Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32019R2017

    Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2017 van de Commissie van 11 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van huishoudelijke afwasmachines en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010 van de Commissie (Voor de EER relevante tekst.)

    C/2019/1807

    PB L 315 van 5.12.2019, p. 134–154 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 01/05/2021

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2019/2017/oj

    5.12.2019   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 315/134


    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/2017 VAN DE COMMISSIE

    van 11 maart 2019

    tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van huishoudelijke afwasmachines en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010 van de Commissie

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2017 tot vaststelling van een kader voor energie-etikettering en tot intrekking van Richtlijn 2010/30/EU (1), en met name artikel 11, lid 5, en artikel 16,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Krachtens Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad heeft de Commissie de bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen betreffende de etikettering of de schaalaanpassing van de etikettering van productgroepen die een aanzienlijk energiebesparingspotentieel bieden en, waar van toepassing, van andere hulpbronnen.

    (2)

    De bepalingen inzake de energie-etikettering van huishoudelijke afwasmachines zijn vastgesteld bij Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010 van de Commissie (2).

    (3)

    In de mededeling van de Commissie COM(2016) 773 final (3) (werkplan ecologisch ontwerp), dat door de Commissie is vastgesteld overeenkomstig artikel 16, lid 1, van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad (4), worden de prioritaire werkzaamheden binnen het kader voor ecologisch ontwerp en energie-etikettering voor de periode 2016-2019 uiteengezet. In het werkplan ecologisch ontwerp staan de energiegerelateerde productgroepen die als prioritair moeten worden beschouwd voor de uitvoering van voorbereidende studies en de uiteindelijke vaststelling van uitvoeringsmaatregelen, alsook voor de herziening van Verordening (EU) nr. 1016/2010 van de Commissie (5) en Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010.

    (4)

    De maatregelen uit het werkplan ecologisch ontwerp hebben een geraamd potentieel van meer dan 260 TWh aan jaarlijkse energiebesparingen in 2030, hetgeen neerkomt op een reductie van de broeikasgasemissies met ongeveer 100 miljoen ton per jaar in 2030. Huishoudelijke afwasmachines zijn als productgroep opgenomen in de lijst van het werkplan en zijn naar schatting goed voor 2,1 TWh aan jaarlijkse elektriciteitsbesparingen, wat leidt tot een vermindering van de broeikasgasemissies met 0,7 Mt CO2-equivalent per jaar en een besparing van naar schatting 16 miljoen m3 water in 2030.

    (5)

    Huishoudelijke afwasmachines vormen een van de in artikel 11, lid 5, onder b), van Verordening (EU) 2017/1369 genoemde productgroepen waarvoor de Commissie een gedelegeerde handeling dient vast te stellen, waarbij een etiket met aangepaste schaal van A tot en met G wordt ingevoerd.

    (6)

    De Commissie heeft Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010 geëvalueerd overeenkomstig artikel 7 van die verordening en daarbij de technische, economische en milieuaspecten alsmede het effect van het gedrag van gebruikers geanalyseerd. De evaluatie is uitgevoerd in nauwe samenwerking met belanghebbenden en betrokken partijen uit de Unie en derde landen. De bevindingen van de evaluatie zijn openbaar gemaakt en voorgelegd aan het overlegforum dat is opgericht bij artikel 14 van Verordening (EU) 2017/1369.

    (7)

    Uit de evaluatie bleek dat er herziene eisen inzake energie-etikettering voor huishoudelijke afwasmachines moeten worden ingevoerd.

    (8)

    Niet-huishoudelijke afwasmachines hebben specifieke kenmerken en toepassingen. Zij zijn onderworpen aan andere regelgeving, met name Richtlijn 2006/42/EG van het Europees Parlement en de Raad (6), en dienen niet in het toepassingsgebied van deze verordening te worden opgenomen. Deze verordening betreffende huishoudelijke afwasmachines moet gelden voor afwasmachines met dezelfde technische kenmerken, ongeacht in welke omgeving ze worden gebruikt.

    (9)

    De milieuaspecten van huishoudelijke afwasmachines die voor de toepassing van deze verordening als significant worden beschouwd, zijn het energie- en waterverbruik tijdens de gebruiksfase, de productie van afval aan het einde van de levensduur, de emissies in lucht en water in zowel de productiefase (door de winning en verwerking van grondstoffen) als de gebruiksfase (door het elektriciteitsverbruik).

    (10)

    Uit de evaluatie blijkt dat het elektriciteits- en waterverbruik van huishoudelijke afwasmachines verder kan worden teruggedrongen door middel van maatregelen inzake energie-etikettering waarbij de nadruk ligt op een beter onderscheid tussen de producten. Dit zou leveranciers ertoe moeten aanzetten om de energie- en hulpbronnenefficiëntie van huishoudelijke afwasmachines verder te verbeteren en tegelijkertijd de marktverschuiving naar efficiëntere technologieën te versnellen.

    (11)

    De energie-etikettering van huishoudelijke afwasmachines moet de consument in staat stellen weloverwogen te kiezen voor energie- en hulpbronnenefficiëntere apparaten. Een specifieke enquête onder consumenten overeenkomstig artikel 14, lid 2, van Verordening (EU) 2017/1369 heeft bevestigd dat de informatie op het etiket begrijpelijk en relevant is.

    (12)

    Huishoudelijke afwasmachines die op handelsbeurzen worden getoond, moeten voorzien zijn van het energie-etiket wanneer het eerste exemplaar reeds op de markt is gebracht of op de handelsbeurs op de markt wordt gebracht.

    (13)

    De relevante productparameters moeten worden gemeten aan de hand van betrouwbare, accurate en reproduceerbare methoden. Bij de toepassing van die methoden moet rekening worden gehouden met de erkende, meest recente meetmethoden, waaronder, indien beschikbaar, geharmoniseerde normen die door de in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 1025/2012 van het Europees Parlement en de Raad (7) genoemde Europese normalisatieorganisaties worden vastgesteld.

    (14)

    Aangezien steeds meer energiegerelateerde producten via webwinkels en verkoopplatforms op internet worden verkocht in plaats van rechtstreeks door leveranciers, moet worden verduidelijkt dat dienstverleners van webwinkels en verkoopplatforms op internet ervoor verantwoordelijk zijn dat het door de leverancier verstrekte etiket in de nabijheid van de prijs wordt weergegeven. Zij moeten de leverancier in kennis stellen van die verplichting, maar zijn niet verantwoordelijk voor de juistheid of inhoud van het verstrekte etiket en productinformatieblad. Overeenkomstig artikel 14, lid 1, onder b), van Richtlijn 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad (8) betreffende elektronische handel moeten dergelijke webhostingplatforms evenwel prompt handelen om de informatie over het betrokken product te verwijderen of de toegang daartoe onmogelijk te maken indien zij op de hoogte zijn van de niet-naleving (bijv. ontbrekend, onvolledig of onjuist etiket of productinformatieblad), bijvoorbeeld wanneer zij hiervan in kennis worden gesteld door de markttoezichtautoriteit. De leveranciers die direct aan eindgebruikers verkopen via hun eigen website zijn onderworpen aan de verplichtingen van handelaren inzake verkoop op afstand als bedoeld in artikel 5 van Verordening (EU) 2017/1369.

