|
ADVIES
|
|
Europees Economisch en Sociaal Comité
|
|
Recht op een gezond milieu in de Europese Unie
|
|
_____________
|
|
Recht op een gezond milieu in de Europese Unie,
met name in de context van de oorlog in Oekraïne
(initiatiefadvies)
|
|
|
|
NAT/885
|
|
|
|
Rapporteur: Ozlem YILDIRIM
|
|
|
|
Besluit van de voltallige vergadering
|
27/10/2022
|
|
Rechtsgrond
|
Artikel 52, lid 2, van het reglement van orde
|
|
|
Initiatiefadvies
|
|
Bevoegde afdeling
|
Landbouw, Plattelandsontwikkeling en Milieu
|
|
Goedkeuring door de afdeling
|
13/04/2023
|
|
Goedkeuring door de voltallige vergadering
|
27/04/2023
|
|
Zitting nr.
|
578
|
|
Stemuitslag
(voor/tegen/onthoudingen)
|
162/1/1
|
1.Conclusies en aanbevelingen
1.1Op 23 juni 2022 is Oekraïne een kandidaat-lidstaat van de EU geworden. Wanneer Oekraïne toetreedt tot de EU, zal het qua oppervlakte de grootste of op een na grootste lidstaat van de EU zijn. Het uitgestrekte grondgebied van Oekraïne is rijk aan diverse ecosystemen. Volgens het secretariaat van het VN-verdrag inzake biologische diversiteit bestrijkt Oekraïne 6 % van het Europese grondgebied, maar herbergt het 35 % van de totale biodiversiteit.
1.2De door de oorlog veroorzaakte milieuschade omvat de aantasting van ecosystemen, lucht- en waterverontreiniging en verontreiniging van akker- en weilanden. Uit verschillende rapporten blijkt dat sinds het begin van de oorlog 200 000 hectare bos door brand is aangetast, 680 000 ton fossiele brandstoffen in vlammen is opgegaan en 180 000 kubieke meter grond door munitie is verontreinigd. Door de oorlog zijn beschermde gebieden aangetast en waterzuiveringsinstallaties vernietigd. Het conflict heeft 100 bosbranden veroorzaakt, waarbij 33 miljoen ton CO2 is vrijgekomen.
1.3De acties van Rusland lijken op ecocide neer te komen, op basis van een door juridische deskundigen voorgestelde en in juni 2021 gepubliceerde definitie. Het EESC heeft erop aangedrongen dat “ecocide”, zoals gedefinieerd door het panel van onafhankelijke deskundigen voor de wettelijke definitie van ecocide, wordt gecodificeerd als een strafbaar feit krachtens de EU-wetgeving. De erkenning van het misdrijf ecocide in de herziene EU-richtlijn milieucriminaliteit zal leiden tot ontwikkelingen in de wetgeving buiten de EU, met name in het Internationaal Strafhof, wat kan helpen om Rusland een zekere verantwoordingsplicht te geven voor de veroorzaakte ecologische en milieuschade.
Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC):
1.4benadrukt dat een betere milieubescherming, vanuit de eerbiediging van de grondrechten in de EU en daarbuiten, dringend noodzakelijk is. De toestand is verslechterd door de milieuschade die de oorlog in Oekraïne heeft veroorzaakt, met inbegrip van schade aan de lichamelijke en geestelijke gezondheid van de mens, achteruitgang van het ecosysteem, lucht- en waterverontreiniging en vervuiling van akker- en weilanden. Dit vormt een rechtstreekse bedreiging voor de landbouwproductie en brengt de kwetsbaarheid van de mondiale voedselzekerheid aan het licht.
1.5De Russische invasie heeft gevolgen voor het milieu en ook sociale gevolgen. Het EESC wijst op het belang en de noodzaak van steun om die te documenteren, in kaart te brengen en te meten, om wettelijke bescherming van het milieu na te streven, verantwoordingsplicht te waarborgen en de basis te leggen voor een groen en duurzaam herstel na de oorlog en te helpen bij de beoordeling van de financiële behoeften wanneer de middelen voor het groene herstel worden herverdeeld.
