ISSN 1977-0995

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 253

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

58e jaargang
1 augustus 2015


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2015/C 253/01

Kennisgeving aan de personen op wie de beperkende maatregelen van Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1332 van de Raad, en van Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1322 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan, van toepassing zijn

1

2015/C 253/02

Kennisgeving aan de betrokkenen die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen van Verordening (EG) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1322 van de Raad betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, groepen, ondernemingen en entiteiten in verband met de situatie in Afghanistan

3

2015/C 253/03

Kennisgeving aan de personen, groepen en entiteiten die zijn geplaatst op de lijst bedoeld in artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2580/2001 van de Raad inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme (zie de bijlage bij Verordening (EU) 2015/1325 van de Raad)

4

2015/C 253/04

Kennisgeving ter attentie van de personen en entiteiten op wie de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2015/1333 van de Raad en van Verordening (EU) nr. 204/2011 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Libië van toepassing zijn

5

2015/C 253/05

Kennisgeving aan de betrokkenen op wie de beperkende maatregelen van Verordening (EU) nr. 204/2011 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Libië van toepassing zijn

6

 

Europese Commissie

2015/C 253/06

Wisselkoersen van de euro

7

2015/C 253/07

Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

8

2015/C 253/08

Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

9

2015/C 253/09

Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

10

2015/C 253/10

Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

11


 

V   Bekendmakingen

 

BESTUURLIJKE PROCEDURES

 

Europese Commissie

2015/C 253/11

Oproepen tot het indienen van voorstellen en verwante activiteiten op grond van het ERC-werkprogramma 2016 in het kader van Horizon 2020 — Het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie (2014-2020)

12

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2015/C 253/12

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.7649 — Varo/Argos DSE/Vitol/Carlyle/Reggeborgh) ( 1 )

13

2015/C 253/13

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.7477 — Halliburton/Baker Hughes) ( 1 )

15

2015/C 253/14

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak M.7663 — DTZ/Cushman & Wakefield) ( 1 )

16

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2015/C 253/15

Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012

17


 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/1


Kennisgeving aan de personen op wie de beperkende maatregelen van Besluit 2011/486/GBVB van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1332 van de Raad, en van Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1322 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan, van toepassing zijn

(2015/C 253/01)

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen die worden genoemd in de bijlage bij Besluit 2011/486/GBVB van de Raad (1), als uitgevoerd bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1332 van de Raad (2), en in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad (3), als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1322 van de Raad (4), betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Afghanistan.

De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft Resolutie 1988 (2011) aangenomen, waarbij beperkende maatregelen worden opgelegd aan de vóór de datum van aanneming van die resolutie aangewezen personen en entiteiten, zoals de Taliban, en andere personen, groepen, ondernemingen en entiteiten die banden hebben met de Taliban, zoals nader bepaald in rubriek A („Individuals associated with the Taliban”) en rubriek B („Entities and other groups and undertaking associated with the Taliban”) van de geconsolideerde lijst van het comité ingesteld krachtens Resolutie 1267 (1999) en Resolutie 1333 (2000), alsmede aan andere personen, groepen, ondernemingen en entiteiten die banden hebben met de Taliban.

Het comité dat is ingesteld krachtens punt 30 van Resolutie 1988 (2011) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, heeft op 23 september 2014 en 27 maart 2015 de lijst van personen, groepen, ondernemingen en entiteiten waarvoor beperkende maatregelen gelden, gewijzigd en geactualiseerd.

De betrokken personen kunnen te allen tijde, onder overlegging van bewijsstukken, het bij punt 30 van Resolutie 1988 (2011) van de VN-Veiligheidsraad ingestelde VN-comité verzoeken het besluit om hen op de VN-lijst te plaatsen, te heroverwegen. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:

United Nations — Focal point for delisting

Security Council Subsidiary Organs Branch

Room TB-08045D

United Nations

New York, N.Y. 10017

VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA

Tel. +1 9173679448

Fax +1 2129631300/3778

E-mail: delisting@un.org

Ga voor meer informatie naar http://www.un.org/sc/committees/1988/index.shtml

Naar aanleiding van het besluit van de VN heeft de Raad van de Europese Unie bepaald dat de door de VN aangewezen personen moeten worden opgenomen op de lijsten van personen, groepen, ondernemingen en entiteiten waarvoor de beperkende maatregelen in Besluit 2011/486/GBVB en Verordening (EU) nr. 753/2011 gelden. De redenen voor de opneming op de lijst van de betrokken personen staan in de desbetreffende vermeldingen in de bijlage bij het besluit van de Raad en in bijlage I bij de verordening van de Raad.

De betrokken personen worden erop geattendeerd dat zij een verzoek kunnen richten tot de bevoegde instanties van de betrokken lidstaat (lidstaten), als vermeld op de websites in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 753/2011, om toestemming te verkrijgen voor het gebruik van bevroren tegoeden voor basisbehoeften of specifieke betalingen (zie artikel 5 van de verordening).

De betrokken personen kunnen, onder overlegging van bewijsstukken, op onderstaand adres een verzoek tot heroverweging van het besluit om hen op bovengenoemde lijsten te plaatsen, bij de Raad indienen:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

DG C 1C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

Tevens worden de betrokken personen erop geattendeerd dat zij tegen het besluit van de Raad beroep kunnen instellen bij het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden van artikel 275, tweede alinea, en artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 199 van 2.8.2011, blz. 57.

(2)  PB L 206 van 1.8.2015, blz. 31.

(3)  PB L 199 van 2.8.2011, blz. 1.

(4)  PB L 206 van 1.8.2015, blz. 1.


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/3


Kennisgeving aan de betrokkenen die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen van Verordening (EG) nr. 753/2011 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1322 van de Raad betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, groepen, ondernemingen en entiteiten in verband met de situatie in Afghanistan

(2015/C 253/02)

De aandacht van de betrokkenen wordt gevestigd op onderstaande informatie, overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad (1).

De rechtsgrondslag voor deze verwerking is Verordening (EU) nr. 753/2011 van de Raad (2), als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1322 van de Raad (3).

De verantwoordelijke voor de verwerking is de Raad van de Europese Unie, die wordt vertegenwoordigd door de directeur-generaal van DG C (Buitenlandse Zaken, Uitbreiding, Civiele Bescherming) van het secretariaat-generaal van de Raad en eenheid 1C van DG C, de dienst die belast is met de verwerking, is bereikbaar op het volgende adres:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

DG C 1C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

Het doel van de verwerking is het opstellen en actualiseren van de lijst van personen die aan beperkende maatregelen zijn onderworpen in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 753/2011, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1322.

De betrokkenen zijn de natuurlijke personen die voldoen aan de criteria voor plaatsing op de lijst als vastgesteld in die verordening.

De verzamelde persoonsgegevens omvatten gegevens die nodig zijn voor de correcte identificatie van de betrokken persoon, de motivering en eventuele andere daarmee verband houdende gegevens.

