EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32022D1271

Besluit (GBVB) 2022/1271 van de Raad van 21 juli 2022 tot wijziging van Besluit 2014/512/GBVB betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren

ST/11340/2022/INIT

PB L 193 van 21.7.2022, p. 196–218 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2022/1271/oj

21.7.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 193/196


BESLUIT (GBVB) 2022/1271 VAN DE RAAD

van 21 juli 2022

tot wijziging van Besluit 2014/512/GBVB betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft op 31 juli 2014 Besluit 2014/512/GBVB vastgesteld (1).

(2)

De Unie houdt onverkort vast aan haar steun voor de soevereiniteit en territoriale integriteit van Oekraïne.

(3)

Op 24 februari 2022 kondigde de president van de Russische Federatie een militaire operatie in Oekraïne aan, waarna de Russische strijdkrachten een aanval begonnen op Oekraïne. Die aanval is een flagrante schending van de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne.

(4)

In zijn conclusies van 24 februari 2022 veroordeelde de Europese Raad in de krachtigste bewoordingen de niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde militaire agressie van de Russische Federatie tegen Oekraïne. De onwettige militaire acties van Rusland vormen een flagrante schending van het internationaal recht en van de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties, en ondermijnen de Europese en mondiale veiligheid en stabiliteit. De Europese Raad riep op tot de dringende voorbereiding en aanneming van een nieuw pakket individuele en economische sancties.

(5)

In zijn conclusies van 24 maart 2022 verklaarde de Europese Raad dat de Unie bereid blijft om snel mazen te dichten, daadwerkelijke en mogelijke omzeiling van de reeds aangenomen beperkende maatregelen aan te pakken, en snel verdere gecoördineerde, zware sancties op te leggen aan Rusland en Belarus om de Russische mogelijkheden om de agressie voort te zetten op effectieve wijze te dwarsbomen.

(6)

In zijn conclusies van 23-24 juni 2022 verklaarde de Europese Raad dat er zal worden voortgewerkt aan sancties, onder meer om de uitvoering ervan te versterken en omzeiling te voorkomen.

(7)

Gezien de ernst van de situatie en in reactie op de militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne moeten verdere beperkende maatregelen worden ingesteld.

(8)

Meer bepaald is het passend een verbod in te stellen op de directe en indirecte invoer, aankoop of overdracht van goud, dat na energie het belangrijkste exportproduct van Rusland is. Dit verbod geldt voor goud met als herkomst Rusland, dat is uitgevoerd uit Rusland na de inwerkingtreding van het besluit.

(9)

Ook is het passend het verbod op de toegang tot havens ui te breiden tot sluizen om de volledige uitvoering van de maatregel te waarborgen en omzeiling te beletten.

(10)

Voorts is het passend de reikwijdte van het verbod op de aanvaarding van deposito’s uit te breiden tot deposito’s van in derde landen gevestigde rechtspersonen, entiteiten of lichamen waarin Russische onderdanen of natuurlijke personen die in Rusland verblijven, een meerderheidsbelang hebben. Daarnaast is het passend de aanvaarding van deposito’s voor niet-verboden grensoverschrijdende handel afhankelijk te maken van een voorafgaande toestemming van de nationale bevoegde overheden.

(11)

Ook is het passend bepaalde vermeldingen toe te voegen aan de lijst van rechtspersonen, entiteiten en lichamen in bijlage IV bij Besluit 2014/512/GBVB.

(12)

Voorts moet de reikwijdte van het verbod op overheidsopdrachten worden verduidelijkt.

(13)

Om het proces tot vaststelling van technische industriële normen door de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) veilig te stellen, is het passend het delen van technische bijstand met Rusland mogelijk te maken met betrekking tot luchtvaartgoederen en –technologie in dit specifieke kader.

(14)

Om de toegang tot de rechter te waarborgen, is het tevens passend te voorzien in een vrijstelling van het verbod op het aangaan van transacties met Russische overheidsinstanties, in de gevallen waarin dat noodzakelijk is om de toegang tot gerechtelijke, administratieve of arbitrageprocedures te waarborgen.

(15)

Gezien de vastberaden inzet van de Unie om voedsel- en energieonzekerheid in de wereld te bestrijden en teneinde mogelijke negatieve gevolgen daarvoor te voorkomen, is het passend de vrijstelling van het verbod op transacties met bepaalde overheidsentiteiten uit te breiden wat betreft transacties voor landbouwproducten en het leveren van olie en aardolieproducten aan derde landen.

