatie en uitwisseling van ervaringen en beste praktijken tussen een breed spectrum van belanghebbenden mogelijk maken;
-de steun voor en investeringen in gezamenlijke acties zoals vastgesteld in het gecoördineerde plan te versterken; en
-acties op nationaal/regionaal niveau te delen, te ontwikkelen en uit te voeren die in andere lidstaten succesvol zijn gebleken, zoals succesvolle nationale initiatieven voor de ontwikkeling en bevordering van een virtueel datapakhuis.
1.2.Ten volle profiteren van de technische deskundigheid van deskundigengroepen voor AI die mogelijk zijn gemaakt door de Europese Commissie
Technologische en sociaaleconomische ontwikkelingen in verband met AI zijn zeer dynamisch en vereisen vaak specialistische deskundigheid. Om de vooruitgang en invoering van AI-technologieën te monitoren en empirisch onderbouwd beleid inzake AI mogelijk te maken, heeft de Commissie daarom aanzienlijke inspanningen verricht om deskundigheid te mobiliseren, data te verzamelen, ontwikkelingen te monitoren en standpunten van belanghebbenden in verband met AI te verzamelen en te analyseren.
Overzicht van ondernomen acties
Om deskundigheid in verband met AI-technologieën te mobiliseren, heeft de Commissie drie horizontale deskundigengroepen opgericht:
-de deskundigengroep op hoog niveau inzake AI
— deze groep heeft de ethische gevolgen van AI voor de beleidsvorming uitgebreid geanalyseerd en tijdens haar mandaat drie documenten geproduceerd:
-ethische richtsnoeren voor betrouwbare KI
;
-beleids- en investeringsaanbevelingen voor betrouwbare AI
; en
-een evaluatielijst voor betrouwbare AI (ALTAI)
;
-de deskundigengroep op hoog niveau over de gevolgen van de digitale transformatie voor de arbeidsmarkt van de EU — in 2019 heeft deze groep een verslag gepubliceerd met aanbevelingen, waaronder beleidsacties voor de EU, de lidstaten, ondernemingen en andere belanghebbenden voor de korte, middellange en lange termijn om de digitale transformatie van de arbeidsmarkt vorm te geven en soepel, inclusief en op mensen gericht te maken
;
-de deskundigengroep voor aansprakelijkheid en nieuwe technologieën — deze groep heeft in 2019 een verslag gepubliceerd over de aansprakelijkheid voor artificiële intelligentie en andere opkomende digitale technologieën.
Bovenop de horizontale groepen waren er sectorale deskundigengroepen die zich op specifieke beleidsterreinen richten die gevolgen ondervinden van de toepassing van AI-technologieën, waaronder autonome voertuigen
, luchtvaart, mobiliteit en vervoer, binnenlandse zaken
en opkomende veiligheidsrisico’s
. Deze werkzaamheden zorgden voor waardevolle deskundigheid en droegen bij tot lopende beleidsdiscussies op EU-niveau over AI-kwesties, onder meer over de uitdagingen en mogelijkheden die AI-technologieën met zich meebrengen en de beleidsantwoorden die deze vragen.
In 2018 ontwikkelde en startte de Commissie (in samenwerking met de lidstaten) AI Watch
om ontwikkelingen in verband met AI-technologieën te monitoren. AI Watch monitort de industriële, technologische en onderzoekscapaciteit, AI-beleidsinitiatieven in de lidstaten, investeringen, AI-vaardigheden, AI-ontwikkelingen en -invoering en de gevolgen hiervan voor de economie, samenleving en openbare diensten. In de eerste twee jaar publiceerde AI Watch studies ter ondersteuning van empirisch onderbouwde beleidsvorming
en ter onderbouwing van het publieke debat over AI
.
De Commissie heeft in 2018 ook een platform voor innovatieve openbare diensten (IPSO) gecreëerd om de goedkeuring en het gebruik van opkomende en disruptieve technologieën voor openbare dienstverlening, met inbegrip van AI-technologieën, te monitoren. Om de invoering van opkomende digitale en belangrijke ontsluitende technologieën (waaronder AI) op het gebied van industriële ontwikkeling te monitoren, is zij in 2020 ook een project inzake geavanceerde technologieën voor de industrie (ATI) gestart. De Commissie gaf bovendien opdracht voor een enquête over het gebruik van op AI gebaseerde technologieën door EU-bedrijven
.
In 2020 begon Eurostat met het verzamelen van data over de invoering van AI in de EU. De eerste dataset werd verzameld aan de hand van vier afgeleide indicatoren in verband met AI, met de nadruk op chatbots, analyses op basis van big data met machinaal leren, analyses op basis van big data met natuurlijke taalverwerking en dienstenrobots.
Met het oog op het verzamelen van de standpunten van belanghebbenden over de AI-strategie van de EU was een open raadpleging, die volgde op de publicatie van het witboek over KI van 2020, een belangrijk initiatief. Hierbij werden standpunten op drie brede gebieden verzameld: acties voor het opbouwen van een ecosysteem van excellentie; opties voor een regelgevingskader voor AI; en acties in verband met de veiligheids- en aansprakelijkheidsaspecten van AI
. Naast hun antwoorden op de openbare raadpleging leverden de lidstaten feedback over mogelijke wijzigingen van het gecoördineerde plan en gezamenlijke actie door middel van discussies in de groep over AI en de digitalisering van de Europese industrie
en bilaterale raadplegingen met de Commissie.
Om de samenwerking met belanghebbenden over aan AI gerelateerde onderwerpen te verbreden, heeft de Commissie een onlineforum opgericht, de AI-alliantie
, dat een platform biedt voor ongeveer 4 000 belanghebbenden van overal ter wereld om informatie uit te wisselen en de technologische en maatschappelijke implicaties van AI te bespreken
. De Commissie heeft in juni 2019 en oktober 2020 vergaderingen van de AI-alliantie georganiseerd
.
Vooruitzichten
Om deskundigheid te mobiliseren, lopende ontwikkelingen te monitoren en data over AI te verzamelen, zal de Commissie:
-de verzameling van data over de invoering van AI blijven verbeteren — Eurostat zal in 2021 een volledige module over AI starten, met betrekking tot de invoering van zeven AI-technologieën, het gebruik van AI-technologieën, de aankoop en belemmeringen voor het gebruik. AI Watch zal de invoering van AI-technologieën blijven monitoren en hierover data blijven verzamelen, ook in de publieke sector;
-de werkzaamheden van de AI-alliantie blijven steunen, door het platform van de alliantie te beheren en jaarlijkse vergaderingen van de AI-alliantie te organiseren met een breed scala aan belanghebbenden om te voorzien in een kader voor input voor de EU-beleidsvorming inzake AI; en
-ontwikkelingen blijven evalueren en de noodzakelijke kennis blijven vergaren met betrekking tot AI-technologieën. Dit kan, indien nodig, bijvoorbeeld nieuwe deskundigengroepen of sectorale initiatieven op het gebied van AI omvatten die input zouden leveren voor de AI-beleidsvorming van de EU of die de Commissie zouden bijstaan bij het evalueren van de acties die nodig zijn om de uitvoering van het EU-beleid en de voorgestelde wetgeving inzake AI-technologieën door de lidstaten te ondersteunen.
De Commissie zal, in samenwerking met de lidstaten:
-analyseren en uiterlijk in 2022 voorstellen hoe de monitoring van de ontwikkeling, invoering en impact van AI-technologieën in de EU, in de private en publieke sector, kan worden versterkt. Hierbij zal worden voortgebouwd op de lessen die zijn getrokken uit de werkzaamheden van AI Watch en de initiatieven voor nationale waarnemingsposten voor AI. In het kader van de analyse zal ook worden nagedacht over de manier waarop synergieën en verbanden met bestaande monitoringsmechanismen, toekomstige EU-governancestructuren voor AI of internationale monitoringsactiviteiten verder kunnen worden versterkt en ontwikkeld; en
-de uitvoering van het gecoördineerde plan regelmatig controleren om te waarborgen dat het actueel blijft. Op basis van de feedback van de lidstaten over de herziening van 2021 en in samenwerking met andere EU-instellingen en -organen, zal de Commissie in 2022 een tijdschema, een matrix en een methode voorstellen voor de volgende herziening van het gecoördineerde plan.
1.3.De uitwisselingen en samenwerking versterken via de lidstatengroep artificiële intelligentie en digitalisering Europese industrie
De actie om de samenwerking tussen de lidstaten en tussen de lidstaten en de Commissie te vergemakkelijken, wordt verder ondersteund door governancemechanismen die de uitwisseling van informatie vergemakkelijken en helpen de strategische richting voor samenwerking op het gebied van het AI-beleid vast te stellen.
Overzicht van ondernomen acties
De lidstatengroep artificiële intelligentie en digitalisering Europese industrie (hierna “lidstatengroep AI en DEI” genoemd), die met betrekking tot technische zaken werd ondersteund door een sherpagroep, heeft de discussies tussen de lidstaten en de Commissie aangestuurd. De groep speelde een belangrijke rol bij de ontwikkeling en herziening van het gecoördineerde plan. Hij kwam regelmatig bijeen
en zorgde voor de coördinatie tussen de nationale ministeries en andere belanghebbenden, bijvoorbeeld in de industrie, de academische wereld en het maatschappelijk middenveld. In de jaren na de goedkeuring van het gecoördineerde plan van 2018 heeft de groep alle belangrijkste gebieden waarop hij zich richt, aangepakt, met inbegrip van AI-excellentiecentra, test- en experimenteerfaciliteiten (TEF’s), het wettelijke kader, testomgevingen voor de regelgeving, data, vaardigheden, AI voor de Green Deal, AI voor gezondheid, DIH’s en AI op het gebied van beveiliging.
Vooruitzichten
Om governancemechanismen voor samenwerking mogelijk te maken: zal de lidstatengroep artificiële intelligentie en digitalisering Europese industrie, met ondersteuning van de Commissie:
-de discussies tussen de lidstaten en de Commissie blijven aansturen
— de groep zal zich bezighouden met thematische of sectorale diepgaande analyses van onderwerpen zoals normalisatieactiviteiten, de sociaaleconomische impact van AI, financieringsmogelijkheden, maatregelen om startende ondernemingen te steunen, steun voor de invoering en verwerving van AI in de publieke sector, AI en cyberbeveiliging en AI en mobiele connectiviteit.
De Commissie zal, met steun van de lidstaten:
-blijven evalueren of het noodzakelijk is om te zorgen voor samenwerking en netwerken op EU-niveau teneinde EU-capaciteiten op te bouwen; en
-in samenwerking met het toekomstige medegeprogrammeerde partnerschap voor AI, data en robotica, beste praktijken van de lidstaten blijven uitwisselen met betrekking tot de ontwikkeling, de uitrol en de invoering van AI-systemen.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-de samenwerking te vergemakkelijken en een systeem van regionale AI-netwerken te creëren; en
-discussies over het opzetten van nationale coalities mogelijk te maken en de uitwisseling van beste praktijken tussen de lidstaten en belanghebbenden te vergemakkelijken met betrekking tot bestaande nationale AI-coalities, door belanghebbenden uit de publieke en private sector samen te brengen, bijvoorbeeld in gezamenlijke workshops over thematische gebieden van gemeenschappelijk belang. Deze actie zal, samen met het medegeprogrammeerde partnerschap voor AI, data en robotica, de grensoverschrijdende samenwerking ondersteunen en meer belanghebbenden aantrekken.
2.Het potentieel van data benutten
De beschikbaarheid van kwalitatief hoogwaardige data over onder meer diversiteit, non-discriminatie en de mogelijkheid om data van verschillende bronnen te gebruiken, samen te voegen en te hergebruiken op een wijze die in overeenstemming is met de AVG, is een essentiële vereiste en voorwaarde voor de ontwikkeling en uitrol van bepaalde AI-systemen. Het delen van data, met name tussen ondernemingen, vindt echter nog niet op toereikende schaal plaats, vanwege een gebrek aan economische prikkels, een gebrek aan vertrouwen en een gebrek aan juridische duidelijkheid. Daarom werd in het gecoördineerde plan van 2018 voorgesteld gemeenschappelijke Europese dataruimten te creëren voor een naadloze grensoverschrijdende data-uitwisseling. In het plan werd bovendien gewezen op het belang van de ontwikkeling van pan-Europese computerinfrastructuur en clouddiensten, met name gezien de internationale concurrentie om toegang tot data.
Overzicht van ondernomen acties
Op 19 februari 2020 keurde de Commissie een Europese datastrategie
goed, die erop gericht is een eengemaakte markt voor data te creëren om het mondiale concurrentievermogen van Europa te waarborgen. Dit houdt in dat de juiste prikkels voor het delen van data moeten worden gecreëerd, waarbij praktische, eerlijke, niet-discriminerende en duidelijke regels voor de toegang tot en het gebruik van data worden vastgesteld, in lijn met de Europese waarden en rechten, zoals de regels inzake de bescherming van persoonsgegevens, de consumentenbescherming en de mededinging. Het betekent ook dat data van de publieke sector breder beschikbaar worden gemaakt door hoogwaardige datasets vrij te geven en het hergebruik hiervan voor innovatieve doeleinden toe te staan.
In juni 2020 publiceerde de Commissie een verslag over het delen van data tussen bedrijven en overheden (B2G) van een deskundigengroep op hoog niveau, dat een reeks beleids-, rechts- en financieringsaanbevelingen bevat om van B2G-data-uitwisseling in het openbaar belang in de EU een schaalbare, verantwoorde en duurzame praktijk te maken. In de Europese datastrategie wordt data-uitwisseling ook bevorderd, onder meer tussen bedrijven (B2B).
In het kader van de follow-up van de datastrategie stelde de Commissie op 25 november 2020 een nieuwe datagovernanceverordening voor. De voorgestelde verordening bevat een aantal maatregelen om het vertrouwen in het delen van data, waaronder B2B-praktijken, te vergroten en moet op deze manier meer kwalitatief hoogwaardige data beschikbaar maken voor AI-toepassingen. Met de verordening worden nieuwe EU-regels inzake neutraliteit gecreëerd zodat nieuwe data-tussenpersonen kunnen optreden als betrouwbare organisatoren van data-uitwisseling. De verordening omvat maatregelen om het gebruik van bepaalde data in het bezit van de overheid makkelijker te maken. Zij voorziet in de middelen om het eenvoudiger en veiliger te maken voor ondernemingen en personen om hun data onder duidelijke voorwaarden vrijwillig beschikbaar te maken voor het bredere algemene belang. In de verordening wordt opgeroepen tot de oprichting van een “Europese Raad voor data-innovatie” teneinde sectoroverschrijdende normalisatie en interoperabiliteit te ondersteunen en hierover advies uit te brengen, hetgeen een essentieel element is om de beschikbaarheid van kwalitatief hoogwaardige data te verzekeren. De datagovernanceverordening kan, indien nodig, worden aangevuld met sectorale wetgeving.
Vooruitzichten
Om acties met betrekking tot data te ondersteunen, zal de Commissie:
-een voorstel voor een datawet goedkeuren om het gebruik van data die in privébezit zijn door de overheid (B2G) te bevorderen en problemen aan te pakken in verband met de toegang tot data en het gebruik ervan in B2B-situaties, en met name niet-persoonsgebonden data die afkomstig zijn van voorwerpen die verbonden zijn met het internet der dingen (kwartaal 3, 2021)
; en
-een uitvoeringshandeling voorstellen over het voor hergebruik vrij beschikbaar maken van hoogwaardige datasets van de publieke sector in een machineleesbaar formaat voor hergebruik (kwartaal 2, 2021)
.
De Commissie zal, in samenwerking met de lidstaten:
-een Europese alliantie voor industriële data, edge en cloud starten teneinde private en publieke actoren de krachten te laten bundelen en de industriële positie van Europa op de mondiale markt voor cloud- en edgecomputing te versterken. De voornaamste rol van de alliantie zal bestaan in de coördinatie van publieke en private investeringen in onderzoek, ontwikkeling en uitrol van cloudcapaciteiten van de volgende generatie op lokaal, nationaal, en EU-niveau. De alliantie zal worden verbonden met de Europese dataruimten en derhalve innovatieve omgevingen voor data-uitwisseling bevorderen op basis van open, interoperabele, veilige en hulpbronnenefficiënte cloud- en edgeoplossingen. Zij zal bovendien synergieën bevorderen tussen de werkzaamheden voor de Europese cloudfederatie en initiatieven van de lidstaten
;
-investeren in Europese dataruimten en de Europese cloudfederatie, via het programma Digitaal Europa, de financieringsinstrumenten van de Connecting Europe Facility (CEF2) en andere instrumenten, zoals EU4Health voor de Europese ruimte voor gezondheidsgegevens. Meer specifiek zal de Commissie met eerste oproepen tot het indienen van voorstellen in het kader van Digitaal Europa en CEF2, die in het tweede kwartaal van 2021 moeten worden gepubliceerd:
-sectorspecifieke acties starten, zoals aangekondigd in de Europese datastrategie
, om Europese dataruimten voor industriële productie, de Green Deal, mobiliteit, gezondheid, financiën, energie, landbouw, openbaar bestuur en vaardigheden te creëren;
-mede-investeren in de acties die gericht zijn op de ontwikkeling van innovatieve en energie-efficiënte cloud-to-edgediensten en -infrastructuur, middlewareplatforms en de interconnectie van bestaande capaciteiten voor dataverwerking in de lidstaten;
-in het kader van cluster 4 “Digitaal, industrie en ruimte” van Horizon Europa het onderzoek, de ontwikkeling en de invoering van computer- en datatechnologieën en -infrastructuren van de volgende generatie blijven ondersteunen, om de totstandbrenging van een Europese eengemaakte markt voor data, met de bijbehorende dataruimten en een betrouwbaar en veilig AI-ecosysteem mogelijk te maken. De eerste oproepen tot het indienen van voorstellen zullen in april 2021 worden gepubliceerd; en
-alle belangstellende lidstaten begeleiden bij het opzetten van een mogelijk belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang (IPCEI), dat gericht is op cloudinfrastructuur van de volgende generatie en hieraan gerelateerde diensten.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-te investeren in het versterken van de positie van Europa op het gebied van cloud- en edgetechnologieën van de volgende generatie en het gebruik van de cloud te bevorderen met hun nationale herstel- en veerkrachtplannen, in lijn met het illustratieve onderdeel van het vlaggenschipinitiatief “Opschaling” van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, ook door middel van meerlandenprojecten.
3.Kritieke computercapaciteiten bevorderen
Zonder de computerinfrastructuur zal de beschikbaarheid van data geen toegevoegde waarde opleveren
. De Commissie neemt daarom maatregelen om de ontwikkeling van technologische systemen en dataverwerkingsinfrastructuur van de volgende generatie te ondersteunen, om het gebruik van data voor AI mogelijk te maken
.
Overzicht van ondernomen acties
Om de ontwikkeling van capaciteiten voor high-performance computing (HPC) in Europa te ondersteunen, coördineert de Gemeenschappelijke Onderneming EuroHPC de inspanningen en bundelt zij de middelen van 32 deelnemende landen teneinde een infrastructuur voor supercomputing van wereldklasse te ontwikkelen en uit te rollen die overal in Europa eenvoudig en veilig toegankelijk is.
De belangrijkste trends voor AI-hardware kunnen als volgt worden samengevat: 1) AI-oplossingen van de volgende generatie zullen krachtiger en energie-efficiënter moeten zijn om te voorzien in de behoeften van steeds geavanceerdere trainingsmodellen en 2) computing zal steeds verder naar de “edge” moeten verschuiven, op apparaten die zich dichter bij gebruikers bevinden en waarop realtime AI-toepassingen kunnen worden uitgevoerd. Deze trends vereisen een aanpassing van de infrastructuur en de Commissie zet stappen, zoals hieronder uiteengezet, om de volgende generatie computerinfrastructuur mogelijk te maken.
De EU richt zich dan ook op acties ter ondersteuning van de ontwikkeling van AI-hardware. AI-modellen vereisen steeds meer rekenkracht en bijgevolg is een snelle toegang tot data uit het geheugen van groot belang voor AI-infrastructuur, dat wil zeggen efficiënte processoren die hoge prestaties leveren. Daarnaast leiden AI-modellen tot een zeer hoog energieverbruik en is een dergelijke vraag naar energie niet duurzaam, aangezien AI-technologieën steeds meer doordringen in ons dagelijks leven. De invoering van AI vereist daarom toegang tot speciale AI-processoren met een laag verbruik die het noodzakelijke verwerkingsvermogen bieden en vele malen efficiënter zijn dan processoren voor algemene doeleinden. Op dit onderzoeksgebied kunnen nieuwe, op hersenen geïnspireerde technologieën, zoals neuromorfische computing, bijvoorbeeld baanbrekende energie-efficiëntie opleveren. In deze context heeft de Commissie in het kader van Horizon 2020 pionierswerk ondersteund op het gebied van AI-technologieën met een laag verbruik en ondersteunt zij initiatieven voor de verdere ontwikkeling en exploitatie van dergelijke competenties in het kader van Horizon Europa via onderzoeksacties met betrekking tot nieuwe architectuur voor processoren met een zeer laag verbruik, alsook via het Europees partnerschap voor digitale sleuteltechnologieën (KDT), met een bijzondere nadruk op edge-AI-toepassingen.
Het vlaggenschipinitiatief “Opschaling” van de Jaarlijkse strategie voor duurzame groei voor 2021 is onder meer gericht op investeringen in geavanceerde micro-elektronica, met bijzondere aandacht voor processoren zoals AI-chips. In december 2020 ondertekenden achttien lidstaten een verklaring over processoren en halfgeleidertechnologieën om de positie van de EU op het gebied van ontwerp- en productiecapaciteiten voor geavanceerde chips te consolideren. In 2019-2020 werd met de projecten AI4DI, TEMPO, en ANDANTE in het kader van de Gemeenschappelijke Onderneming Elektronische Componenten en Systemen voor Europees Leiderschap (Ecsel) de infrastructuur voor AI aangepakt. Een ander gebied van ontwikkeling en financiering dat door de Commissie wordt ondersteund, is fotonica. Het combineren van elektronica met optische elementen kan zorgen voor AI-integratie op het gebied van beelddetectie en het energieverbruik en vertragingen in neurale netwerken beperken.
Vooruitzichten
Om het ontwerp en productiesysteem van processoren en halfgeleiders in Europa te bevorderen en de industriële aanwezigheid in de toeleveringsketen uit te breiden, zal de Commissie, met steun van de lidstaten:
-een Industriële Alliantie voor micro-elektronica oprichten om strategische stappenplannen en onderzoeks- en investeringsplannen voor het ontwerp, de uitrol en de productie van AI, dataverwerking en communicatie vast te stellen, waarbij volledig rekening wordt gehouden met het volledige ecosysteem voor halfgeleiders en de hieraan gerelateerde componenten. Dit zal bijdragen tot de versterking van het ecosysteem voor het ontwerp van elektronica en de totstandbrenging van de productiecapaciteit op vergevorderde knooppunten;
-de voorbereidende werkzaamheden met alle belangstellende lidstaten voor een mogelijk belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang (IPCEI) in 2021 faciliteren, waarbij de nadruk wordt gelegd op de volgende generatie geavanceerde processoren voor AI, dataverwerking en communicatie;
-zorgen voor een speciale test- en experimenteerfaciliteit, met steun uit het programma Digitaal Europa, voor edge-AI-componenten en -systemen, met een aanbesteding die in het tweede kwartaal van 2021 zal worden uitgeschreven, voor een infrastructuur van wereldklasse voor het testen en valideren van geavanceerde AI-computertechnologieën voor een breed scala aan toepassingen;
-investeren in onderzoek en innovatie voor de computerbehoeften van edge-AI met een laag verbruik door middel van het geïnstitutionaliseerde Europese partnerschap voor KDT in het kader van Horizon Europa (kwartaal 3, 2021). Dit partnerschap, dat voortbouwt op de bestaande gemeenschappelijke onderneming Ecsel, zal het potentieel van Europa vergroten om te innoveren op het gebied van elektronische componenten en systemen en hieraan gerelateerde softwaretechnologieën. Een van de belangrijkste strategische doelstellingen zal bestaan in de ontwikkeling van AI-verwerkingsoplossingen, met name voor edge- en ingebedde toepassingen. Door middel van gezamenlijke acties zullen sleuteltechnologieën zorgen voor vertrouwde en veilige oplossingen met een laag verbruik om een computerecosysteem van excellentie en vertrouwen mogelijk te maken.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-de ontwikkeling van nationale geïntegreerde grootschalige infrastructuur voor databeheer en HPC voort te zetten om onderzoek, innovatie en de ontwikkeling van vaardigheden op het gebied van AI te ondersteunen aan de hand van regionale, nationale en Europese DIH’s;
-te waarborgen dat organisaties uit de academische wereld, industrie en publieke sector nationale infrastructuur voor en deskundigheid op het gebied van HPC en databeheer kunnen benutten om hun AI-innovatie en -toepassingen te optimaliseren en op te schalen; en
-met hun nationale herstel- en veerkrachtplannen te investeren in de versterking van de positie van Europa op het gebied van processoren en halfgeleidertechnologieën voor AI, in lijn met het illustratieve onderdeel van het vlaggenschipinitiatief “Opschaling” van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, door middel van meerlandenprojecten.