1.6Het EESC verzoekt de Commissie en de Raad stappen te ondernemen om de negatieve milieueffecten van de illegale oorlog van Rusland tegen Oekraïne en de gevolgen daarvan voor de mensenrechten in kaart te brengen. De Commissie en de Raad moeten de inspanningen van het maatschappelijk middenveld steunen om de door Rusland veroorzaakte milieuschade, met inbegrip van milieudelicten, te documenteren en ook steun verlenen aan de rol van het maatschappelijk middenveld bij de wederopbouw van Oekraïne.
1.7Het EESC dringt erop aan dat de EU moet helpen het milieu in Oekraïne te beschermen en de door de oorlog veroorzaakte milieuschade te herstellen. Het EESC blijft erbij dat bij alle wederopbouwinspanningen de internationale IAO-normen en de beginselen van sociale conditionaliteit in acht zullen worden genomen.
1.8De gezondheid van de mens en de kwaliteit van het milieu kunnen niet los van elkaar gezien worden. De gezondheid van ecosystemen, dieren en mensen gaan hand in hand. De EU moet dat recht waarborgen. Aantasting van het milieu is de hoofdoorzaak van gezondheidsproblemen. Geluidsoverlast leidt bijvoorbeeld tot 12 000 doden per jaar. Het verband tussen het milieu en de volksgezondheid is ook bijzonder duidelijk op het vlak van voedselzekerheid.
1.9Het EESC verzoekt de Commissie en de Raad de inspectiemethoden voor levensmiddelen en landbouwproducten die op de interne markt worden gebracht, aan te scherpen. Daarbij moet specifieke aandacht gaan naar het opsporen van milieuvervuiling als gevolg van de oorlog in Oekraïne, met als doel de gezondheid van alle Europese burgers en van ons milieu te waarborgen.
1.10Het recht op een gezond milieu is van vitaal belang voor het sociale en economische welzijn van mensen in Europa en de rest van de wereld. Geschat wordt dat ongeveer 40 % van de banen wereldwijd afhankelijk zijn van een gezond klimaat en ecosysteem. Gezien het internationale rechtskader en deze grimmige realiteit is het niet verrassend dat er tal van EU-wetten zijn aangenomen om ervoor te zorgen dat de EU voldoet aan haar verplichting om het recht op een gezond milieu te eerbiedigen.
1.11Het EESC moedigt alle lidstaten en Europese instellingen aan meer inspanningen te leveren om de doeltreffendheid van de bestaande rechtsinstrumenten te verbeteren, want daar ontbreekt het in de praktijk vaak aan. De talrijke rechtszaken die tegen lidstaten of de Unie zelf zijn aangespannen wegens tekortkomingen op het gebied van schone lucht, klimaat, visserij of water, tonen aan hoezeer de overheid er niet in slaagt dit recht te doen naleven.
2.Algemene opmerkingen
2.1Recht op een gezond milieu in de context van de oorlog van Rusland in Oekraïne en de toetreding van Oekraïne tot de EU
2.1.1Op 16 maart 2022 heeft het Comité van ministers van de Raad van Europa Rusland met onmiddellijke ingang uit de Raad van Europa gezet. Terwijl de EU volop aan het onderhandelen was over haar toetreding tot het Europees Verdrag voor de rechten van de mens (EVRM), was Rusland er dus vanaf 16 september 2022 niet langer door gebonden. Hierdoor werd de reikwijdte van de bescherming van de mensenrechten op het hele Europese continent aanzienlijk beperkt. Op het moment van de invasie, en tot 16 september 2022, was Rusland echter gebonden door het EVRM. Ondanks de terugtrekking van Rusland uit andere internationale organisaties, was en blijft het land onderworpen aan een hele reeks internationale verplichtingen. Deze hebben niet alleen betrekking op de mensenrechten, maar ook op het milieu. Het Internationaal Raamverdrag inzake klimaatverandering en het Verdrag inzake biologische diversiteit zijn twee van de verdragen die Rusland in zijn agressie heeft geschonden.