De verzamelde persoonsgegevens kunnen zo nodig worden gedeeld met de Europese Dienst voor extern optreden en de Commissie.

Onverminderd de beperkingen bedoeld in artikel 20, lid 1, punten a) en d), van Verordening (EG) nr. 45/2001 zullen de verzoeken om toegang, alsmede verzoeken om rectificatie of bezwaarschriften, worden beantwoord in overeenstemming met afdeling 5 van Besluit 2004/644/EG van de Raad (4).

De persoonsgegevens worden bewaard gedurende vijf jaar vanaf het moment waarop de betrokkene is geschrapt van de lijst van personen waarop de bevriezing van tegoeden van toepassing is of totdat de geldigheidsduur van de maatregel is verstreken, of voor de duur van eventueel begonnen gerechtelijke procedures.

De betrokkenen kunnen zich overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001 wenden tot de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.


(1)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.

(2)  PB L 199 van 2.8.2011, blz. 1.

(3)  PB L 206 van 1.8.2015, blz. 1.

(4)  PB L 296 van 21.9.2004, blz. 16.


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/4


Kennisgeving aan de personen, groepen en entiteiten die zijn geplaatst op de lijst bedoeld in artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2580/2001 van de Raad inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme

(zie de bijlage bij Verordening (EU) 2015/1325 van de Raad)

(2015/C 253/03)

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen, groepen en entiteiten die op de lijst in Verordening (EU) 2015/1325 van de Raad (1) zijn geplaatst.

De Raad van de Europese Unie heeft vastgesteld dat de redenen voor de plaatsing van de personen, groepen en entiteiten op de bovengenoemde lijst van personen, groepen en entiteiten voor wie/waarvoor de beperkende maatregelen gelden als bepaald bij Verordening (EG) nr. 2580/2001 van de Raad van 27 december 2001 inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme (2) nog altijd geldig zijn. De Raad heeft derhalve besloten om die personen, groepen en entiteiten op de lijst te handhaven.

In Verordening (EG) nr. 2580/2001 is bepaald dat alle tegoeden, andere financiële activa en economische middelen die in het bezit zijn van de betrokken personen, groepen en entiteiten worden bevroren, en dat aan deze personen, groepen en entiteiten noch direct, noch indirect tegoeden, andere financiële activa of economische middelen ter beschikking mogen worden gesteld.

De betrokken personen, groepen en entiteiten worden erop geattendeerd dat zij een verzoek tot de in de bijlage bij de verordening opgenomen bevoegde instanties van de lidstaat of lidstaten kunnen richten om een machtiging te verkrijgen om bevroren tegoeden te gebruiken voor essentiële behoeften of specifieke betalingen (zie artikel 5, lid 2, van de verordening).

De personen, groepen en entiteiten die op lijst worden gehandhaafd, kunnen de Raad verzoeken zijn motivering ter zake aan hen mede te delen (voor zover deze niet reeds aan hen is medegedeeld). Dat verzoek dient te worden gericht aan het volgende adres:

Raad van de Europese Unie (t.a.v.: CP 931 designations)

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

De betrokken personen, groepen en entiteiten kunnen te allen tijde, onder overlegging van eventuele bewijsstukken, de Raad verzoeken het besluit om hen op bovengenoemde lijst te plaatsen en te handhaven, te heroverwegen; dat verzoek dient aan bovengenoemd adres te worden gericht. Dergelijke verzoeken zullen worden behandeld wanneer zij worden ontvangen. In dat verband worden de betrokken personen, groepen en entiteiten geattendeerd op de regelmatige toetsing van de lijst door de Raad overeenkomstig artikel 1, lid 6, van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB (3). Om bij de volgende toetsing te kunnen worden behandeld, dienen verzoeken vóór 27 oktober 2015 te worden ingediend.

De betrokken personen, groepen en entiteiten worden tevens geattendeerd op de mogelijkheid om tegen de verordening van de Raad beroep in te stellen bij het Gerecht van de Europese Unie, conform de voorwaarden van artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 206 van 1.8.2015, blz. 12.

(2)  PB L 344 van 28.12.2001, blz. 70.

(3)  PB L 344 van 28.12.2001, blz. 93.


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/5


Kennisgeving ter attentie van de personen en entiteiten op wie de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2015/1333 van de Raad en van Verordening (EU) nr. 204/2011 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Libië van toepassing zijn

(2015/C 253/04)

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen en entiteiten die op de lijst staan in bijlagen II en IV bij Besluit (GBVB) 2015/1333 van de Raad (1) en in bijlage III Verordening (EU) nr. 204/2011 van de Raad (2), als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1323 van de Raad (3) tot uitvoering van artikel 16, lid 2, van Verordening (EU) nr. 204/2011 betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Libië.

De Raad van de Europese Unie heeft, na evaluatie van de lijst van personen en entiteiten die in bovengenoemde bijlagen worden aangewezen, vastgesteld dat de beperkende maatregelen van Besluit 2011/137/GBVB van de Raad (4) en Verordening (EU) nr. 204/2011 van toepassing moeten blijven op die personen en entiteiten.

De betrokken personen en entiteiten worden erop geattendeerd dat zij aan de bevoegde instanties van de betrokken lidstaat (lidstaten), vermeld op de websites in bijlage IV bij Verordening (EU) nr. 204/2011, een verzoek kunnen richten om een machtiging te verkrijgen voor het gebruik van bevroren tegoeden voor basisbehoeften of specifieke betalingen (zie artikel 7 van de verordening).

De betrokken personen en entiteiten kunnen, onder overlegging van bewijsstukken, vóór 1 juni 2016 op onderstaand adres een verzoek bij de Raad indienen tot heroverweging van het besluit om hen op bovengenoemde lijst te plaatsen. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat generaal

DGC 1C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

Met eventuele ontvangen opmerkingen zal rekening worden gehouden bij de volgende evaluatie door de Raad, overeenkomstig artikel 12, lid 2, van Besluit 2011/137/GBVB en artikel 16, lid 6, van Verordening (EU) nr. 204/2011, van de lijst van aangewezen personen en entiteiten.


(1)  PB L 206 van 1.8.2015, blz. 34.

(2)  PB L 58 van 3.3.2011, blz. 1.

(3)  PB L 206 van 1.8.2015, blz. 4.

(4)  PB L 58 van 3.3.2011, blz. 53.


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/6


Kennisgeving aan de betrokkenen op wie de beperkende maatregelen van Verordening (EU) nr. 204/2011 van de Raad betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Libië van toepassing zijn

(2015/C 253/05)

De aandacht van de betrokkenen wordt gevestigd op onderstaande informatie, overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad (1).

De rechtsgrondslag voor deze verwerking wordt gevormd door Verordening (EU) nr. 204/2011 van de Raad (2).