II.Zorgen dat de EU de plek wordt waar excellentie gedijt, van het lab tot de markt
Voor de ontwikkeling en invoering van AI-technologieën zijn naast data- en computerinfrastructuur ook gerichte acties en voldoende middelen nodig, evenals aandacht voor excellentie op het gebied van onderzoek en innovatie (O&I), de beschikbaarheid van het nodige talent en de nodige vaardigheden, een ondersteunend beleidskader en internationale coördinatie. Deze acties zijn “horizontaal”, d.w.z. hebben betrekking op alle beleidsterreinen, en dragen ertoe bij dat in de Europese Unie excellentie gedijt, van het lab tot de markt. De voorgestelde “horizontale” gezamenlijke acties beslaan een volledige AI-levenscyclus. Zij omvatten acties om een ecosysteem van excellentie mogelijk te maken, met inbegrip van fundamenteel en toepassingsgericht onderzoek van wereldklasse, ontwikkeling, uitrol en commercialisering/invoering van AI, evenals maatregelen om het vertrouwen in AI-technologieën te ondersteunen, talent en vaardigheden te voeden en het mondiale bereik van de EU te verbeteren.
ONZE BELANGRIJKSTE VOORSTELLEN VOOR EXCELLENTIE
4.Samenwerken met belanghebbenden, bijvoorbeeld via het Europees partnerschap inzake AI, data en robotica en via deskundigengroepen
Dit deel is gericht op acties die essentieel zijn om een stappenplan voor excellentie en voor een bredere verspreiding van AI te definiëren en samen te ondersteunen.
Overzicht van ondernomen acties
Europese partnerschappen brengen de Commissie, de lidstaten en private en/of publieke partners samen om de meest urgente uitdagingen van Europa aan te pakken en op te lossen en de industrie te moderniseren door middel van gezamenlijke onderzoeksinitiatieven en innovatie-initiatieven. De partnerschappen bieden onder andere een wettelijke structuur voor het bundelen van middelen en het verwerven van een kritische massa en zorgen ervoor dat de financiering voor onderzoek in innovatie overal in de EU efficiënter wordt door financiële en menselijke middelen en infrastructuur te delen. Partnerschappen maken het ook mogelijk een interne markt voor innovatieve producten en diensten te creëren, zorgen ervoor dat innovatieve technologieën de markt snel kunnen bereiken en zorgen ervoor dat de inspanningen op het gebied van onderzoek en innovatie zo groot zijn als nodig om kritieke maatschappelijke uitdagingen en belangrijke beleidsdoelstellingen van de EU aan te pakken.
Diverse partnerschappen van Horizon 2020 waren specifiek relevant voor AI-technologieën. Het Big Data Value Public Private Partnership (PPP) tussen de Europese Commissie en de Big Data Value Association (BDVA) is erop gericht samen te werken op het gebied van aan data gerelateerd onderzoek en innovatie, de opbouw van gemeenschappen rond data te verbeteren en de basis te leggen voor een bloeiende data-economie in Europa. In het Robotics PPP (SPARC) worden de Europese roboticasector, de academische wereld en de Europese Commissie samengebracht om de concurrentiepositie van de Europese roboticasector te versterken en de excellentie van zijn wetenschappelijke basis te bevorderen.
Het contractuele publiek-private partnerschap voor high-performance computing (HPC) ging in 2014 van start om de volgende generatie HPC-technologieën, -toepassingen en -systemen te ontwikkelen op weg naar exaschaal en om te zorgen voor excellentie bij de levering en het gebruik van HPC-toepassingen
. Per december 2018 werd dit partnerschap opgeheven met de oprichting van de Gemeenschappelijke Onderneming Europese high-performance computing (hierna “Gemeenschappelijke Onderneming EuroHPC” genoemd) en trad de private kant toe tot de Gemeenschappelijke Onderneming EuroHPC. De Gemeenschappelijke Onderneming EuroHPC stelt de EU en de deelnemende landen in staat hun inspanningen te coördineren en hun middelen te bundelen om exaschaalsupercomputers van wereldklasse uit te rollen en Europa tot wereldleider op het gebied van HPC te maken, waarbij wordt gezorgd voor computeroplossingen en een verbeterde samenwerking op het gebied van geavanceerd wetenschappelijk onderzoek.
De Gemeenschappelijke Onderneming Elektronische Componenten en Systemen voor Europees Leiderschap (Ecsel) is de eerste gemeenschappelijke onderneming met een governance die is gebaseerd op een tripartiet model (Commissie, deelnemende landen en de industrie). De gemeenschappelijke onderneming is erop gericht te waarborgen dat Europa over deskundigheid van wereldklasse op het gebied van belangrijke ontsluitende technologieën beschikt, en een leidende concurrentiepositie inneemt op het gebied van hardware en ingebedde software, die essentieel zijn voor de ontwikkeling en uitrol van digitale systemen op basis van AI.
Het PPP voor fotonica (Photonics21) is erop gericht van Europa een leider te maken in de ontwikkeling en uitrol van fotonicatechnologieën op verschillende toepassingsgebieden, zoals ICT, verlichting, industriële productie, levenswetenschappen en veiligheid. Het PPP Fabrieken van de toekomst voor een geavanceerde productie is erop gericht de volgende industriële revolutie te ontketenen (Factories 4.0).
Vooruitzichten
De Commissie zal Europese partnerschappen in het kader van Horizon Europa blijven steunen en de strategische benadering van onderzoek en innovatie (O&I) op het gebied van AI-technologieën verbeteren.
In 2021 zal de Commissie:
-onder andere de volgende Europese partnerschappen oprichten die relevant zijn voor AI:
-een medegeprogrammeerd Europees partnerschap inzake AI, data en robotica
— de belangrijkste doelstelling hiervan is het stimuleren van innovatie, de invoering en aanvaarding van AI-, data- en robottechnologieën. Het partnerschap zal bruggen bouwen tussen belanghebbenden die het succes van een op de mens gerichte en betrouwbare Europese visie op AI mogelijk maken
. Het zal zorgen voor banden met de lidstaten en een overzicht bieden van belangrijk nationaal beleid en belangrijke nationale initiatieven door nationale en/of regionale ambassadeurs te benoemen;
-een follow-up uitvoeren van haar voorstel van september 2020 voor een nieuwe verordening ter vervanging van de verordening van de Raad tot oprichting van de Gemeenschappelijke Onderneming EuroHPC — hierin worden een ambitieuze missie en een veel hogere begroting voor 2021-2033 vastgesteld om Europa te voorzien van een wereldwijd toonaangevende hyperverbonden infrastructuur voor supercomputing en kwantumcomputing;
-door middel van de enkele basishandeling een geïnstitutionaliseerd Europees partnerschap voor digitale sleuteltechnologieën (KDT) voorstellen. Dit partnerschap moet voortbouwen op de verwezenlijkingen van de gemeenschappelijke onderneming Ecsel en de belangrijkste doelstelling ervan is het bevorderen van ontwikkelingen ter versterking van het ecosysteem van processoren en halfgeleidertechnologieën van Europa en het aanpakken van belangrijke technologische, veiligheids-, maatschappelijke en milieu-uitdagingen;
-het medegeprogrammeerde Europese partnerschap voor fotonica zal de technologische soevereiniteit van Europa veiligstellen door middel van innovaties op het gebied van fotonica en het overbrengen hiervan naar toepassingen, zodat het concurrentievermogen van Europa wordt verbeterd en banen en welvaart op de lange termijn worden gewaarborgd; en
-het medegeprogrammeerde Europese partnerschap “Made in Europe” zal de drijvende kracht zijn achter de duurzame productie in Europa, onder meer door middel van AI, waarbij wordt bijgedragen tot een concurrerende en veerkrachtige productiesector in Europa en de versterking van de toegevoegde waarde in toeleveringsketens in alle sectoren; en
-synergieën ondersteunen en vergemakkelijken (met inbegrip van het organiseren van gezamenlijke aanbestedingen) tussen Europese partnerschappen (medegeprogrammeerd en geïnstitutionaliseerd) die gerelateerd zijn aan AI-technologieën, zoals de partnerschappen inzake AI, data en robotica, Fotonica, Made in Europe, EuroHPC
en KDT.
5.Onderzoekscapaciteiten bouwen en mobiliseren
Dit deel is gericht op maatregelen om excellentie op het gebied van AI-onderzoek en -innovatie te bevorderen en het Europese concurrentievermogen te verbeteren.
Overzicht van ondernomen acties
Naast de agenda’s voor strategisch onderzoek van de publiek-private partnerschappen onderneemt de EU actie om de excellentie op het gebied van fundamenteel en toegepast onderzoek te versterken en talent in Europa te bevorderen. Via Horizon 2020 heeft de Commissie over een periode van vier jaar 50 miljoen EUR geïnvesteerd in de oprichting van een onderzoeksgemeenschap van nauw met elkaar verbonden AI-excellentiecentra
. Het doel hiervan is de samenwerking tussen de beste onderzoeksteams in Europa uit te breiden, zodat zij de krachten kunnen bundelen om belangrijke wetenschappelijke en technologische uitdagingen op het gebied van AI aan te pakken, en een nauwere samenwerking, integratie en synergieën mogelijk te maken tussen onderzoeksteams en de industrie. Vijf projecten zijn geselecteerd om het netwerk te vormen, onderzoekers van wereldklasse samen te brengen en een gezamenlijke benadering, visie en identiteit vast te stellen voor het Europese AI-systeem; deze omvatten vier netwerken van AI-excellentiecentra en één actie voor coördinatie en steun.
Om ervoor te zorgen dat de EU-steun voor onderzoek gelijke tred houdt met de technologische ontwikkelingen op het gebied van AI, heeft de Commissie haar sectoroverschrijdende investeringen in AI in het kader van Horizon 2020 beoordeeld in het licht van de huidige onderzoekstrends en -behoeften en heeft zij de toekomstige investeringsmogelijkheden voor AI, voornamelijk in het kader van Horizon Europa, vastgesteld. Zij heeft ook gebruikgemaakt van de input van de openbare raadpleging over het witboek over KI en de gerichte raadpleging van de AI-gemeenschap, en met name het PPP inzake AI, data en robotica, om nieuwe onderwerpen op het gebied van AI-onderzoek en aanvullende netwerken van excellentiecentra te plannen.
Vooruitzichten
Om de excellentie op onderzoeksgebied te bevorderen, zal de Commissie:
-beginnend in 2021 en in nauwe dialoog met de lidstaten en de bredere AI-gemeenschap een toonaangevend centrum inzake AI voor Europa opzetten, zoals aangekondigd in het witboek. Het toonaangevend centrum inzake AI zal voortbouwen op de bestaande en toekomstige netwerken van AI-excellentiecentra, met als doel een alliantie te vormen van sterke Europese onderzoeksorganisaties die een gemeenschappelijk stappenplan zullen delen voor de ondersteuning van excellentie op het gebied van fundamenteel en toegepast onderzoek teneinde de nationale AI-inspanningen op elkaar af te stemmen, innovatie en investeringen te bevorderen, AI-talent aan te trekken en in Europa te houden en synergieën en schaalvoordelen te creëren. Dit initiatief zal leidende spelers uit de onderzoekswereld, universiteiten en de industrie in Europa samenbrengen om te werken aan gezamenlijk overeengekomen ambitieuze uitdagingen, met als overkoepelende doelstelling een maatstaf voor AI-excellentie voor de hele wereld te worden. Als resultaat hiervan zal de diversiteit van Europa een gezonde mededinging bevorderen, in plaats van de versnippering van de AI-gemeenschap;
-in het kader van Horizon Europa in 2021 en 2022 aanvullende netwerken van AI-excellentiecentra financieren om aanvullende onderzoeksgebieden aan te pakken die nog niet worden gedekt door de bestaande netwerken van AI-excellentiecentra en om onderzoeksinspanningen te versterken waarmee kritieke AI-onderzoeksthema’s worden behandeld. Dit zal de ontwikkeling van veiligere, beter beveiligde en betrouwbaardere AI bevorderen en fundamenteel en toepassingsgericht onderzoek naar AI van de volgende generatie ondersteunen om ervoor te zorgen dat Europa voorop blijft lopen op het gebied van AI;
-beginnend in 2021 in het kader van Horizon Europa de recente ontwikkelingen bevorderen op verschillende gebieden van AI-onderzoek, met inbegrip van onderzoek naar het volgende niveau van intelligentie en autonomie van op AI gebaseerde systemen, transparantie op AI-gebied, groenere AI, AI voor complexe systemen, vooruitgang op het gebied van edge-AI-netwerken, onvertekende AI-systemen en het ondersteunen van mensen aan de hand van geavanceerde AI;
-ervoor zorgen dat in het kader van het programma Horizon Europa niet alleen ontsluitende technologieën worden ontwikkeld, maar ook wordt aangetoond hoe AI bijdraagt tot de transformatie van belangrijke economische sectoren op het gebied van de productie en diensten, met inbegrip van de gevolgen voor arbeid, en belangrijke maatschappelijke uitdagingen worden aangepakt op gebieden zoals gezondheidszorg, civiele veiligheid, klimaatverandering, energie, mobiliteit, media (bv. het aanpakken van desinformatie) en agrovoeding;
-in de context van het medegeprogrammeerde Europese partnerschap inzake AI, data en robotica, belanghebbenden mobiliseren aan de hand van de strategische agenda voor onderzoek, innovatie en uitrol teneinde de strategie voor onderzoek, innovatie en uitrol voor Europa te ontwikkelen en uit te voeren, met de nadruk op de verantwoorde ontwikkeling en het verantwoorde gebruik van AI; en
-ernaar streven dat AI-gerelateerde projecten die O&I-financiering ontvangen in het kader van Horizon Europa, al naargelang het geval, het beginsel van ethisch ontwerp naleven, ook voor betrouwbare AI. Bovendien pleit de Commissie voor diversiteit en inclusiviteit in projectconsortia om te zorgen voor een diverse AI-onderzoeksgemeenschap.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-regionale en nationale excellentiecentra voor onderzoek op het gebied van AI op te richten, bijvoorbeeld door nationale financieringsinstrumenten en middelen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit te gebruiken, en een structuur voor de overdracht van onderzoek en technologie te creëren om talenten te kunnen aantrekken en behouden, terwijl zij er tegelijkertijd naar streven een nationale maatstaf te worden voor AI-onderzoek en -ontwikkeling. De centra zouden het regionale bereik en de regionale uitwisseling waarborgen, op Europees niveau samenwerken en, samen met de door de EU gefinancierde netwerken, het gedeelde Europese toonaangevende centrum inzake AI opbouwen; en
-de investeringen in AI-onderzoek op nationaal niveau versterken, bijvoorbeeld via de herstel- en veerkrachtfaciliteit.
6.Zorgen voor instrumenten via een platform voor AI on demand en een omgeving voor ontwikkelaars om te testen en experimenteren (TEF’s) en voor kmo’s en overheden om AI in te voeren (EDIH)
Dit deel is gericht op maatregelen die ertoe bijdragen innovatie van het lab naar de markt te brengen om de brede invoering en uitrol van AI-technologieën te waarborgen.
Overzicht van ondernomen acties
Faciliteiten voor het testen van en experimenteren met innovatieve AI-systemen zijn essentieel voor de uitrol en invoering van AI-technologieën. Zij zijn met name van belang voor kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s), waarvoor het moeilijk is om de snelle ontwikkelingen op het gebied van digitale technologieën volledig te benutten om concurrerend en innovatief te worden. De EU heeft in samenwerking met de lidstaten twee reeksen maatregelen voorgesteld:
-test- en experimenteerfaciliteiten (TEF’s) — dat wil zeggen technologische infrastructuur met specifieke deskundigheid en ervaring op het gebied van het testen van uitgerijpte technologie in een bepaalde sector, in echte omstandigheden of omstandigheden die de werkelijke omstandigheden dicht benaderen. Het doel hiervan is ontwikkelaars infrastructuur te bieden voor het testen van AI-technologie voordat deze in de handel wordt gebracht; en
-digitale-innovatiehubs (DIH’s) — “één-loketten” die alle bedrijven die interesse hebben in het gebruik van AI helpen concurrerender te worden in verband met hun zakelijke/productieprocessen, producten of diensten door AI-technologieën te gebruiken. Europese digitale-innovatiehubs bieden bedrijven de mogelijkheid AI-technologieën en hieraan gerelateerde diensten, zoals financieel advies en advies over opleidingen en de ontwikkeling van vaardigheden, die nodig zijn voor een succesvolle digitale transformatie, te testen voordat zij hierin investeren.
Test- en experimenteerfaciliteiten (TEF’s)
In het gecoördineerde plan van 2018 werd opgemerkt dat een beperkt aantal gespecialiseerde grootschalige referentiesites moet worden ontwikkeld en worden opengesteld voor alle actoren in heel Europa om investeringen te optimaliseren en dubbel werk of concurrerende inspanningen te voorkomen. Naar aanleiding van de goedkeuring van het gecoördineerde plan en in voorbereiding op het programma Digitaal Europa, heeft de Commissie voorbereidende stappen genomen om dit concept te ontwikkelen en test- en experimenteerfaciliteiten (TEF’s) voor AI voor te bereiden. Meer specifiek heeft de Commissie vanaf 2019 intensief samengewerkt met de lidstaten om het concept van TEF’s bij te schaven en prioriteit te verlenen aan relevante sectoren. In januari 2020 organiseerde de Commissie vijf workshops, waarbij belanghebbenden uit de industrie, de academische wereld en de lidstaten werden betrokken, om TEF’s voor specifieke sectoren (agrovoeding, productie, gezondheidszorg en slimme steden) en technologieën (edge-AI) te bespreken.
De resultaten van de voorbereidende werkzaamheden en uitwisselingen met belanghebbenden duiden erop dat het experimenteren met en testen van de nieuwste technologie in een echte omgeving essentieel is voor het in de handel brengen van technologie en een onderdeel vormt van de innovatieketen ten aanzien waarvan het Europese AI-systeem aanzienlijke steun nodig heeft om wereldwijd te kunnen blijven concurreren.
De TEF voor edge-AI speelt een bijzondere rol voor het AI-ecosysteem van excellentie. Edge-AI biedt duidelijke voordelen als hardwaretechnologie: zij voorziet in realtime operaties, evenals in voordelen wat betreft de beveiliging en privacy van data en het energieverbruik. De TEF voor edge-AI is er, als Europees platform, op gericht bedrijven van elke omvang in staat te stellen innovatieve edge-AI-componenten op basis van geavanceerde computertechnologieën met een laag verbruik, zoals neuromorfische computing, te testen en hiermee te experimenteren. Gezien de huidige afhankelijkheid van de EU van computertechnologieën, de hoge kosten van de noodzakelijke halfgeleiderapparatuur en de behoefte aan langetermijninvesteringen, is de TEF voor edge-AI noodzakelijk om het tekort aan financiering op te vullen, zodat Europese bedrijven toegang krijgen tot AI-computerhardware met een laag verbruik. Met andere woorden zal de TEF voor edge-AI Europa voorzien van een ecosysteem van excellentie dat zal dienen als essentieel instrument voor het tot stand brengen van technologisch leiderschap op het gebied van AI.
Om een centrale rol voor TEF’s in het AI-systeem mogelijk te maken, moeten zij gemakkelijk te gebruiken zijn, onder echte omstandigheden werken, eindgebruikers nauw bij de activiteiten betrekken en worden gebruikt door ontwikkelaars in de private en publieke sector, en met name door kmo’s. Een efficiënte wisselwerking tussen TEF’s en dataruimten is bovendien essentieel voor het creëren van een gelijk speelveld en voor het waarborgen van een niet-discriminerende toegang tot de markt. Dit kan bijvoorbeeld worden gerealiseerd door te zorgen voor samenwerking tussen de dataruimten en TEF’s op gebieden van gemeenschappelijk belang. TEF’s spelen een belangrijke rol bij het testen van de robuustheid, betrouwbaarheid en veiligheid van AI-technologieën, omdat zij testen of deze aan de verplichtingen kunnen voldoen die in de AI-verordening moeten worden vastgesteld. Tot slot moet interactie plaatsvinden tussen TEF-projecten en parallelle initiatieven op het Europese platform voor AI on demand.
Digitale-innovatiehubs
Om Europese bedrijven (en met name kmo’s) te helpen nieuwe technologieën optimaal te benutten, heeft de Commissie in 2016 het initiatief “De digitalisering van het Europese bedrijfsleven” gelanceerd. Een van de pijlers van dit initiatief is het oprichten en ondersteunen van digitale-innovatiehubs (DIH’s), die toegang bieden tot technische deskundigheid en mogelijkheden voor experimenteren, zodat bedrijven tests kunnen uitvoeren alvorens te investeren. DIH’s verlenen ook innovatiediensten, zoals advies over financiering en de opleiding en ontwikkeling van vaardigheden die ondernemingen nodig hebben voor een succesvolle digitale transformatie. De lidstaten en regio’s investeren in digitale-innovatiehubs en de Commissie heeft (aan de hand van projecten van Horizon 2020 in 2019 en 2020) meer dan 200 miljoen EUR beschikbaar gemaakt voor het verbinden van DIH’s. Ongeveer de helft van deze financiering hield verband met innovaties op gebieden die relevant zijn voor AI, waaronder robotica en big data, en er werden speciale activiteiten uitgevoerd voor regio’s met weinig DIH’s. De projecten van Horizon 2020 maken normaal gesproken financiering beschikbaar door middel van open oproepen tot het indienen van voorstellen aan kmo’s om hen in staat te stellen deel te nemen aan innovatieve experimenten met DIH’s in een grensoverschrijdende context. De Europese Rekenkamer (ERK) heeft deze dimensie van het initiatief “De digitalisering van het Europese bedrijfsleven” beoordeeld en aanbevolen dat de Commissie, in samenwerking met de lidstaten, verdere maatregelen neemt met betrekking tot de financiering en monitoring van DIH’s.
De steun in het kader van het programma Digitaal Europa zal worden gebruikt om de opmerkingen van de ERK in aanmerking te nemen. Het label Europese digitale-innovatiehub (EDIH) wordt ingevoerd om het verschil met de eerdere benadering in het kader van Horizon 2020 duidelijk te maken. De EU en de lidstaten zullen 1,5 miljard EUR investeren om een netwerk van ongeveer 200 hubs in de Europese regio’s op te zetten. De subsidies moeten worden gebruikt om de capaciteit van de geselecteerde EDIH’s te verbeteren en diensten te verlenen aan kmo’s en de publieke sector. De selectie en financiering van deze EDIH’s worden door de lidstaten en de Commissie samen uitgevoerd.