2.1.2Het is van essentieel belang ervoor te zorgen dat de mensenrechten en het milieu in de rest van Europa worden beschermd. Niet alleen in de 27 lidstaten van de EU, waar de bescherming van de mensenrechten zal worden versterkt door de toetreding van de EU tot het EVRM, maar ook in de overige 19 lidstaten van de Raad van Europa, waaronder Oekraïne.
2.1.3Dit is des te belangrijker omdat Oekraïne op 23 juni 2022 een kandidaat-lidstaat van de EU is geworden. Wanneer Oekraïne toetreedt tot de EU, zal het qua oppervlakte de grootste of op een na grootste lidstaat van de EU zijn. Het uitgestrekte grondgebied van Oekraïne is rijk aan diverse ecosystemen. Volgens het secretariaat van het VN-verdrag inzake biologische diversiteit bestrijkt Oekraïne 6 % van het Europese grondgebied, maar herbergt het 35 % van de totale biodiversiteit. Ook de landbouwgronden van het land, die van cruciaal belang zijn voor de voedselvoorziening in de wereld, en de uitgebreide infrastructuur voor fossiele brandstoffen, waarvan bepaalde buurlanden bijzonder afhankelijk zijn voor hun energievoorziening, zijn beide het afgelopen jaar onder enorme druk komen te staan.
2.1.4De acties van Rusland lijken op ecocide neer te komen, op basis van een door juridische deskundigen voorgestelde en in juni 2021 gepubliceerde definitie. Sinds 2001 omvat het Oekraïense wetboek van strafrecht het misdrijf ecocide. Parallel aan het besluit van het Europees Parlement heeft het EESC erop aangedrongen dat “ecocide”, zoals gedefinieerd door het panel van onafhankelijke deskundigen voor de wettelijke definitie van ecocide, wordt gecodificeerd als een strafbaar feit krachtens de EU-wetgeving. De erkenning van het misdrijf ecocide in de herziene EU-richtlijn milieucriminaliteit zal leiden tot ontwikkelingen in de wetgeving buiten de EU, met name in het Internationaal Strafhof, wat kan helpen om Rusland een zekere verantwoordingsplicht te geven voor de veroorzaakte ecologische en milieuschade.
2.1.5Op 19 januari 2023 heeft het Europees Parlement een resolutie aangenomen waarin wordt opgeroepen tot de oprichting van een tribunaal voor het misdrijf agressie tegen Oekraïne. Tijdens zijn zitting van februari sprak het EESC zijn steun uit voor deze resolutie. In de tekst van de resolutie wordt tweemaal verwezen naar milieuaangelegenheden. Ten eerste wordt in de resolutie het verband erkend tussen oorlog en langdurige schade aan het natuurlijk milieu en het klimaat. Ten tweede wordt erin opgeroepen tot de instelling van een internationaal register waarin onder meer wijdverbreide en ernstige schade aan het natuurlijke milieu en het klimaat wordt geregistreerd, teneinde de vaststelling van toekomstige herstelbetalingen voor veroorzaakte schade te vergemakkelijken. In dit verband is het cruciaal te benadrukken dat milieuschade als oorlogswapen kan worden gebruikt en dat deze milieudelicten worden vervolgd.
2.1.6De door de oorlog veroorzaakte milieuschade omvat de aantasting van ecosystemen, lucht- en waterverontreiniging en verontreiniging van akker- en weilanden. Zo zouden de lekken in twee Russische gaspijpleidingen in de Oostzee ongekende gevolgen kunnen hebben voor ons klimaat en voor andere aspecten van het milieu. Sinds het begin van de oorlog is 200 000 hectare bos door brand aangetast, 680 000 ton fossiele brandstoffen in vlammen opgegaan en 180 000 kubieke meter grond door munitie verontreinigd. Door de oorlog zijn beschermde gebieden aangetast en waterzuiveringsinstallaties vernietigd. Het gevaar is des te groter aangezien Oekraïne met 15 reactoren op één na het land met de meeste kerncentrales in Europa is. Het conflict heeft 100 bosbranden veroorzaakt, waarbij 33 miljoen ton CO2 is vrijgekomen. Russische bombardementen vernietigen de Oekraïense biodiversiteit. Oekraïense deskundigen ramen de door Rusland veroorzaakte milieuschade op 24 miljard euro.