De verantwoordelijke voor de verwerking is de Raad van de Europese Unie, vertegenwoordigd door de directeur-generaal van DG C (Buitenlandse Zaken, Uitbreiding, Civiele Bescherming) van het secretariaat-generaal van de Raad en door eenheid 1C van DG C, de dienst die belast is met de verwerking en bereikbaar is op het volgende adres:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat generaal

DGC 1C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

Het doel van de verwerking is het opstellen en actualiseren van de lijst van personen op wie beperkende maatregelen van toepassing zijn in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 204/2011.

De betrokkenen zijn de natuurlijke personen die voldoen aan de criteria voor plaatsing op de lijst als vastgesteld in die verordening.

De verzamelde persoonsgegevens omvatten gegevens die nodig zijn voor de correcte identificatie van de betrokken persoon, de motivering en eventuele andere daarmee verband houdende gegevens.

De verzamelde persoonsgegevens kunnen zo nodig worden uitgewisseld met de Europese Dienst voor extern optreden en de Commissie.

Onverminderd de beperkingen bedoeld in artikel 20, lid 1, onder a) en d), van Verordening (EG) nr. 45/2001 zullen de verzoeken om toegang, alsmede verzoeken om rectificatie of bezwaarschriften, worden beantwoord in overeenstemming met afdeling 5 van Besluit 2004/644/EG van de Raad (3).

De persoonsgegevens worden bewaard gedurende vijf jaar vanaf het moment waarop de betrokkene is geschrapt van de lijst van personen op wie de bevriezing van tegoeden van toepassing is of tot dat de geldigheidsduur van de maatregel is verstreken, of voor de duur van eventueel begonnen gerechtelijke procedures.

De betrokkenen kunnen zich overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001 wenden tot de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.


(1)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.

(2)  PB L 58 van 3.3.2011, blz. 1.

(3)  PB L 296 van 21.9.2004, blz. 16.


Europese Commissie

1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/7


Wisselkoersen van de euro (1)

31 juli 2015

(2015/C 253/06)

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,0967

JPY

Japanse yen

136,34

DKK

Deense kroon

7,4615

GBP

Pond sterling

0,70410

SEK

Zweedse kroon

9,4622

CHF

Zwitserse frank

1,0565

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

9,0015

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

27,031

HUF

Hongaarse forint

308,30

PLN

Poolse zloty

4,1435

RON

Roemeense leu

4,4048

TRY

Turkse lira

3,0485

AUD

Australische dollar

1,5140

CAD

Canadese dollar

1,4310

HKD

Hongkongse dollar

8,5032

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,6769

SGD

Singaporese dollar

1,5082

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 287,41

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

13,9210

CNY

Chinese yuan renminbi

6,8102

HRK

Kroatische kuna

7,5920

IDR

Indonesische roepia

14 866,29

MYR

Maleisische ringgit

4,2015

PHP

Filipijnse peso

50,146

RUB

Russische roebel

66,8596

THB

Thaise baht

38,571

BRL

Braziliaanse real

3,6974

MXN

Mexicaanse peso

17,7473

INR

Indiase roepie

70,3382


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/8


Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

(2015/C 253/07)

Image

Voor circulatie bestemde euromunten hebben in de gehele eurozone de status van wettig betaalmiddel. Om zowel degenen die beroepsmatig met euromunten omgaan als het grote publiek op de hoogte te houden, publiceert de Commissie alle nieuwe ontwerpen van euromunten (1). Volgens de conclusies van de Raad van 10 februari 2009 (2) is het de lidstaten van de eurozone en de landen die met de Europese Unie een monetaire overeenkomst hebben gesloten volgens welke zij euromuntstukken mogen uitgeven, toegestaan een bepaalde hoeveelheid voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten uit te geven, en dat onder bepaalde voorwaarden, met name dat alleen het muntstuk van twee euro wordt gebruikt. Deze munten hebben dezelfde technische kenmerken als gewone voor circulatie bestemde munten van twee euro, maar hebben aan de nationale zijde een speciale herdenkingsafbeelding met een grote nationale of Europese symboolwaarde.

Om de dertigste verjaardag van de EU-vlag te vieren, hebben de ministers van Financiën van de eurozone besloten dat de lidstaten van de eurozone een herdenkingsmunt van twee euro gaan slaan, waarbij voor de nationale zijde een gemeenschappelijk ontwerp wordt gebruikt. Burgers en ingezetenen van de eurozone hebben door middel van een openbare internetverkiezing het winnende ontwerp gekozen. Er kon worden gestemd op vijf ontwerpen, die door een professionele jury waren voorgeselecteerd na een ontwerpwedstrijd voor Europese munten. Er werd gekozen voor het ontwerp van de heer Georgios Stamatopoulos, professioneel ontwerper bij de bank van Griekenland.

Uitgevende staat : Finland

Onderwerp van de herdenkingsmunt : de 30e verjaardag van de EU-vlag

Beschrijving van het ontwerp : op de munt is de EU-vlag weergegeven die symbool staat voor een verbond tussen volkeren en culturen met een gemeenschappelijke visie op en gemeenschappelijke idealen voor een betere toekomst. Twaalf sterren veranderen in menselijke figuren die de geboorte van een nieuw Europa omarmen. Rechts bovenaan staan in een halve cirkel het land van uitgifte „SUOMI FINLAND” en de jaartallen „1985-2015”. Rechts, tussen de vlag en de jaartallen, is het muntteken aangebracht. Onderaan rechts staan de initialen van de ontwerper (Georgios Stamatopoulos).

Op de buitenrand van de munt zijn de twaalf sterren van de Europese vlag afgebeeld.

Oplage :

Datum van uitgifte : augustus 2015.


(1)  Zie PB C 373 van 28.12.2001, blz. 1, voor een overzicht van alle nationale zijden die in 2002 zijn uitgegeven.

(2)  Zie de conclusies van de Raad Economische en Financiële Zaken van 10 februari 2009 en de aanbeveling van de Commissie van 19 december 2008 betreffende gemeenschappelijke richtsnoeren voor de nationale zijde en de uitgifte van voor circulatie bestemde euromuntstukken (PB L 9 van 14.1.2009, blz. 52).


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/9


Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

(2015/C 253/08)

Image

Voor circulatie bestemde euromunten hebben in de gehele eurozone de status van wettig betaalmiddel. Om zowel degenen die beroepsmatig met euromunten omgaan als het grote publiek op de hoogte te houden, publiceert de Commissie alle nieuwe ontwerpen van euromunten (1). Volgens de conclusies van de Raad van 10 februari 2009 (2) is het de lidstaten van de eurozone en de landen die met de Europese Unie een monetaire overeenkomst hebben gesloten volgens welke zij euromuntstukken mogen uitgeven, toegestaan een bepaalde hoeveelheid voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten uit te geven, en dat onder bepaalde voorwaarden, met name dat alleen het muntstuk van twee euro wordt gebruikt. Deze munten hebben dezelfde technische kenmerken als gewone voor circulatie bestemde munten van twee euro, maar hebben aan de nationale zijde een speciale herdenkingsafbeelding met een grote nationale of Europese symboolwaarde.