De EDIH’s zullen het brede gebruik van AI, HPC, cyberbeveiliging en andere digitale technologieën door de industrie (en met name kmo’s) en organisaties uit de publieke sector in Europa bevorderen. Ze zullen de industrie en organisaties uit de publieke sector ook steunen bij het gebruik van digitale technologieën, om de duurzaamheid van hun processen en producten te verbeteren, met name met betrekking tot het energieverbruik en het beperken van de broeikasgasemissies. Ze zullen zorgen voor een brede geografische dekking en zowel lokale als Europese taken hebben. De EDIH’s zullen de instrumenten en middelen gebruiken die beschikbaar worden gemaakt op het platform voor AI on demand en dienen als hefboom voor de TEF’s. EDIH’s zullen bedrijven die dit nodig hebben, helpen gebruik te maken van de relevante TEF om hun nieuwe producten en diensten te innoveren en marktklaar te maken.
Platform voor AI on demand
Het Europese initiatief voor een platform en systeem voor AI on demand ging in 2019 van start en wordt gefinancierd in het kader van Horizon 2020. Het brengt belanghebbenden en middelen op het gebied van AI samen, om een einde te maken aan de versnippering en innovatie op basis van AI te versnellen (onderzoek, producten, oplossingen). Het platform, dat momenteel wordt ontwikkeld, moet werken als drijvende kracht achter de Europese AI-markt en een kritieke massa aan middelen, netwerkeffecten in de gemeenschap en een snelle ontwikkeling en groei bieden. De activiteiten om het systeem te consolideren, gingen in januari 2021 van start om hierbij grotere gemeenschappen van gebruikers te betrekken, met name uit niet-technische sectoren, en om het gebruik van de middelen van het platform te vergemakkelijken.
Vooruitzichten
Om ertoe bij te dragen dat innovatie van het “lab naar de markt” wordt gebracht — om de brede invoering en uitrol van AI-technologieën te waarborgen, zal de Commissie, samen met de lidstaten:
-test- en experimenteerfaciliteiten medefinancieren in het kader van het programma Digitaal Europa teneinde te voorzien in een gemeenschappelijke, zeer gespecialiseerde bron die op Europees niveau kan worden gedeeld, en de snelle uitrol en bredere invoering van betrouwbare AI in heel Europa te bevorderen. In dit verband geldt het volgende:
-de eerste oproepen tot het indienen van voorstellen (in 2021-2022) zullen gericht zijn op de volgende aangemerkte sectoren: productie, gezondheid, agrovoeding, slimme gemeenschappen en edge-AI. De geraamde begroting per sector zal ongeveer 20-75 miljoen EUR bedragen;
-tijdens de periode 2021-2022 het netwerk van maximaal 210 EDIH’s selecteren dat alle regio’s van Europa beslaat. Met betrekking tot AI zijn de volgende specifieke activiteiten gepland:
-ten minste één EDIH met AI-deskundigheid in elke lidstaat. Het netwerk van EDIH’s zal beste praktijken delen en doeltreffend samenwerken (met gebruik van de aanbevelingen die voortvloeien uit het DIH-netwerk voor AI) om overal in Europa de beste steun te verlenen aan kmo’s en organisaties van de publieke sector; en
-het netwerk van EDIH’s zal nauw samenwerken met het platform voor AI on demand, de TEF’s en de dataruimten en zal het gebruik van deze infrastructuren aanbevelen aan kmo’s overal in Europa. Dit zal de verspreiding van de middelen bevorderen en ervoor zorgen dat bedrijven met AI kunnen experimenteren;
-in 2021 en daarna het platform voor AI on demand consolideren als centraal Europees instrumentarium van AI-middelen die nodig zijn voor het gebruik in de industrie en publieke sector zodat dit:
-de belangrijkste Europese marktplaats voor AI-middelen kan worden; een eenvoudige toegang tot AI-middelen zal bieden, die vervolgens lokaal worden verspreid door de EDIH’s of direct worden gebruikt door de industrie (en met name kmo’s) of de publieke sector; en
-kan samenwerken met relevante nationale en Europese initiatieven om het centrale AI-instrumentarium in Europa te worden voor iedereen die op zoek is naar deskundigheid, technologie, diensten en software op AI-gebied.
De Commissie moedigt de lidstaten ertoe aan om:
-een gelijk bedrag aan financiering toe te kennen aan TEF-projecten die door de Commissie met behulp van onafhankelijke deskundigen zijn geselecteerd;
-relevante nieuwe prioriteiten voor aanvullende TEF’s te definiëren naast de huidige sectoren agrovoeding, productie, gezondheidszorg en slimme gemeenschappen. Mogelijke nieuwe sectoren zijn bijvoorbeeld mobiliteit, openbaar bestuur of de groene transitie;
-ten volle gebruik te maken van de mogelijkheden die worden geboden door de herstel- en veerkrachtfaciliteit en door de programma’s van het cohesiebeleid om meer (E)DIH’s en TEF’s te financieren teneinde de innovatie dichter bij de markt te brengen; en
-de oprichting van lokale, regionale en/of nationale AI-marktplaatsen te ondersteunen met het oog op interactie en de uitwisseling van beste praktijken en het opschalen over grenzen heen te vergemakkelijken via het Europese platform voor AI on demand (centraal AI-instrumentarium en AI-marktplaats), EDIH’s en Startup Europe.
7.Innovatieve ideeën en oplossingen voor AI financieren en opschalen
Dit deel is gericht op steunmaatregelen, met bijzondere aandacht voor startende ondernemingen, groeiende ondernemingen en andere kleine en middelgrote ondernemingen die AI-technologieën ontwikkelen. InvestEU en de herstel- en veerkrachtfaciliteit bieden cruciale middelen om het gebruik van financiële instrumenten te versterken.
Overzicht van ondernomen acties
Om startende ondernemingen en kmo’s te ondersteunen in zowel de eerste fasen als de groeifase heeft de Commissie de investeringsregeling voor AI/blockchain en het ondersteunende programma hiervan voorgesteld
. De proefregeling is erop gericht de toegang tot aandelenfinanciering te verbeteren voor innovatieve startende ondernemingen en kmo’s op het gebied van AI en blockchain met een hoger risico en een brede geografische dekking in de EU, met inbegrip van minder ontwikkelde markten. Zij voorziet durfkapitaalfondsen en nationale stimuleringsbanken in de lidstaten van middelen voor respectievelijk investeringen en co-investeringen. Door middel van een eerste toewijzing van 100 miljoen EUR uit het Horizon 2020-programma zal het totale investeringsvolume van het fonds naar schatting uitkomen op 700 miljoen EUR
. Het speciale ondersteunende programma zal van 2020 tot en met 2022 worden uitgevoerd.
In december 2020 heeft de Europese Investeringsbank Groep (EIB-groep) ook een nieuwe faciliteit voor co-investering gelanceerd ter waarde van tot 150 miljoen EUR om naast fondsen in het kader van het Europees Investeringsfonds (EIF) te investeren en om de groei van AI-bedrijven in heel Europa te steunen.
De Europese Innovatieraad (EIC) steunt startende ondernemingen op het gebied van AI bij de ontwikkeling en opschaling van baanbrekende AI-technologieën en innovaties. Sinds de start van de proeffase
heeft de EIC talrijke innovaties op het gebied van AI ondersteund op een breed scala van wetenschappelijke gebieden, van levenswetenschappen, voeding en landbouw tot energie en milieuvriendelijke technologieën. Met het oog op de ontwikkeling van innovatie die voortvloeit uit onderzoeksprojecten biedt het proefproject EIC-pathfinder subsidies ter bevordering van interdisciplinaire innovatie op basis van samenwerking, op het gebied van wetenschappelijk geïnspireerde en radicaal vernieuwende toekomstige technologieën. De EIC-accelerator steunt de opschaling van startende ondernemingen en hun markttoegang aan de hand van financieringsmogelijkheden en acceleratiediensten. De steun van de EIC is beschikbaar voor alle kmo’s met radicaal nieuwe ideeën op basis van een ondernemingsplan voor het uitrollen van verhandelbare innovatieve oplossingen en met de ambitie om te groeien. Tijdens de proeffase (2018-2020) verstrekte de EIC 160 miljoen EUR in de vorm van subsidies en 91 miljoen EUR in de vorm van rechtstreekse aandeleninvesteringen in innovatieve startende ondernemingen en projecten op het gebied van AI die betrekking hadden op rechtstreeks of bijkomstig onderzoek naar AI-technologieën. In 2021 verstrekt de EIC meer dan 1 miljard EUR aan subsidies en aandelen aan startende ondernemingen en kmo’s die zich richten op deep tech.
Het Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT) steunt een aantal initiatieven om de innovatie op AI-gebied te bevorderen, onze samenleving voor te bereiden op de veranderingen die AI met zich meebrengt en een nieuwe generatie AI-innovatoren op te leiden. In 2019 en 2020 wees het meer dan 22 miljoen EUR toe aan zijn AI-activiteiten. EIT Digital en EIT Health voeren de overgrote meerderheid van de projecten in verband met AI uit. De EIT-gemeenschap steun momenteel 120 Europese startende ondernemingen die zich in de vroege of middenfase bevinden en die werkzaam zijn op het gebied van AI en heeft reeds meer dan 3 miljoen EUR in deze bedrijven geïnvesteerd.
In januari 2021 hebben het EIT en de EIC de krachten gebundeld om voorrang te geven aan zeer innovatieve startende ondernemingen en om de inspanningen te coördineren om vrouwelijke innovatoren en innovatoren uit minder vertegenwoordigde regio’s te ondersteunen
. De EIC en het EIT willen ook data en inlichtingen delen met betrekking tot de innovatieve startende ondernemingen en kmo’s die zij ondersteunen, met inbegrip van metingen van de behaalde effecten.
Vooruitzichten
De Commissie zal, met steun van de lidstaten:
-ernaar streven de steun en financiering voor het proefproject en ondersteunende programma voor investeringen in AI/blockchain te versterken. Naar aanleiding van het succes en de aantrekkelijkheid van het proefproject zal het programma InvestEU in de periode 2021-2027 investeringen in AI/blockchain blijven steunen via de EIB-groep en nationale stimuleringsbanken om private investeringen te mobiliseren;
-de EIC volledig uitvoeren in het kader van Horizon Europa en disruptieve innovatie ondersteunen met een nadruk op AI die op de mens is gericht. Dit zal worden gedaan door middel van een mix van open en op uitdagingen gebaseerde oproepen tot financiering. De EIC-pathfinder-uitdaging van 2021 zal gericht zijn op onderzoek naar AI-bewustmaking, terwijl de EIC-accelerator-uitdaging strategische digitale en gezondheidstechnologieën, met inbegrip van medische AI, zal bevorderen. Daarnaast moet het initiatief Women TechEU worden gelanceerd ter ondersteuning van startende ondernemingen op het gebied van deep tech die door vrouwen zijn opgericht en worden geleid;
-door middel van Startup Europa en de Innovatieradar startende ondernemingen op het gebied van AI in nationale hubs en Horizon Europa mobiliseren die willen groeien en voorzien in de vraag naar AI-deskundigheid van kmo’s die beginnen aan de digitale transformatie. De EDIH’s die worden gefinancierd in het kader van Digitaal Europa zullen worden gebruikt om een marktplaats te creëren en matchmakingevenementen te organiseren voor het aanbod van technologie en partnerschappen;
-de uitwisseling van informatie, deskundigheid en beste praktijken tussen lokale, regionale en nationale startende ondernemingen op AI-gebied op Europees niveau vergemakkelijken (en hierbij kmo’s en startende ondernemingen en andere relevante belanghebbenden betrekken) via het PPP inzake AI, data en robotica, de EDIH’s, het platform voor AI on demand (centraal AI-instrumentarium en AI-marktplaats) en Startup Europe; en
-maatregelen nemen om de beschikbaarheid van open data en de toegang tot data voor kmo’s te vergemakkelijken.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-startende en groeiende ondernemingen op het gebied van AI te ondersteunen bij de toegang tot financiering voor hun groei en kmo’s te ondersteunen in hun digitale transformatie bij het invoeren van AI-technologieën. Mits aan de doelstellingen en voorwaarden van de herstel- en veerkrachtfaciliteit is voldaan, kunnen de lidstaten gebruikmaken van de financiering van de herstel- een veerkrachtfaciliteit om investeringen in de vorm van financiële instrumenten op te zetten (bv. garanties, leningen, aandelen en durfkapitaalinstrumenten en het opzetten van speciale investeringsinstrumenten). De lidstaten kunnen ook 4 % van de totale toewijzing van hun herstel- en veerkrachtplannen bijdragen aan hun afdeling van InvestEU.
III.Ervoor zorgen dat AI ten dienste staat van mensen en een positieve kracht in de samenleving is
De AI-systemen die steeds vaker worden gebruikt op het gebied van gezondheidszorg, landbouw, onderwijs, werkgelegenheid, het beheer van infrastructuur, energie, vervoer en logistiek, ruimte, openbare diensten, beveiliging en de matiging van en aanpassing aan de klimaatverandering kunnen bijdragen tot het oplossen van complexe problemen in het openbaar belang. De succesvolle ontwikkeling en invoering van AI dragen bij tot de economische groei en het mondiale concurrentievermogen van de EU
en leveren enorme voordelen op voor onze maatschappij en het milieu. Sommige toepassingen van AI kunnen echter ook rechten op de proef stellen die beschermd zijn uit hoofde van het Unierecht en leiden tot nieuwe zorgen omtrent de veiligheid en beveiliging
en kunnen gevolgen hebben voor de arbeidsmarkten. In het witboek over KI van 2020
stelt de Commissie de Europese benadering van AI voor die wordt gebaseerd op een ecosysteem van excellentie en vertrouwen voor AI
.
ONZE BELANGRIJKSTE VOORSTELLEN OM ERVOOR TE ZORGEN DAT AI TEN DIENSTE STAAT VAN MENSEN
8.Talent voeden en het aanbod aan vaardigheden verbeteren die nodig zijn om een bloeiend AI-ecosysteem mogelijk te maken
Overzicht van ondernomen acties
In het gecoördineerde plan van 2018 werd de aanzienlijke en aanhoudende kloof op het gebied van ICT-vaardigheden aangemerkt als belangrijke uitdaging voor de ontwikkeling van AI in Europa. Met de ontwikkeling van de AI-markt en de invoering van AI-technologieën is het noodzakelijk om de toegankelijkheid en invoering van AI-producten en -diensten te waarborgen. De EU moet daartoe de verwerving van brede computervaardigheden vergemakkelijken en het begrip van AI voor alle burgers bevorderen. Om wereldwijd concurrerend te blijven, heeft de EU bovendien professionals nodig met uiteenlopende achtergronden met gespecialiseerde AI-vaardigheden, zoals datamodellering, architectuur en semantiek, om een sterke positie op het gebied van AI-onderzoek te behouden en bij te dragen tot de ontwikkeling en uitrol van AI-systemen. Niet-technische AI-vaardigheden zijn even belangrijk. Een verbetering van de computer- en AI-vaardigheden voor iedereen is ook nodig om de polarisatie van de arbeidsmarkt en een mogelijke toename van ongelijkheid in en tussen landen te voorkomen.
De resultaten van de enquête van 2020 onder Europese ondernemingen duiden erop dat een van de belangrijkste belemmeringen waarmee Europese bedrijven te maken krijgen bij het invoeren van AI-technologieën bestaat in de beschikbaarheid van werknemers met toereikende AI-vaardigheden. Ook uit de analyse van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek van de Commissie blijkt dat de ontwikkeling van digitale vaardigheden, het bewustzijn van AI-technologieën op alle onderwijsniveaus, programma’s voor een leven lang leren en gespecialiseerde AI-vaardigheden noodzakelijk zijn om iedereen te voorzien van de nodige vaardigheden voor transformaties die door AI worden aangestuurd, teneinde de sterke positie van de EU op het gebied van AI-onderzoek in stand te houden en bij te dragen tot de ontwikkeling en uitrol van AI-systemen.
Alle lidstaten die een nationale AI-strategie hebben vastgesteld, hebben de vaardighedendimensie in hun strategie opgenomen, zoals voorgesteld in het gecoördineerde plan van 2018. Maatregelen die in de nationale strategieën zijn voorgesteld, omvatten bijvoorbeeld hervormingen van de formele onderwijsstelsels om het onderwijzen van computationeel denken, computing en de grondbeginselen van AI in het basis- of secundair onderwijs in te voeren of te versterken, evenals initiatieven om een leven lang leren en beleid voor omscholing aan te passen
. In deze context biedt de herstel- en veerkrachtfaciliteit een ongekende kans om de ontwikkeling van digitale vaardigheden te steunen, ook op het gebied van AI, op alle niveaus van onderwijs (formeel en informeel) en opleiding, als belangrijk onderdeel van het behalen van het digitale streefdoel van 20 %. Als onderdeel van de doelstellingen voor de herstel- en veerkrachtfaciliteit is de ontwikkeling van digitale vaardigheden op alle niveaus een voorwaarde om te waarborgen dat alle Europeanen aan de maatschappij kunnen deelnemen en kunnen profiteren van de digitale transformatie. De Commissie stelt daarom in de Jaarlijkse strategie voor duurzame groei voor 2021 een vlaggenschipinitiatief voor om- en bijscholing voor ter bevordering van investeringen en hervormingen die lidstaten kunnen doorvoeren om de digitale vaardigheden te verbeteren, met inbegrip van AI-opleidingen en onderwijs en beroepsopleidingen voor alle leeftijden.
In september 2020 heeft de Commissie een nieuw actieplan voor digitaal onderwijs voor de periode 2021-2027 vastgesteld. In dit actieplan worden specifieke acties opgenomen voor de verbetering van AI-vaardigheden in de bredere context van het bevorderen van digitale vaardigheden. De Commissie heeft ook de EU-programmeerweek (hierna “EU Code Week” genoemd)
gesteund, een door vrijwilligers geleide beweging die ernaar streeft computationeel denken, programmeren, robotica, sleutelen aan hardware, computerwetenschappen, AI en digitale vaardigheden voor zoveel mogelijk mensen toegankelijk te maken
. Eind 2020 kende de Commissie subsidies toe aan vier universitaire netwerken, kmo’s en AI-excellentiecentra voor het aanbieden van excellente masterprogramma’s op het gebied van AI voor in totaal 6,5 miljoen EUR, om de lidstaten te ondersteunen bij hun inspanningen om het gespecialiseerde onderwijsaanbod op het gebied van AI uit te breiden. De geselecteerde netwerken moeten met steun van de EU-financiering samen kwalitatief hoogwaardige en praktische masterprogramma’s in verschillende lidstaten ontwerpen en aanbieden, met een bijzondere aandacht voor op mensen gerichte AI, de toepassing van AI voor het openbaar bestuur en AI voor de gezondheidszorg. Alle programma’s moeten ook vakken over AI-ethiek omvatten en een deel van de inhoud moet online beschikbaar worden gemaakt door middel van het platform voor digitale vaardigheden en banen en worden vertaald naar alle EU-talen
.
Vooruitzichten
De Commissie zal:
-als onderdeel van de acties in het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027:
-stages op digitaal gebied steunen, waarbij niet langer alleen universiteitsstudenten maar ook leerlingen en leerkrachten in het beroepsonderwijs de mogelijkheid krijgen om deel te nemen, met een grotere nadruk op AI-vaardigheden en bijzondere aandacht voor het beginsel van non-discriminatie en gendergelijkheid; en
-ethische richtsnoeren voor AI en het gebruik van data in het onderwijs en opleidingen ontwikkelen voor onderwijzers, alsook gerelateerde onderzoeks- en innovatieactiviteiten ondersteunen via Horizon Europa. Met deze actie zal worden voortgebouwd op de werkzaamheden met betrekking tot ethische richtsnoeren van de deskundigengroep op hoog niveau inzake AI. De richtsnoeren zullen vergezeld gaan van een opleidingsprogramma voor onderzoekers en leerlingen over de ethische aspecten van AI en zullen een doelstelling van 45 % voor deelname door vrouwen aan de opleidingsactiviteiten omvatten;
-de ontwikkeling van nieuwe kennis over vaardigheidsbehoeften steunen in het kader van de vaardighedenagenda van juli 2020, ook op regionaal en sectoraal niveau. Meer specifiek zal de Commissie voortbouwen op de werkzaamheden van Cedefop (het project Skills-OVATE) en gebruikmaken van AI-technologie om big-data-analyses uit te voeren op basis van personeelsadvertenties om realtime informatie te verkrijgen over de huidige en komende vraag naar vaardigheden. In deze context moet een permanent online instrument worden ontwikkeld waarmee realtime informatie zal worden gepubliceerd en dat alle geïnteresseerde belanghebbenden kunnen gebruiken;
-initiatieven ondersteunen die de wederzijdse erkenning van gespecialiseerde hogeronderwijsprogramma’s op het gebied van AI in de EU vergemakkelijken;
-in het kader van het programma Digitaal Europa maatregelen steunen, waaronder het ontwerp en de uitvoering van gespecialiseerde onderwijsprogramma’s, modules en korte opleidingscursussen op belangrijke capaciteitsgebieden, ook voor beroepsbeoefenaren in andere sectoren, om digitale technologieën goed te kunnen gebruiken. De oproep tot het indienen van voorstellen voor de gespecialiseerde programma’s zal in het eerste en tweede kwartaal van 2021 worden gelanceerd en de korte opleidingscursussen in het eerste kwartaal van 2022. Alle beschikbare mogelijkheden en instrumenten voor de ontwikkeling van digitale vaardigheden zullen worden gepresenteerd op het platform voor digitale vaardigheden en banen;
-in het kader van het programma Horizon Europa netwerken van AI-excellentiecentra ondersteunen (als onderdeel van het gidsproject inzake AI). De centra zouden onder meer:
-mogelijkheden verkennen om talenten te behouden door middel van een nauwere samenwerking met de industrie en overheidsinstanties; en
-doctoraatsprogramma’s en AI-modules ontwikkelen die kunnen worden opgenomen in masterprogramma’s die buiten het ICT-domein vallen;
-doctoraatsnetwerken, postdoctorale beurzen en samenwerkingsprojecten voor personeelsuitwisseling op het gebied van AI in het kader van de Marie Skłodowska-Curie-acties financieren. De oproepen tot het indienen van voorstellen voor individuele beurzen en innovatieve opleidingsnetwerken (met de nieuwe naam “postdoctorale beurzen en doctoraatsnetwerken”) zijn gepland voor het tweede kwartaal van 2021. De oproepen voor de personeelsuitwisseling op het gebied van onderzoek en innovatie (nu personeelsuitwisselingen genoemd) en COFUND zijn gepland voor het vierde kwartaal van 2022; en
-de gendergelijkheid bevorderen via Horizon Europa, ook in de projecten die verband houden met AI. De opname van de genderdimensie in onderzoeks- en innovatie-inhoud wordt een standaardvereiste voor het volledige programma. Vanaf 2022 zal een nieuw criterium worden ingevoerd om in aanmerking te komen voor financiering van Horizon Europa. Overheidsinstanties, onderzoeksorganisaties en hogeronderwijsinstellingen zullen moeten beschikken over een gendergelijkheidsplan voor alle projecten die worden gefinancierd in het kader van Horizon Europa.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-de vaardighedendimensie in hun nationale AI-strategieën te verfijnen en uit te voeren in samenwerking met de sociale partners, bv. om:
-de ontwikkeling van computationeel denken van leerlingen, studenten en leerkrachten op alle niveaus van het formeel, informeel en niet-formeel onderwijs te bevorderen en speciale initiatieven te steunen die jongeren aanmoedigen voor een carrière in AI en hieraan gerelateerde gebieden, zoals robotica, te kiezen;
-een voorlichtingsprogramma voor leerkrachten te creëren om AI aan te bieden op school, zowel in verband met ICT-vaardigheden als vanuit een breder perspectief;
-de beschikbaarheid van opleidingen op het gebied van AI te vergroten, ook door AI-modules in masterprogramma’s in de geesteswetenschappen en sociale wetenschappen, activiteiten voor een leven lang leren en de opleiding van rechters, advocaten en ambtenaren te financieren, en mensen met een niet-technische achtergrond de basisbeginselen van AI en de gevolgen daarvan voor hun werkterrein bij te brengen; en
-AI-onderwijstechnologieën voor het basis- en secundair onderwijs te testen en te beoordelen en, wanneer dit succesvol is, de uitvoering ervan te ondersteunen om gemakkelijker in individuele leerbehoeften (bv. cognitief, op AI gebaseerd mentorschap) te kunnen voorzien;
-beste praktijken uit te wisselen voor de opname van AI in het algemeen onderwijs en andere gespecialiseerde programma’s (zoals gezondheidszorg, recht, sociale wetenschappen, bedrijfswetenschappen) en voor de bevordering van zowel een brede als een gespecialiseerde kennis van AI in verband met een leven lang leren;
-maatregelen te nemen en beste praktijken uit te wisselen om de inclusie en diversiteit te vergroten, dat wil zeggen evenwichtige AI-teams mogelijk te maken en talenten aan te trekken voor AI-onderwijs, en met name postuniversitaire studies, en AI-opleidingen, evenals AI-technologieën te ontwikkelen; en
-de unieke mogelijkheid die wordt geboden door de herstel- en veerkrachtfaciliteit om ambitieuze initiatieven voor bij- en omscholing te financieren, optimaal te benutten, zoals hierboven bedoeld.