2.1.7De oorlog in Oekraïne brengt ongekende en blijvende schade toe aan het milieu. Hij schaadt ook de lichamelijke en geestelijke gezondheid en het welzijn van de Oekraïners en hun nakomelingen. Kwetsbare groepen worden nog harder getroffen. Er moet speciale aandacht worden besteed aan de psychologische gevolgen van de oorlog en aan geestelijke gezondheidsproblemen. De oorlog veroorzaakt lucht-, water- en bodemverontreiniging en ook geluidsoverlast, waar alle slachtoffers nog generaties lang last van zullen hebben. Veel problemen stoppen niet bij de grenzen van Oekraïne en al met al bestaan er ernstige risico’s voor de volksgezondheid. Er is aangetoond is dat aantasting van het milieu, en met name lucht-, bodem- en waterverontreiniging, net als oorlog gevolgen heeft voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid van meerdere generaties. Niet alleen de kinderen die nu in Oekraïne wonen of het land ontvlucht zijn, zullen hieronder lijden, maar ook toekomstige generaties.
2.1.8Daarom zijn de inspanningen van Oekraïense jongerenbewegingen en -organisaties om hun generatie een stem te geven zo indrukwekkend. Het is belangrijk dat bij de wederopbouw rekening wordt gehouden met hun ideeën en standpunten.
2.1.9Schade aan ons gemeenschappelijk ecosysteem, zoals bodemaantasting, vormt een directe bedreiging voor de toekomstige landbouwproductie en benadrukt de kwetsbaarheid van de wereldwijde voedselzekerheid. Met name de huidige structuur van de grondstoffenmarkt is niet bevorderlijk voor de “duurzame economie die we nodig hebben” De doelstellingen van duurzame ontwikkeling, klimaatambitie en rechtvaardige transitie die in de VN 2030-agenda en de Green Deal voor Europa zijn vastgelegd, zullen er niet mee worden bereikt en worden zelfs actief tegengewerkt.
2.1.10Het maatschappelijk middenveld speelde vóór de oorlog een sleutelrol bij de bescherming van het milieu. De oorlog heeft het vermogen van het maatschappelijk middenveld om op dit gebied op te treden drastisch ingeperkt. Veel milieuactivisten hebben moeten vluchten of dragen bij aan de oorlogsinspanningen. Degenen die nog actief kunnen zijn, concentreren zich nu op het documenteren van de gevolgen van de Russische aanvalsoorlog voor het milieu. Hun betrokkenheid zal cruciaal zijn voor het herstel van het milieu in Oekraïne en om ervoor te zorgen dat Oekraïne de milieuwetgeving van de EU overneemt om toetreding tot de EU mogelijk te maken.
2.1.11Milieubescherming en de invloed van het milieu op het dagelijks leven en de gezondheid blijven belangrijk voor de Oekraïners. Bovendien is volgens een openbare enquête 95,2 % van de respondenten van mening dat natuurherstel belangrijk is voor de naoorlogse wederopbouw van Oekraïne.
2.1.12Met de juiste internationale steun kan de vernietiging door Rusland van de infrastructuur van de zware industrie van Oekraïne als een kans aangegrepen worden om het zonne- en windenergiepotentieel te ontsluiten voor een betere en milieuvriendelijkere wederopbouw aan de hand van alternatieve energiebronnen. Dit zou zowel Oekraïners als inwoners van andere landen ten goede komen en de positie van Oekraïne in de onderhandelingen over toetreding tot de EU aanzienlijk versterken.