Om de dertigste verjaardag van de Europese vlag te vieren, hebben de ministers van Financiën van de eurozone besloten dat de lidstaten van de eurozone een herdenkingsmunt van twee euro zullen slaan, waarbij voor de nationale zijde een gemeenschappelijk ontwerp wordt gebruikt. Burgers en ingezetenen van de eurozone hebben door middel van een openbare internetverkiezing het winnende ontwerp gekozen. Er kon worden gekozen uit een voorselectie van vijf ontwerpen die was gemaakt door een vakjury uit de resultaten van een ontwerpwedstrijd onder Europese munthuizen. Daaruit is het ontwerp van de heer Georgios Stamatopoulos, ontwerper bij de Nationale Bank van Griekenland, gekozen.

Uitgevende staat : Duitsland

Onderwerp van de herdenkingsmunt : de 30e verjaardag van de Europese vlag

Beschrijving van het ontwerp : het ontwerp toont de Europese vlag als een symbool dat volkeren en culturen verenigt rond gedeelde visies en idealen voor een betere gemeenschappelijke toekomst. Twaalf sterren veranderen in menselijke figuren die de geboorte van een nieuw Europa omarmen. Rechts bovenaan, in een halve cirkel, staan het uitgevende land „BUNDESREPUBLIK DEUTSCHLAND” en de jaartallen „1985-2015”. Aan de rechterkant, tussen de vlag en de jaartallen, bevindt zich het muntteken. Rechts onderaan staan de initialen van de kunstenaar (Georgios Stamatopoulos).

Op de buitenrand van de munt zijn de twaalf sterren van de Europese vlag afgebeeld.

Oplage :

Datum van uitgifte : vierde kwartaal 2015.


(1)  Zie PB C 373 van 28.12.2001, blz. 1, voor een overzicht van alle nationale zijden die in 2002 zijn uitgegeven.

(2)  Zie de conclusies van de Raad Economische en Financiële Zaken van 10 februari 2009 en de aanbeveling van de Commissie van 19 december 2008 betreffende gemeenschappelijke richtsnoeren voor de nationale zijde en de uitgifte van voor circulatie bestemde euromuntstukken (PB L 9 van 14.1.2009, blz. 52).


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/10


Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

(2015/C 253/09)

Image

Voor circulatie bestemde euromunten hebben in de gehele eurozone de status van wettig betaalmiddel. Om zowel degenen die beroepsmatig met euromunten omgaan als het grote publiek op de hoogte te houden, publiceert de Commissie alle nieuwe ontwerpen van euromunten (1). Volgens de conclusies van de Raad van 10 februari 2009 (2) is het de lidstaten van de eurozone en de landen die met de Europese Unie een monetaire overeenkomst hebben gesloten volgens welke zij euromuntstukken mogen uitgeven, toegestaan een bepaalde hoeveelheid voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten uit te geven, en dat onder bepaalde voorwaarden, met name dat alleen het muntstuk van twee euro wordt gebruikt. Deze munten hebben dezelfde technische kenmerken als gewone voor circulatie bestemde munten van twee euro, maar hebben aan de nationale zijde een speciale herdenkingsafbeelding met een grote nationale of Europese symboolwaarde.

Om de dertigste verjaardag van de Europese vlag te vieren, hebben de ministers van Financiën van de eurozone besloten dat de lidstaten van de eurozone een herdenkingsmunt van twee euro zullen slaan, waarbij voor de nationale zijde een gemeenschappelijk ontwerp wordt gebruikt. Burgers en ingezetenen van de eurozone hebben door middel van een openbare internetverkiezing het winnende ontwerp gekozen. Er kon worden gekozen uit een voorselectie van vijf ontwerpen die was gemaakt door een vakjury uit de resultaten van een ontwerpwedstrijd onder Europese munthuizen. Daaruit is het ontwerp van de heer Georgios Stamatopoulos, ontwerper bij de Nationale Bank van Griekenland, gekozen.

Uitgevende staat : Slovenië

Onderwerp van de herdenkingsmunt : de 30e verjaardag van de Europese vlag

Beschrijving van het ontwerp : het ontwerp toont de Europese vlag als een symbool dat volkeren en culturen verenigt rond gedeelde visies en idealen voor een betere gemeenschappelijke toekomst. Twaalf sterren veranderen in menselijke figuren die de geboorte van een nieuw Europa omarmen. Rechts bovenaan, in een halve cirkel, staan het uitgevende land „SLOVENIJA” en de jaartallen „1985-2015”. Rechts onderaan staan de initialen van de kunstenaar (Georgios Stamatopoulos).

Op de buitenrand van de munt zijn de twaalf sterren van de Europese vlag afgebeeld.

Oplage :

Datum van uitgifte : vierde kwartaal 2015.


(1)  Zie PB C 373 van 28.12.2001, blz. 1, voor een overzicht van alle nationale zijden die in 2002 zijn uitgegeven.

(2)  Zie de conclusies van de Raad Economische en Financiële Zaken van 10 februari 2009 en de aanbeveling van de Commissie van 19 december 2008 betreffende gemeenschappelijke richtsnoeren voor de nationale zijde en de uitgifte van voor circulatie bestemde euromuntstukken (PB L 9 van 14.1.2009, blz. 52).


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/11


Nieuwe nationale zijde van voor circulatie bestemde euromuntstukken

(2015/C 253/10)

Image

Voor circulatie bestemde euromunten hebben in de gehele eurozone de status van wettig betaalmiddel. Om zowel degenen die beroepsmatig met euromunten omgaan als het grote publiek op de hoogte te houden, publiceert de Commissie alle nieuwe ontwerpen van euromunten (1). Volgens de conclusies van de Raad van 10 februari 2009 (2) is het de lidstaten van de eurozone en de landen die met de Europese Unie een monetaire overeenkomst hebben gesloten volgens welke zij euromuntstukken mogen uitgeven, toegestaan een bepaalde hoeveelheid voor circulatie bestemde euroherdenkingsmunten uit te geven, en dat onder bepaalde voorwaarden, met name dat alleen het muntstuk van twee euro wordt gebruikt. Deze munten hebben dezelfde technische kenmerken als gewone voor circulatie bestemde munten van twee euro, maar hebben aan de nationale zijde een speciale herdenkingsafbeelding met een grote nationale of Europese symboolwaarde.