    (15)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn besproken door het overlegforum en met de deskundigen van de lidstaten overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EU) 2017/1369.

    (16)

    Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010 moet worden ingetrokken,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Onderwerp en toepassingsgebied

    1.   In deze verordening worden eisen vastgesteld voor de etikettering van en het verstrekken van aanvullende productinformatie over op het elektriciteitsnet aangesloten huishoudelijke afwasmachines, inclusief huishoudelijke inbouwafwasmachines, en op het elektriciteitsnet aangesloten huishoudelijke afwasmachines die ook op batterijen kunnen werken.

    2.   Deze verordening is niet van toepassing op:

    a)

    afwasmachines die binnen het toepassingsgebied van Richtlijn 2006/42/EG vallen;

    b)

    huishoudelijke afwasmachines op batterijen die via een afzonderlijk aan te schaffen wissel-/gelijkstroomomzetter op het elektriciteitsnet kunnen worden aangesloten.

    Artikel 2

    Definities

    Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

    1)

    „netspanning”: de elektriciteitsvoorziening van het elektriciteitsnet van 230 (± 10 %) volt wisselstroom bij 50 Hz;

    2)

    „huishoudelijke afwasmachine”: een machine die tafelgerei reinigt en spoelt, en waarvan de fabrikant in de verklaring van overeenstemming opgeeft dat deze voldoet aan Richtlijn 2014/35/EU van het Europees Parlement en de Raad (9) of aan Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad (10);

    3)

    „huishoudelijke inbouwafwasmachine”: een huishoudelijke afwasmachine die uitsluitend wordt ontworpen, getest en op de markt gebracht om:

    a)

    te worden ingebouwd in een inbouwmeubel of anderszins te worden ingebouwd tussen panelen (boven, onder en opzij);

    b)

    veilig te worden bevestigd aan de zij-, boven- of onderkant van de kasten of panelen; en

    c)

    te worden uitgerust met een integraal, fabrieksmatig afgewerkt front, of een front waarop een op maat gemaakt frontpaneel wordt bevestigd;

    4)

    „verkooppunt”: een locatie waar huishoudelijke afwasmachines worden uitgestald of te koop, te huur of in huurkoop worden aangeboden.

    Voor de bijlagen worden in bijlage I aanvullende definities vermeld.

    Artikel 3

    Verplichtingen van leveranciers

    1.   De leveranciers zien erop toe dat:

    a)

    elke huishoudelijke afwasmachine wordt voorzien van een gedrukt etiket in het in bijlage III vastgestelde formaat;

    b)

    de in bijlage V vastgestelde parameters van het productinformatieblad in de productendatabank worden ingevoerd;

    c)

    het productinformatieblad in gedrukte vorm ter beschikking wordt gesteld indien de handelaar hier uitdrukkelijk om verzoekt;

    d)

    de inhoud van de technische documentatie, zoals vastgesteld in bijlage VI, in de productendatabank wordt ingevoerd;

    e)

    in alle visuele advertenties voor een specifiek model huishoudelijke afwasmachine, de energie-efficiëntieklasse en de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen op het etiket worden vermeld overeenkomstig de bijlagen VII en VIII;

    f)

    in al het technische promotiemateriaal voor een specifiek model huishoudelijke afwasmachine, ook op internet, waarin de specifieke technische parameters voor dat model worden beschreven, de energie-efficiëntieklasse van dat model en de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen op het etiket worden vermeld overeenkomstig bijlage VII;

    g)

    voor elk model huishoudelijke afwasmachine een elektronisch etiket, in het formaat en met vermelding van de informatie zoals beschreven in bijlage III, aan de handelaren beschikbaar wordt gesteld;

    h)

    voor elk model huishoudelijke afwasmachine een elektronisch productinformatieblad, zoals beschreven in bijlage V, aan de handelaren beschikbaar wordt gesteld.

    2.   De energie-efficiëntieklasse en de emissieklasse voor akoestisch luchtgeluid zijn vastgesteld in bijlage II en worden berekend overeenkomstig bijlage IV.

    Artikel 4

    Verplichtingen van handelaren

    De handelaren zien erop toe dat:

    a)

    elke huishoudelijke afwasmachine in het verkooppunt, waaronder handelsbeurzen, is voorzien van het etiket dat door de leveranciers overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder a), is verstrekt, waarbij het etiket op huishoudelijke inbouwafwasmachines zodanig is weergegeven dat het duidelijk zichtbaar is, en het etiket op alle andere huishoudelijke afwasmachines zodanig is weergegeven dat het duidelijk zichtbaar is op de voor- of bovenzijde aan de buitenkant van de huishoudelijke afwasmachine;

    b)

    in het geval van verkoop op afstand het etiket en het productinformatieblad worden verstrekt overeenkomstig de bijlagen VII en VIII;

    c)

    in alle visuele advertenties voor een specifiek model huishoudelijke afwasmachine de energie-efficiëntieklasse van dat model en de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen op het etiket worden vermeld overeenkomstig bijlage VII;

    d)

    in al het technische promotiemateriaal voor een specifiek model huishoudelijke afwasmachine, ook op internet, waarin de specifieke technische parameters voor dat model worden beschreven, de energie-efficiëntieklasse van dat model en de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen op het etiket worden vermeld overeenkomstig bijlage VII.

    Artikel 5

    Verplichtingen van webhostingplatforms

    Wanneer een hostingdienstverlener in de zin van artikel 14 van Richtlijn 2000/31/EG de directe verkoop van huishoudelijke afwasmachines via zijn website toestaat, zorgt de dienstverlener ervoor dat het door de handelaar verstrekte elektronische etiket en elektronische productinformatieblad op het weergavemechanisme kunnen worden getoond overeenkomstig de bepalingen van bijlage VIII en stelt de dienstverlener de handelaar in kennis van de verplichting om deze weer te geven.

    Artikel 6

    Meetmethoden

    De op grond van de artikelen 3 en 4 te verstrekken informatie wordt verkregen met behulp van betrouwbare, nauwkeurige en reproduceerbare meet- en berekeningsmethoden, waarbij rekening wordt gehouden met de meest recente erkende meet- en berekeningsmethoden, zoals uiteengezet in bijlage IV.