2.1.13De huidige situatie blijft instabiel. Er is ernstige onzekerheid over de toekomst. Afgezien van de dramatische menselijke en humanitaire catastrofe zullen vragen rijzen over de uiteindelijke kosten van de wederopbouw van Oekraïne en in hoeverre Rusland kan worden aangesproken om deze kosten te dragen. Voor de EU is een belangrijke rol weggelegd. In zijn resolutie over
de oorlog in Oekraïne en de economische, sociale en milieugevolgen daarvan
benadrukt het EESC dat, naast de gevolgen voor de mens, de milieugevolgen van de oorlog, veroorzaakt door bombardementen, olie- en gaslekken en ongelukken in chemische fabrieken en kerncentrales, zowel voor de Oekraïners als voor de EU en daarbuiten uitermate zorgwekkend zijn. Deze milieueffecten zullen onvermijdelijk langdurige gevolgen hebben voor de volksgezondheid en de ecosystemen. De milieugevolgen van de oorlog vormen een reële bedreiging voor de bevolking. Het kan jaren duren om de vervuiling op te ruimen, waardoor het risico op kanker, ademhalingsziekten en ontwikkelingsachterstand bij kinderen toeneemt, waarschuwen VN-deskundigen. Reproductieve gezondheid is een ander zorgwekkend punt. Het EESC benadrukte dat de EU moet helpen het milieu in Oekraïne te beschermen en de door de oorlog veroorzaakte milieuschade te herstellen. Het EESC blijft erbij dat bij alle wederopbouwinspanningen de internationale IAO-normen en de beginselen van sociale conditionaliteit in acht zullen worden genomen. Het EESC heeft voorgesteld dat de EU hierop reageert via programma's als RescEU en LIFE, in coördinatie met nationale, regionale en lokale mechanismen en in samenwerking met de particuliere sector en met ngo’s.
2.1.14Terwijl de oorlog nog aan de gang is, is het belangrijk dat maatschappelijke organisaties, regeringen en internationale organisaties over de grenzen heen samenwerken om milieuschade van grensoverschrijdende aard in kaart te brengen en te monitoren, teneinde de omvang van de schade en de financiële behoeften te beoordelen, investeringen te stimuleren en middelen te herverdelen ten behoeve van het duurzame en sociale herstel van Oekraïne. Wat het in kaart brengen betreft, steunt het Europees Milieuagentschap (EMA) inspanningen ter verbetering van de capaciteit om informatie te verzamelen over de vooroorlogse toestand van het milieu die als referentie kan worden gebruikt bij monitoringprocessen.
2.1.15De Commissie en de Raad moeten de inspanningen van het maatschappelijk middenveld steunen om de door Rusland veroorzaakte milieuschade, met inbegrip van milieudelicten, te documenteren. De EU moet er ook voor zorgen dat bij haar inspanningen ter ondersteuning van de wederopbouw van Oekraïne de rampzalige ecologische en milieueffecten van de oorlog worden voorkomen en beperkt zodat de mensenrechten gewaarborgd kunnen worden.
2.1.16De EU moet er ook voor zorgen dat de economie van Oekraïne en die van de EU niet langer afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen en dat bij de wederopbouw wordt afgestapt van de infrastructuur voor fossiele brandstoffen. De inspanningen van de EU moeten er ook voor zorgen dat Oekraïne zijn rol kan spelen in het mondiale voedselsysteem. Met het oog op de toetreding van Oekraïne tot de EU, moet de Unie in staat gesteld worden om haar verbintenissen in het kader van de Overeenkomst van Parijs en de Overeenkomst van Kunming-Montreal na te komen. De EU moet er ook voor zorgen dat haar sanctiepakketten een positief effect op het milieu hebben. Sommige ngo’s hebben bijvoorbeeld opgeroepen tot sancties die Rusland zouden belemmeren om zijn illegale oorlog voort te zetten en zouden verhinderen dat Rusland nog profiteert van illegale, ongereglementeerde en ongemelde visserij.