9.Een beleidskader ontwikkelen om vertrouwen in AI-systemen te waarborgen
Vertrouwen is essentieel om de invoering van AI-technologieën te vergemakkelijken. De Europese aanpak van AI, zoals voorgesteld in het witboek, “heeft tot doel Europa’s innovatiecapaciteit op het gebied van KI te bevorderen en tegelijkertijd de ontwikkeling en aanvaarding van ethische en betrouwbare KI door de gehele economie van de EU te ondersteunen. KI moet ten dienste staan van de mensen en een positieve kracht zijn in de samenleving”
. Gezien de grote sociale en milieueffecten van AI-technologieën behoren een op mensen gerichte aanpak van de ontwikkeling en het gebruik hiervan, de bescherming van de EU-waarden en grondrechten, zoals non-discriminatie, privacy en databescherming, en het duurzame en efficiënte gebruik van middelen tot de belangrijkste beginselen waarop de Europese aanpak is gebaseerd.
Overzicht van ondernomen acties
De Commissie heeft aanzienlijke inspanningen geleverd om deskundigheid te mobiliseren, waarbij zij een breed spectrum aan belanghebbenden (waaronder de sociale partners, niet-gouvernementele organisaties, de industrie, de academische wereld, regionale autoriteiten en de lidstaten) heeft geraadpleegd en beleidsacties heeft ontwikkeld om het vertrouwen in AI te bevorderen.
Meer specifiek waren acties om het vertrouwen te bevorderen gericht op kwesties in verband met ethiek, veiligheid, de grondrechten, waaronder het recht niet te worden gediscrimineerd, aansprakelijkheid, het regelgevingskader, innovatie, mededinging en intellectuele eigendom (IE).
Met het oog op de fundamentele vragen ten aanzien van de ethische kant van AI-technologieën heeft de Commissie de deskundigengroep op hoog niveau inzake AI opgericht en de werkzaamheden van deze groep vergemakkelijkt. De groep heeft twee belangrijke documenten opgesteld: ethische richtsnoeren voor betrouwbare KI en een evaluatielijst voor betrouwbare AI (ALTAI)
. In de ethische richtsnoeren werden de belangrijkste beginselen en vereisten voor betrouwbare AI vastgesteld
en de evaluatielijst voorzag in een operationeel kader ter ondersteuning van de toepassing van ethische richtsnoeren door ontwikkelaars en gebruikers van AI. De werkzaamheden van de deskundigengroep op hoog niveau inzake AI hebben belangrijke debatten in gang gezet over de Europese visie op en aanpak van het AI-beleid en gezorgd voor input voor de ontwikkeling van een regelgevingskader inzake AI.
In februari 2020 publiceerde de Commissie een witboek over KI en een verslag over de gevolgen van kunstmatige intelligentie, het internet der dingen en robotica op het gebied van veiligheid en aansprakelijkheid. In het witboek en het verslag werden de strategische visie en het voorstel voor het mogelijke EU-regelgevingskader inzake AI uiteengezet. Wat de EU-regelgeving betreft, stelde de Commissie voor de nadruk te leggen op drie onderling verbonden kwesties: de ontwikkeling van het horizontale regelgevingskader voor AI, dat gericht moest zijn op kwesties in verband met de veiligheid en de grondrechten, kwesties in verband met de aansprakelijkheid van AI en, waar nodig, de herziening van de bestaande sectorale veiligheidswetgeving. In haar werkprogramma geeft Commissie aan dat zij deze wetgevingsvoorstellen in 2021 wil indienen.
Op 16 december 2020 keurden de Commissie en de hoge vertegenwoordiger voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid de EU-strategie inzake cyberbeveiliging voor het digitale tijdperk goed, waarin wordt uiteengezet hoe de EU haar burgers, ondernemingen en instellingen zal beschermen tegen cyberdreigingen en hoe zij de internationale samenwerking zal bevorderen en het voortouw zal nemen bij het veiligstellen van een mondiaal en open internet. Om specifieke AI-gerelateerde cyberdreigingen aan te pakken, heeft het Agentschap van de Europese Unie voor cyberbeveiliging (Enisa) bovendien een multidisciplinaire ad-hocdeskundigengroep opgericht voor cyberbeveiligingsonderwerpen die verband houden met AI.
In haar actieplan voor intellectuele eigendom (IE) heeft de Commissie gewezen op enkele uitdagingen die AI-systemen vormen voor de IE-rechten
. Het beschikbare bewijs duidt erop dat het IE-kader van de EU over het algemeen genomen geschikt is voor het aanpakken van de uitdagingen die worden veroorzaakt door output die wordt gegenereerd met behulp van AI. Er is echter ruimte voor verbetering en verdere harmonisatie. In het IE-actieplan wordt voorgesteld actie te ondernemen met betrekking tot bepaalde kwesties, met name door te spreken met belanghebbenden en bewijs te verzamelen als basis voor de besluitvorming.
De debatten over vertrouwenskwesties en regelgeving waren onder meer gericht op innovatie, dat wil zeggen de vraag hoe openbare regelgeving moet worden ontworpen die de innovatie zal vergemakkelijken en niet in de kiem zal smoren en zo het Europese concurrentievermogen zal verbeteren. Om een dynamische regelgevingsaanpak te ontwikkelen, heeft de Commissie daarom uitgebreide raadplegingen verricht over zowel de vorm als de inhoud van het regelgevingskader. De belangrijkste lessen die hieruit werden getrokken, waren dat de aanpak van de EU op mensen gericht, risicogebaseerd, evenredig en dynamisch moet zijn. Eén element van het ontwerpen van regelgevingsomgevingen die de innovatie bevorderen, zoals voorgesteld door diverse belanghebbenden, zijn testomgevingen voor regelgeving. Testomgevingen voor regelgeving voorzien in wezen in een experimenteerfaciliteit voor openbare regelgeving en maken een snellere evaluatie van de effecten van openbaar optreden mogelijk. Uit de door de Commissie ontvangen feedback blijkt dat een brede steun voor testomgevingen voor regelgeving bestaat, waarvan er reeds een aantal is opgericht in de lidstaten en vele worden overwogen in verschillende sectoren.
Vooruitzichten
De Commissie zal:
-in 2021 wetgevingsmaatregelen voorstellen inzake een horizontaal kader voor AI, gericht op kwesties in verband met de veiligheid en de eerbiediging van de grondrechten die specifiek betrekking hebben op AI-technologieën.
-Het voorgestelde kader voorziet in een definitie van AI, is risicogebaseerd (d.w.z. bevat een definitie van AI met een “hoog risico”) en bevat verplichte vereisten voor AI-systemen met een hoog risico. In het kader wordt ook een governancemechanisme voorgesteld dat zowel conformiteitsbeoordelingen vooraf als een systeem voor de naleving en handhaving achteraf omvat. Naast de hoog-risicocategorie worden de bestaande wetgeving en transparantievereisten toegepast op alle aanbieders van AI-systemen en kunnen zij daarnaast kiezen om deel te nemen aan vrijwillige, niet-bindende regelingen voor zelfregulering, zoals gedragscodes;
-in 2022 EU-maatregelen voorstellen voor de aanpassing van het aansprakelijkheidskader aan de uitdagingen van nieuwe technologieën, met inbegrip van AI, om ervoor te zorgen dat slachtoffers die schade lijden in verband met hun leven, gezondheid of eigendom als gevolg van nieuwe technologieën, toegang hebben tot dezelfde schadevergoeding als slachtoffers van andere technologieën. Dit kan een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid omvatten, evenals een wetgevingsvoorstel met betrekking tot de aansprakelijkheid voor bepaalde AI-systemen. Bij eventuele nieuwe of herziene bepalingen van bestaande wetgeving zal rekening worden gehouden met andere bestaande EU-wetgeving, alsook met het voorgestelde horizontale kader voor AI;
-in 2021 en daarna indien nodig herzieningen voor te stellen van bestaande sectorale veiligheidswetgeving, met inbegrip van: gerichte aanpassingen van de machinerichtlijn, de richtlijn inzake algemene productveiligheid, de richtlijn radioapparatuur en de geharmoniseerde productwetgeving die voortvloeit uit de horizontale regels van het nieuwe wetgevingskader
. Bij eventuele nieuwe of herziene bepalingen van de bestaande wetgeving zal rekening worden gehouden met de bestaande EU-wetgeving inzake gezondheid en veiligheid op het werk;
-nauw blijven samenwerken met een breed spectrum aan belanghebbenden en hen bij de werkzaamheden betrekken om de ALTAI te bevorderen in sectorale omgevingen en op specifieke toepassings- en uitvoeringsgebieden. Verdere acties kunnen bijvoorbeeld gericht zijn op het vaststellen van maatstaven en methoden om het effect van AI-systemen op het milieu en het maatschappelijk welzijn, de inclusie en diversiteit te beoordelen en te monitoren, en op maatregelen om betrouwbare AI bij overheidsopdrachten te waarborgen. De programma’s Horizon Europa en Digitaal Europa zouden mechanismen kunnen financieren ter ondersteuning van dergelijke initiatieven, die de lidstaten verder zouden kunnen ondersteunen met gebruik van de herstel- en veerkrachtfaciliteit;
-in 2021 dialogen met belanghebbenden organiseren met de sector en andere belanghebbenden over IE en nieuwe technologieën;
-de samenwerking met EU-agentschappen en andere relevante EU-organen die zich bezighouden met AI verder versterken;
-samenwerken met Europese normalisatieorganisaties op basis van het in kaart brengen van bestaande normalisatieactiviteiten en vereisten die voortvloeien uit het voorgestelde regelgevingskader; en
-nadenken over de oprichting van nationale, regionale of sectorale Security Operation Centres, zoals uiteengezet in de nieuwe EU-cyberbeveiligingsstrategie, eventueel als meerlandenproject. Deze centra, die worden aangedreven door AI om de opsporing van kwaadwillige activiteiten te verbeteren en op dynamische wijze te leren over het veranderende dreigingslandschap, zullen een “cyberbeveiligingsschild” voor de EU vormen, dat tekenen van een cyberaanval voldoende vroeg kan opsporen en proactieve maatregelen mogelijk kan maken met het oog op een betere gezamenlijke risicoparaatheid en respons op nationaal en EU-niveau.
De Commissie en de lidstaten zullen:
-samenwerken en de inspanningen coördineren om te zorgen voor de tijdige en soepele uitvoering van het EU-wetgevingskader voor AI. Specifieke acties, die in overeenstemming met de aangenomen wetgeving moeten worden gedefinieerd en gestart, kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op capaciteitsopbouw, initiatieven voor nationale bevoegde autoriteiten en aangemelde instanties die verantwoordelijk zouden zijn voor de conformiteitsbeoordelingsprocedures vooraf van bepaalde AI-systemen met een hoog risico en de ontwikkeling van leidraden en toolkits; deze activiteiten zijn voorzichtig gepland voor de periode vanaf 2022;
-vanaf 2021 ook blijven samenwerken met Europese normalisatieorganisaties en alle relevante belanghebbenden om ervoor te zorgen dat de geharmoniseerde normen die nodig zijn voor de operationalisering van de vereisten en verplichtingen als voorzien in het wetgevingskader, tijdig kunnen worden vastgesteld. De ontwikkeling van deze aanvullende normen kan bijvoorbeeld worden gebaseerd op normalisatieverzoeken van de Commissie overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EU) nr. 1025/2012; en
-in de periode 2021-2022 de haalbaarheid analyseren van het gebruik van TEF’s, EDIH’s en platforms voor AI on demand om de reeds opgerichte nationale instanties bij te staan bij de beoordeling en certificering van AI-technologieën.
10.De visie van de EU ten aanzien van duurzame en betrouwbare AI in de wereld bevorderen
Bij het verkrijgen van mondiaal leiderschap voor Europa en het bevorderen van de ontwikkeling van op mensen gerichte, duurzame, veilige, inclusieve en betrouwbare AI zal worden voortgebouwd op de acties die sinds het gecoördineerde plan van 2018 zijn ondernomen. In lijn met de gezamenlijke mededeling over het versterken van de bijdrage van de EU aan op regels gebaseerd multilateralisme en zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie “Digitaal kompas 2030: de Europese aanpak voor het digitale decennium”, is de internationale dimensie belangrijker dan ooit tevoren. De gevolgen van nieuwe digitale technologieën zoals AI zijn grensoverschrijdend en moeten op mondiaal niveau worden aangepakt.
De EU zal ambitieuze wereldwijde regels en normen bevorderen, waarbij de samenwerking met gelijkgestemde landen en de bredere gemeenschap van belanghebbenden wordt versterkt, in de geest van een Europees team, om een op de mens gerichte en regelgebaseerde aanpak van AI te ondersteunen. Met het oog op de doeltreffendheid moet de benadering van de EU gebaseerd blijven op een proactieve aanpak in verschillende internationale organen om de sterkst mogelijke coalitie van landen op te bouwen die de wens naar ondersteunende regelgeving en democratisch bestuur delen die ten goede komt aan onze samenleving. De EU zal tegelijkertijd contact opnemen met andere partners en per onderwerp raakvlakken zoeken om de vele mogelijkheden en uitdagingen in verband met AI aan te pakken.
Overzicht van ondernomen acties
Internationale organen zoals de Verenigde Naties (VN), de Organisatie van de Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (Unesco), de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), de Raad van Europa, de G7 en de G20 verrichten werkzaamheden met betrekking tot AI. Internationale normalisatieorganisaties zoals de Internationale Organisatie voor normalisatie (ISO) en het Institute of Electrical and Electronics Engineers (IEEE) zijn betrokken bij talrijke normalisatieactiviteiten op dit gebied. In het gecoördineerde plan van 2018 werd benadrukt dat de ontwikkeling van AI baat zal hebben bij internationale samenwerking, met name tussen vergevorderde landen met sterke punten inzake O&I en investeringen op het gebied van AI en werden de voordelen van de ontwikkeling van internationale normen voor het vergemakkelijken van de uitrol en acceptatie van AI onderstreept. De samenwerking van de EU met internationale organen is ook doeltreffend gebleken bij het identificeren van risico’s en kwaadwillig gebruik in verband met AI.
De EU neemt bijvoorbeeld op de volgende wijze actief deel aan de mondiale dialoog en bevordert een Europese visie op betrouwbare AI op mondiaal niveau:
-De EU is oprichtend lid van het nieuwe mondiale partnerschap inzake AI (GPAI), dat in juli 2020 van start ging, met een sterke vertegenwoordiging in de vier werkgroepen over: databeheer, verantwoorde AI (met inbegrip van een subgroep voor de respons op pandemieën), de toekomst van werk en de commercialisering van innovatie.
-De EU heeft ook een aanzienlijke bijdrage geleverd aan de werkzaamheden van de OESO op het gebied van AI, door middel van haar betrokkenheid bij de deskundigengroep ONE AI en de samenwerking van AI Watch met betrekking tot het verzamelen en publiceren van nationale AI-strategieën.
-In september 2020 startte de Commissie een groot project voor een instrument voor buitenlands beleid om samen te werken met internationale partners met betrekking tot regelgevings- en ethische zaken en de verantwoorde ontwikkeling van betrouwbare AI op mondiaal niveau te bevorderen.
-De herziening van de verordening inzake tweeërlei gebruik zal de EU in staat stellen nieuwe regels vast te stellen die meer verantwoording en transparantie mogelijk maken bij de handel in producten voor tweeërlei gebruik, om te helpen zorgen dat AI uit Europa niet wordt misbruikt.
-De EU voert gestructureerde bilaterale dialogen met onder meer Canada en Japan. Een gezamenlijke commissie EU-Japan inzake AI kwam in november 2020 voor het eerst bijeen en mogelijkheden voor een versterkte samenwerking met Canada op het gebied van AI zijn besproken. Daarnaast zijn werkzaamheden van start gegaan voor een AI-taskforce met India en zijn er plannen om besprekingen met Australië en Singapore te starten.
-Met de Verenigde Staten wordt momenteel een dialoog gevoerd over de ontwikkeling en uitrol van betrouwbare AI. De Commissie en de hoge vertegenwoordiger hebben samen hun ambities vastgesteld voor een nieuwe, toekomstgerichte trans-Atlantische agenda, waarin ook digitale en andere kwesties in verband met technologie zijn opgenomen. De Commissie stelt met name het oprichten van een handels- en technologieraad EU-VS voor. Meer concreet zal de Commissie streven naar een AI-overeenkomst met de VS. Er zijn verschillende kanalen voor besprekingen met vertegenwoordigers van de VS (bv. de dialoog EU-VS over de informatiemaatschappij), evenals diverse instellingen/denktanks.
-De EU blijft internationale normalisatie-instellingen steunen bij hun werkzaamheden om gemeenschappelijke normen op te stellen voor de mondiale governance op het gebied van AI. Daartoe neemt de Commissie actief deel aan lopende besprekingen met toonaangevende normalisatieorganisaties, zoals de ISO en het IEEE, om beste praktijken uit te wisselen en haar visie op de verantwoorde ontwikkeling en toepassing van AI wereldwijd te bevorderen.
-De Commissie heeft ook deelgenomen aan de openbare raadpleging over AI en IE van het Internationaal Bureau van de Wereldorganisatie voor de Intellectuele Eigendom (WIPO) en neemt actief deel aan WIPO-besprekingen.
Vooruitzichten
De EU zal haar bilaterale en multilaterale inspanningen opvoeren om de totstandbrenging van een wereldwijd gelijk speelveld voor het betrouwbare en ethische gebruik van AI te ondersteunen, voortbouwend op een sterke trans-Atlantische samenwerking, maar ook door middel van een bredere coalitie van gelijkgestemde partners.
De Commissie zal:
-blijven deelnemen aan internationale, multilaterale en bilaterale besprekingen over betrouwbare AI en deze blijven vergemakkelijken en ondersteunen, op basis van een open, op waarden gebaseerde benadering, en de EU-aanpak van AI op mondiaal niveau blijven bevorderen, dat wil zeggen door middel van samenwerking op regelgevingsgebied, strategische communicatie en publieke diplomatie;
-het vaststellen van mondiale AI-normen bevorderen, in nauwe samenwerking met internationale partners, en blijven deelnemen aan de werkzaamheden van de WIPO op het gebied van AI en IE-rechten; en
-de inspanningen in bilaterale uitwisselingen met derde landen opvoeren door middel van gestructureerde dialogen en gezamenlijke initiatieven met betrekking tot AI. Dit zal gezamenlijke projecten omvatten, zoals het AI-project voor de slimme productie EU-Japan, dat door de EU werd gefinancierd in het kader van Horizon 2020.
De lidstaten en de EU zullen:
-hun inspanningen voor een internationaal bereik met betrekking tot AI voortzetten en ervoor zorgen dat Europa de wereld consistente boodschappen verstuurt over AI. De EU zal er daarnaast aan de hand van haar deskundigheid en speciale financiële middelen toe blijven bijdragen dat AI steviger wordt verankerd in de diplomatie en het ontwikkelingsbeleid, met bijzondere aandacht voor de zuidelijke landen van het Middellandse Zeegebied en Afrika; en
-uitwisselingen met mondiale spelers over beste praktijken voor het beoordelen, testen en reguleren van AI-toepassingen vergemakkelijken.
IV.Strategisch leiderschap opbouwen in sectoren waar de effecten groot zijn
Naast de horizontale acties worden in de 2021-herziening van het gecoördineerde plan zeven sectorale actiegebieden besproken. Om de gezamenlijke acties inzake AI beter af te stemmen op de Europese Green Deal en de EU-maatregelen om de COVID-19-pandemie aan te pakken, worden in de herziening acties voorgesteld op het gebied van milieu en gezondheid. Het afstemmen en versterken van gezamenlijke acties is nodig om bij te dragen tot systemische veranderingen en de EU te helpen haar verbintenis na te komen om de economie te vergroenen. AI-instrumenten en -toepassingen, zoals “digitale tweelingen” van de aarde, zullen onontbeerlijk zijn als de EU haar doelstellingen op het gebied van klimaatneutraliteit, een algemeen lagere consumptie van grondstoffen, meer efficiëntie en een duurzamere EU wil verwezenlijken, in overeenstemming met de VN-Agenda 2030 en de VN-doelstellingen voor duurzame ontwikkeling.
In de strijd tegen COVID-19 heeft AI haar veelzijdigheid al bewezen, bijvoorbeeld door bij te dragen aan analyses van CT-scans (computertomografie) (om vroege tekenen van infectie op te sporen) en aan de ontwikkeling van vaccins. De pandemie heeft ook het belang van nieuwe digitale werkmethoden en van samenwerking tussen de lidstaten onderstreept, ten voordele van de economie en het grote publiek. Om aan te sluiten bij de marktontwikkelingen en lopende acties in de lidstaten, worden in de herziening ook gezamenlijke acties voorgesteld op het gebied van robotica, de publieke sector, mobiliteit, binnenlandse zaken en landbouw.
ONZE BELANGRIJKSTE VOORSTELLEN OM STRATEGISCH LEIDERSCHAP OP TE BOUWEN
11.AI inzetten voor klimaat en milieu
Motivering voor gezamenlijke acties:
De EU streeft ernaar om tegen 2030 de uitstoot van broeikasgassen met ten minste 55 % te verminderen en tegen 2050 klimaatneutraal te zijn. De ontwikkeling en de grootschalige invoering van klimaat- en milieuvriendelijke AI-oplossingen bieden heel wat kansen om deze ambitieuze doelstellingen te helpen verwezenlijken. Dit wordt ook benadrukt in de recente conclusies van de Raad Milieu waarin de rol van AI in het bereiken van de doelstellingen van de Europese Green Deal wordt onderstreept. In de conclusies wordt benadrukt hoe belangrijk het is om de aandacht toe te spitsen op de mogelijke directe en indirecte negatieve milieueffecten van AI, worden de lidstaten aangemoedigd ervaringen en geleerde lessen uit te wisselen en wordt de Commissie verzocht indicatoren en normen met betrekking tot de negatieve gevolgen van digitalisering te ontwikkelen. In maart 2021 hebben 24 lidstaten, Noorwegen en IJsland een verklaring ondertekend om groene digitale technologieën sneller in te voeren ten bate van het milieu, namelijk door de ontwikkeling en het gebruik van energie-efficiënte algoritmen aan te moedigen.