    Artikel 7

    Controleprocedure voor markttoezicht

    Bij het uitvoeren van de in artikel 8, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1369 bedoelde markttoezichtcontroles gebruiken de lidstaten de in bijlage IX bij deze verordening vastgestelde controleprocedure.

    Artikel 8

    Evaluatie

    Uiterlijk op 25 december 2025 evalueert de Commissie deze verordening in het licht van de technologische vooruitgang en legt zij de bevindingen van deze evaluatie en, in voorkomend geval, een ontwerp van herzieningsvoorstel voor aan het overlegforum.

    Bij deze evaluatie wordt met name het volgende beoordeeld:

    a)

    de verbeteringsmogelijkheden met betrekking tot energieverbruik, functionele en milieuprestaties van huishoudelijke afwasmachines;

    b)

    de doeltreffendheid waarmee de bestaande maatregelen het gedrag van de eindgebruikers veranderen zodat zij energie- en hulpbronnenefficiëntere apparaten aankopen en energie- en hulpbronnenefficiëntere programma’s gebruiken;

    c)

    of het mogelijk is om bij te dragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de circulaire economie.

    Artikel 9

    Intrekking

    Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010 wordt ingetrokken met ingang van 1 maart 2021.

    Artikel 10

    Overgangsmaatregelen

    Van 25 december 2019 tot en met 28 februari 2021 kan de uit hoofde van artikel 3, onder b), van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010 vereiste productkaart bij het product ter beschikking worden gesteld via de productendatabank in plaats van in gedrukte vorm. In dit geval zorgt de leverancier ervoor dat de productkaart in gedrukte vorm ter beschikking wordt gesteld indien de handelaar hier uitdrukkelijk om verzoekt.

    Artikel 11

    Inwerkingtreding en toepassing

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 maart 2021. Het bepaalde in artikel 10 is evenwel van toepassing met ingang vanaf 25 december 2019 en het bepaalde in artikel 3, lid 1, onder a), b) en c), is van toepassing met ingang van 1 november 2020.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 11 maart 2019.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    Jean-Claude JUNCKER


    (1)  PB L 198 van 28.7.2017, blz. 1.

    (2)  Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010 van de Commissie van 28 september 2010 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van afwasmachines (PB L 314 van 30.11.2010, blz. 1).

    (3)  Mededeling van de Commissie. Werkplan inzake ecologisch ontwerp 2016-2019 (COM(2016) 773 final, Brussel, 30.11.2016).

    (4)  Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor energiegerelateerde producten (PB L 285 van 31.10.2009, blz. 10).

    (5)  Verordening (EU) nr. 1016/2010 van de Commissie van 10 november 2010 houdende uitvoeringsbepalingen van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor huishoudelijke afwasmachines (PB L 293 van 11.11.2010, blz. 31).

    (6)  Richtlijn 2006/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende machines en tot wijziging van Richtlijn 95/16/EG (PB L 157 van 9.6.2006, blz. 24).

    (7)  Verordening (EU) nr. 1025/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende Europese normalisatie, tot wijziging van de Richtlijnen 89/686/EEG en 93/15/EEG van de Raad alsmede de Richtlijnen 94/9/EG, 94/25/EG, 95/16/EG, 97/23/EG, 98/34/EG, 2004/22/EG, 2007/23/EG, 2009/23/EG en 2009/105/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Beschikking 87/95/EEG van de Raad en Besluit nr. 1673/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 316 van 14.11.2012, blz. 12).

    (8)  Richtlijn 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij, met name de elektronische handel, in de interne markt („richtlijn inzake elektronische handel”) (PB L 178 van 17.7.2000, blz. 1).

    (9)  Richtlijn 2014/35/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 357).

    (10)  Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur en tot intrekking van Richtlijn 1999/5/EG (PB L 153 van 22.5.2014, blz. 62).


    BIJLAGE I

    Definities voor de bijlagen

    In de bijlagen wordt verstaan onder:

    1)

    „energie-efficiëntie-index” (EEI): de verhouding tussen het energieverbruik van het ecoprogramma en het energieverbruik van het standaardprogramma;

    2)

    „energieverbruik van het ecoprogramma” (EPEC): het energieverbruik van een huishoudelijke afwasmachine in het ecoprogramma, uitgedrukt in kilowattuur per cyclus;

    3)

    „energieverbruik van het standaardprogramma” (SPEC): het als referentie gebruikte energieverbruik als functie van de nominale capaciteit van de huishoudelijke afwasmachine, uitgedrukt in kilowattuur per cyclus;

    4)

    „programma”: een reeks vooraf bepaalde verrichtingen die door de leverancier geschikt zijn verklaard voor specifieke niveaus van bevuiling of soorten lading, of beide;

    5)

    „cyclus”: een volledig reinigings-, spoel- en droogproces, zoals gedefinieerd voor het geselecteerde programma, bestaande uit een reeks verrichtingen totdat alle functies stoppen;

    6)

    „quick response code” of „QR-code”: een tweedimensionale barcode op het energie-etiket van een productmodel die doorverwijst naar de informatie over dat model in het openbare gedeelte van de productendatabank;

    7)

    „couvert” (ps): een set tafelgerei voor gebruik door één persoon, zonder serveergerei;

    8)

    „serveergerei”: artikelen voor het bereiden en serveren van voedsel, waaronder potten, serveerkommen, serveerbestek en een dienblad;

    9)

    „nominale capaciteit”: het maximale aantal couverts dat samen met het serveergerei in één cyclus kan worden gereinigd, gespoeld en gedroogd in een huishoudelijke afwasmachine die volgens de instructies van de leverancier is gevuld;

    10)

    „waterverbruik van het ecoprogramma” (EPWC): het waterverbruik van een huishoudelijke afwasmachine in het ecoprogramma, uitgedrukt in liters per cyclus;

    11)

    „reinigingsprestatie-index” (IC): de verhouding tussen de reinigingsprestatie van een huishoudelijke afwasmachine en de reinigingsprestatie van een huishoudelijke referentieafwasmachine;

    12)

    „droogprestatie-index” (ID): de verhouding tussen de droogprestatie van een huishoudelijke afwasmachine en de droogprestatie van een huishoudelijke referentieafwasmachine;

    13)

    „programmaduur” (Tt): de tijd tussen het moment waarop het geselecteerde programma start, zonder enige door de gebruiker geprogrammeerde vertraging, en het moment waarop het einde van het programma wordt aangegeven en de gebruiker toegang heeft tot de lading;

    14)

    „eco”: de naam van het programma van een huishoudelijke afwasmachine dat door de fabrikant geschikt is verklaard voor het reinigen van normaal bevuild tafelgerei, en waarop de informatie op het energie-etiket en het productinformatieblad betrekking heeft;

    15)