(16)

Meer in het algemeen hecht de Unie eraan alle maatregelen die tot voedselonzekerheid in de wereld zouden kunnen leiden, te vermijden. Geen van de maatregelen in dit besluit, noch de maatregelen die eerder zijn vastgesteld naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren, zijn daarom op enigerlei wijze gericht tegen de handel tussen derde landen en Rusland in landbouw- of voedingsproducten, met inbegrip van tarwe en meststoffen.

(17)

Evenzo beletten de maatregelen van de Unie niet dat derde landen en hun onderdanen die buiten de Unie actief zijn, farmaceutische of medische producten van Rusland kopen.

(18)

Om uitvoering te geven aan bepaalde maatregelen, is verder optreden van de Unie vereist.

(19)

Besluit 2014/512/GBVB moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Besluit 2014/512/GBVB wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 1 bis bis wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 3 wordt als volgt gewijzigd:

i)

punt a) wordt vervangen door:

“a)

transacties die strikt noodzakelijk zijn voor de directe of indirecte aankoop of invoer of het directe of indirecte vervoer van aardgas, titaan, aluminium, koper, nikkel, palladium en ijzererts uit of via Rusland naar de Unie, een land dat lid is van de Europese Economische Ruimte, Zwitserland of de Westelijke Balkan;”;

ii)

het volgende punt wordt toegevoegd:

“a bis)

transacties die strikt noodzakelijk zijn voor de directe of indirecte aankoop of invoer of het directe of indirecte vervoer van olie, met inbegrip van geraffineerde aardolieproducten, vanuit of via Rusland, tenzij dit verboden is op grond van artikel 4 sexdecies of 4 septdecies;”;

iii)

punt d) wordt vervangen door:

“d)

transacties, met inbegrip van verkopen, die strikt noodzakelijk zijn voor de liquidatie, uiterlijk op 31 december 2022, van een joint venture of een soortgelijke juridische constructie, afgesloten vóór 16 maart 2022, waarbij een rechtspersoon, entiteit of lichaam als bedoeld in lid 1 betrokken is;”;

iv)

de volgende punten worden toegevoegd:

“f)

transacties die noodzakelijk zijn voor de aankoop, de invoer of het vervoer van farmaceutische, medische, landbouw- en voedingsproducten, waaronder tarwe en meststoffen, waarvan de invoer, de aankoop en het vervoer uit hoofde van dit besluit zijn toegestaan;

g)

transacties die strikt noodzakelijk zijn om in een lidstaat de toegang tot gerechtelijke, administratieve of arbitrageprocedures te waarborgen, alsmede voor de erkenning of uitvoering van een rechterlijke beslissing die of een arbitraal vonnis dat is uitgesproken in een lidstaat, indien dergelijke transacties in overeenstemming zijn met de doelstellingen van dit besluit en van Besluit 2014/145/GBVB van de Raad (*1).

(*1)  Besluit 2014/145/GBVB van de Raad van 17 maart 2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB L 78 van 17.3.2014, blz. 16).”."

2)

Artikel 1 ter wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 1 wordt vervangen door:

“1.   Het is verboden deposito's te aanvaarden van Russische onderdanen of natuurlijke personen die in Rusland verblijven, van rechtspersonen, entiteiten of lichamen die in Rusland gevestigd zijn, of van rechtspersonen, entiteiten of lichamen die buiten de Unie gevestigd zijn en waarvan de eigendomsrechten voor meer dan 50 % direct of indirect in handen zijn van Russische onderdanen of natuurlijke personen die in Rusland verblijven, indien de totale waarde van de deposito's van de natuurlijke persoon, de rechtspersoon, de entiteit of het lichaam per kredietinstelling meer dan 100 000 EUR bedraagt.”;

b)

lid 4 wordt geschrapt;

c)

in lid 5 wordt het volgende punt toegevoegd:

“f)

noodzakelijk is voor niet-verboden grensoverschrijdende handel in goederen en diensten tussen de Unie en Rusland.”.

3)

In artikel 1 quater wordt lid 2 vervangen door:

“2.   Lid 1 is niet van toepassing op onderdanen van een lidstaat, van een land dat lid is van de Europese Economische Ruimte of van Zwitserland, noch op natuurlijke personen die beschikken over een tijdelijke of permanente verblijfsvergunning in een lidstaat, in een land dat lid is van de Europese Economische Ruimte of in Zwitserland.”.

4)

In artikel 1 octies wordt lid 1 vervangen door:

“1.   Het is verboden kredietwaardigheidsbeoordelingsdiensten te verlenen aan Russische onderdanen, in Rusland verblijvende natuurlijke personen of in Rusland gevestigde rechtspersonen, entiteiten of lichamen.”.