2.2De wettelijke verplichting van de EU om het recht op een gezond milieu te beschermen
2.2.1Op 28 juli 2022 heeft de Algemene Vergadering van de VN een baanbrekende resolutie aangenomen waarin het recht op een schoon, gezond en duurzaam milieu als een mensenrecht
wordt erkend en landen, internationale organisaties, bedrijven en alle andere belanghebbenden worden opgeroepen hun inspanningen voor een schoon, gezond en duurzaam milieu voor iedereen op te voeren. De 27 EU-lidstaten en de overgrote meerderheid van de andere landen hebben voor de resolutie gestemd. Aansluitend op het informatief rapport van het EESC uit 2021 over “Milieubescherming als voorwaarde voor eerbiediging van de grondrechten” wordt in de resolutie van de VN erkend dat “aantasting van het milieu, klimaatverandering, verlies van biodiversiteit, woestijnvorming en niet-duurzame ontwikkeling een van de dringendste en ernstigste bedreigingen vormen voor het vermogen van de huidige en toekomstige generaties om daadwerkelijk alle mensenrechten te genieten”. In de resolutie wordt onder meer een oproep gedaan aan internationale organisaties zoals de EU om “de internationale samenwerking en de capaciteitsopbouw te versterken en beste praktijken te blijven uitwisselen om de inspanningen voor een schoon, gezond en duurzaam milieu voor iedereen op te voeren”.
2.2.2Het recht op een gezond milieu erkent het fundamentele verband tussen het milieu en de gezondheid van de mens. De gezondheid van de mens en de kwaliteit van het milieu kunnen niet los van elkaar gezien worden. De gezondheid van ecosystemen, dieren en mensen gaan hand in hand. De EU moet dat recht waarborgen. Aantasting van het milieu is de hoofdoorzaak van gezondheidsproblemen. Zo werden in 2019 307 000 vroegtijdige sterfgevallen toegeschreven aan fijnstof, 40 400 aan stikstofdioxide en 16 800 aan acute ozonverontreiniging. Het probleem gaat uiteraard verder dan de luchtkwaliteit. Geluidsoverlast leidt bijvoorbeeld tot 12 000 doden per jaar. Het verband tussen het milieu en de volksgezondheid is ook bijzonder duidelijk op het vlak van voedselzekerheid.
2.2.3De rechtsorde van de EU loopt wereldwijd voorop bij de erkenning van het recht op een gezond milieu op supranationaal niveau. Verdragsbepalingen (artikel 37 van het Handvest van de grondrechten en artikel 11 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie) staan naast diverse andere bepalingen, met name artikel 3, lid 3, en artikel 21, lid 2, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, artikel 191 van het VWEU en diverse andere bepalingen van het Handvest, die samen neerkomen op de erkenning van het recht op een schoon, gezond en duurzaam milieu. Krachtens artikel 51, lid 1, van het Handvest zijn de instellingen van de EU te allen tijde aan deze verplichting onderworpen, en zijn de lidstaten verplicht deze te eerbiedigen bij de uitvoering van EU-wetgeving. Het Europees Parlement heeft gevraagd “het recht op een gezond milieu in het Handvest te erkennen” en dat de EU “het initiatief moet nemen om een vergelijkbaar recht op internationaal niveau te laten erkennen”.
2.2.4Krachtens artikel 52, lid 3, van het Handvest van de grondrechten moet de EU ook de bepalingen van het Verdrag naleven wanneer de bepalingen van het Handvest overeenstemmen met de bepalingen van het EVRM. Met name via het recht op eerbiediging van het privé-, familie- en gezinsleven en van de woning (artikel 7 van het Handvest, artikel 8 van het EVRM) heeft het Europees Hof voor de rechten van de mens reeds het recht op een veilig en gezond milieu erkend. Dit houdt niet alleen negatieve verplichtingen in (geen inbreuk maken op het recht op een gezond milieu), maar ook positieve verplichtingen om maatregelen te nemen, bijvoorbeeld met betrekking tot de luchtkwaliteit, om ervoor te zorgen dat dit recht wordt geëerbiedigd. Deze verplichtingen zullen nog beter afdwingbaar worden zodra de EU toetreedt tot het EVRM, zoals vereist is op grond van artikel 6, lid 2 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Na het Europees Parlement heeft de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa aangedrongen op een protocol bij het EVRM waarin het “recht op een veilig, schoon, gezond en duurzaam milieu” uitdrukkelijk zou worden erkend. Dit zou leiden tot een afdwingbaar recht in de 27 EU-lidstaten en in de 19 derde landen die ook lid zijn van de Raad van Europa.