Om de dertigste verjaardag van de Europese vlag te vieren, hebben de ministers van Financiën van de eurozone besloten dat de lidstaten van de eurozone een herdenkingsmunt van twee euro zullen slaan, waarbij voor de nationale zijde een gemeenschappelijk ontwerp wordt gebruikt. Burgers en ingezetenen van de eurozone hebben door middel van een openbare internetverkiezing het winnende ontwerp gekozen. Er kon worden gekozen uit een voorselectie van vijf ontwerpen die was gemaakt door een vakjury uit de resultaten van een ontwerpwedstrijd onder Europese munthuizen. Daaruit is het ontwerp van de heer Georgios Stamatopoulos, ontwerper bij de Nationale Bank van Griekenland, gekozen.

Uitgevende staat : Slowakije

Onderwerp van de herdenkingsmunt : de 30 verjaardag van de Europese vlag

Beschrijving van het ontwerp : het ontwerp toont de Europese vlag als een symbool dat volkeren en culturen verenigt rond gedeelde visies en idealen voor een betere gemeenschappelijke toekomst. Twaalf sterren veranderen in menselijke figuren die de geboorte van een nieuw Europa omarmen. Rechts bovenaan, in een halve cirkel, staan het uitgevende land „SLOVENSKO” en de jaartallen „1985-2015”. Aan de rechterkant, tussen de vlag en de jaartallen, bevindt zich het muntteken van Kremnica (Mincovňa Kremnica), bestaande uit de initialen „MK” tussen twee muntstempels. Rechts onderaan staan de initialen van de kunstenaar (Georgios Stamatopoulos).

Op de buitenrand van de munt zijn de twaalf sterren van de Europese vlag afgebeeld.

Oplage :

Datum van uitgifte : september 2015.


(1)  Zie PB C 373 van 28.12.2001, blz. 1, voor een overzicht van alle nationale zijden die in 2002 zijn uitgegeven.

(2)  Zie de conclusies van de Raad Economische en Financiële Zaken van 10 februari 2009 en de aanbeveling van de Commissie van 19 december 2008 betreffende gemeenschappelijke richtsnoeren voor de nationale zijde en de uitgifte van voor circulatie bestemde euromuntstukken (PB L 9 van 14.1.2009, blz. 52).


V Bekendmakingen

BESTUURLIJKE PROCEDURES

Europese Commissie

1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/12


Oproepen tot het indienen van voorstellen en verwante activiteiten op grond van het ERC-werkprogramma 2016 in het kader van Horizon 2020 — Het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie (2014-2020)

(2015/C 253/11)

Hierbij wordt kennis gegeven van het feit dat oproepen zijn gedaan tot het indienen van voorstellen en verwante activiteiten op grond van het ERC-werkprogramma 2016 in het kader van Horizon 2020 — Het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie (2014-2020).

De Commissie heeft het ERC-werkprogramma 2016 (1) vastgesteld bij Besluit C(2015) 5086 van 28 juli 2015.

Er worden voorstellen ingewacht voor deze oproepen. Het ERC-werkprogramma 2016, met onder meer de uiterste termijnen en begrotingen, is beschikbaar op de website van het deelnemersportaal, waar u ook informatie vindt over de voorwaarden van de oproepen en verwante activiteiten, alsook informatie over hoe voorstellen moeten worden ingediend.

http://ec.europa.eu/research/participants/portal/desktop/en/home.html


(1)  http://ec.europa.eu/research/participants/data/ref/h2020/wp/2016_2017/erc/h2020-wp16-erc_en.pdf


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/13


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.7649 — Varo/Argos DSE/Vitol/Carlyle/Reggeborgh)

(Voor de EER relevante tekst)

(2015/C 253/12)

1.

Op 22 juli 2015 heeft de Europese Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat de ondernemingen Vitol Refining Group bv („Vitol”, Nederland), The Carlyle Group („Carlyle”, Verenigde Staten) en Reggeborgh Invest bv („Reggeborgh”, Nederland) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), en artikel 3, lid 4, van de concentratieverordening de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over Varo Energy bv („Varo”, Nederland). Tegelijkertijd gaat Varo een volledige fusie in de zin van artikel 3, lid 1, onder a), van de concentratieverordening aan met Argos Downstream Europe bv („Argos DSE”).

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

—   Varo: actief op de downstream aardoliemarkt, met geografische focus op Duitsland en Zwitserland. De activiteiten van de onderneming omvatten raffinage, opslag en distributie van en handel in minerale oliën, biobrandstoffen en andere minerale olieproducten. Varo staat momenteel onder de gezamenlijke zeggenschap van Vitol en Carlyle, die elk 50 % in handen hebben;

—   Vitol: actief in de handel in diverse grondstoffen en financiële instrumenten die meer in het bijzonder met de olie- en gassector verband houden. De handelsportefeuille van de onderneming omvat onder meer ruwe aardolie, olieproducten, vloeibaar petroleumgas („LPG”), aardgas, kolen, elektriciteit en koolstofemissies;

—   Carlyle: mondiale beheerder van alternatieve activa via investeringsfondsen die zich wereldwijd bezighouden met vier disciplines: Corporate Private Equity (buy-outs en groeikapitaal), Real Assets (onroerend goed, infrastructuur, energie en hernieuwbare energie), Global Market Strategies (kansen op het gebied van noodlijdende en andere ondernemingen, mezzaninekapitaal voor ondernemingen, mezzaninekapitaal voor energie, gestructureerde kredieten, hedgefondsen en schuldinstrumenten voor kleine en middelgrote ondernemingen) en Solutions (programma van dakfondsen van private-equityfondsen en daarmee samenhangende co-investeringen en nevenactiviteiten);

—   Argos: actief op de markten voor de handel in en de levering van aardolieproducten. De activiteiten van Argos en de dochterondernemingen daarvan omvatten: i) internationale handel in aardolieproducten en -derivaten; ii) opslag van aardolieproducten; iii) groothandel in aardolieproducten en LPG; iv) detailhandel in aardolieproducten en LPG; en v) bunkeren van scheepsbrandstoffen;

—   Reggeborgh: investeringsmaatschappij met minderheids- en meerderheidsbelangen in ondernemingen in diverse sectoren, zoals: i) bouwdiensten, ii) ontwerp en verlening van toegang tot (glasvezel)telecommunicatienetwerken, iii) vastgoeddiensten (met inbegrip van vastgoedontwikkeling en vastgoedbeheer (als investeerder)), iv) productie en verkoop van aggregaten (bv. zand, grind en kiezel), v) afvalverbranding, vi) huur van een betonfabriek, en vii) exploitatie van op het vasteland gelegen windmolenparken in Duitsland.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Europese Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Europese Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Europese Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer M.7649 — Varo/Argos DSE/Vitol/Carlyle/Reggeborgh, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/15


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.7477 — Halliburton/Baker Hughes)

(Voor de EER relevante tekst)

(2015/C 253/13)

1.

Op 23 juli 2015 heeft de Europese Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat de onderneming Halliburton Company („Halliburton”, Verenigde Staten) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening de volledige zeggenschap verkrijgt over Baker Hughes Incorporated („Baker Hughes”, Verenigde Staten) door de verwerving van aandelen.