    „uitstand”: een toestand waarbij de huishoudelijke afwasmachine is aangesloten op het elektriciteitsnet en geen enkele functie biedt; de volgende standen worden eveneens als uitstand beschouwd:

    a)

    toestanden waarin alleen een indicatie van de uitstand wordt geboden;

    b)

    toestanden waarin alleen functies worden geboden die bedoeld zijn om elektromagnetische compatibiliteit te waarborgen krachtens Richtlijn 2014/30/EU van het Europees Parlement en de Raad (1);

    16)

    „stand-bystand”: een toestand waarin de huishoudelijke afwasmachine is aangesloten op het elektriciteitsnet en gedurende onbepaalde tijd uitsluitend de volgende functies uitvoert:

    a)

    reactiveringsfunctie, of reactiveringsfunctie met slechts een indicatie dat de reactiveringsfunctie is ingeschakeld; en/of

    b)

    reactiveringsfunctie via een netwerkverbinding; en/of

    c)

    informatie- of statusweergave, en/of

    d)

    detectiefunctie voor noodmaatregelen;

    17)

    „netwerk”: een communicatie-infrastructuur met een topologie van verbindingen, een architectuur, inclusief de fysieke componenten daarvan, organisatiebeginselen, communicatieprocedures en -formaten (protocols);

    18)

    „startvertraging”: een toestand waarbij de gebruiker heeft gekozen voor een bepaald uitstel van de start van de cyclus van het geselecteerde programma;

    19)

    „garantie”: iedere verbintenis door de kleinhandelaar of de leverancier aan de consument om:

    a)

    de betaalde prijs terug te betalen; of

    b)

    de huishoudelijke afwasmachines op welke manier dan ook te vervangen, te repareren of te bewerken als zij niet aan de in de garantieverklaring of de betrokken reclame-uitingen vermelde specificaties voldoen;

    20)

    „weergavemechanisme”: ieder scherm, aanraakscherm of andere visuele technologie om internetinhoud weer te geven voor gebruikers;

    21)

    „geneste weergave”: visuele interface waarbij een beeld of gegevensreeks toegankelijk wordt door een muisklik, door er met de muis overheen te gaan (mouseover) of door uitvergroting op een aanraakscherm van een ander beeld of een andere gegevensreeks;

    22)

    „aanraakscherm”: een scherm dat reageert op aanraking, zoals dat van tabletcomputers, slatecomputers of smartphones;

    23)

    „alternatieve tekst”: tekst die wordt aangeboden als alternatief voor een grafische voorstelling, waardoor de informatie in een niet-grafische vorm kan worden weergegeven wanneer weergaveapparaten de betrokken voorstelling niet kunnen weergeven of ter ondersteuning van de toegankelijkheid, bijvoorbeeld als input voor spraaksynthesetoepassingen.


    (1)  Richtlijn 2014/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake elektromagnetische compatibiliteit (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 79).


    BIJLAGE II

    A.   Energie-efficiëntieklassen

    De energie-efficiëntieklasse van een huishoudelijke afwasmachine wordt bepaald aan de hand van de energie-efficiëntie-index (EEI), zoals vastgesteld in tabel 1.

    De EEI van een huishoudelijke afwasmachine wordt berekend overeenkomstig bijlage IV.

    Tabel 1

    Energie-efficiëntieklassen

    Energie-efficiëntieklasse

    Energie-efficiëntie-index

    A

    EEI < 32

    B

    32 ≤ EEI < 38

    C

    38 ≤ EEI < 44

    D

    44 ≤ EEI < 50

    E

    50 ≤ EEI < 56

    F

    56 ≤ EEI < 62

    G

    EEI ≥ 62

    B.   Emissieklassen voor akoestisch luchtgeluid

    De emissieklasse voor akoestisch luchtgeluid van een huishoudelijke afwasmachine wordt bepaald op basis van de emissie van akoestisch luchtgeluid, zoals vastgesteld in tabel 2.

    Tabel 2

    Emissieklassen voor akoestisch luchtgeluid

    Emissieklasse voor akoestisch luchtgeluid

    Geluidsniveau (dB(A))

    A

    n < 39

    B

    39 ≤ n < 45

    C

    45 ≤ n < 51

    D

    51 ≤ n


    BIJLAGE III

    Etiket

    1.   ETIKET

    Image 1

    De volgende informatie wordt op het etiket vermeld:

    I.

    QR-code;

    II.

    de naam van de producent of het handelsmerk;

    III.

    de typeaanduiding van de leverancier;

    IV.

    de schaal van de energie-efficiëntieklassen van A tot en met G;

    V.

    de energie-efficiëntieklasse, zoals bepaald overeenkomstig punt A van bijlage II;

    VI.

    het energieverbruik van het ecoprogramma (EPEC), uitgedrukt in kWh per 100 cycli, afgerond op het dichtstbijzijnde gehele getal;

    VII.

    nominale capaciteit aan standaardcouverts, voor het ecoprogramma;

    VIII.

    het waterverbruik van het ecoprogramma (EPWC), uitgedrukt in liters per cyclus, afgerond op één decimaal;

    IX.

    de duur van het ecoprogramma in u:min, afgerond op de dichtstbijzijnde minuut;

    X.

    de emissie van akoestisch luchtgeluid, uitgedrukt in dB(A) re 1 pW en afgerond op het dichtstbijzijnde gehele getal, alsook de emissieklasse voor akoestisch luchtgeluid, bepaald overeenkomstig punt B van bijlage II;

    XI.

    het nummer van deze verordening, namelijk „2019/2017”.

    2.   ONTWERP VAN HET ETIKET

    Het etiket moet overeenstemmen met het onderstaande model.

    Image 2

    Het etiket ziet er als volgt uit:

    a)

    Het etiket is minstens 96 mm breed en 192 mm hoog. Als het etiket op groter formaat wordt afgedrukt, moet de inhoud toch evenredig met bovenstaande specificaties blijven;

    b)

    de achtergrond van het etiket is 100 % wit;

    c)

    de lettertypes zijn Verdana en Calibri;

    d)

    de elementen op het etiket worden weergegeven met de afmetingen en volgens de specificaties van het etiketontwerp voor huishoudelijke afwasmachines;

    e)

    de gebruikte kleuren zijn cyaan, magenta, geel en zwart en worden volgens het volgende voorbeeld gebruikt: 0,70,100,0: 0 % cyaan, 70 % magenta, 100 % geel, 0 % zwart;

    f)

    het etiket voldoet aan de volgende eisen (de cijfers verwijzen naar de bovenstaande afbeelding):

    Image 3

    de kleuren van het EU-logo zijn als volgt:

    de achtergrond: 100,80,0,0;

    de sterren: 0,0,100,0;

    Image 4

    de kleur van het energielogo is: 100,80,0,0;