Naast de vermindering van de broeikasgasemissies zou AI ook kunnen helpen om de transitie naar schone energie betaalbaarder, aanvaardbaarder en circulairder te maken. Optimalisering van de connectiviteit met energie-, vervoers- en communicatienetwerken en het aanpakken van klimaat- en milieuproblemen, waaronder afvalbeheer en hergebruik, kunststoffen voor eenmalig gebruik, uitputting van natuurlijke hulpbronnen, water- en luchtverontreiniging, aanpassing aan de klimaatverandering en verlies van biodiversiteit. In dit verband kunnen AI-technologieën in de eerste plaats de verwezenlijking van de Green Deal-doelstellingen ondersteunen via vier belangrijke kanalen:
-transitie naar een circulaire economie, bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat productieprocessen efficiënter worden en minder hulpbronnen en energie verbruiken;
-een betere aanpak van de organisatie, de integratie en het beheer van het energiesysteem, en bedrijven, overheidsinstanties en burgers in staat stellen om de meest duurzame en efficiënte energieopties te kiezen;
-het koolstofvrij maken van gebouwen, landbouw en industrie; en een efficiënter beheer van de vervoersstromen voor alle vervoerswijzen: de weg, het spoor en de lucht, om zo congestie te verminderen, intermodaal vervoer te vergemakkelijken en bij te dragen tot de uitrol van elektrische, zelfrijdende voertuigen als onderdeel van het openbaar en particulier vervoer; en
-volledig nieuwe oplossingen mogelijk maken die met andere technologieën niet mogelijk zouden zijn.
AI kan een sleutelrol spelen bij het genereren van beleidsrelevante data, informatie en kennis om de Green Deal-doelstellingen op een doeltreffende en efficiënte manier te verwezenlijken en op maat gesneden interventies mogelijk te maken. De publieke sector moet het voorbeeld geven bij de ontwikkeling van en de vraag naar duurzame AI. Steden en gemeenschappen kunnen bijvoorbeeld AI inzetten om hun milieu- en klimaatdoelstellingen te bereiken aan de hand van AI-gebaseerde oplossingen. Hoewel AI een groot potentieel heeft om de verwezenlijking van de klimaat- en milieudoelstellingen van de EU te vergemakkelijken, heeft de technologie zelf een aanzienlijke ecologische voetafdruk, vooral wat het energieverbruik betreft. Daarom zijn verdere beoordelingen en acties nodig zodat AI een netto positief milieueffect heeft.
Vooruitzichten
Om AI in te zetten voor klimaat en milieu, zal de Commissie:
-onderzoek en ontwikkeling versnellen, met speciale aandacht voor de bijdrage van AI aan duurzame productie en belangrijke toepassingssectoren via het programma Horizon Europa:
-O&I ondersteunen op het gebied van AI met het oog op een foutloze, afval- en emissievrije vervaardiging en slimme productie in 2021;
-O&I ondersteunen voor AI-gebaseerde slimme landbouwoplossingen, met de nadruk op efficiëntiewinst, op maat gemaakte toepassingen en een daling van de gebruikte basisproducten en veroorzaakte emissies in 2021;
-onderzoek en ontwikkeling ondersteunen voor AI-gebaseerde oplossingen voor de bewaking van de waterkwaliteit en -beschikbaarheid; en
-kleine en middelgrote ondernemingen helpen om duurzame AI-oplossingen toe te passen in de verwerkende industrie met het initiatief “Innovation for Manufacturing Sustainability in SMEs” (I4MS2), dat vanaf 2022 financiering zal verstrekken aan kmo’s die bereid zijn experimenten uit te voeren met het oog op de invoering van nieuwe technologie in hun bedrijf;
-onderzoek naar groenere AI ondersteunen, waarbij het energieverbruik van AI-technologieën wordt aangepakt via het programma Horizon Europa:
-onderzoek naar zuinige AI verder ondersteunen om lichtere, minder data-intensieve en energieverslindende modellen te ontwikkelen, met projecten die in 2022 van start gaan; en
-het geïnstitutionaliseerde Europese partnerschap voor digitale sleuteltechnologieën, dat in 2021 van start gaat en waarmee technologieën zullen worden ontwikkeld om veel AI-toepassingen om te schakelen van energievretende platforms naar duurzamere oplossingen aan de rand van het netwerk, waaronder de volgende generatie energiezuinige processoren voor AI-toepassingen;
-ervoor zorgen dat het milieuaspect wordt opgenomen in de acties van het programma Digitaal Europa die erop gericht zijn AI-toepassingen op grote schaal beschikbaar te maken voor potentiële gebruikers in heel Europa:
-met projecten die in 2022 van start gaan, TEF’s ondersteunen voor AI-toepassingen op het gebied van slimme en groene gemeenschappen, productie, energie en agrovoeding, die direct bijdragen tot milieuduurzaamheid in deze sectoren, en AI-toepassingen aan de rand van het netwerk; en
-de brede uitrol van AI-competenties vergemakkelijken via het EDIH-netwerk, dat ook kmo’s en overheidsdiensten zal bereiken en hen in staat zal stellen te experimenteren met het gebruik van AI in het kader van duurzaamheid;
-een dataruimte voor klimaatneutrale en slimme gemeenschappen oprichten en valideren door middel van proefprojecten die gericht zijn op de actiegebieden van de Europese Green Deal (oproep in het tweede kwartaal van 2021, resultaten zullen beschikbaar zijn in het derde kwartaal van 2022);
-een stappenplan ontwikkelen voor een gemeenschappelijke Europese dataruimte voor de Green Deal om het grote potentieel van data voor duurzaamheid en klimaataanpassing te benutten (oproep in het tweede kwartaal van 2021)
;
-een hoogwaardige, door AI ondersteunde, digitale simulatie van de planeet ontwikkelen via het initiatief “Destination Earth” om de natuurlijke en menselijke activiteit te monitoren en te simuleren, en scenario’s te ontwikkelen en te testen voor een duurzamere ontwikkeling en klimaatbestendigheid. De ontwikkeling start in het derde kwartaal van 2021 en de eerste fase zal eind 2023 voltooid zijn;
-de sectorale dialoog over groene AI versterken met leidinggevenden van Europese ondernemingen en andere belanghebbenden die in verschillende economische sectoren actief zijn, om na te gaan welke specifieke acties in elke sector nodig zijn voor een duurzame uitrol van AI ten voordele van de economie, de samenleving en het milieu. Verenigingen die de industriële sectoren vertegenwoordigen, zullen een bijdrage leveren aan deze inspanning;
-doeltreffende manieren verkennen om essentiële prestatie-indicatoren te definiëren om de negatieve en positieve milieueffecten van AI te bepalen en te meten, waarbij ook wordt voortgebouwd op de lopende activiteiten van de Commissie betreffende hulpbronnen- en energie-efficiënte en duurzame infrastructuur voor dataopslag en -verwerking, elektronische communicatie en eerdere bredere inspanningen op dit gebied. Dit is onder andere mogelijk door de oprichting van een taskforce die ook kan nagaan of het mogelijk is een milieuscore op te nemen in de criteria voor de evaluatie van AI-systemen (bv. in het kader van overheidsopdrachten); en
-milieuvraagstukken opnemen in haar internationale coördinatie en samenwerking inzake AI. AI kan weliswaar een belangrijke rol spelen bij de aanpak van uitdagingen op wereldschaal, zoals de klimaatverandering en de verontreiniging met microplastics, maar dit vergt coördinatie binnen internationale organisaties en eventueel directe samenwerking met gelijkgestemde landen.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-resultaten van nationale inspanningen op het gebied van “groene AI” en klimaatacties te delen, beste praktijken uit te wisselen met andere lidstaten en op basis van hun ervaringen grensoverschrijdende projecten, bewustmakingsinspanningen en acties voor te stellen die op Europees niveau kunnen worden ondernomen;
-lokaal beschikbare deskundigheid en knowhow te delen via het EDIH-netwerk, dat opleidings- en kennisuitwisselingsactiviteiten kan ondersteunen;
-de opneming van een “groene AI”-component in de AI-curricula van universiteiten en het hoger onderwijs te ondersteunen, evenals andere AI-opleidingen en -programma’s; en
-samen te werken met nationale ICT-stakeholders en andere belanghebbenden uit de sector, waaronder normalisatie-instellingen, voor de opstelling van richtsnoeren en gestandaardiseerde beoordelingsmethoden om “groene AI” te ondersteunen op gebieden zoals slimme netwerken, precisielandbouw, en slimme en duurzame steden en gemeenschappen.
12.AI van de volgende generatie gebruiken om de gezondheid te verbeteren
Motivering voor gezamenlijke acties:
Wereldwijd behoort de EU tot de koplopers wat betreft de toepassing van AI in gezondheid en de gezondheidszorg. Op dit gebied hebben zich snelle ontwikkelingen voorgedaan dankzij de toenemende beschikbaarheid van gezondheidsgegevens, in combinatie met een ongekende vooruitgang op het gebied van AI. AI-technologieën kunnen bijvoorbeeld de druk op de gezondheidszorgsystemen verlichten, de werkstromen in ziekenhuizen verbeteren, de toewijzing van personele en andere hulpbronnen optimaliseren, de efficiëntie en doeltreffendheid van klinische proeven vergroten en de ontdekking van nieuwe geneesmiddelen ondersteunen. AI-systemen kunnen mensen ook ondersteunen bij klinische beslissingen en behandelingskeuzes, of de analyse van gezondheidsbeelden en laboratorium- of histologiedata verbeteren, net als de nauwkeurigheid van diagnoses en de toegang tot de gezondheidszorg, wat aanzienlijke maatschappelijke voordelen oplevert. Het sociale en economische belang van AI-toepassingen in het gezondheidsbeleid wordt op het EU-beleidsniveau erkend en sterk beklemtoond.
De COVID-19-pandemie heeft het belang van AI voor de gezondheid en de zorg verder versterkt en heeft de EU en de lidstaten duidelijk gemaakt wat de voordelen zijn van verdere samenwerking op dit gebied.
AI is een belangrijke troef geweest om op de pandemie te reageren. De Commissie heeft onder meer geïnvesteerd in de snelle ontwikkeling van een analyse-instrument voor computertomografie (CT) van de borstkas, in supercomputerexperimenten om nieuwe therapieën voor COVID-19 te vinden en in het gebruik van robots om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan met behulp van UV-ontsmetting
.
De beschikbaarheid van gezondheidsgegevens van hoge kwaliteit en de mogelijkheid om data uit verschillende bronnen te gebruiken, te combineren en te hergebruiken in overeenstemming met het EU-acquis, de AVG en de internationale verbintenissen van de Unie, zijn essentiële voorwaarden voor de ontwikkeling en uitrol van AI-systemen. Daarom heeft de Commissie voorgesteld om een Europese ruimte voor gezondheidsgegevens op te richten en heeft zij in 2020 ook voorbereidende acties daartoe ondernomen. De Commissie werkt momenteel aan een wetgevingsvoorstel over de Europese ruimte voor gezondheidsgegevens
. Er zal actie worden ondernomen om: problemen aan te pakken in verband met de governance, beveiliging, databescherming en privacy, kwaliteit, infrastructuur en interoperabiliteit van data, digitale gezondheid en AI, een veilige vrije stroom van gezondheidsgegevens te garanderen en de invoering van digitale gezondheid en AI in de gezondheidszorg te bevorderen. De activiteiten omvatten de oprichting van een passend juridisch en bestuurlijk kader voor de Europese ruimte voor gezondheidsgegevens, de uitrol van een EU-brede infrastructuur voor de uitwisseling van en toegang tot gezondheidsgegevens ten behoeve van onderzoek, beleidsvorming en regelgevingsactiviteiten, de uitbreiding van de bestaande infrastructuur voor de uitwisseling van gezondheidsgegevens voor de gezondheidszorg (MyHealth@EU), de verbetering van de datakwaliteit in de gezondheidssector en capaciteitsuitbreiding. De dataruimte zal de schaalvergroting en invoering van digitale gezondheidsoplossingen, waaronder AI in de gezondheidszorg, aanmoedigen en op die manier concrete voordelen voor de patiënten opleveren. De Europese ruimte voor gezondheidsgegevens zal het trainen en testen van AI-algoritmen ondersteunen.
Op 25 november 2020 heeft de Commissie een mededeling over een farmaceutische strategie voor Europa gepubliceerd
. De strategie vormt een belangrijke pijler van de visie van de Commissie om een sterkere Europese gezondheidsunie uit te bouwen
en om patiënten een betere toegang te geven tot innovatieve en betaalbare geneesmiddelen.
De Commissie ondersteunt de samenwerking tussen de lidstaten via de gezamenlijke actie inzake de Europese ruimte voor gezondheidsgegevens, die begin 2021 formeel van start is gegaan. Zij ondersteunt nationale investeringen via financieringsinstrumenten zoals het Europees Sociaal Fonds+, InvestEU en de herstel- en veerkrachtfaciliteit. Acties op Europees niveau worden of zullen worden ondersteund via de programma’s EU4Health, Digitaal Europa en Horizon Europa.
De Commissie en de lidstaten werken samen aan de uitvoering van het Europees kankerbestrijdingsplan
. Dat omvat een aantal acties waarbij AI een rol zal spelen om de kankerzorg te versterken, waaronder de ontwikkeling van een gemeenschappelijke databank met gezondheidsbeelden van de meest voorkomende vormen van kanker, teneinde de door AI ondersteunde diagnose en behandeling te verbeteren. Om dit initiatief te ondersteunen, heeft de Commissie in 2019 een Horizon 2020-oproep tot het indienen van voorstellen gelanceerd, met 35 miljoen EUR ondersteuning voor de ontwikkeling van gezondheidsbeeldanalyse voor kankerdiagnostiek en -behandeling op basis van AI.
De Commissie kijkt ook naar de vooruitgang die op het gebied van AI voor medische hulpmiddelen, medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek en farmaceutische producten wordt geboekt en naar de verbetering van de empirische basis voor besluitvorming om mogelijkheden te identificeren en opkomende uitdagingen aan te pakken. Daarnaast verkent de Commissie de invoering van AI in de dagelijkse klinische praktijk en in diverse zorgomgevingen om ook daar de mogelijkheden in kaart te brengen en opkomende uitdagingen aan te pakken. Er zijn benchmarks en goede voorbeelden nodig voor de datavergaring en de ontwikkeling en het testen van AI-systemen die de bescherming van persoonsgegevens en de persoonlijke levenssfeer eerbiedigen in overeenstemming met de AVG en de nationale wetgeving.
Vooruitzichten
De Commissie zal, samen met de lidstaten:
-wetgevingsmaatregelen voorstellen voor een Europese ruimte voor gezondheidsgegevens. Deze wetgevingsmaatregelen zullen een aanvulling vormen op de voorgestelde horizontale AI-wetgeving en bedoeld zijn ter ondersteuning van het trainen en testen van AI-algoritmen, evenals de werkzaamheden van regelgevers om de in de gezondheidszorg gebruikte AI te evalueren (kwartaal 4, 2021);
-samenwerkingsprojecten ondersteunen waarin belanghebbenden worden samengebracht om het gebruik van high-performance computing en AI in combinatie met EU-gezondheidsgegevens ten bate van farmaceutische innovatie te bevorderen, zoals bepaald in de farmaceutische strategie voor Europa (uitrol van de projecten 2021-2022);
-de algemene geneesmiddelenwetgeving evalueren en herzien om deze aan te passen aan geavanceerde producten, wetenschappelijke ontwikkelingen (bv. genomica of gepersonaliseerde geneeskunde) en technologische veranderingen, met inbegrip van AI (bv. data-analyse en digitale instrumenten), en om op maat gesneden prikkels voor innovatie te bieden, zoals beoogd in de farmaceutische strategie voor Europa (2022);
-tegen 2022 TEF’s voor AI- en robottechnologieën in de gezondheidssector oprichten via het programma Digitaal Europa, met als mogelijke aandachtsgebieden COVID-19, kanker, pediatrie, technologieën voor actief en begeleid wonen, ondersteuning voor patiëntveiligheid, en procesefficiëntie;
-acties ondernemen om de geografische dekking en de grensoverschrijdende uitwisseling van gezondheidsinformatie uit te breiden, via MyHealth@EU, met inbegrip van patiëntendossiers, e-recepten, beelden, laboratoriumresultaten en ontslagbrieven, alsook acties ondernemen ter ondersteuning van het hergebruik van gezondheidsgegevens voor onderzoek, beleidsvorming en regelgevingsactiviteiten. Deze acties zullen worden gefinancierd via de programma’s EU4Health, Digitaal Europa en Horizon Europa, zodat tegen 2025:
-burgers uit alle lidstaten hun gezondheidsgegevens kunnen delen met de zorgaanbieders en autoriteiten van hun keuze;
-er een EU-brede infrastructuur van de Europese ruimte voor gezondheidsgegevens is opgezet voor de toegang tot gezondheidsgegevens in het kader van onderzoek en beleidsvorming. AI zal een belangrijk onderdeel vormen van de Europese ruimte voor gezondheidsgegevens en zal data-analyse mogelijk maken, waardoor het onderzoek zal worden ondersteund en versneld;
-steun blijven verlenen aan de uitrol van de infrastructuur die nodig is om Europese databanken, bijvoorbeeld met medische beelden van verschillende soorten kanker, te koppelen en te verkennen, en AI-technologieën te benutten om gebruik te maken van verzamelingen van kankerbeeldvorming van hoge kwaliteit;
-het gebruik van AI-technologieën vergemakkelijken, met volledige inachtneming van de wetgeving inzake databescherming, de ethische beginselen en de mededingingsregels, om nieuwe kennis op te sporen en klinisch onderzoek en de besluitvorming te ondersteunen in het kader van het “1+ miljoen genomen”-initiatief. Dit initiatief bouwt voort op de “1+ miljoen genomen”-verklaring van de lidstaten en heeft tot doel ten minste 1 miljoen genomen toegankelijk te maken voor onderzoek in de EU;
-de ontwikkeling en uitrol ondersteunen van toepassingen van de “digitale tweeling in gezondheid en zorg”, waarin AI-technologieën een centrale rol zullen spelen, door een functioneel, inclusief EU-systeem te bevorderen; en
-investeren in de ontwikkeling en klinische validering van robuuste, eerlijke en betrouwbare vraaggestuurde AI-systemen voor behandeling en zorg, in het kader van Horizon Europa, met inbegrip van gepersonaliseerde preventie en risicovoorspelling van ziekten, met bijzondere aandacht voor prestaties, veiligheid, beveiliging, verklaarbaarheid, het geven van feedback en ondersteuning inzake fraudepreventie in de gezondheidszorg, bruikbaarheid en (kosten-)effectiviteit van AI-oplossingen, en het (her)gebruik van ongestructureerde gezondheidsgegevens.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-acties te ondernemen om de kwaliteit en de semantische interoperabiliteit van gezondheidsgegevens te verbeteren, wat van fundamenteel belang is voor de ontwikkeling en het gebruik van AI;
-acties te ontwikkelen en initiatieven te ondersteunen om het inzicht in en de aanvaarding van digitale technologie door medisch personeel te vergroten, om zo de aanvaarding van AI-gebaseerde systemen op medisch gebied te versnellen;
-aanbevelingen uit te voeren ter bevordering van de bijscholing van gezondheidswerkers op het gebied van e-gezondheid en om overeenstemming te bereiken over gemeenschappelijke Europese kwaliteitsindicatoren voor medische vervolgopleidingen;
-het “1+ miljoen genomen”-initiatief door te zetten, eventueel via hun nationale herstel- en weerbaarheidsplannen, ook als meerlandenproject;
-investeringen in het secundaire gebruik van gezondheidsgegevens te ondersteunen, onder meer voor AI, bijvoorbeeld met behulp van financiering uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit;
-actie te ondernemen om de integratie van innovatieve, AI-gebaseerde systemen (bv. machinaal leren, autonome systemen, gesprekspartners, big data, robotica) in gezondheids- en zorgvoorzieningen, zoals ziekenhuizen en verzorgingstehuizen, te vergemakkelijken, met name wanneer de digitalisering van de gezondheidsstelsels in de nationale herstel- en veerkrachtplannen is opgenomen;
-EDIH’s te ondersteunen die gespecialiseerd zijn in medische technologieën en e-gezondheid, om zo regionale/nationale gezondheidsstelsels en de industrie te helpen bij hun onderzoeksinspanningen om betere behandelingen te bieden en vooruitgang te boeken in de strijd tegen het coronavirus; en
-samen met nationale, regionale en internationale normalisatie-instellingen te werken aan de definitie en vaststelling van gemeenschappelijke normen, onder meer voor kwesties zoals beveiliging, veiligheid, privacy, interoperabiliteit, in een poging de bestaande AI-normen op het gebied van gezondheid te actualiseren.
13.De voorsprong van Europa behouden: strategie voor robotica in de wereld van AI
Motivering voor gezamenlijke acties:
Door AI aangedreven robotica is een sleutelfactor voor de productiviteit, het concurrentievermogen, de veerkracht en de open strategische autonomie van de EU met behoud van een open economie in de digitale wereld. Robotica boekt snelle vooruitgang en robots met AI-ondersteuning worden steeds vaker en met een aanzienlijke impact ingezet in tal van sleutelsectoren, zoals gezondheidszorg, agrovoeding, inspectie en onderhoud, logistiek, ruimtevaart, bouw, fabricage enz. De aanvaarding van AI-gebaseerde robotica zal de ontwikkelingen in de Europese robotica-industrie aanwakkeren en het scala aan activiteiten waarin robots actief zijn, verder uitbreiden, waardoor de samenwerking tussen mens en robot zal toenemen
.
De gevolgen van COVID-19 voor de wereldeconomie hebben duidelijk gemaakt dat er behoefte is aan veerkrachtigere toeleveringsketens. Automatisering dankzij robotica biedt de mogelijkheid om een deel van de productie naar Europa terug te brengen en de autonomie van Europa in kritieke waardeketens te vergroten. Verwacht wordt dat robotica in toenemende mate werknemers op verschillende manieren zal ondersteunen en de arbeidsomstandigheden zal verbeteren. Door de demografische uitdagingen in Europa zal de behoefte aan robots en automatisering
toenemen, vooral in de dienstensector (met name wat betreft de gezondheidszorg en zelfstandig wonen voor ouderen).
Kortom, robotica zal grote voordelen opleveren voor de samenleving, de economie, het milieu en de bevolking in het algemeen.
Deze ontwikkeling gaat gepaard met een aantal uitdagingen. Door het veranderende arbeidslandschap ontstaat een duidelijke behoefte om nieuwe werkmethoden te bedenken en passende opleidingen voor vaardigheden en vakbekwaamheden te ontwikkelen om met robots samen te werken en inzicht te krijgen in hun mogelijkheden en beperkingen. Als deze factoren niet worden aangepakt, ondermijnen zij het vertrouwen in en de aanvaarding van robottechnologie. De Commissie zal nauwlettend blijven toezien op de gevolgen voor de samenleving, de werkgelegenheid en de arbeidsomstandigheden in het licht van de ontwikkeling en de invoering van AI-technologieën.
Daarnaast is het specifieke karakter van robotica gekoppeld aan de fysieke interactie met mensen en de omgeving. Robots zullen steeds autonomer worden en meer samenwerken met mensen, of het nu gaat om meewerkende robots die uit een kooi tevoorschijn komen of robots die diensten verlenen. Dit doet vragen rijzen over de veiligheid: gezien de nabijheid van en interactie met mensen zijn zeer hoge veiligheidsnormen nodig om ongevallen en letsel te voorkomen. Het doet ook vragen rijzen over het garanderen van de toegankelijkheid en inclusiviteit van personen met een handicap. Robots worden ook steeds vaker met elkaar en met andere soorten apparaten verbonden en ze verwerken meer data, wat potentiële privacy- en cyberbeveiligingsrisico’s met zich meebrengt. Al deze overwegingen maken duidelijk dat moet worden nagedacht over testen, zoals is voorzien in de toekomstige test- en experimenteerfaciliteiten, en dat kwesties als certificering en naleving van het regelgevingskader moeten worden aangepakt, bijvoorbeeld door middel van testomgevingen voor regelgeving.