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

—   Halliburton: wereldwijde verlening van diensten in verband met aardoliewinning aan ondernemingen die actief zijn in de exploratie en productie van olie en gas, met een focus op zowel het boren en beoordelen, als de afwerking en productie van boorputten;

—   Baker Hughes: wereldwijde verlening van diensten in verband met aardoliewinning aan ondernemingen die actief zijn in de exploratie en productie van olie en gas, met een focus op zowel het boren en beoordelen, als de afwerking en productie van boorputten.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Europese Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Europese Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Europese Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per fax (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer M.7477 — Halliburton/Baker Hughes, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).


1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/16


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak M.7663 — DTZ/Cushman & Wakefield)

(Voor de EER relevante tekst)

(2015/C 253/14)

1.

Op 24 juli 2015 heeft de Commissie een aanmelding van een beoogde concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat de onderneming DTZ (Verenigde Staten van Amerika), die onder zeggenschap staat van TPG en PAG Asia Capital, in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening de volledige zeggenschap verkrijgt over de onderneming Cushman & Wakefield (Verenigde Staten van Amerika), die momenteel onder zeggenschap staat van Exor S.p.a., door de verwerving van aandelen.

2.

De activiteiten van de betrokken ondernemingen zijn:

—   voor DTZ: vastgoeddiensten in Azië, Europa en Noord-Amerika; DTZ vertegenwoordigt huurders en eigenaars in vastgoedtransacties, adviseert inzake investeringen in onroerend goed, en verleent diensten op het gebied van consulting, beheer van onroerend goed en taxatie;

—   voor Cushman & Wakefield: vastgoeddiensten.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na datum van deze bekendmaking hebben bereikt. Ze kunnen per fax (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer M.7663 — DTZ/Cushman & Wakefiled, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 („de concentratieverordening”).


ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

1.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/17


Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012

(2015/C 253/15)

De Europese Commissie heeft deze aanvraag voor een minimale wijziging goedgekeurd overeenkomstig artikel 6, lid 2, derde alinea, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 664/2014 van de Commissie (1).

AANVRAAG TOT GOEDKEURING VAN EEN MINIMALE WIJZIGING

Aanvraag tot goedkeuring van een minimale wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012  (2)

„AGLIO DI VOGHIERA”

EU-nr. IT-PDO-0105-01301 — 19.1.2015

BOB ( X ) BGA ( ) GTS ( )

1.   Aanvragende groepering en rechtmatig belang

Consorzio produttori Aglio di Voghiera

Via Buozzi nr. 12/b

44020 Voghiera (FE)

ITALIË

Tel. +39 0532328046

E-mail: info@agliodivoghiera.it

De wijzigingsaanvraag wordt ingediend door 22 leden van de Consorzio produttori Aglio di Voghiera, die op grond van artikel 13, eerste alinea, van besluit nr. 12511 van 14 oktober 2013 van het Ministerie van Landbouw-, Voeding- en Bosbeleid het recht hebben een wijzigingsaanvraag in te dienen. Voornoemde 22 leden vertegenwoordigen meer dan 51 % van de gecontroleerde productie van „Aglio di Voghiera” en meer dan 30 % van de ondernemingen die vallen onder het controlesysteem van het productdossier van de BOB „Aglio di Voghiera”.

2.   Lidstaat of derde land

Italië

3.   Rubriek van het productdossier waarop de wijziging(en) betrekking heeft/hebben

Beschrijving van het product

Bewijs van de oorsprong

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Etikettering

Overige [verpakking; juridische aanpassingen]

4.   Aard van de wijziging(en)

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor een wijziging van het bekendgemaakte enig document is vereist.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd en waarvoor geen enig document (of geen gelijkwaardig document) is bekendgemaakt.

Wijziging van een productdossier van een geregistreerde GTS die overeenkomstig artikel 53, lid 2, vierde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 als minimaal wordt beschouwd.

5.   Wijziging(en)

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Teeltwisseling

Wisseling met de teelt van andere gewassen is toegestaan, ook met de teelt van andere gewassen dan granen of eiwit- en oliehoudende gewassen, maar niet met de teelt van lelieachtigen. Het voorschrift dat voor teeltwisseling granen of eiwit- en oliehoudende gewassen moeten worden gebruikt, komt dus te vervallen. De reden voor het verbod van de teelt van lelieachtigen op dezelfde teeltgrond wordt vermeld: ze leidt tot verminderde vruchtbaarheid van de bodem, parasitaire ziekten en een toename van de onkruidgroei.

Productie van zaaigoed

Om het verkrijgen van zaden te vergemakkelijken, mogen de bollen met de hand worden geselecteerd uit partijen van knoflookbollen die niet in bossen zijn samengebonden. Daarom wordt de verwijzing naar „bossen van knoflookbollen” in artikel 5, punt A, van de paragraaf over de „productie van zaaigoed” in het productdossier geschrapt.

Zaaiperiode en wijze van inzaaien

De plantafstand wordt gewijzigd, met name de afstand tussen de rijen gezaaide tenen, die 20-50 cm was en nu wordt bepaald op 15-60 cm. Deze wijziging houdt verband met het gebruik van zaai- en oogstmachines die met deze afstanden werken. Door de geringere afstand tussen de rijen wordt de onkruidgroei beperkt gehouden en stijgt de opbrengst zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de kwaliteit van het product.

Nu de plantafstand is gewijzigd, mag meer zaaigoed worden toegestaan dan in het productdossier staat vermeld: maximaal 1 700 kg/hectare in plaats van 1 300 kg/hectare.

Oogst

In het productdossier worden nu ook stappen beschreven die na de oogst moeten plaatsvinden, namelijk sorteren, schoonmaken en verwijderen van de bladeren en wortels van het product. Verder wordt gepreciseerd dat deze stappen er voor het product „droge knoflook” toe moeten kunnen leiden dat het gewicht van de oogst van het bedrijf met ten minste 40 % daalt. Deze toevoegingen zijn bedoeld om een omissie recht te zetten in het huidige productdossier, waarin deze stappen van het verwerkingsproces niet zijn vermeld, en een limiet voor het bij deze handelingen geproduceerde afval vast te stellen in de vorm van een verhoudingsgetal voor geoogst product versus verhandelbaar product na droging. Dit verhoudingsgetal vergemakkelijkt de controles, aangezien het duidelijker aangeeft welke hoeveelheid droge knoflook per hectare geëxploiteerde grond en dus welk verhandelbaar volume kan worden verkregen.

Een onnauwkeurigheid in de tekst met betrekking tot de methoden voor het drogen van het product, te weten de — onjuiste — term „gecontroleerde atmosfeer”, is gecorrigeerd. Het betreft in werkelijkheid „geregelde ventilatie”.