    Image 5

    de QR-code wordt in 100 % zwart weergegeven;

    Image 6

    de naam van de leverancier wordt in 100 % zwart, in Verdana Bold en in lettergrootte 9 weergegeven;

    Image 7

    de typeaanduiding wordt in 100 % zwart, in Verdana Regular en in lettergrootte 9 weergegeven;

    Image 8

    de schaal van A tot en met G wordt als volgt weergegeven:

    de letters van de energie-efficiëntieschaal worden in 100 % wit, in Calibri Bold en in lettergrootte 19 weergegeven; de letters worden op een as gecentreerd op 4,5 mm afstand van de linkerzijde van de pijlen;

    de pijlen van de schaal van A tot en met G hebben de volgende kleuren:

    A-klasse: 100,0,100,0;

    B-klasse: 70,0,100,0;

    C-klasse: 30,0,100,0;

    D-klasse: 0,0,100,0;

    E-klasse: 0,30,100,0;

    F-klasse: 0,70,100,0;

    G-klasse: 0,100,100,0;

    Image 9

    de scheidingslijnen hebben lijndikte 0,5 en worden in 100 % zwart weergegeven;

    Image 10

    de letter van de energie-efficiëntieklasse wordt in 100 % wit, in Calibri Bold en in lettergrootte 33 weergegeven. De pijl van de energie-efficiëntieklasse en de overeenkomstige pijl in de schaal van A tot en met G worden zo geplaatst dat de punten ervan op één lijn liggen. De letter in de pijl van de energie-efficiëntieklasse wordt centraal geplaatst in het rechthoekige gedeelte van de 100 % zwarte pijl;

    Image 11

    de waarde van het energieverbruik van het ecoprogramma per 100 cycli wordt in Verdana Bold en in lettergrootte 28 weergegeven; „kWh” wordt in Verdana Regular en in lettergrootte 18 weergegeven; het getal „100” in het pictogram staat voor 100 cycli en wordt weergegeven in Verdana Regular en in lettergrootte 14. De waarde en de eenheid worden gecentreerd weergegeven in 100 % zwart;

    Image 12

    de pictogrammen worden weergegeven zoals in het etiketontwerp en als volgt:

    de pictogrammen hebben lijndikte 1,2 en zowel de pictogrammen als de tekst (getallen en eenheden) worden weergegeven in 100 % zwart;

    de tekst onder de pictogrammen wordt in Verdana Bold en in lettergrootte 16 weergegeven, met de eenheid in Verdana Regular en in lettergrootte 12, en wordt gecentreerd onder de pictogrammen;

    het pictogram van de emissieklasse voor akoestisch luchtgeluid: het aantal decibels in de luidspreker wordt weergegeven in Verdana Bold en in lettergrootte 12, en de eenheid „dB” in Verdana Regular en in lettergrootte 9; de reeks geluidsklassen (A tot en met D) wordt gecentreerd weergegeven onder het pictogram, waarbij de letter van de toepasselijke geluidsklasse wordt weergegeven in Verdana Bold en in lettergrootte 16 en de andere letters van de geluidsklassen in Verdana Regular en in lettergrootte 10;

    Image 13

    het nummer van de verordening wordt in 100 % zwart, in Verdana Regular en in lettergrootte 6 weergegeven.


    BIJLAGE IV

    Meetmethoden en berekeningen

    Met het oog op de naleving en de controle op de naleving van de eisen van deze verordening dienen metingen en berekeningen te worden verricht aan de hand van de geharmoniseerde normen waarvan de referentienummers voor dat doel zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie, of aan de hand van andere betrouwbare, nauwkeurige en reproduceerbare methoden die rekening houden met de algemeen erkende stand van de techniek, en die in overeenstemming zijn met de volgende bepalingen.

    Voor het meten en/of berekenen van het energieverbruik, de EEI, het waterverbruik, de programmaduur, de reinigings- en droogprestaties, en de emissie van akoestisch luchtgeluid van een model huishoudelijke afwasmachine, wordt het ecoprogramma bij nominale capaciteit gebruikt. Het energieverbruik, het waterverbruik, de programmaduur, de reinigings- en droogprestaties worden tegelijkertijd gemeten.

    Het EPWC wordt uitgedrukt in liters per cyclus en afgerond op één decimaal.

    De duur van het ecoprogramma (Tt) wordt uitgedrukt in uren en minuten en afgerond op de dichtstbijzijnde minuut.

    De emissie van akoestisch luchtgeluid wordt gemeten in dB(A) re 1 pW en afgerond op het dichtstbijzijnde gehele getal.

    1.   ENERGIE-EFFICIËNTIE-INDEX

    Voor de berekening van de EEI van een model huishoudelijke afwasmachine wordt het EPEC van de huishoudelijke afwasmachine vergeleken met het SPEC.

    a)

    De EEI wordt als volgt berekend en op één decimaal afgerond:

    EEI = (EPEC/SPEC) × 100

    waarbij:

    EPEC staat voor het energieverbruik van het ecoprogramma van de huishoudelijke afwasmachine, gemeten in kWh/cyclus en afgerond op drie decimalen;

    SPEC staat voor het energieverbruik van het standaardprogramma van de huishoudelijke afwasmachine.

    b)

    Het SPEC, uitgedrukt in kWh/cyclus, wordt als volgt berekend en op drie decimalen afgerond:

    (1)

    voor huishoudelijke afwasmachines met een nominale capaciteit ps ≥ 10 en een breedte > 50 cm:

    SPEC = 0,025 × ps + 1,350

    (2)

    voor huishoudelijke afwasmachines met een nominale capaciteit ps ≤ 9 en een breedte ≤ 50 cm:

    SPEC = 0,090 × ps + 0,450

    waarbij ps staat voor het aantal couverts.

    2.   REINIGINGSPRESTATIE-INDEX

    Voor de berekening van de reinigingsprestatie-index (IC) van een model huishoudelijke afwasmachine wordt de reinigingsprestatie van het ecoprogramma vergeleken met de reinigingsprestatie van een referentieafwasmachine.

    De IC wordt als volgt berekend en op twee decimalen afgerond:

    IC = exp (ln IC)

    en

    Formula

    waarbij:

    CT,i staat voor de reinigingsprestatie van het ecoprogramma van de geteste huishoudelijke afwasmachine in één testcyclus (i), afgerond op twee decimalen;

    CR,i staat voor de reinigingsprestatie van de referentieafwasmachine in één testcyclus (i), afgerond op twee decimalen;

    n is het aantal testcycli.

    3.   DROOGPRESTATIE-INDEX

    Voor de berekening van de droogprestatie-index (ID) van een model huishoudelijke afwasmachine wordt de droogprestatie van het ecoprogramma vergeleken met de droogprestatie van een referentieafwasmachine.