5)

In artikel 1 nonies wordt lid 1 vervangen door:

“1.   Het is verboden overheidsopdrachten of concessieovereenkomsten te gunnen of voort te zetten die binnen het toepassingsgebied vallen van zowel de Richtlijnen 2014/23/EU (*2), 2014/24/EU (*3), 2014/25/EU (*4) en 2009/81/EC (*5) van het Europees Parlement en de Raad als artikel 10, leden 1 en 3, lid 6, punten a) tot en met e), leden 8, 9 en 10, en de artikelen 11, 12, 13 en 14 van Richtlijn 2014/23/EU, artikel 7, punten a) tot en met d), artikel 8, artikel 10, punten b) tot en met f) en punten h), i) en j), van Richtlijn 2014/24/EU, artikel 18, artikel 21, punten b) tot en met e) en punten g), h) en i), en de artikelen 29 en 30 van Richtlijn 2014/25/EU, en artikel 13, punten a) tot en met d), punten f), g) en h) en punt j), van Richtlijn 2009/81/EG, en titel VII van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 (*6) van het Europees Parlement en de Raad, aan of met:

a)

een Russisch onderdaan, een in Rusland verblijvende natuurlijke persoon of een in Rusland gevestigde rechtspersoon, entiteit of lichaam;

b)

een rechtspersoon, entiteit of lichaam waarvan de eigendomsrechten voor meer dan 50 % direct of indirect in handen zijn van een entiteit bedoeld in punt a) van dit lid, of

c)

een natuurlijke persoon of rechtspersoon, entiteit of lichaam handelend namens of op aanwijzing van een entiteit bedoeld in punt a) of b) van dit lid, met inbegrip van onderaannemers, leveranciers of entiteiten waarvan in de zin van de Richtlijnen 2009/81/EG, 2014/23/EU, 2014/24/EU en 2014/25/EU de capaciteit wordt ingeroepen, wanneer zij meer dan 10 % van de waarde van de opdracht vertegenwoordigen.

(*2)  Richtlijn 2014/23/EU of het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten (PB L 94 van 28.3.2014, blz. 1)."

(*3)  Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten en tot intrekking van Richtlijn 2004/18/EG (PB L 94 van 28.3.2014, blz. 65)."

(*4)  Richtlijn 2014/25/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en houdende intrekking van Richtlijn 2004/17/EG (PB L 94 van 28.3.2014, blz. 243)."

(*5)  Richtlijn 2009/81/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen door aanbestedende diensten van bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied, en tot wijziging van Richtlijnen 2004/17/EG en 2004/18/EG (PB L 216 van 20.8.2009, blz. 76)."

(*6)  Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1).”."

6)

In artikel 1 undecies wordt lid 4 vervangen door:

“4.   De leden 1 en 2 zijn niet van toepassing wanneer de insteller van de trust of de begunstigde een onderdaan van een lidstaat is of een natuurlijke persoon is die in het bezit is van een tijdelijke of permanente verblijfsvergunning in een lidstaat, in een land dat lid is van de Europese Economische Ruimte of in Zwitserland.”.

7)

Artikel 1 duodecies wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 4 wordt vervangen door:

“4.   Lid 1 is niet van toepassing op het verlenen van diensten die uitsluitend bestemd zijn voor gebruik door in Rusland gevestigde rechtspersonen, entiteiten of lichamen die eigendom zijn van of onder uitsluitende of gezamenlijke zeggenschap staan van een rechtspersoon die, een entiteit die of een lichaam dat is erkend of opgericht volgens het recht van een lidstaat, van een land dat lid is van de Europese Economische Ruimte of van Zwitserland.”;

b)

het volgende lid wordt toegevoegd:

“6.   De betrokken lidstaat stelt de andere lidstaten en de Commissie in kennis van elke op grond van lid 5 verleende toestemming, binnen twee weken na het verlenen van de toestemming.”.

8)

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

a)

in lid 3, eerste alinea, wordt punt f) geschrapt;

b)

in lid 3 wordt de tweede alinea vervangen door:

“Met uitzondering van punt g) van de eerste alinea verklaart de exporteur in de douaneaangifte dat de producten worden uitgevoerd op grond van de in dit lid opgenomen desbetreffende uitzondering en stelt hij de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de exporteur ingezetene of gevestigd is, binnen dertig dagen te rekenen van de datum waarop de eerste uitvoer heeft plaatsgevonden, in kennis van het eerste gebruik van de desbetreffende uitzondering.”;

c)

aan lid 4 wordt het volgende punt toegevoegd:

“h)

bestemd zijn voor cyberbeveiliging en informatiebeveiliging waarborgen voor natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen in Rusland, met uitzondering van de regering en ondernemingen die direct of indirect onder zeggenschap van die regering staan.”.