De maximale duur van het proces van droging via geregelde ventilatie is verlengd en is nu 72 in plaats van 36 uur. Tijdens het productiejaar kunnen zich in de landbouw namelijk ongewone weersomstandigheden voordoen (veel neerslag, hoge vochtigheidsgraad enz.) die van invloed kunnen zijn op de vegetatieve fase en de fase van droging van het product in het veld. Een langere periode voor het drogen via geregelde ventilatie lijkt daarom wenselijk.

Etikettering — verpakking

Korte strengen

De bollen hoeven niet meer afzonderlijk van een etiket te worden voorzien, en het wordt mogelijk korte strengen te verpakken in witte netten die op de juiste wijze van een etiket met het logo van de BOB zijn voorzien. Hierdoor wordt de distributie van het product gemakkelijker, wordt de integriteit ervan gewaarborgd en kan het door de consument beter worden herkend.

Losse bollen

Bepaald is dat losse bollen ook mogen worden verpakt in netten waarop het logo van de BOB is aangebracht. Dit is een alternatief voor de huidige praktijk waarbij losse bollen elk van een etiket worden voorzien.

De laatste zin van de paragraaf wordt gewijzigd; voortaan kan ook de bedrijfsnaam of een unieke identificatiecode van de producent worden vermeld. Deze code wordt toegekend door de controlestructuur. Deze wijziging is bedoeld om aan de wensen van de grote distributieketens tegemoet te komen en de traceerbaarheid van het product te waarborgen.

Verpakkingen

De vermelding van het gewicht van de verpakking is conform de wensen van diverse distributeurs en eindconsumenten geschrapt.

In de rubriek „verpakkingen” in het productdossier is de paragraaf geschrapt waarin werd bepaald dat de verpakkingen zodanig moeten worden afgesloten dat de inhoud niet kan worden uitgenomen zonder dat de verpakking wordt geschonden. Dit voorschrift lijkt weinig nut te hebben, gelet op hetgeen reeds is bepaald omtrent de verpakking van de verschillende aanbiedingsvormen van het product (streng, extra lange streng, net, zak, korte streng, losse bol).

Juridische aanpassingen

De verwijzingen naar de EU-verordeningen zijn bijgewerkt: daar waar naar Verordening (EU) nr. 510/2006 werd verwezen, wordt nu aan Verordening (EU) nr. 1151/2012 gerefereerd.

ENIG DOCUMENT

„AGLIO DI VOGHIERA”

EU-nr. IT-PDO-0105-01301 — 19.1.2015

BOB ( X ) BGA ( )

1.   Naam/namen (van de BOB of de BGA)

„Aglio di Voghiera”

2.   Lidstaat of derde land

Italië

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.   Productcategorie

Categorie 1.6. Groenten en fruit en granen, in ongewijzigde staat of verwerkt

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

De beschermde oorsprongsbenaming „Aglio di Voghiera” heeft betrekking op het ecotype Aglio di Voghiera (knoflook van Voghiera), een bolgewas waarvan de bollen gelijkmatig helderwit zijn en soms roze gestreept. De vliezen rondom de tenen zijn wit en hebben soms al dan niet uitgesproken roze strepen. De bol heeft een ronde, regelmatige en compacte vorm en is enigszins afgeplat op het aanhechtingspunt van de wortels. De knoflookbollen bestaan uit een variabel aantal tenen die door de karakteristieke kromming van hun buitenkant perfect op elkaar aansluiten en een compact geheel vormen. Wanneer „Aglio di Voghiera” ten verkoop wordt aangeboden, moet het product bestaan uit gezonde, schone en compacte bollen zonder tekenen van rot en parasieten, zonder door vorst of zon veroorzaakte beschadigingen, zonder uitwendig zichtbare kiemen, zonder abnormale vochtigheid op het bolomwindsel en zonder vreemde geur en/of smaak. De beschermde oorsprongsbenaming „Aglio di Voghiera” is voorbehouden aan knoflook van de klassen „Extra” met een grootte van ten minste 45 mm en „Prima” met een grootte van ten minste 40 mm. „Aglio di Voghiera” wordt in de volgende hoedanigheden in de handel gebracht: VERSE/GROENE KNOFLOOK met een groene stengel die stijf is bij de kraag, een vers buitenomwindsel, een witte of ivoorwitte bol met eventueel rozeachtige srepen en vaalwitte wortels; HALFGEDROOGDE KNOFLOOK met een niet volledig gedroogde, groen tot vaalwitte stengel die bij de kraag minder vast is, een niet volledig gedroogd buitenomwindsel, een witte of ivoorwitte bol met eventueel rozeachtige strepen en vaalwitte wortels; GEDROOGDE KNOFLOOK met een droge, vaalwitte breekbare stengel, een volledig gedroogd buitenomwindsel en volledig gedroogde teenvliezen, een witte bol waarin de tenen duidelijk zichtbaar zijn en ivoorwitte wortels.

3.3.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

3.4.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

Alle onderdelen van het productieproces moeten in het afgebakende geografische gebied plaatsvinden omdat „Aglio di Voghiera” zijn bijzondere eigenschappen ontleent aan zowel de kundigheid van de telers als de klimaatomstandigheden en de bodemgesteldheid in het gebied.

3.5.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

Het verse/groene product moet binnen een tijdsbestek van vijf dagen na de oogst van het gewas in de handel worden gebracht, halfgedroogde knoflook tussen de 6e en de 10e dag en het gedroogde type vanaf de 11e dag na de oogst. Het product mag als volgt ten verkoop worden aangeboden: in strengen van 5 tot 18 bollen met een totaal gewicht van 400 tot 900 gram, in extra lange strengen van 8 tot 80 bollen met een totaal gewicht van 1 tot 5 kg, in netten met een variabel aantal bollen en een gewicht van 100 tot 500 gram, in zakken met een variabel aantal bollen en een gewicht van 1 tot 5 kg, in korte strengen van 3 tot 5 bollen met een totaal gewicht van 150 tot 500 gram en als losse bollen met een gewicht van 50 tot 100 gram. Losse bollen mogen in netten met het logo van de BOB worden verpakt of onverpakt worden aangeboden mits ze elk van het BOB-etiket zijn voorzien. De stengel en wortels van losse bollen moeten zijn afgesneden.

Het product mag voor verkoop aan de consument worden verpakt in netten, hout, plastic, karton, papier en natuurlijke plantaardige materialen. De bollen moeten met zorg worden verpakt om te voorkomen dat onzorgvuldige hantering en het vervoer ertoe leiden dat zij breken en in het bijzonder dat het vlies scheurt, waardoor de knoflook kan beschimmelen en bederven.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

Op elke verpakking moet een etiket worden aangebracht met daarop de naam „Aglio di Voghiera” met het acroniem „D.O.P.”, het logo van de EU en de naam/bedrijfsnaam van de producent of diens door de controlestructuur toegewezen unieke identificatiecode.