    De ID wordt als volgt berekend en op twee decimalen afgerond:

    ID = exp (ln ID)

    en

    Formula

    waarbij:

    ID,i staat voor de droogprestatie van het ecoprogramma van de geteste huishoudelijke afwasmachine in één testcyclus (i);

    n is het aantal testcycli met een combinatie van reinigen en drogen.

    De ID,i wordt als volgt berekend en op twee decimalen afgerond:

    ln ID,i = ln (DT,i/DR,t)

    waarbij:

    DT,i staat voor de gemiddelde droogprestatie van het ecoprogramma van de geteste huishoudelijke afwasmachine in één testcyclus (i), afgerond op twee decimalen;

    DR,t is de beoogde droogprestatie van de referentieafwasmachine, afgerond op twee decimalen.

    4.   SPAARSTANDEN

    Het elektriciteitsverbruik van de uitstand (Po), de stand-bystand (Psm) en, indien van toepassing, de startvertraging (Pds) worden gemeten. De gemeten waarden worden uitgedrukt in W en afgerond op twee decimalen.

    Bij metingen van het elektriciteitsverbruik in spaarstanden wordt het volgende gecontroleerd en geregistreerd:

    of informatie al dan niet wordt weergeven;

    of een netwerkverbinding al dan niet wordt geactiveerd.


    BIJLAGE V

    Productinformatieblad

    Het informatiegedeelte op het productinformatieblad van huishoudelijke afwasmachines in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), wordt door de leverancier ingevoerd in de productendatabank overeenkomstig tabel 3.

    De handleiding of andere schriftelijke informatie die bij het product wordt geleverd, moet duidelijk de link naar het model in de productendatabank als een voor mensen leesbare Uniform Resource Locator (URL) of als QR-code bevatten of het productregistratienummer vermelden.

    Tabel 3

    Inhoud, volgorde en formaat van het productinformatieblad

    Naam van de leverancier of het handelsmerk:

    Adres van de leverancier  (2) :

    Typeaanduiding:

    Algemene productparameters:

    Parameter

    Waarde

    Parameter

    Waarde

    Nominale capaciteit (1) (ps)

    x

    Afmetingen in cm

    Hoogte

    x

    Breedte

    x

    Diepte

    x

    EEI (1)

    x,x

    Energie-efficiëntieklasse (1)

    [A/B/C/D/E/F/G] (3)

    Reinigingsprestatie-index (1)

    x,xx

    Droogprestatie-index (1)

    x,xx

    Energieverbruik in kWh [per cyclus], gebaseerd op het ecoprogramma met toevoer van koud water. Het werkelijke energieverbruik hangt af van de manier waarop het apparaat wordt gebruikt.

    x,xxx

    Waterverbruik in liters [per cyclus], gebaseerd op het ecoprogramma. Het werkelijke waterverbruik hangt af van de manier waarop het apparaat wordt gebruikt en van de hardheid van het water.

    x,x

    Programmaduur (1) (u:min)

    x:xx

    Type

    [ingebouwd/vrijstaand]

    Emissie van akoestisch luchtgeluid (1) (dB(A) re 1 pW)

    x

    Emissieklasse voor akoestisch luchtgeluid (1)

    [A/B/C/D] (3)

    Uitstand (W)

    x,xx

    Stand-bystand (W)

    x,xx

    Startvertraging (W) (indien van toepassing)

    x,xx

    Netwerkgebonden stand-by (W) (indien van toepassing)

    x,xx

    Minimumduur van de door de leverancier geboden garantie  (2) :

    Aanvullende informatie:

    Link naar de website van de leverancier met de informatie zoals bedoeld in punt 6 van bijlage II bij Verordening (EU) 2019/2022 (1) van de Commissie (2):


    (1)  van het ecoprogramma.

    (2)  wijzigingen van deze elementen worden niet relevant geacht voor de toepassing van artikel 4, lid 4, van Verordening (EU) 2017/1369.

    (3)  de leverancier voert deze gegevens niet in indien de productendatabank de definitieve inhoud van deze cel automatisch aanmaakt.

    (1)  Verordening (EU) 2019/2022 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor huishoudelijke afwasmachines overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1275/2008 van de Commissie en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1016/2010 van de Commissie (zie bladzijde 267 van dit Publicatieblad).


    BIJLAGE VI

    Technische documentatie

    1.   

    De in artikel 3, lid 1, onder d), bedoelde technische documentatie omvat:

    a)

    de informatie zoals uiteengezet in bijlage V;

    b)

    de informatie zoals uiteengezet in tabel 4; voor de toepassing van de in bijlage IX vastgestelde controleprocedure worden deze waarden als de opgegeven waarden beschouwd;

    Tabel 4

    In de technische documentatie op te nemen informatie

    PARAMETER

    EENHEID

    WAARDE

    Het energieverbruik van het ecoprogramma (EPEC), afgerond op drie decimalen

    kWh/cyclus

    X,XXX

    Het energieverbruik van het standaardprogramma (SPEC), afgerond op drie decimalen

    kWh/cyclus

    X,XXX

    Energie-efficiëntie-index (EEI)

    X,X

    Het waterverbruik van het ecoprogramma (EPWC), afgerond op één decimaal

    l/cyclus

    X,X

    Reinigingsprestatie-index (IC)

    X,XX

    Droogprestatie-index (ID)

    X,XX

    De duur van het ecoprogramma (Tt), afgerond op de dichtstbijzijnde minuut

    u:min

    X:XX

    Elektriciteitsverbruik in de uitstand (Po), afgerond op twee decimalen

    W

    X,XX

    Elektriciteitsverbruik in de stand-bystand (Psm), afgerond op twee decimalen

    W

    X,XX

    Wordt er informatie weergegeven in de stand-bystand?

    Ja/Nee

    Elektriciteitsverbruik in de stand-bystand (Psm) in een toestand van netwerkgebonden stand-by (indien van toepassing), afgerond op twee decimalen

    W

    X,XX

    Elektriciteitsverbruik bij startvertraging (Pds) (indien van toepassing), afgerond op twee decimalen

    W

    X,XX

    Emissie van akoestisch luchtgeluid

    dB(A) re 1 pW

    X

    c)

    in voorkomend geval de referenties van de toegepaste geharmoniseerde normen;

    d)

    in voorkomend geval de overige gebruikte technische normen en specificaties;

    e)

    de details en resultaten van de berekeningen, uitgevoerd overeenkomstig bijlage IV;

    f)

    een lijst van alle equivalente modellen, met inbegrip van de typeaanduiding.

    2.   