9)

Artikel 3 bis wordt als volgt gewijzigd:

a)

in lid 3 wordt punt f) geschrapt;

b)

in lid 3 wordt de tweede alinea vervangen door:

“Met uitzondering van punt g) van de eerste alinea verklaart de exporteur in de douaneaangifte dat de producten worden uitgevoerd op grond van de in dit lid opgenomen desbetreffende uitzondering en stelt hij de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de exporteur ingezetene of gevestigd is, binnen dertig dagen te rekenen van de datum waarop de eerste uitvoer heeft plaatsgevonden, in kennis van het eerste gebruik van de desbetreffende uitzondering.”;

c)

aan lid 4 wordt het volgende punt toegevoegd:

“h)

bestemd zijn voor cyberbeveiliging en informatiebeveiliging waarborgen voor natuurlijke personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen in Rusland, met uitzondering van de regering en ondernemingen die direct of indirect onder zeggenschap van die regering staan.”.

10)

In artikel 4 quater wordt het volgende lid toegevoegd:

“4 bis.   De betrokken lidstaat stelt de andere lidstaten en de Commissie in kennis van elke op grond van dit lid verleende vergunning, binnen twee weken na het verlenen van de vergunning.”.

11)

In artikel 4 quinquies wordt het volgende lid toegevoegd:

“8 bis.   Het in lid 4, punt a), genoemde verbod is niet van toepassing op de uitwisseling van informatie met het oog op de vaststelling van technische normen in het kader van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie, met betrekking tot de in lid 1 bedoelde goederen en technologie.”.

12)

In artikel 4 nonies wordt het volgende lid toegevoegd:

“4 bis.   De betrokken lidstaat stelt de andere lidstaten en de Commissie in kennis van elke op grond van lid 4 verleende vergunning, binnen twee weken na het verlenen van de vergunning.”.

13)

Artikel 4 nonies bis wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 1 wordt vervangen door:

“1.   Het is verboden na 16 april 2022 toegang te verlenen tot havens en, na 29 juli 2022, tot sluizen op het grondgebied van de Unie aan vaartuigen die onder de vlag van Rusland zijn geregistreerd, met uitzondering van toegang tot sluizen om het grondgebied van de Unie te verlaten.”;

b)

in lid 5 wordt de inleidende zin vervangen door:

“5.   In afwijking van lid 1 kunnen de bevoegde autoriteiten, op door hen passend geachte voorwaarden, een vaartuig toegang tot een haven of sluis verlenen nadat zij hebben vastgesteld dat de toegang noodzakelijk is voor:”;

c)

het volgende lid wordt toegevoegd:

“5 bis.   In afwijking van lid 2 kunnen de bevoegde autoriteiten, op door hen passend geachte voorwaarden, vaartuigen die vóór 16 april 2022 hun Russische vlag hebben gewisseld voor de vlag van, of hun Russische registratie hebben gewijzigd naar registratie bij een andere staat, toegang verlenen tot een haven of een sluis nadat zij hebben vastgesteld dat:

a)

een Russische vlag of registratie contractueel vereist was, en

b)

de toegang noodzakelijk is voor het lossen van goederen die strikt noodzakelijk zijn om projecten op het gebied van hernieuwbare energie in de Unie te voltooien, mits de invoer van die goederen niet anderszins is verboden bij deze verordening.”;

d)

lid 6 wordt vervangen door:

“6.   De betrokken lidstaat stelt de andere lidstaten en de Commissie in kennis van elke op grond van de leden 5 en 5 bis verleende toestemming, binnen twee weken na het verlenen van de toestemming.”.

14)

Aan artikel 4 undecies wordt het volgende lid toegevoegd:

“3   bis. Het verbod in lid 1 is niet van toepassing op luxegoederen voor persoonlijk gebruik door vanuit de Europese Unie reizende natuurlijke personen of door hun naaste familieleden die met hen reizen, welke eigendom zijn van deze personen en niet voor verkoop bestemd zijn.”.