Robotica is dan ook een beleidsterrein met heel veel mogelijke economische en sociale gevolgen, onder meer op sleutelgebieden ter ondersteuning van de groene en digitale transitie van Europa.
Europa is goed geplaatst om het potentieel te realiseren en de uitdagingen aan te gaan. Europa heeft een toonaangevende robotica-industrie en onderzoeksgemeenschap: zij is de thuisbasis van veel robotfabrikanten, die ongeveer een kwart van alle industriële en dienstenrobots produceren. Op sommige gebieden van de robotica voor professionele dienstverlening, zoals melkrobots, domineren Europese fabrikanten de markt. Europa is ook leider op het gebied van roboticaonderzoek, met aantoonbare effecten in tal van praktijkvoorbeelden in belangrijke sectoren (bv. gezondheidszorg, landbouw, inspectie, scheepvaart, fabricage). De ontwikkelingen op het gebied van industriële en dienstverlenende robotica groeien naar elkaar toe en versterken elkaar. Dit biedt Europese ontwikkelaars een unieke kans om hun capaciteiten en marktvooruitzichten te versterken.
Om de sterke positie van Europa te handhaven en te consolideren en haar troeven ten volle uit te spelen, zijn niettemin intellectuele en financiële investeringen nodig, net als samenwerking tussen een breed spectrum van openbare en particuliere actoren. Ook moeten met de Europese maatregelen op het gebied van robotica de nieuwste AI-ontwikkelingen worden aangegrepen om innovatie en normalisatie, vertrouwensvraagstukken, tekorten aan vaardigheden en gevolgen voor de werkgelegenheid en het milieu aan te pakken, om zo de uitrol van veilige en betrouwbare roboticaoplossingen mogelijk te maken.
Vooruitzichten
De Commissie zal:
-in het kader van dit gecoördineerde plan acties uitvoeren zodat Europa een wereldmacht blijft op het gebied van robotica. Die acties omvatten elementen van onderzoek, innovatie en uitrol, maar ook belangrijke aspecten in verband met veiligheid en beveiliging, testen en valideren, sociaaleconomische vraagstukken, vaardigheden en vakbekwaamheden, en vertrouwen en ethiek. Zij bouwt voort op de strategische aanpak van vroegere en bestaande initiatieven en werkt die verder uit, met name het publiek-privaat partnerschap inzake robotica in het kader van Horizon 2020 en het nieuwe medegeprogrammeerd Europees partnerschap op het gebied van AI, data en robotica in het kader van Horizon Europa;
-voortbouwend op informatie van bestaande structuren en andere relevante beleidsinitiatieven op EU- en nationaal niveau, en om die zo nodig verder aan te vullen, een gespecialiseerd waarnemingscentrum voor roboticabeleid overwegen en, indien nodig geacht, ontwikkelen om de uitvoering van de roboticastrategie te monitoren en te ondersteunen door de vooruitgang te meten en de coördinatie en samenwerking te ondersteunen;
-vanaf 2021 de mogelijke regelgevingsobstakels evalueren en certificering ondersteunen om de ontwikkeling en de invoering van roboticaoplossingen mogelijk te maken;
-de verwachte prestaties en veiligheid van AI-aangedreven robots testen door middel van speciale TEF’s van wereldklasse in het kader van het programma Digitaal Europa, die vanaf 2022 zullen worden gebouwd. De TEF’s moeten ook bijdragen tot de conformiteitsbeoordelingsprocedures en de ontwikkeling van normalisatie-activiteiten op dit gebied;
-de ontwikkeling van roboticaoplossingen verder ondersteunen en ze vanaf 2022 inzetten in TEF’s die bijdragen tot de Green Deal, waarbij ook aandacht wordt besteed aan andere maatschappelijke uitdagingen zoals gezondheid en menselijk welzijn;
-onderzoek en innovatie op het gebied van robotica in Europa ondersteunen met het medegeprogrammeerd Europees partnerschap op het gebied van AI, data en robotica, dat voortbouwt op eerdere successen met vroegere partnerschappen. Dit publiek-private partnerschap, dat in het tweede kwartaal van 2021 van start zal gaan, zal ook specifiek de nadruk leggen op normalisatie om de samenwerking tussen belanghebbenden binnen het ecosysteem van de robotica te bevorderen;
-gebruikmaken van haar specifieke netwerk van EDIH’s om de Europese roboticasector en belanghebbenden te ondersteunen en de acceptatie te stimuleren;
-robotica opnemen in de onderwerpen waarop de ambitieuze strategie voor geavanceerde digitale vaardigheden in het kader van het programma Digitaal Europa is gericht, namelijk door vanaf 2022 steun te verlenen aan gespecialiseerde onderwijsprogramma’s of -modules op het gebied van robotica, stages en kortlopende roboticaopleidingen;
-onderzoek en innovatie ondersteunen voor de volgende generatie AI-aangedreven robots via Horizon Europa-projecten, te beginnen in 2022. De initiatieven moeten er onder meer op gericht zijn robots meer te laten samenwerken en ze een beter “begrip” van de wereld te geven, en op die manier te zorgen voor veiligheid, energie-efficiëntie en robuustheid, bv. om onder extreme fysische omstandigheden te werken; en
-de uitwisseling van kennis, praktijken en ervaring op het gebied van robotica ondersteunen, bv. voor praktijkvoorbeelden in specifieke sectoren of voor specifieke soorten robots (onbemande luchtvaartuigen enz.).
De Commissie en de lidstaten zullen:
-samenwerken om relevante AI- en robotica-initiatieven op EU- en nationaal niveau te analyseren en mogelijke lacunes, prioriteiten en beleidsmetriek in kaart te brengen;
-samen met nationale, regionale en internationale normalisatie-instellingen werken aan de vaststelling van gemeenschappelijke normen, onder meer met betrekking tot veiligheid, beveiliging, interoperabiliteit, multi-agentsystemen of gedeelde en glijdende autonomie, in een poging om de bestaande normen voor slimme robotica te actualiseren; en
-robotica bevorderen in het onderwijs voor alle leeftijds-, gender- en sociale groepen om de bewustwording te verbeteren en ze beter vertrouwd te maken met het onderwerp, onder meer door het gebruik van robotica als instrument om onderwijs en opleidingen te ondersteunen, in overeenstemming met de initiatieven in het onderdeel vaardigheden en talent.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-nationale investeringsplannen voor robotica te ontwikkelen binnen hun respectieve AI-strategieën, voortbouwend op de Europese strategie en met een sterke participatie van nationale belanghebbenden, met speciale aandacht voor onderzoek en innovatie en door gebruik te maken van de herstel- en veerkrachtfaciliteit om de digitale transitie te ondersteunen.
14.Van de publieke sector een pionier maken in het gebruik van AI
In dit deel wordt de nadruk gelegd op maatregelen om de invoering van AI-technologieën in de publieke sector te ondersteunen.
Overzicht van ondernomen acties
AI-toepassingen kunnen bijdragen tot betere overheidsdiensten, bijvoorbeeld door de interactie tussen de burger en de overheid te verbeteren, slimmere analysecapaciteiten mogelijk te maken of de algemene efficiëntie in de publieke sector te verbeteren en democratische processen te ondersteunen. Het gebruik van AI-systemen kan voordelen opleveren voor alle kernacties van de overheid. Door AI in een vroeg stadium in te voeren, kan de publieke sector de eerste zijn die een veilige, betrouwbare en duurzame AI gebruikt.
Om een diepgaander en breder gebruik van AI mogelijk te maken, moet de Europese publieke sector toegang hebben tot voldoende financiering en toegerust, gekwalificeerd en in staat gesteld worden om AI-gebaseerde systemen op een strategische en duurzame manier aan te kopen en in te voeren. De herstel- en veerkrachtfaciliteit biedt een ongekende kans om de invoering van AI in de overheidsadministratie in heel Europa te versnellen via het vlaggenschipinitiatief “Modernisering”, dat erop is gericht om investeringen en hervormingen in de digitalisering van de overheidsadministratie te stimuleren.
Overheidsopdrachten zijn essentieel voor de invoering van AI in de publieke sector. Zij kunnen ook de vraag naar en het aanbod van betrouwbare en veilige AI-technologieën in Europa helpen stimuleren. In dit verband werkt de Commissie aan het “Adopt AI”-programma om overheidsopdrachten voor AI-systemen te ondersteunen en de transformatie van de eigenlijke procedures voor overheidsopdrachten vooruit te helpen. Doel van het programma is de Europese publieke sector te helpen zijn sterke collectieve koopkracht te gebruiken om als katalysator te fungeren en de vraag naar betrouwbare AI te stimuleren. De publieke sector kan het voortouw nemen bij de ontwikkeling, aankoop en uitrol van betrouwbare en mensgerichte AI-toepassingen, bijvoorbeeld door gebruik te maken van overheidsopdrachten voor innovatieve oplossingen of door de ontwikkeling van nieuwe oplossingen te sturen in de richting van zijn behoeften via precommerciële overheidsopdrachten.
In bijna alle nationale AI-strategieën van de lidstaten zijn acties opgenomen om het gebruik van AI in de overheidsdiensten te stimuleren. Momenteel brengt meer dan de helft van de AI-oplossingen die in gebruik zijn incrementele of technische veranderingen van processen in de publieke sector teweeg. De lidstaten en de Commissie zijn begonnen met intercollegiaal leren en een EU-brede uitwisseling van beste praktijken op het gebied van AI in de publieke sector.
Via grensoverschrijdende gezamenlijke overheidsopdrachten of precommerciële aankopen van innovatieve AI-oplossingen kunnen synergieën worden benut en kan een grotere kritische massa worden bereikt om AI-oplossingen in heel Europa ingang te doen vinden in de publieke sector. Er zijn kansen voor gezamenlijke Europese acties om AI-oplossingen in de lidstaten aan te kopen, in gebruik te nemen en op te schalen.
Zo is in november 2018 het AI-aangedreven eTranslation-portaal van de Commissie geïntroduceerd bij de overheidsdiensten in de lidstaten. Na twee jaar maakten 6 600 ambtenaren in alle lidstaten gebruik van het eTranslation-webportaal. Nationale autoriteiten kunnen direct toegang vragen tot de webdienst, die momenteel door ongeveer 50 overheidsdiensten wordt gebruikt, waaronder het Zweedse nationale dataportaal, de Italiaanse Kamer van Afgevaardigden en socialezekerheidsinstellingen. De Commissie heeft ook AI-gerelateerde acties ondernomen, bijvoorbeeld met ISA²
, waaronder een proefproject om het gebruik van machinaal leren voor de evaluatie/indeling van documenten in overheidsdiensten aan te pakken
. Andere initiatieven waren bijvoorbeeld een analyse van het gebruik van AI binnen justitie
en de organisatie van praktische AI-webinars over het gebruik van AI-toepassingen op dat gebied.
Vooruitzichten
De Commissie zal:
-in 2021 het in het witboek aangekondigde “Adopt AI”-programma opstarten om overheidsopdrachten voor AI-systemen te ondersteunen en de procedures voor overheidsopdrachten zelf te helpen omvormen; met name:
-open en transparante sectorale dialogen zullen helpen een brug te slaan tussen de aanbestedende diensten (die willen weten welke oplossingen beschikbaar zijn om aan hun behoeften te voldoen) en de Europese industrie (die producten/diensten aan overheidsdiensten wil leveren en meer moet weten over hun plannen);
-dit zal op Europese schaal worden georganiseerd, zodat de lidstaten van elkaar kunnen leren. De EDIH’s zullen worden gebruikt om de dialoog tussen industriële actoren in heel Europa te bevorderen. Het programma zal op die manier investeringen door de industrie in AI en in de ontwikkeling van nieuwe AI-technologieën en -toepassingen stimuleren;
-in 2021 een dataruimte voor overheidsopdrachten ontwerpen waarin een uitgebreid overzicht zal worden gegeven van de markten voor overheidsopdrachten in de EU. Een toekomstig IT-instrument zal het gebruik van AI-methoden om data van overheidsopdrachten te analyseren, vergemakkelijken. De combinatie van beschikbare data en actuele, krachtige analyse-instrumenten zal van cruciaal belang zijn om het beheer van overheidsopdrachten te verbeteren; en
-intercollegiaal leren en de informatievergaring over richtsnoeren en de toepassing van AI in overheidsdiensten door de lidstaten blijven faciliteren, op basis van beste praktijken en de analyse van het potentieel voor hergebruik van AI-gebaseerde systemen en oplossingen; daarbij zal zij de mogelijkheden voor samenwerking tussen de betrokken belanghebbenden uit diverse sectoren in kaart brengen.
Met steun van de lidstaten zal de Commissie:
-via het programma Digitaal Europa initiatieven financieren voor de invoering van AI door lokale overheidsdiensten, door de Europese capaciteit voor de uitrol en opschaling van AI-gestuurde lokale digitale tweelingen te versterken (oproep in het vierde kwartaal van 2021, start van het project in het derde kwartaal van 2022);
-overheidsdiensten, met inbegrip van steden en gemeenten, ondersteunen bij het opzetten van AI-algoritmeregisters om het vertrouwen van de burger te vergroten, en het gebruik van catalogi met AI-toepassingen voor overheidsdiensten aanmoedigen om de invoering van AI in de publieke sector te bevorderen, bijvoorbeeld via het “platform voor AI on demand” (oproep in het vierde kwartaal van 2021, start van het project in het derde kwartaal van 2022); en
-overheidsdiensten, met inbegrip van steden en gemeenten, blijven steunen bij de aankoop van betrouwbare AI door een reeks minimumcapaciteiten voor algoritmen te ontwikkelen die in de contractvoorwaarden kunnen worden opgenomen (bv. Fair AI MIM) via de Living-in.EU-beweging en met andere middelen. De minimumcapaciteiten kunnen API’s omvatten voor de openbaarmakingsniveaus van geautomatiseerde besluitvorming.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-ten volle te profiteren van de kansen die de herstel- en veerkrachtfaciliteit biedt door in hun nationale herstel- en veerkrachtplannen maatregelen op te nemen die (bijvoorbeeld) gericht zijn op capaciteitsopbouw om de voordelen van voorspellende analyse en AI in de beleidsvorming en de openbare dienstverlening te benutten. De voorgestelde hervormingen en investeringen in het kader van deze component zijn gericht op het vlaggenschipinitiatief “Modernisering” van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, dat gericht is op de digitalisering van het openbaar bestuur en de overheidsdiensten, met inbegrip van het gerechtelijk apparaat en de gezondheidszorg. Zij kunnen ook de doelstellingen van het vlaggenschipinitiatief “Om- en bijscholing” van de herstel- en veerkrachtfaciliteit weerspiegelen, door ambtenaren en managers vaardigheden en nieuwe competenties aan te reiken, met name in verband met groene en digitale transities en om innovatie in het openbaar bestuur te bevorderen.
15.AI toepassen op rechtshandhaving, migratie en asiel
Motivering voor gezamenlijke acties:
AI-systemen kunnen, mits zij volgens de democratische beginselen en grondrechten worden ontworpen en gebruikt, uitgroeien tot een centrale technologie ter ondersteuning (maar niet ter vervanging)
van de verantwoordelijken voor binnenlandse zaken en ter versterking van de veiligheid. Met name moeten de rechtshandhavingsautoriteiten kunnen optreden in een snel veranderend en evoluerend crimineel landschap om de bescherming en veiligheid van iedereen te verbeteren
. AI kan ook de cyberbeveiliging verbeteren, bijvoorbeeld door te helpen bij het in kaart brengen van bedreigingen, door patronen te herkennen op basis van ervaringen uit het verleden, door de responstijd bij incidenten te verkorten en door de naleving van beste praktijken op beveiligingsgebied te vergemakkelijken.
De lidstaten maken steeds vaker gebruik van AI-systemen op het gebied van binnenlandse zaken
, aangezien deze zeer nuttig zijn gebleken om de openbare orde te verbeteren, een nauwkeurige besluitvorming te ondersteunen en misdaad en terrorisme te bestrijden
. Een intensievere samenwerking bij de ontwikkeling en uitrol van AI-technologieën op het gebied van binnenlandse zaken is van essentieel belang. Door de krachten te bundelen, en met volledige inachtneming van de grondrechten, kunnen de rechtshandhavingsinstanties en andere autoriteiten van de lidstaten de nieuwe uitdagingen als gevolg van de immense hoeveelheid data, de steeds geraffineerdere en complexere criminele activiteiten, en het gebruik van AI door criminele organisaties, met name bij cybercriminaliteit, alsmede de toenemende behoefte aan vlotte, snelle en gebruiksvriendelijke procedures, doeltreffender aanpakken. Daarom herhaalden de lidstaten dat het routinematig gebruik van AI-technologieën door de rechtshandhavingsautoriteiten, mits duidelijke waarborgen, een van de politieke prioriteiten is en benadrukten zij dat dit een belangrijke mijlpaal is ter ondersteuning van de werking van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht
. De lidstaten hebben de Commissie opgeroepen de vorming van een AI-talentenpool te bevorderen en de ontwikkeling van opleidingsmogelijkheden op het gebied van digitale geletterdheid en digitale vaardigheden voor rechtshandhavingsinstanties te vergemakkelijken
.
Op 9 december 2020 heeft de Commissie een EU-agenda inzake terrorismebestrijding
vastgesteld, waarin wordt gewezen op de ingrijpende effecten van AI op het vermogen van rechtshandhavingsinstanties om te reageren op terroristische dreigingen met inachtneming van de grondrechten en fundamentele vrijheden. Eveneens in 2020 hebben de lidstaten en de EU de EU-innovatiehub voor interne veiligheid opgericht, die zich ook richt op AI-instrumenten
en die als samenwerkingsnetwerk dient. Voorts heeft de Commissie een voorstel goedgekeurd over de versterking van het mandaat van Europol zodat het agentschap de opkomende dreigingen kan aanpakken, doeltreffend kan samenwerken met particuliere partijen en zijn rol op het gebied van innovatie kan versterken
. Europol moet een sleutelrol spelen bij: 1) de ondersteuning van de lidstaten bij de ontwikkeling van nieuwe technologische oplossingen op basis van artificiële intelligentie, die de nationale rechtshandhavingsautoriteiten in de hele Unie ten goede zouden komen, en 2) de bevordering van ethische, betrouwbare en mensgerichte artificiële intelligentie, met degelijke waarborgen op het gebied van beveiliging, veiligheid en grondrechten. Op 14 april 2021 heeft de Commissie ook een nieuwe EU-strategie voor de aanpak van georganiseerde criminaliteit gepresenteerd, die moet zorgen voor een moderne reactie op technologische ontwikkelingen, waaronder het gebruik van AI in strafrechtelijke onderzoeken, bijvoorbeeld voor de analyse van grote hoeveelheden data of voor onderzoeken naar verborgen internetsites (“darknet”).
Om de specifieke uitdagingen op het gebied van binnenlandse zaken aan te pakken, waaronder het vermogen om te reageren op misdrijven die zijn gepleegd of vergemakkelijkt door het gebruik van AI-technologieën, heeft de Commissie bovendien sectorspecifieke activiteiten ontwikkeld voor rechtshandhaving, migratie en asiel. De coördinatie-inspanningen van de EU op dit beleidsterrein zijn erop gericht de efficiëntie van de bevoegde autoriteiten te vergroten door middelen en deskundigheid te bundelen, beste praktijken uit te wisselen en waar nodig het rechtskader aan te passen. Dit past ook binnen de doelstelling om AI-gebaseerde technologieën volledig in overeenstemming te brengen met de democratische waarden, de rechtsstaat en de fundamentele rechten en beginselen, waaronder non-discriminatie en databescherming. Deze inspanningen zullen ook bijdragen tot de totstandbrenging van een ecosysteem van vertrouwen.
Vooruitzichten
Om de transparantie, de verklaarbaarheid en het vertrouwen van het publiek te vergroten, zal de Commissie:
-in het kader van het programma “Digitaal Europa”
(kwartaal 1, 2022) een oproep lanceren voor een specifieke gemeenschappelijke Europese ruimte voor beveiligingsdata voor de rechtshandhaving. Dit wordt een individuele dataruimte die onder de ruimere gemeenschappelijke Europese dataruimten voor overheden valt, zoals aangekondigd in de Europese datastrategie;
-in 2021 de haalbaarheid beoordelen van een kader voor databeheer en datawetenschap op EU-niveau voor de rechtshandhaving; om de transparantie en verklaarbaarheid van AI-gestuurde data-analyse te verbeteren;
-in het eerste kwartaal van 2021 het project van het Interregionaal criminologisch en gerechtelijk onderzoeksinstituut van de VN financieren, om een wereldwijde toolkit voor rechtshandhavingsinstanties te ontwikkelen met het oog op de bevordering van een betrouwbaar, rechtmatig en verantwoord gebruik van AI voor de rechtshandhaving (zoals beschreven in het gewijzigde werkprogramma 2020 van het Fonds voor interne veiligheid);
-in 2021 doorgaan met de lancering van “proofs-of-concept” voor concrete AI-praktijkvoorbeelden op het gebied van reguliere grenscontroles, migratie en politiecontroles
;
-in 2021 een proefproject starten voor één Europees migratievoorspellingssysteem, op basis van de resultaten van het onderzoek naar de haalbaarheid van een instrument voor voorspelling en vroegtijdige waarschuwing op het gebied van migratie op basis van AI-technologie; en
-onderzoek en innovatie op het gebied van AI blijven financieren met het oog op toepassingen en een kennisbasis voor rechtshandhaving, migratie en asiel die op Europese leest zijn geschoeid en de grondrechten en EU-waarden ten volle eerbiedigen.
De Commissie, de lidstaten en de betrokken EU-agentschappen zullen:
-samenwerken in het kader van de EU-innovatiehub voor interne veiligheid;
-samenwerken aan AI-toepassingen die als een nuttige facilitator dienen voor de ondersteuning en verbetering van de doeltreffendheid van de asielprocedures; en
-acties ondernemen om de handhaving van de milieuwetgeving te ondersteunen en milieucriminaliteit te bestrijden met behulp van AI-technologieën.
16. Mobiliteit slimmer, veiliger en duurzamer maken dankzij AI
Motivering voor gezamenlijke acties:
AI en automatisering zijn van cruciaal belang voor de mobiliteit van de toekomst. Zij kunnen de efficiëntie en veiligheid van het vervoer helpen verbeteren, de capaciteitsbenutting en de verkeersstromen optimaliseren en de interoperabiliteit van technologie en talen vergemakkelijken. AI kan multimodale vervoersketens optimaliseren en het gebruik van geautomatiseerde voertuigen mogelijk maken. Met de toenemende beschikbaarheid van data en AI-ondersteunde analyse-instrumenten zal AI nieuwe, veiligere, meer inclusieve, duurzame en efficiëntere diensten voor passagiers- en vrachtvervoer en mobiliteit mogelijk maken. Om echt inclusieve vervoers- en mobiliteitsdiensten te garanderen, moeten de datasets die worden gebruikt om AI-algoritmen te trainen, representatief en evenwichtig zijn om onbedoelde resultaten en mogelijke discriminatie van bepaalde vervoersgebruikers te vermijden.
Tijdens een informele Raad op 29 oktober 2020 benadrukten de EU-ministers van transport hoe belangrijk het is om proactief samen te werken met de EU-instellingen en de krachten te bundelen zodat Europa de kansen van de digitale revolutie voor een toekomstbestendige mobiliteit, een krachtige economie met zekere, aantrekkelijke arbeidsplaatsen en een leefbare klimaatneutrale toekomst benut
.
In december 2020 heeft de Commissie haar strategie voor duurzame en slimme mobiliteit vastgesteld, die (onder meer) voorziet in de ontwikkeling van een AI-stappenplan voor mobiliteit
en van een gemeenschappelijke Europese ruimte voor mobiliteitsdata, zoals aangekondigd in haar in februari 2020 gepubliceerde Europese datastrategie.