    Indien de informatie die voor een bepaald model huishoudelijke afwasmachine in de technische documentatie is opgenomen, is verkregen door middel van een van de volgende methoden, of beide:

    op basis van een model met dezelfde technische kenmerken die relevant zijn voor de te verstrekken technische informatie, maar dat door een andere leverancier wordt geproduceerd;

    door berekeningen op basis van het ontwerp of door extrapolatie van een ander model van dezelfde of een andere leverancier,

    dan omvat de technische documentatie de details van deze berekening, de beoordeling door de leverancier van de juistheid van de berekening en, indien van toepassing, de verklaring van overeenkomstigheid tussen de modellen van verschillende leveranciers.


    BIJLAGE VII

    Te verstrekken informatie in visuele advertenties, technisch promotiemateriaal, bij verkoop op afstand en bij telemarketing, behalve bij verkoop op afstand via internet

    1.   

    Om ervoor te zorgen dat wordt voldaan aan de eisen in artikel 3, lid 1, onder e), en artikel 4, onder c), worden de energie-efficiëntieklasse en de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen op het etiket in visuele advertenties weergegeven zoals uiteengezet in punt 4 van deze bijlage.

    2.   

    Om ervoor te zorgen dat wordt voldaan aan de eisen in artikel 3, lid 1, onder f), en artikel 4, lid 1, onder d), worden de energie-efficiëntieklasse en de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen op het etiket in technisch promotiemateriaal weergegeven zoals uiteengezet in punt 4 van deze bijlage.

    3.   

    Op drukwerk voor de verkoop op afstand worden de energie-efficiëntieklasse en de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen op het etiket weergegeven zoals uiteengezet in punt 4 van deze bijlage.

    4.   

    De energie-efficiëntieklasse en de reeks energie-efficiëntieklassen worden weergegeven zoals in afbeelding 1, met:

    a)

    een pijl met daarin de letter van de energie-efficiëntieklasse, weergegeven in 100 % wit, in Calibri Bold en in een lettergrootte die minstens even groot is als die van de prijs, wanneer die wordt weergegeven;

    b)

    de pijl en de energie-efficiëntieklasse in dezelfde kleur;

    c)

    de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen in 100 % zwart, en

    d)

    de afmetingen zijn zodanig dat de pijl duidelijk zichtbaar en leesbaar is. De letter in de pijl van de energie-efficiëntieklasse wordt centraal in het rechthoekige gedeelte van de pijl geplaatst, waarbij een 100 % zwarte rand met lijndikte 0,5 rond de pijl en de letter van de energie-efficiëntieklasse wordt geplaatst.

    Indien de visuele advertentie, het technische promotiemateriaal of het drukwerk voor de verkoop op afstand in één kleur worden afgedrukt, mag de pijl bij wijze van uitzondering één kleur hebben in de visuele advertentie, het technische of andere promotiemateriaal of het drukwerk voor de verkoop op afstand in kwestie.

    Afbeelding 1

    Gekleurde/monochrome pijl (links/rechts) waarop de reeks energie-efficiëntieklassen is aangegeven

    Image 14

    5.   

    Bij verkoop op afstand via telemarketing moet de consument specifiek worden geïnformeerd over de energie-efficiëntieklasse van het product en de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen op het etiket, en moet worden aangegeven dat de consument het etiket en het productinformatieblad op de website van de productendatabank kan raadplegen, of om een gedrukt exemplaar kan verzoeken.

    6.   

    Voor alle in de punten 1, 2, 3 en 5 genoemde situaties moet de klant op verzoek een gedrukt exemplaar van het etiket en het productinformatieblad kunnen verkrijgen.


    BIJLAGE VIII

    Te verstrekken informatie in het geval van verkoop op afstand via internet

    1.   

    Het elektronische etiket dat door de leveranciers beschikbaar wordt gesteld overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder g), wordt met het weergavemechanisme getoond in de nabijheid van de prijs van het product. De afmetingen zijn zodanig dat het etiket duidelijk zichtbaar en leesbaar is, en komen overeen met de in punt 2 van bijlage III gespecificeerde afmetingen. Het etiket kan worden weergegeven met gebruikmaking van een geneste weergave, in welk geval het beeld dat wordt gebruikt voor de toegang tot het etiket voldoet aan de in punt 2 van deze bijlage vastgestelde specificaties. Indien geneste weergave wordt toegepast, verschijnt het etiket bij de eerste muisklik, mouseover of uitvergroting van het beeld op het aanraakscherm.

    2.   

    Het beeld dat bij geneste weergave wordt gebruikt voor de toegang tot het etiket, zoals weergegeven in afbeelding 2:

    a)

    is een pijl in de kleur die overeenkomt met de energie-efficiëntieklasse van het product op het etiket;

    b)

    geeft op de pijl de energie-efficiëntieklasse van het betrokken product weer in 100 % wit, in Calibri Bold en in een lettergrootte die even groot is als die van de prijs;

    c)

    geeft in 100 % zwart de reeks beschikbare energie-efficiëntieklassen weer; en

    d)

    heeft één van de volgende twee formaten, en de afmetingen zijn zodanig dat de pijl duidelijk zichtbaar en leesbaar is. De letter in de pijl van de energie-efficiëntieklasse wordt centraal in het rechthoekige gedeelte van de pijl geplaatst, waarbij een 100 % zwarte, zichtbare rand rond de pijl en de letter van de energie-efficiëntieklasse wordt geplaatst:

    Afbeelding 2

    Gekleurde pijl (links/rechts) waarop de reeks energie-efficiëntieklassen is aangegeven

    Image 15

    3.   

    In het geval van een geneste weergave is de weergavevolgorde van het etiket als volgt:

    a)

    het in punt 2 van deze bijlage bedoelde beeld wordt op het weergavemechanisme getoond in de nabijheid van de prijs van het product;

    b)

    het beeld vormt een link naar het in bijlage III vastgestelde etiket;

    c)

    het etiket wordt weergegeven na een muisklik, mouseover of uitvergroting van het beeld op het aanraakscherm;

    d)

    het etiket wordt getoond in een pop-up, een nieuwe tab of pagina, of in een ingezette weergave op het beeldscherm;

    e)

    voor de uitvergroting van het etiket op aanraakschermen gelden de apparatuurconventies voor uitvergroting op aanraakschermen;

    f)

    de weergave van het etiket wordt beëindigd door middel van een optie „sluiten” of door een ander standaardafsluitingsmechanisme;

    g)

    de alternatieve tekst voor de grafische weergave, die moet worden weergegeven wanneer het etiket niet kan worden weergegeven, is de energie-efficiëntieklasse van het product in een lettergrootte die even groot is als die van de prijs.

    4.   