15)

Artikel 4 quaterdecies wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 5 wordt vervangen door:

“5.   De bevoegde autoriteiten van de lidstaten kunnen, op door hen passend geachte voorwaarden, toestemming verlenen voor de verkoop, levering, overdracht of uitvoer van de in dit artikel genoemde goederen en technologie, of voor de verlening van daarmee verband houdende technische of financiële bijstand, nadat zij hebben vastgesteld dat die goederen of technologie of de verlening van daarmee verband houdende technische of financiële bijstand noodzakelijk zijn voor:

a)

medische, farmaceutische of humanitaire doeleinden, zoals het verlenen of faciliteren van de verlening van bijstand, met inbegrip van medische benodigdheden, levensmiddelen, de overbrenging van humanitaire hulpverleners en daarmee verband houdende bijstand, of voor evacuaties, of

b)

het exclusieve gebruik door de lidstaat die de toestemming verleent en volledig onder de zeggenschap van die lidstaat staan, teneinde te voldoen aan diens onderhoudsverplichtingen in gebieden die onderworpen zijn aan een langlopende huurovereenkomst tussen die lidstaat en de Russische Federatie.”;

b)

de volgende leden worden toegevoegd:

“5 bis.   Wanneer zij een besluit nemen over verzoeken om vergunningen voor medische of farmaceutische doeleinden in overeenstemming met lid 5, verlenen de bevoegde autoriteiten geen vergunning voor de uitvoer naar een natuurlijke persoon, een rechtspersoon, entiteit of lichaam in Rusland of voor gebruik in Rusland, als zij redelijke gronden hebben om aan te nemen dat de goederen bestemd zouden kunnen zijn voor militair eindgebruik.

5 ter.   De betrokken lidstaat stelt de andere lidstaten en de Commissie in kennis van elke op grond van lid 5 verleende toestemming, binnen twee weken na het verlenen van de toestemming.”.

16)

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

“Artikel 4 octodecies

1.   Het is verboden goud direct of indirect aan te kopen, in te voeren of over te dragen indien het uit Rusland afkomstig is en vanuit Rusland naar de Unie of naar een derde land is uitgevoerd na 22 juli 2022.

2.   Het is verboden direct of indirect producten aan te kopen, in te voeren of over te dragen indien daarin in een derde land een op grond van lid 1 verboden product is verwerkt.

3.   Het is verboden gouden bijouterieën en juwelen direct of indirect aan te kopen, in te voeren of over te dragen indien zij uit Rusland afkomstig zijn en vanuit Rusland naar de Unie zijn uitgevoerd na 22 juli 2022.

4.   Het is verboden:

a)

direct of indirect, met betrekking tot het in de leden 1, 2 en 3 bedoelde verbod, technische bijstand, tussenhandeldiensten of andere diensten te verlenen in verband met de in de leden 1, 2 en 3 bedoelde goederen en met de levering, de vervaardiging, het onderhoud en het gebruik van die goederen;

b)

direct of indirect, met betrekking tot het in de leden 1, 2 en 3 bedoelde verbod, financiering of financiële bijstand in verband met de in de leden 1, 2 en 3 bedoelde goederen te verlenen voor de aankoop, invoer of overdracht van die goederen of voor de verlening van daarmee verband houdende technische bijstand, tussenhandeldiensten of andere diensten.

5.   De in de leden 1, 2 en 3 bedoelde verboden zijn niet van toepassing op goud dat noodzakelijk is voor de officiële doeleinden van diplomatieke missies, consulaire posten of internationale organisaties in Rusland die bescherming genieten op grond van het internationaal recht.

6.   Het verbod in lid 3 is niet van toepassing op gouden bijouterieën of juwelen voor persoonlijk gebruik door naar de Europese Unie reizende natuurlijke personen of door hun naaste familieleden die met hen reizen, welke eigendom zijn van deze personen en niet voor verkoop bestemd zijn.

7.   In afwijking van de leden 1, 2 en 3 kunnen de bevoegde autoriteiten vergunning verlenen voor de overdracht of invoer van culturele goederen die in bruikleen zijn gegeven in het kader van een formele culturele samenwerking met Rusland.

8.   De Unie neemt de nodige maatregelen om te bepalen welke voorwerpen onder dit artikel moeten vallen.”.

17)

Bijlage IV wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 21 juli 2022.

Voor de Raad

De voorzitter

M. BEK


(1)  Besluit 2014/512/GBVB van de Raad van 31 juli 2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PB L 229 van 31.7.2014, blz. 13).


BIJLAGE

Aan bijlage IV bij Besluit 2014/512/GBVB worden de volgende vermeldingen toegevoegd:

 

“Federaal Centrum voor technologie voor tweeërlei gebruik (FTsDT) Soyuz

 

Turayev Machine Building Design Bureau Soyuz

 

Zhukovskiy Central Aerohydrodynamics Institute (TsAGI)

 

Rosatomflot”.


Top