AI-technologieën hebben gevolgen voor alle vervoerswijzen en de EU heeft al initiatieven ontwikkeld
om het potentieel ervan te benutten:
-In de luchtvaartsector heeft het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA) in februari 2020 een AI-stappenplan gepubliceerd. Eurocontrol heeft samen met de Europese Commissie en een groot aantal partnerorganisaties een Europese groep op hoog niveau inzake AI in de luchtvaart (de EAAI HLG) opgericht, die in maart 2020 een FLY AI-actieplan
heeft gepubliceerd. Voorts beheert het EASA het “Data4Safety”-project waarin een grote databank wordt aangelegd om het beheer van de veiligheidsrisico’s op Europees niveau te ondersteunen.
-In de spoorwegsector werkt de gemeenschappelijke onderneming Shift2Rail (S2R) momenteel aan de vaststelling van specificaties voor automatische treinbesturing, met inbegrip van het gebruik van AI, automatiseringsgraad 3 en 4. Bovendien wordt het gebruik van AI reeds overwogen in de context van de innovatieprogramma’s van het S2R-kader, zowel voor passagiers- als voor vrachtvervoer per spoor. Het gebruik van AI zal verder worden ingebed in de opvolger van S2R, aangezien digitalisering en automatisering belangrijke katalysatoren zullen zijn voor de transformatie van het spoor op basis van een systeembenadering.
-In de binnenvaartsector is de River Information Services enabled Corridor Management Execution (RIS COMEX) een door de CEF gefinancierd project met meerdere begunstigden. Veel van deze RIS-gebaseerde corridor(informatie)diensten maken gebruik van big data en AI-gebaseerde algoritmen voor de berekening van optimale routes, verkeersdichtheden en geschatte aankomsttijden. en
-In de wegvervoersector gaan de activiteiten van het platform voor samenwerkende, verbonden en geautomatiseerde mobiliteit (CCAM) en van het komende Europese partnerschap CCAM in op AI en de specifieke ethische vraagstukken die zelfrijdende voertuigen met zich meebrengen. Het verslag van de deskundigengroep van de Europese Commissie — Ethics of Connected and Automated Vehicles — bevat aanbevelingen inzake verkeersveiligheid, privacy, billijkheid, verklaarbaarheid en verantwoordelijkheid
.
Vooruitzichten
De Europese Commissie zal, met de steun van de lidstaten:
-in 2021 een AI-stappenplan voor mobiliteit ontwikkelen, zoals aangekondigd in de strategie voor duurzame en slimme mobiliteit;
-vanaf 2021 acties ontwikkelen en financiering verstrekken om de beschikbaarheid van data te verbeteren, dataverwerkingstechnologieën en -capaciteiten te ondersteunen, net als het delen van data in dataruimten via de programma’s Horizon Europa en Digitaal Europa en de Europese cloudfederatie. De beschikbaarheid en integriteit van data zijn essentieel voor de ontwikkeling van betrouwbare AI-algoritmen die de veiligheid van het vervoer kunnen verbeteren en de verkeersstromen kunnen optimaliseren;
-samenwerken en acties vergemakkelijken op het gebied van normalisatie, passende goedkeuringsprocedures en interoperabiliteit op de eengemaakte markt, om een snelle uitvoering van geautomatiseerde functies te bevorderen; dit zal ook het internationale concurrentievermogen ten goede komen;
-maatregelen overwegen om de uitvoering van innovatieve AI-technologieën in de Europese vervoers- en mobiliteitssectoren te versnellen. In het bijzonder voor CCAM-technologieën en -systemen, het medegeprogrammeerd Europees partnerschap CCAM, dat synergieën zal nastreven met het medegeprogrammeerd Europees partnerschap inzake AI, data en robotica, en een grootschalige uitrol zal voorbereiden. Andere maatregelen kunnen betrekking hebben op specifieke voorschriften voor de automobielsector inzake functionele veiligheid en beveiliging, en maatregelen vaststellen om het vertrouwen in en de maatschappelijke aanvaarding van CCAM te bevorderen door de transparantie, de veiligheid en de verklaarbaarheid van de technologie te verbeteren;
-in 2021 uitvoeringshandelingen vaststellen voor technische specificaties voor geautomatiseerde voertuigen en volledig geautomatiseerde voertuigen, met inbegrip van veiligheidskwesties in verband met het gebruik van AI en cyberbeveiliging; en
-in 2021 nieuwe regels voor toegang tot in het voertuig aanwezige data voor te stellen, om een eerlijke en effectieve toegang tot voertuigdata voor aanbieders van mobiliteitsdiensten te waarborgen.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-de ontwikkeling en het testen van AI-technologieën in geautomatiseerde functies voor alle vervoerswijzen actief te bevorderen, met de hulp van de relevante Europese partnerschappen;
-de uitrol van betrouwbare AI-oplossingen in alle vervoerswijzen te analyseren en te vergemakkelijken om de efficiëntie te verbeteren met behulp van geautomatiseerde mobiliteitsdiensten en vrachtvervoer, om zo de druk op het milieu te verminderen;
-de uit O&I-projecten en proefprojecten getrokken lessen te delen om een gemeenschappelijke Europese kennisbasis samen te stellen;
-het potentieel van voertuigautomatisering voor stedelijk vervoer te evalueren en steden te ondersteunen bij hun transitie door mobiliteitssystemen te hervormen, met inbegrip van openbaarvervoersdiensten, infrastructuuronderhoud, logistiek, tarieven en regelgeving; en
-ten volle gebruik te maken van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit geboden mogelijkheden, bijvoorbeeld aansluitend bij de acties die worden beschreven in het voorbeeld van het onderdeel “Clean, smart and fair urban mobility”. Dit illustratief onderdeel bevordert het Europese vlaggenschipinitiatief “Opladen en bijtanken” en stimuleert toekomstbestendige, schone technologieën om het gebruik van duurzaam, toegankelijk en slim vervoer, emissievrije en emissiearme voertuigen, oplaad- en tankstations en een sterker en uitgebreider openbaar vervoer te versnellen. Dit illustratief onderdeel heeft ook te maken met een voldoende ruim aanbod aan hernieuwbare elektriciteit en waterstof, in verband met het Europese vlaggenschipinitiatief “Versnellen”. Maatregelen in het kader van dit soort component zijn bijvoorbeeld bedoeld om de digitalisering van het vervoer te ondersteunen, wat de opkomst van innovatieve mobiliteitsgerelateerde bedrijven en diensten, zoals capaciteitsplanning en verkeersbeheersystemen, mogelijk zal maken. Slimme mobiliteit zal profiteren van, maar ook bijdragen tot de uitrol van 5G, de ontwikkeling van AI, blockchain en andere digitale technologieën.
17.AI ondersteunen voor duurzame landbouw
Motivering voor gezamenlijke acties:
De landbouwsector in de EU behoort tot de belangrijkste voedselproducenten ter wereld, staat garant voor voedselveiligheid en kwaliteit en is goed voor miljoenen banen voor de Europeanen. AI en andere digitale technologieën hebben het potentieel om de efficiëntie van landbouwbedrijven te verhogen en tegelijk de economische en ecologische duurzaamheid te verbeteren.
AI-gebaseerde oplossingen en robots kunnen landbouwers bijvoorbeeld ondersteunen bij de veeteelt en de bescherming van het dierenwelzijn, bij het fokken, bij het oogsten van gewassen of bij het wieden, en ze kunnen het gebruik van productiemiddelen zoals meststoffen, bestrijdingsmiddelen of irrigatiewater aanzienlijk verminderen, wat op zijn beurt aanzienlijke economische en maatschappelijke voordelen oplevert. De beschikbaarheid van data, zowel afkomstig van de toenemende digitalisering van de landbouw als data uit aardobservatie of klimaatdata, is een belangrijke factor voor de versnelling en ontwikkeling van AI-gebaseerde oplossingen. De economische waarde van de markt voor AI-gebaseerde precisielandbouw zal naar schatting tegen 2025 gegroeid zijn tot 11,8 miljard EUR wereldwijd.
In 2019 heeft de Commissie samen met de lidstaten aan een verklaring gewerkt om een alomvattende aanpak van digitalisering en slimme en duurzame landbouw te bevorderen, onder meer door het gebruik van AI te vergemakkelijken. Deze samenwerkingsverklaring, die door 25 Europese landen is ondertekend, behelst een verbintenis om de uitrol van digitale technologieën, waaronder AI, in de landbouw en in plattelandsgebieden te vergemakkelijken.
In het kader van de Green Deal-agenda heeft de Commissie in mei 2020 de “van boer tot bord”-strategie voorgesteld. Deze strategie is gericht op het faciliteren van een duurzame voedselproductie en de transitie van de voedselketens in Europa, wat voordelig is voor consumenten, producenten, het klimaat en het milieu. Het gebruik van AI en slimme landbouw kan deze overgang vergemakkelijken door bijvoorbeeld een duurzaam en efficiënt beheer van hulpbronnen zoals water, bodem, biodiversiteit en energie mogelijk te maken.
In 2014-2020 heeft de Commissie voor bijna 175 miljoen EUR aan Horizon 2020-onderzoeksprojecten medegefinancierd om de landbouw te digitaliseren. De projecten waren onder meer gericht op het duurzame gebruik van hulpbronnen door het gebruik van digitale technologieën zoals AI, robotica en het internet der dingen.
Vooruitzichten
De Commissie zal, samen met de lidstaten:
-TEF’s voor AI opzetten voor de agrovoedingssector in het kader van het programma Digitaal Europa, met bijzondere aandacht voor slimme landbouw, bv. om de kostenefficiëntie en de milieuduurzaamheid te verbeteren;
-landbouw promoten als een van de gebieden die onder het EDIH-initiatief vallen, om interacties tussen relevante actoren, waaronder de lidstaten, belanghebbenden in de landbouw en actoren in het Europese AI-systeem te ondersteunen;
-in 2023-2024 een gemeenschappelijke Europese ruimte voor landbouwdata oprichten om een betrouwbare bundeling en benutting van data
te ondersteunen. De dataruimte zal de deelnemers in staat stellen landbouwdata uit te wisselen. Verwacht wordt dat dit de landbouwsector duurzamer en concurrerender zal maken door productie- en andere data te verwerken en te analyseren zodat landbouwbedrijven nauwkeuriger en efficiënter kunnen produceren. Voorts zal er rekening worden gehouden met de ervaringen die zijn opgedaan met de door belanghebbenden geleide gedragscode voor het delen van landbouwdata
;
-een medegeprogrammeerd Europees partnerschap op het gebied van datalandbouw opzetten in het kader van Horizon Europa in 2023-2024 en er actief toe bijdragen. Het partnerschap zal ernaar streven het gebruik van AI, andere digitale technologieën en geospatiale en andere milieuobservatiedata te bevorderen. De lidstaten en belanghebbenden uit de landbouwsector, het onderzoeksveld en de industrie, met inbegrip van het Copernicus-programma en de aardobservatiegemeenschap, zullen hierbij nauw worden betrokken; en
-O&I-projecten in het kader van Horizon Europa ondersteunen die het gebruik van AI- en roboticatechnologieën verbinden met de landbouw, bosbouw, plattelandsontwikkeling en bio-economie, waarbij maximaal gebruik wordt gemaakt van data van de EU-ruimtevaartinfrastructuur, zoals Copernicus.
De lidstaten worden aangemoedigd om:
-de financiering uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit voor de digitalisering van de agrovoedingssector ten volle te benutten, zoals beoogd in de nationale plannen, bijvoorbeeld om extra TEF’s voor AI en robotica en EDIH’s in de agrovoedingssector op te zetten, naast de reeds beoogde plannen in het kader van het programma Digitaal Europa;
-een actieve rol te spelen in het partnerschap voor datalandbouw en;
-de financiering te overwegen van nationale O&I-projecten die een verband leggen tussen AI- en roboticatechnologieën en het gebruik ervan in de landbouw, bosbouw, plattelandsontwikkeling en bio-economie.
Conclusies:
De doelstellingen van het gecoördineerd plan van 2018 blijven relevant en de algemene koers die in het plan is uitgezet, is de juiste gebleken om bij te dragen tot de ambitie dat Europa “de toonaangevende regio van de wereld voor de ontwikkeling en invoering van geavanceerde, ethische en veilige AI wordt, en daarbij een mensgerichte benadering in de mondiale context voorstaat”. Uit de eerste twee jaar van de uitvoering is gebleken dat gezamenlijke acties en gestructureerde samenwerking tussen de lidstaten en de Commissie de sleutel zijn tot het mondiale concurrentievermogen en het leiderschap van de EU op het gebied van de ontwikkeling en de invoering van AI.
De volgende stappen moeten gericht zijn op de uitvoering van de gezamenlijke acties en het wegwerken van de versnippering tussen financieringsprogramma’s, initiatieven en acties op het niveau van de EU en de lidstaten. Om deze uitvoering te vergemakkelijken, zal de Commissie de in deze herziening geschetste maatregelen ondersteunen en deze ook zelf nemen. Zij zal praktische en uitvoerbare richtsnoeren verstrekken, zorgen voor samenwerking en voorzien in kaders en financiële middelen via EU-financieringsprogramma’s, zoals Horizon Europa en Digitaal Europa. De lidstaten hebben via de herstel- en veerkrachtfaciliteit ook een unieke kans om optimaal gebruik te maken van AI bij de digitalisering van hun economie en hun overheidsadministratie.
Meer in het bijzonder zal de Commissie, in samenwerking met de lidstaten, nauwlettend toezien op en een follow-up geven aan de vooruitgang die wordt geboekt bij de uitvoering van de gezamenlijke acties die in het gecoördineerde plan zijn overeengekomen. Dit toezicht en de follow-up moeten gestructureerd en goed ontworpen zijn en een dynamisch mechanisme bieden voor het verzamelen en analyseren van de geboekte vooruitgang. De lidstaten wordt verzocht de Commissie bij deze inspanning te steunen en nauw samen te werken door regelmatig updates, analyses en verslagen over de ondernomen acties en de geboekte vooruitgang te verstrekken. Zij moeten beste praktijken uitwisselen en acties voorstellen die de synergieën verder kunnen versterken. Een dergelijke structurele en flexibele dialoog is nodig zodat de in het gecoördineerde plan voorgestelde gezamenlijke acties de beoogde synergieën en toegevoegde waarde kunnen opleveren.
Uit de herziening van het gecoördineerde plan en de feedback die van belanghebbenden is ontvangen, blijkt dat er nog meer mogelijkheden zijn voor acties om een nauwere samenwerking en een coördinatie van de gemeenschappelijke prioriteiten en initiatieven inzake AI te bevorderen. In het gecoördineerde plan werden dan ook acties voorgesteld om de versnippering tussen de verschillende financieringsinstrumenten, tussen de op nationaal en EU-niveau ondernomen acties, tussen de onderzoeksgemeenschappen onderling en tussen de onderzoeksgemeenschappen en de industrie te verminderen. Een dergelijke versnippering leidt onder meer tot onnodige informatie- en transactiekosten, een lager rendement van investeringen, een verspilling van middelen en uiteindelijk tot gemiste kansen voor EU-bedrijven. In overleg met het grote publiek, de sociale partners, niet-gouvernementele organisaties, het bedrijfsleven, de academische wereld en de nationale/regionale autoriteiten zal de Commissie voortdurend nagaan hoe de versnippering verder kan worden teruggedrongen.
Ter conclusie kan worden gesteld dat deze herziening van 2021 voortbouwt op de sterke samenwerking tussen de EU en de lidstaten en op de lessen die zijn getrokken uit de eerste twee jaar waarin het gecoördineerde plan is uitgevoerd. Er worden kernacties voorgesteld waarmee de samenwerking tussen de lidstaten en de EU verder kan worden versterkt. Het herziene plan biedt daarom een waardevolle kans om het concurrentievermogen, de innovatiecapaciteit en het verantwoord gebruik van AI in de EU te versterken. De snelle ontwikkeling en invoering van innovatieve AI in de EU kan helpen om belangrijke maatschappelijke uitdagingen op te lossen en de digitale en groene transitie te versnellen op een moment dat het wereldwijde AI-landschap in volle ontwikkeling is.
Aanhangsel 1 — Termijn — kernacties
Herziening van het gecoördineerde plan inzake AI (2021)
Voorgestelde kernacties voor
de Europese Commissie en de Europese Commissie met de lidstaten
|
Doelstellingen
|
|
Middelen vrijmaken
|
|
|
Ontsluitende voorwaarden scheppen
|
|
|
|
Vorm geven aan de ontwikkeling
|
|
|
|
|
Positie van EU in de wereld versterken
|
|
|
|
|
|
2021
|
2022
|
2023
|
2024
|
2025+
|
I.
|
ONTSLUITENDE VOORWAARDEN SCHEPPEN VOOR DE ONTWIKKELING EN INVOERING VAN AI IN DE EU
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1
|
Een voorstel voor een datawet en een uitvoeringshandeling inzake het hergebruik van hoogwaardige databestanden in de publieke sector vaststellen
|
|
x
|
|
|
|
|
|
|
|
2
|
Europese allianties voor industriële data, edge en cloud, en voor micro-elektronica en processoren oprichten
|
x
|
|
x
|
x
|
Q2
|
|
|
|
|
3
|
Oproepen lanceren om Europese dataruimten en de Europese cloudfederatie op te richten in het kader van DEP, CEF2 en HE
|
x
|
x
|
|
|
x
|
x
|
|
|
|
4
|
Industriële alliantie voor micro-elektronica lanceren
|
x
|
|
|
x
|
|
|
|
|
|
5
|
Oproepen lanceren via de gemeenschappelijke onderneming “Digitale sleuteltechnologieën” en DEP om de ontwikkeling van elektronische componenten voor AI te ondersteunen
|
x
|
|
x
|
x
|
x
|
|
|
|
|
6
|
Het samenwerkingskader blijven versterken via de AI-alliantie en de organisatie van jaarlijkse AI-bijeenkomsten
|
|
|
x
|
|
|
|
|
|
|
7
|
De werkzaamheden van de lidstatengroep artificiële intelligentie en digitalisering Europese industrie ontwikkelen en intensiveren
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
II.
|
ZORGEN DAT DE EU DE PLEK WORDT WAAR EXCELLENTIE GEDIJT, VAN HET LAB TOT DE MARKT
|
|
|
|
|
|
8
|
Een medegeprogrammeerd Europees partnerschap inzake AI, data en robotica tot stand brengen
|
x
|
x
|
x
|
x
|
Q2
|
|
|
|
|
9
|
Een toonaangevend centrum inzake AI voor Europa oprichten
|
|
x
|
x
|
x
|
|
|
X
|
|
|
10
|
AI-gerelateerde oproepen lanceren in het kader van HE
|
|
|
|
|
x
|
|
|
|
|
11
|
Oproepen voor TEF’s lanceren in het kader van DEP
|
x
|
|
x
|
|
x
|
|
|
|
|
12
|
Het netwerk van EDIH’s opzetten
|
x
|
|
x
|
|
x
|
x
|
|
|
|
13
|
Het “platform voor AI on demand” tot stand brengen als de centrale, Europese AI-toolbox
|
x
|
x
|
x
|
|
|
x
|
|
|
|
III.
|
ERVOOR ZORGEN DAT AI TEN DIENSTE STAAT VAN MENSEN EN EEN POSITIEVE KRACHT IN DE SAMENLEVING IS
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
14
|
Ethische richtsnoeren voor het gebruik van AI en data ontwikkelen in het kader van het actieplan voor digitaal onderwijs
|
|
x
|
x
|
|
|
x
|
X
|
|
|
15
|
Programma’s en modules voor vaardigheden inzake AI lanceren in het kader van de oproepen tot acties van DEP
|
|
|
x
|
|
x
|
x
|
|
|
|
16
|
Acties en projecten inzake AI financieren in het kader van het Marie Skłodowska-Curie-programma
|
|
x
|
x
|
|
x
|
|
|
|
|
17
|
Een wetgevingsmaatregel betreffende een horizontaal kader voor betrouwbare AI voorstellen
|
|
x
|
x
|
x
|
Q2
|
|
|
|
|
18
|
Aanpassingen aan het EU- en het nationale aansprakelijkheidskader voorstellen
|
|
x
|
x
|
x
|
x
|
|
|
|
|
19
|
Herzieningen van de bestaande veiligheidswetgeving voorstellen
|
|
x
|
x
|
x
|
|
|
|
|
|
20
|
Internationale dialogen over betrouwbare en duurzame AI faciliteren
|
|
|
|
x
|
|
|
|
|
|
21
|
De vaststelling van mondiale AI-normen bevorderen, met inbegrip van de ontwikkeling van AI-vereisten met de Europese normalisatieorganisaties
|
|
x
|
|
x
|
|
|
|
|
|
IV.
|
STRATEGISCH LEIDERSCHAP OPBOUWEN IN SECTOREN WAAR DE EFFECTEN GROOT ZIJN
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
AI inzetten voor klimaat en milieu
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
22
|
Oproepen lanceren in het kader van HE om duurzame AI-oplossingen te ontwikkelen
|
|
|
|
|
|
x
|
|
|
|
23
|
Een stappenplan ontwikkelen voor een gemeenschappelijke Europese dataruimte voor de Green Deal
|
x
|
|
|
|
Q2
|
|
|
|
|
24
|
Een AI-ondersteunde digitale simulatie van de planeet ontwikkelen via het Destination Earth-initiatief
|
x
|
|
|
x
|
Q3
|
|
|
|
|
25
|
KPI’s verkennen om de negatieve milieueffecten van AI te identificeren en te meten
|
|
|
x
|
|
|
|
|
|
|
|
AI van de volgende generatie gebruiken om de gezondheid te verbeteren
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
26
|
Infrastructuur opzetten om Europese databanken met medische beelden van hoge kwaliteit onderling te koppelen
|
x
|
|
|
|
|
x
|
|
|
|
27
|
Een Europese ruimte voor gezondheidsgegevens opzetten
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
28
|
Oproepen lanceren in het kader van HE voor de vraaggestuurde, door AI aangedreven oplossingen voor klinische behoeften
|
|
|
x
|
|
x
|
|
|
|
|
|
De voorsprong van Europa behouden: strategie voor robotica in de wereld van AI
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
29
|
Oproepen lanceren voor robotica in het kader van DEP en HE om tot de volgende generatie AI-gestuurde robotica te komen
|
x
|
x
|
x
|
x
|
|
x
|
|
|
|
30
|
Een waarnemingspost voor robotica oprichten ter ondersteuning van de roboticastrategie
|
|
|
x
|
|
|
x
|
|
|
|
31
|
Een evaluatie van de belemmeringen in de regelgeving uitvoeren
|
|
x
|
|
|
x
|
x
|
|
|
|
|
Van de publieke sector een pionier maken in het gebruik van AI
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
32
|
Een dataruimte voor overheidsopdrachten ontwerpen
|
x
|
x
|
x
|
|
x
|
|
|
|
|
33
|
Het “Adopt AI”-programma voor de publieke sector opstarten
|
|
|
x
|
|
x
|
|
|
|
|
34
|
De uitrol en opschaling van door AI aangedreven “Urban Digital Twins” opstarten
|
|
|
x
|
|
Q4
|
|
|
|
|
|
AI toepassen op rechtshandhaving, migratie en asiel
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
35
|
Een gemeenschappelijke Europese ruimte voor beveiligingsdata opzetten voor de rechtshandhaving
|
x
|
x
|
x
|
x
|
|
Q1
|
|
|
|
36
|
Het ICJRI-project van de VN financieren om een wereldwijde toolkit voor rechtshandhavingsinstanties te ontwikkelen
|
|
|
x
|
x
|
Q1
|
|
|
|
|
|
Mobiliteit veiliger en minder vervuilend maken dankzij AI
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
37
|
Een AI-stappenplan voor mobiliteit voorstellen
|
|
x
|
|
|
x
|
|
|
|
|
38
|
Een medegeprogrammeerd Europees partnerschap inzake CCAM tot stand brengen
|
x
|
x
|
x
|
|
|
|
|
|
|
|
AI ondersteunen voor duurzame landbouw
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
39
|
Een Europees publiek-privaat partnerschap inzake “datalandbouw” opzetten
|
x
|
x
|
|
|
|
|
x
|
x
|
|
40
|
Een ruimte voor landbouwdata opzetten
|
x
|
x
|
|
|
|
|
x
|
x
|
|
x
|
een begindatum, eerste oproep of opstart van een programma vindt plaats tijdens het aangeduide jaar
|
Zie de hoofdstukken van het gecoördineerde plan voor alle details over de geplande acties
|
Q2
|
Een begindatum, eerste oproep of opstart van een programma vindt plaats tijdens het aangeduide kwartaal
|
HE = Horizon Europa, het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie
|
|
Voortzetting van de actie
|
DEP = financieringsprogramma Digitaal Europa voor digitale technologieën
|
|
Geen actie voorzien
|
|
Aanhangsel 2 Analyse van nationale strategieën en investeringen op het gebied van AI
1.Overzicht van de nationale strategieën
Tabel 1
Nationale AI-strategieën, EU-lidstaten en Noorwegen (met datum van eerste vaststelling)
Bron: AI Watch — Europese Commissie.