    Het elektronische productinformatieblad dat door de leveranciers beschikbaar wordt gesteld overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder h), wordt met het weergavemechanisme getoond in de nabijheid van de prijs van het product. De afmetingen van het productinformatieblad zijn zodanig dat het duidelijk zichtbaar en leesbaar is. Het productinformatieblad kan worden weergegeven met gebruikmaking van een geneste weergave of door een verwijzing naar de productendatabank, waarbij het beeld dat wordt gebruikt voor de toegang tot het productinformatieblad duidelijk leesbaar het woord „Productinformatieblad” toont. Wanneer geneste weergave wordt gebruikt, verschijnt het productinformatieblad bij de eerste muisklik, mouseover of uitvergroting van de link op het aanraakscherm.


    BIJLAGE IX

    Controleprocedure voor markttoezicht

    De in deze bijlage vastgestelde controletoleranties worden uitsluitend gebruikt voor de controle van de gemeten parameters door de autoriteiten van de lidstaat; zij mogen door de leverancier niet worden gebruikt als een toegestane tolerantie voor de vaststelling van de in de technische documentatie opgenomen waarden. De op het etiket of het productinformatieblad opgegeven waarden en klassen mogen voor de leverancier niet gunstiger zijn dan de in de technische documentatie opgegeven waarden.

    Wanneer een model is ontworpen om te kunnen herkennen dat het getest wordt (bv. door de testomstandigheden of testcyclus te herkennen) en daarop te reageren door tijdens de test automatisch beter te presteren en zo betere waarden te behalen voor de in deze verordening vastgestelde of in de technische documentatie of in de verstrekte documentatie aangegeven parameters, worden dit model en alle equivalente modellen geacht niet aan de eisen te voldoen.

    Wanneer de autoriteiten van de lidstaat controleren of een productmodel aan de in deze verordening vervatte eisen voldoet, passen zij de volgende procedure toe:

    1)

    De autoriteiten van de lidstaten controleren één exemplaar van het model.

    2)

    Het model wordt geacht te voldoen aan de toepasselijke eisen als:

    a)

    de waarden in de technische documentatie als bedoeld in artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1369 (opgegeven waarden) en, indien van toepassing, de waarden die worden gebruikt voor de berekening van deze waarden, niet gunstiger zijn voor de leverancier dan de overeenkomstige waarden in de testrapporten; en

    b)

    de waarden die op het etiket en op het productinformatieblad bekend worden gemaakt niet gunstiger zijn voor de leverancier dan de opgegeven waarden, en de opgegeven energie-efficiëntieklasse en de emissieklasse voor akoestisch luchtgeluid niet gunstiger zijn voor de leverancier dan de klasse die is bepaald door de opgegeven waarden; en

    c)

    de vastgestelde waarden (de waarden voor de betrokken parameters zoals gemeten bij tests en de waarden die op basis van deze metingen zijn berekend), aan de respectieve, in tabel 5 vastgestelde controletoleranties voldoen wanneer de autoriteiten van de lidstaat het exemplaar van het model testen.

    3)

    Indien de in punt 2, onder a) of b), bedoelde resultaten niet worden behaald, worden het model en alle equivalente modellen geacht niet aan deze verordening te voldoen.

    4)

    Als het in punt 2, onder c), bedoelde resultaat niet wordt behaald, selecteren de autoriteiten van de lidstaat drie extra te testen exemplaren van hetzelfde model. Als alternatief mogen de drie aanvullende geselecteerde exemplaren één of meer equivalente modellen zijn.

    5)

    Het model wordt geacht te voldoen aan de toepasselijke eisen als voor deze drie exemplaren het rekenkundig gemiddelde van de vastgestelde waarden aan de in tabel 5 vastgestelde respectieve toleranties voldoet.

    6)

    Indien de onder punt 5 bedoelde resultaten niet worden behaald, worden het model en alle equivalente modellen geacht niet aan deze verordening te voldoen.

    7)

    Zodra een besluit van niet-overeenstemming van het model overeenkomstig de punten 3 en 6 is genomen, verstrekken de autoriteiten van de lidstaat zo snel mogelijk alle relevante informatie aan de autoriteiten van de overige lidstaten en aan de Commissie.

    De autoriteiten van de lidstaten gebruiken de in bijlage IV vastgestelde meet- en berekeningsmethoden.

    De autoriteiten van de lidstaten passen uitsluitend de controletoleranties toe die in tabel 5 zijn vastgesteld, en gebruiken uitsluitend de in de punten 1 tot en met 7 beschreven procedure voor de in deze bijlage bedoelde eisen. Voor de parameters van tabel 5 worden geen andere toleranties, zoals die welke zijn opgenomen in geharmoniseerde normen of in een andere meetmethode, toegepast.

    Tabel 5

    Controletoleranties

    Parameter

    Controletoleranties

    Energieverbruik van het ecoprogramma (EPEC)

    De vastgestelde waarde (*1) ligt niet meer dan 5 % hoger dan de opgegeven waarde van het EPEC.

    Waterverbruik van het ecoprogramma (EPWC)

    De vastgestelde waarde (*1) ligt niet meer dan 5 % hoger dan de opgegeven waarde van het EPWC.

    Reinigingsprestatie-index (IC)

    De vastgestelde waarde (*1) ligt niet meer dan 14 % onder de opgegeven waarde van de IC.

    Droogprestatie-index (ID)

    De vastgestelde waarde (*1) ligt niet meer dan 12 % onder de opgegeven waarde van de ID.

    Programmaduur (Tt)

    De vastgestelde waarde (*1) overschrijdt de opgegeven waarde Tt met niet meer dan 5 % of met niet meer dan 10 minuten, indien dit langer is.

    Opgenomen vermogen in de uitstand (Po)

    De vastgestelde waarde (*1) van het opgenomen vermogen Po overschrijdt de opgegeven waarde met niet meer dan 0,10 W.

    Opgenomen vermogen in de stand-bystand (Psm)

    De vastgestelde waarde (*1) van het opgenomen vermogen Psm ligt niet meer dan 10 % hoger dan de opgegeven waarde indien de opgegeven waarde hoger is dan 1,00 W, of niet meer dan 0,10 W hoger indien de opgegeven waarde lager of gelijk is aan 1,00 W.

    Opgenomen vermogen bij startvertraging (Pds)

    De vastgestelde waarde (*1) van het opgenomen vermogen Pds ligt niet meer dan 10 % hoger dan de opgegeven waarde indien de opgegeven waarde hoger is dan 1,00 W, of niet meer dan 0,10 W hoger indien de opgegeven waarde lager of gelijk is aan 1,00 W.

    Emissie van akoestisch luchtgeluid

    De vastgestelde waarde (*1) overschrijdt de opgegeven waarde met niet meer dan 2 dB(A) re 1pW.


    (*1)  Indien drie extra exemplaren worden getest overeenkomstig punt 4, is de vastgestelde waarde het rekenkundige gemiddelde van de waarden die zijn vastgesteld voor deze drie extra exemplaren.


    Top