2.2.5Ook wordt algemeen erkend dat de EU een zeer grote invloed heeft op de milieuregelgeving op wereldniveau. De vele onderdelen van de EU-wetgeving die van invloed zijn op het recht op een gezond milieu — met name de regulering van giftige stoffen in het kader van de REACH-verordening — zijn typische voorbeelden van het “Brussel-effect”, waarbij EU-regels wereldwijde normen worden.
2.2.6Het recht op een gezond milieu is van vitaal belang voor het sociale en economische welzijn van mensen in Europa en de rest van de wereld. Geschat wordt dat ongeveer 40 % van de banen wereldwijd afhankelijk zijn van een gezond klimaat en ecosysteem. Gezien het internationale rechtskader en deze grimmige realiteit is het niet verrassend dat er tal van EU-wetten zijn aangenomen om ervoor te zorgen dat de EU voldoet aan haar verplichting om het recht op een gezond milieu te eerbiedigen. De EU-wetgeving inzake luchtkwaliteit (Richtlijn 2008/50/EG) is hiervan een goed voorbeeld. Advocaat-generaal Kokott oordeelde dat “de regels inzake luchtkwaliteit bijgevolg concreet gestalte geven aan de verplichtingen van de Unie om bescherming te bieden, voortvloeiend uit het fundamentele recht op leven krachtens artikel 2, lid 1, van het Handvest en het hoge niveau van milieubescherming dat wordt vereist op grond van artikel 3, lid 3, VEU, artikel 37 van het Handvest en artikel 191, lid 2, VWEU”. Met het oog op een optimale bescherming van de menselijke gezondheid beveelt het EESC aan om de luchtkwaliteitsnormen van de EU uiterlijk in 2030 volledig af te stemmen op de geactualiseerde mondiale richtsnoeren inzake luchtkwaliteit van de Wereldgezondheidsorganisatie.
2.2.7In de milieuactieprogramma’s van de EU — zoals vereist op grond van artikel 192, lid 3, VWEU — wordt steeds meer erkend dat een gezond milieu een recht is. Het 8e milieuactieprogramma erkent uitdrukkelijk dat “vooruitgang boeken met de erkenning van het recht op een schoon, gezond en duurzaam milieu, zoals uiteengezet in resolutie 48/13 van de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties, een faciliterende voorwaarde is voor de verwezenlijking van de prioritaire doelstellingen van het 8e MAP”.
2.2.8In de praktijk ontbreekt het echter vaak aan doeltreffendheid. Het EESC moedigt dan ook alle lidstaten en Europese instellingen aan meer inspanningen te leveren om de doeltreffendheid van de bestaande rechtsinstrumenten te verbeteren. De talrijke rechtszaken die tegen lidstaten of de Unie zelf zijn aangespannen wegens tekortkomingen op het gebied van schone lucht, klimaat, visserij of water, tonen aan hoezeer de overheid er niet in slaagt dit recht te doen naleven.
2.2.9Tegen de achtergrond van de oorlog van Rusland tegen Oekraïne en de toekomstige toetreding van Oekraïne tot de EU is het belangrijker dan ooit dat de EU en haar lidstaten het recht op een gezond milieu handhaven. Dit betekent dat milieubescherming dezelfde prioriteit moet krijgen als andere rechtsgebieden, zoals mededinging of gegevensbescherming, waarvoor de EU zowel in theorie als in de praktijk een wereldwijd voorbeeld stelt.
2.2.10Op die manier krijgt de EU de kans om het intergenerationele karakter van het recht op een gezond milieu te erkennen.
2.2.11Het is niet verwonderlijk dat vooral jongerenbewegingen oproepen tot milieubescherming. Door de negatieve gevolgen van de achteruitgang van het milieu voor de reproductieve gezondheid wordt het voortbestaan van toekomstige generaties bedreigd. De EU moet het voorbeeld volgen van lidstaten die instellingen hebben opgericht om de belangen van toekomstige generaties te beschermen. Een dergelijke instelling op EU-niveau zou ertoe bijdragen dat toekomstige generaties kunnen profiteren van de sociale en economische voordelen van de huidige maatregelen ter bescherming van het milieu.
Brussel, 27 april 2023.
Oliver Röpke
Voorzitter van het Europees Economisch en Sociaal Comité
_____________