In totaal hebben 19 lidstaten (meest recentelijk Spanje en Polen, in december 2020), plus Noorwegen strategieën vastgesteld. Sommige lidstaten (bv. Finland, Cyprus en Duitsland) hebben hun oorspronkelijke strategieën reeds geactualiseerd en herzien.
De nationale AI-strategieën en het ondersteunend beleid verschillen wat betreft strategische aanpak, mate van gedetailleerdheid van de voorgestelde acties en sectorale focus.
De lidstaten hebben verschillende benaderingen gevolgd bij de ontwikkeling van hun nationale AI-strategieën, variërend van een overkoepelende strategie op hoog politiek niveau, die veel verschillende beleidsinitiatieven bestrijkt, tot operationele strategieën met concrete acties en een toegewezen begrotingsbedrag.
Zo speelt de actualisering van de Duitse AI-strategie van 2020 in op nieuwe ontwikkelingen op het gebied van AI, concentreert zij haar initiatieven op vijf actiegebieden en voegt zij 87 maatregelen toe die de federale regering voornemens is in 2022 ten uitvoer te leggen. Als onderdeel van het Duitse COVID-19-herstelpakket heeft de Duitse federale regering haar financiële toezeggingen aan AI met 2 miljard EUR verhoogd tot 5 miljard EUR tegen 2025. De strategie van Estland voorziet in een uitgebreid overzicht van de bestaande en voorgestelde beleidsmaatregelen, samen met de doelstellingen, termijnen en begrotingsramingen ervan. In de strategie van Spanje worden dertig maatregelen voorgesteld voor zes actiegebieden, waaronder aanzienlijke financiering voor ondernemingen in de vorm van steun en publiek-privaat risicokapitaal. De strategie voorziet ook in een programma voor groene AI, dat gericht is op het bevorderen van de ontwikkeling van efficiënte algoritmen en het gebruik ervan voor milieuproblemen.
Sommige lidstaten hebben maatregelen opgenomen om de ontwikkeling en uitrol van AI te ondersteunen als onderdeel van andere digitaliseringsstrategieën. Het Bulgaarse concept voor de ontwikkeling van artificiële intelligentie is bijvoorbeeld gebaseerd op het nationale strategische document “Digital Transformation of Bulgaria (2020-2030)”, dat in juli 2020 is goedgekeurd, en houdt rekening met de maatregelen voor de ontwikkeling en uitrol van AI die in sommige sectorale strategieën worden overwogen. De toekomstige Belgische nationale strategie is een combinatie van de drie gewestelijke strategieën (volgens de verdeling van bevoegdheden binnen België) met hun eigen focus en prioriteiten alsook de federale focus en prioriteiten.
Nationaal beleid verschilt ook wat betreft prioritaire actiegebieden. Sommige lidstaten (zoals Malta en Slowakije) hebben een horizontale aanpak gevolgd en hebben geen specifieke prioritaire sectoren aangewezen. Andere waren gericht op de economische sectoren die een groot groeipotentieel hebben of een concurrentievoordeel bieden. Zo stellen Frankrijk en Italië maatregelen op voor een breed scala van goed uitgewerkte sectoren die voor hun economie van belang zijn. De sectoren die het vaakst aan bod komen in de nationale AI-strategieën zijn productie, gezondheidszorg, landbouw, openbaar bestuur, vervoer, logistiek, onderwijs en energie. Naast de belangrijkste toepassingssectoren van AI hebben een aantal lidstaten maatregelen gepland op andere gebieden, bijvoorbeeld de maritieme sector (Cyprus), weersvoorspellingen (Duitsland), kunst en cultuur (Italië), biodiversiteit (Portugal), justitie (Letland) en mode (Spanje). Sommige lidstaten hebben zeer gerichte plannen voor de implementatie van AI door prioriteit te geven aan een bepaalde sector, bijvoorbeeld energie (Litouwen) of water (Nederland).
2.Vooruitzichten — geplande nationale maatregelen
Oostenrijk verwacht zijn strategie tegen het einde van het tweede kwartaal van 2021 bekend te maken, onder voorbehoud van de definitieve politieke coördinatie. In de strategie worden de randvoorwaarden vastgesteld voor een geslaagd, verantwoord en veilig gebruik van AI op alle gebieden van het leven, in overeenstemming met de Europese vereisten voor betrouwbare AI. De doelstellingen van de Oostenrijkse strategie worden geformuleerd in nauwe coördinatie en brede overeenstemming met de stichtingen, doelstellingen en gezamenlijke acties van de Europese Unie op het gebied van AI. Belangrijke aandachtsgebieden zijn onder meer het regelgevingskader (ethiek, wetgeving), veiligheid en beveiliging van AI, het vaststellen van normen, AI-infrastructuur, het gebruik en delen van data, voorwaarden voor O&O&I, overdracht en invoering van AI, samenwerking tussen onderwijs, onderzoek en maatschappelijke dialoog tussen bedrijven en bewustmaking, en AI in de publieke sector.
België: in de periode 2017-2019 zijn drie regionale strategieën en AI-programma’s vastgesteld en uitgerold. In juni 2020 hebben alle Belgische entiteiten een verslag goedgekeurd om een gemeenschappelijk, nationaal AI-actieplan vast te stellen. Aangezien de goedkeuring van dit plan een prioriteit is voor de federale regering, zijn er besprekingen in die richting tussen alle bevoegde autoriteiten gepland. Het doel is een samenhangend politiek kader tot stand te brengen dat synergieën tussen de verschillende beleidsterreinen en de verschillende bevoegde entiteiten kan bevorderen.
Bulgarije: de Raad van Ministers heeft in december 2020 het nationale strategische document (Concept voor de ontwikkeling van AI in Bulgarije tot en met 2030) goedgekeurd.
Kroatië heeft een ontwerp van het nationaal plan voor de ontwikkeling van artificiële intelligentie voor de periode 2021-2025 opgesteld. De werkgroep heeft het nationaal plan opgesteld en zal het document afronden met concrete maatregelen, die naar verwachting eind 2021 voltooid zullen zijn. Bij het opstellen van het nationaal plan werd rekening gehouden met de richtsnoeren van belangrijke strategische documenten op EU-niveau: het gecoördineerd plan inzake kunstmatige intelligentie en het Witboek over kunstmatige intelligentie.
Tsjechië zal de nationale AI-strategie actualiseren in overeenstemming met het nieuwe gecoördineerde plan.
Denemarken overweegt momenteel de beste manier om de bestaande nationale AI-strategie vanaf 2019 aan te pakken en zo nodig te herzien.
De strategie van Estland loopt in juli 2021 ten einde. Estland zal deze in 2021 evalueren en bijwerken. De strategie heeft de verwachtingen overtroffen en Estland beoogt een brede invoering en gebruikmaking van AI — met meer dan vijftig praktijkvoorbeelden op AI-gebied die door de publieke sector worden ingezet. Door het toegenomen aantal praktijkvoorbeelden op AI-gebied zijn de competenties/vaardigheden met betrekking tot AI aanzienlijk verbeterd. Er zijn echter nog wetgevingskwesties die moeten worden aangepakt en behandeld, bijvoorbeeld het wegnemen van verouderde normen om de automatisering van administratieve procedures mogelijk te maken.
Finland heeft in november 2020 een geactualiseerd nationaal AI-programma geïntroduceerd. Het programma AI 4.0 bevordert de ontwikkeling en invoering van AI en andere digitale technologieën in bedrijven, met name kmo’s, met bijzondere aandacht voor de industrie.
Frankrijk heeft in 2018 de eerste fase van de Franse nationale AI-strategie geïntroduceerd, met een begroting van 800 miljoen EUR voor drie jaar. De nadruk ligt hierbij vooral (een derde van de uitgaven) op het stimuleren van onderzoek, met behulp van de oprichting van interdisciplinaire instellingen (genaamd 3IA), de extra financiering van 180 promovendi en de opening van een petaschaal-supercomputerfaciliteit. In de tweede fase van deze strategie (2021-2022) worden de belangrijkste prioriteiten vastgesteld voor de ontwikkeling van ingebedde AI en betrouwbare AI in kritieke systemen om de nationale industriële basis te versterken en tegelijkertijd de digitale en ecologische transitie van bedrijven met behulp van AI te versnellen. Onderwijs en omscholing op het gebied van AI zullen ook een belangrijk aspect zijn.
Duitsland heeft zijn strategie in december 2020 geactualiseerd. In het kader van de herziening wordt een tussentijdse balans opgemaakt, worden relevante ontwikkelingen op nationaal, Europees en internationaal niveau aangetoond en concrete maatregelen uiteengezet die tegen 2022 moeten worden uitgevoerd. Het geactualiseerde verslag is op de volgende actiegebieden gericht: onderzoek, kennis en expertise, overdracht en toepassing, regelgevingskader en samenleving. Daarnaast zullen nieuwe initiatieven gericht zijn op duurzaamheid, milieu-/klimaatbescherming, pandemiebestrijding en internationale/Europese samenwerking.
Griekenland heeft vooruitgang geboekt bij de voltooiing van de nationale AI-strategie en verwacht deze uiterlijk eind april 2021 klaar te hebben. Het Griekse ministerie van Digitale Governance beheert en coördineert de strategie. Het tijdschema is aangepast om rekening te houden met de COVID-19-lockdownsituatie en de hervorming van de Griekse regering vanaf januari 2021.
De AI-strategie van Hongarije is in september 2020 bekendgemaakt en is gebaseerd op bijdragen van de organisaties die lid zijn van de Hongaarse AI-coalitie. De strategie beoogt een alomvattende aanpak in de gehele AI-waardeketen, zoals de ontwikkeling van de Hongaarse data-economie, de ontwikkeling van de nodige infrastructuur, grootschalige onderwijs- en opleidingsactiviteiten, het stimuleren van de invoering van AI-oplossingen (zowel in het particuliere als in het publieke domein) alsook een regelgevingskader dat een evenwicht tussen veiligheid en innovatie tot stand brengt. De verwezenlijking van sectorale doelstellingen is gebaseerd op multilaterale samenwerking tussen de betrokken actoren, namelijk op het gebied van landbouw, vervoer, gezondheidszorg en openbaar bestuur.
Ierland verwacht zijn strategie in het vierde kwartaal van 2021 bekend te maken, mits aan de nodige voorwaarden wordt voldaan. Belangrijke aandachtsgebieden zijn onder meer: maatschappelijke mogelijkheden en uitdagingen van AI, het stimuleren van de toepassing van AI door het Ierse bedrijfsleven, het gebruik van AI door de overheidssector, een sterk innovatie-ecosysteem op het gebied van AI, onderwijs, vaardigheden en talent op het gebied van AI, een ondersteunende data-, digitale en telecommunicatie-infrastructuur alsook het governance- en regelgevingskader (met inbegrip van mensenrechten, ethiek en normen).
Letland is bezig met de uitvoering van zijn strategie, die in februari 2020 is bekendgemaakt. Belangrijke initiatieven die momenteel worden gepland zijn digitalisering, met bijzondere aandacht voor AI, aanvulling van nieuwe talencombinaties voor machinevertaling, verbetering van vaardigheden op het gebied van natuurlijke taalverwerking, analytische instrumenten voor automatisch leren voor criminaliteitsonderzoek en ontwikkeling van een op AI gebaseerd proactief dienstenmodel voor burgers.
Litouwen overweegt momenteel een evaluatie en, indien nodig, een actualisering van de bestaande nationale AI-strategie van 2019. Er worden investeringsmaatregelen gepland ter ondersteuning van de ontwikkeling van taalhulpbronnen voor gebruik op het gebied van AI, alsook steunregelingen voor startende AI-bedrijven en voor bedrijven die AI-transformaties uitvoeren.
Luxemburg heeft in november 2019 een oproep gedaan voor projecten voor ministeries om ideeën in te dienen voor initiatieven op basis van AI die hen zouden helpen hun diensten te optimaliseren of uit te breiden. De oproep leverde in totaal 14 projecten op van zeven verschillende overheidsdiensten: zes winnende teams ontvingen middelen om hun project op gang te brengen, samen met richtsnoeren inzake aanbesteding, ontwerp en selectie van dienstverleners. Na zes tot negen maanden van ontwikkeling zullen een afgerond proof of concept en model helpen bepalen of het project moet worden voortgezet. Daarnaast heeft een team van juridische deskundigen op het gebied van data en technologie de finalisten geëvalueerd en bijgestaan. Deze leerervaring levert een blijvende waarde op voor de Luxemburgse overheid. Begin 2021 werd een tweede oproep gedaan. Bovendien is de gratis cursus “Elements of AI” officieel in Luxemburg opgezet. Een ander belangrijk element van de strategie was de start van een openbare raadpleging over AI eind 2020. De resultaten zullen eind april 2021 worden gepresenteerd.
Nederland is momenteel bezig met het uitvoeren van de acties van het nationale strategische actieplan inzake AI. In het tweede kwartaal van 2021 volgt een algemene actualisering van de nationale strategie voor digitalisering (en AI). De nadruk zal liggen op eisen voor mensgerichte AI, een dynamisch onderzoeks- en innovatie-ecosysteem (publiek-privaat partnerschap), menselijk kapitaal, internationale samenwerking, uitrol (kmo’s) en toepassingen: gebruik door de publieke sector, slimme industrie en AI voor maatschappelijke uitdagingen: gezondheidszorg, energietransitie, landbouw en mobiliteit.
Polen heeft in december 2020 “beleid voor de ontwikkeling van artificiële intelligentie in Polen vanaf 2020” aangenomen. Het is gericht op acties op het gebied van samenleving, onderwijs, wetenschap, bedrijfsleven, openbaar bestuur en internationale betrekkingen in het kader van de strategische missie om de menselijke waardigheid van mensen te beschermen en eerlijke concurrentie op de wereldmarkt te ondersteunen. Polen voert het betrouwbare ethische kader voor AI uit en introduceert een mechanisme voor een florerend Pools AI-ecosysteem in ethische, juridische, technisch-operationele en internationale dimensies. Polen richtte het centrum voor gecoördineerd bestuur op, onder leiding van de minister-president, die optreedt als minister van Digitale Zaken. Het bestaat uit de taskforce voor de handhaving van AI-beleid, het wetenschappelijk ad-hoccomité voor AI, de waarnemingspost voor de arbeidsmarkt op het gebied van AI, de waarnemingspost voor internationaal AI-beleid, de juridische taskforce en het comité voor digitalisering van de ministeries.
Roemenië heeft meerdere inspanningen geleverd om het nationale AI-beleidskader op te stellen en uit te voeren. In 2020 startte Roemenië een door de EU gefinancierd project voor de totstandbrenging van een nationaal kader op het gebied van AI voor de periode 2021-2027. Het AI-kader zal aspecten omvatten zoals ontwikkeling van onderwijs en vaardigheden op het gebied van AI, bevordering van O&O en innovatie op het gebied van AI op zowel academisch als industrieel gebied, versterking van de samenwerking bij de ontwikkeling van AI-infrastructuur, vaststelling van ethische AI-parameters en databeschermingsparameters op het niveau van beste praktijken en overlapping van de prioriteiten inzake cyberbeveiliging van deze pijlers. Hierbij zal gebruik worden gemaakt van deskundigheid van de overheid en de academische en particuliere sector, ondersteund door technologische en juridische adviesdiensten, hetgeen zal resulteren in het nationale strategische kader voor AI. De doelstelling zal in 2021 en 2022 ten uitvoer worden gelegd.
Slowakije zal zijn AI-maatregelen die in het actieplan bekend zijn gemaakt, actualiseren in overeenstemming met het herziene gecoördineerde plan.
Slovenië bevindt zich in de laatste fase van de goedkeuring van het nationale programma voor AI 2020-2025. Het is gericht op het verspreiden van de in meer dan veertig jaar van nationale AI-onderzoeksactiviteiten verzamelde kennis van AI-onderzoek naar nieuwe innovatieve producten en diensten op zes prioritaire gebieden, gericht op de gehele innovatielevenscyclus en de opbouw van een dynamisch nationaal ecosysteem dat zal zorgen voor passende publieksvoorlichting, vaardigheden en vertrouwen in AI. Het nationale programma voor AI heeft tien strategische doelstellingen, waaronder concrete acties om deze te verwezenlijken. Het gaat onder meer om directe steun voor onderzoek, innovatie en uitvoering, steun voor de ontwikkeling van een dynamisch ecosysteem voor innovatie en de invoering van AI, het waarborgen van passende digitale vaardigheden, doeltreffende regelgeving, vertrouwen van het publiek en goede internationale samenwerking.
De nationale strategie van Spanje van december 2020 inzake artificiële intelligentie voor de periode 2021-2023 streeft ernaar AI te laten bijdragen aan de consolidatie van zijn welvaartsstaat en tevens de nodige data en middelen te verstrekken om innovatie en technologische ontwikkeling te stimuleren. De strategie voorziet in een alomvattende aanpak, die de samenleving zal voorbereiden op AI-ontwrichting met passende vaardigheden en een betrouwbaar kader, terwijl de onderzoeksgemeenschap in staat is innovatieve oplossingen te bieden die uiteindelijk door de waardeketens, met inbegrip van kmo’s, zullen worden aangenomen. Als kernelement van de strategie wordt duurzaamheid ondersteund door een programma voor groene AI, dat gericht is op de efficiëntie van de algoritmen en het gebruik ervan voor milieuproblemen.
Zweden werkt aan een strategie voor veilige toegang tot open data en het gebruik van data als strategische hulpbron, met inachtneming van de regels inzake databescherming en privacy en op basis van de premisse dat data een basisvoorwaarde zijn om het potentieel van AI en andere digitale innovatie te kunnen benutten. De strategie zal in 2021 worden bekendgemaakt en vormt een belangrijke aanvulling op de eerder bekendgemaakte nationale AI-strategie.
Noorwegen heeft zijn strategie in januari 2020 bekendgemaakt. De strategie heeft betrekking op belangrijke onderwerpen op het gebied van AI, zoals data en databeheer, taalhulpbronnen, infrastructuur voor communicatie en computing, onderzoek en hoger onderwijs, vaardigheden en door AI gestuurde innovatie in zowel de publieke als de particuliere sector. In de strategie worden ethische beginselen vastgesteld voor de ontwikkeling en het gebruik van betrouwbare AI in Noorwegen. De strategie is goed ontvangen en de regering werkt aan de follow-up van de vele beleidsinitiatieven van de strategie. Een belangrijke mijlpaal was de introductie van een testomgeving voor regelgeving voor AI met de databeschermingsautoriteit in december 2020. Data en toegang tot data waren ook een prioriteit, en in maart 2021 is een witboek van de regering over de data-economie aan het parlement voorgelegd.
Zwitserland heeft geen specifieke AI-strategie. Sommige aspecten van de toepassing van AI komen echter aan bod in de nieuwe strategie “Digital Switzerland” van september 2020. Daarnaast heeft de Zwitserse regering in november 2020 specifieke richtsnoeren voor AI vastgesteld, die bedoeld zijn om de federale overheid en de met administratieve taken belaste agentschappen een algemeen oriëntatiekader te bieden en te zorgen voor een samenhangend AI-beleid. Er is een regelmatige evaluatie van de toepassing en verdere ontwikkeling van deze richtsnoeren gepland.
3.Investeringen van de lidstaten in AI
Vele nationale AI-strategieën voorzien in ramingen van de noodzakelijke investeringen of wijzen een gespecificeerd budget toe voor concrete acties. De cijfers lopen sterk uiteen en zijn moeilijk te vergelijken, aangezien zij op basis van verschillende tijdschema’s en dekking worden gepresenteerd. Hieronder worden enkele aanwijzingen gegeven voor de orde van grootte van de toegewezen financiering:
-De Duitse regering heeft aanvankelijk 3 miljard EUR uitgetrokken voor de uitvoering van de Duitse strategie in 2019-2025; dit bedrag is nu opgetrokken tot 5 miljard EUR.
-De Franse regering zal tegen eind 2022 1,5 miljard EUR besteden aan de ontwikkeling van AI.
-Denemarken heeft 200 miljoen DKK (circa 27 miljoen EUR) toegewezen aan een investeringsfonds voor het testen, opschalen en stimuleren van de invoering van AI in de publieke sector, met bijzondere aandacht voor gezondheidszorg, openbaar bestuur en de groene transitie.
-Spanje heeft 600 miljoen EUR voor de periode 2021-2023 gereserveerd en verwacht 3,3 miljard EUR aan particuliere investeringen te zullen mobiliseren. Voor 2021 is 330 miljoen EUR begroot.
-Het Zweedse innovatieagentschap Vinnova financierde in 2020 AI-projecten voor 675 miljoen SEK (circa 67,5 miljoen EUR). Het totale bedrag voor AI-projecten die Vinnova hielp financieren, bedroeg 1 350 miljard SEK (circa 135 miljoen EUR), waarvan 50 % afkomstig kon zijn van particuliere financiering of financiering uit andere nationale programma’s. In de nationale begroting voor innovatie en onderzoek tot 2024 is ten minste 550 miljoen SEK (circa 55 miljoen EUR) toegewezen aan onderzoek en innovatie op het gebied van digitale technologieën en AI en het gebruik en de impact ervan op de samenleving.
-In de Nederlandse strategie wordt in een bijlage vermeld dat de jaarlijkse overheidsbegroting voor AI-innovatie en -onderzoek wordt geschat op 45 miljoen EUR per jaar. In 2019 bedroeg dit budget 64 miljoen EUR. In 2020 financierde Nederland nog eens 23,5 miljoen EUR voor het publiek-private partnerschap de Nederlandse AI Coalitie. In april 2021 werd een investeringsprogramma toegekend om de mogelijkheden van AI voor de Nederlandse economie en samenleving te maximaliseren door de komende jaren een extra bedrag van maximaal 276 miljoen EUR te investeren.
-De Finse regering verstrekt investeringscijfers voor verschillende vlaggenschipinitiatieven, bijvoorbeeld 100 miljoen EUR over een periode van vier jaar voor het programma “AI-bedrijven”. Aan het Finse Centrum voor artificiële intelligentie (FCAI) is 8,3 miljoen EUR aan vlaggenschipfinanciering toegekend voor de periode 2019-2022.
-Om de strategische AI-doelstellingen te verwezenlijken, heeft Slovenië in het ontwerp van zijn nationaal programma voor AI tot 2025 een investering van 110 miljoen EUR aan overheidsfinanciering gereserveerd.
-Sinds de goedkeuring van de nationale AI-strategie in 2019 zijn er verschillende projecten ondersteund door onder meer het Technologisch Agentschap van de Tsjechische Republiek en de Tsjechische stichting voor wetenschappen (nationale begrotingsmiddelen) voor een totaalbedrag van 120 miljoen EUR.