Elke verpakking moet worden voorzien van vermeldingen aan de hand waarvan het mogelijk is het verpakkingsbedrijf of de vervoerder te identificeren. Deze moeten in goed leesbare en onuitwisbare lettertekens op een en dezelfde kant van de verpakking worden aangebracht. Op de verpakking moeten naast het EU-logo van de BOB tevens de benaming „Aglio di Voghiera” en de vermelding „Denominazione di Origine Protetta” of het acroniem „D.O.P.” in grotere lettertekens dan die van enige andere aanduiding voorkomen.

Losse bollen moeten worden voorzien van een etiket met de benaming „Aglio di Voghiera”, het acroniem „D.O.P.”, het logo van de Unie en de naam van de producent.

Het ronde, lichtblauwe logo bestaat uit een afbeelding van een halve knoflookteen die in het midden van de cirkel door een V doorsneden wordt. De basiskleur van de teen is geel, met verticale vlammen in een donkerder tint geel. In de cirkel staat schuin en met zwarte letters het opschrift „Aglio di Voghiera”. In de bovenste helft van de cirkel staat de vermelding „D.O.P.” in zwarte letters. Het gebruik van de zwart-witte uitvoering is uitsluitend toegestaan voor reclamedoeleinden; in dat geval moet het ronde logo met een zwarte rand aan de omtrek worden afgedrukt. Wanneer het logo op het etiket wordt gedrukt, moet het een derde deel van het hele etiket in beslag nemen.

Image

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het productiegebied van „Aglio di Voghiera” omvat de volgende gemeenten in de provincie Ferrara: Voghiera, Masi Torello, Portomaggiore, Argenta en Ferrara.

5.   Verband met het geografische gebied

„Aglio di Voghiera” wordt geteeld in een laagvlakte tussen rivierbeddingen in een deltagebied, waar een ideaal klimaat voor de teelt van dit product heerst. De bodem bestaat hoofdzakelijk uit klei, klei en leem of zandleem. Door de overvloedige aanwezigheid van rivierzand is de waterdoorlatendheid in het gebied zeer groot. Een dergelijke bodemgesteldheid heeft een gunstige invloed op de groei en de ontwikkeling van de knoflook en beschermt de teelt tegen rot. Het klimaat wordt gekenmerkt door een geringere jaarlijkse neerslag dan die in andere streken in de laagvlakte. De regen valt vaker in het voorjaar dan in de zomer. Dankzij de warme en zonnige zomers kan de knoflook zonder problemen worden geoogst. De typische vochtigheidsgraad in de provincie Ferrara draagt er voorts toe bij dat „Aglio di Voghiera” langzaam en stapsgewijs kan drogen.

De bijzondere kenmerken van „Aglio di Voghiera” zijn de helderwitte kleur, de grote, regelmatig gevormde ronde bollen met perfect aansluitende tenen en, bovenal, de goede bewaarbaarheid. Door de specifieke chemische samenstelling van het product bestaat er een perfecte balans tussen vluchtige oliën met zwavelbestanddelen, enzymen, vitamine B, minerale zouten en flavonoïden. Een andere, niet minder belangrijke eigenschap is de specifieke, door middel van DNA-amplificatie aangetoonde genetische identiteit. Deze is het resultaat van een natuurlijke selectie die tot stand is gekomen door de toepassing van door vele generaties overgeleverde selectiemethoden.

„Aglio di Voghiera” ontleent zijn eigenschappen zowel aan het nauwe verband met de omgeving als aan menselijke factoren. De typische producteigenschappen kunnen worden teruggevoerd op de gebruikte teeltgronden. De goede bewaarbaarheid van de bollen, de aanzienlijke groeihoogte, de helderwitte kleur en met name de kenmerkende regelmatige en compacte vorm houden rechtstreeks verband met de teeltbodem van klei, klei en leem en zandleem waarin het door de rivier afgezette zand voor een adequate ondergrondse drainage zorgt. Dankzij vegetatieve vermeerdering met de beste tenen van de bollen wordt een perfecte balans verkregen tussen enzymen, vitaminen en minerale zouten, die deze knoflook dan ook zijn specifieke genetische identiteit verlenen. Een ander sterk verband dat „Aglio di Voghiera” zo speciaal maakt, is de menselijke factor. Het is immers de mens die steeds met bijzondere aandacht irrigatietechnieken in de periode tussen het inzaaien van het zaaigoed en de oogst toepast, die op basis van een van vader op zoon doorgegeven, jaar op jaar verfijnde kundigheid de beste bollen van de voorgaande teeltcyclus, dat wil zeggen grote en gezonde bollen, handmatig voor het verkrijgen van zaaigoed selecteert, die het gewas met grote kundigheid met de hand bewerkt en in de vorm van bossen, strengen, korte strengen of losse bollen voor de verkoop gereed maakt. Dankzij dit alles zijn ook heerlijke recepten overgeleverd. Archeologische ontdekkingen met betrekking tot het oude Voghenza, zowel van recente datum als uit het verre verleden, bevestigen dat dit centrum al in de zevende eeuw na Christus een belangrijke rol in de Podelta speelde. Na de late middeleeuwen heeft de familie D'Este, de Signoria van Ferrara, ervoor gezorgd dat in het gebied van Voghiera opnieuw landbouw werd bedreven door de teelt van alle mogelijke gewassen te stimuleren, met bijzondere aandacht voor moeskruiden, zoals sla, kruiden en aromatische planten en met name knoflook. Na het vertrek van de familie D'Este in 1598 is de op landbouwgebied opgedane ervaring niet geheel verloren gegaan, omdat ook andere vooraanstaande grondeigenaren de waarde hebben ingezien van deze vruchtbare gronden langs de oevers van de Po, die ook vandaag nog worden gebruikt voor de teelt van zeer gespecialiseerde gewassen zoals knoflook.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

(artikel 6, lid 1, tweede alinea, van de onderhavige verordening)

De bevoegde dienst heeft de nationale procedure voor het indienen van bezwaarschriften ingeleid door de bekendmaking van de registratieaanvraag voor de BGA „Aglio di Voghiera” in de Gazzetta Ufficiale della Repubblica Italiana nr. 271 van 21 november 2014.

De geconsolideerde tekst van het productdossier kan worden geraadpleegd via de volgende link op het internet: http://www.politicheagricole.it/flex/cm/pages/ServeBLOB.php/L/IT/IDPagina/3335

ofwel

door rechtstreeks de homepage van de website van het Ministerie van Landbouw-, Voeding- en Bosbeleid (www.politicheagricole.it) te openen en te klikken op „Prodotti DOP e IGP” (BOB/BGA-producten) (bovenaan rechts in het scherm), vervolgens op „Prodotti DOP IGP STG” (BOB/BGA/GTS-producten) (linkerzijde van het scherm) en ten slotte op „Disciplinari di Produzione all’esame dell’UE” (productdossiers die voor onderzoek aan de Europese Unie zijn overgelegd).


(1)  PB L 179 van 19.6.2014, blz. 17.

(2)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.