This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Controle op stoffen met hormonale werking en andere stoffen in dieren en producten van dierlijke oorsprong
SAMENVATTING VAN:
WAT IS HET DOEL VAN DE RICHTLIJN?
Bij deze richtlijn worden de controlemaatregelen vastgesteld met betrekking tot de in bijlage I bedoelde stoffen en groepen residuen. De stoffen zijn in twee groepen ingedeeld:
KERNPUNTEN
Nationale bewakingsplannen
De EU-landen belasten een openbare centrale dienst of organisatie met het opstellen van plannen voor het toezicht op de opsporing van residuen of stoffen in:
De openbare dienst of organisatie coördineert de werkzaamheden van de centrale en de regionale diensten die zijn belast met het toezicht en het verzamelen van de desbetreffende resultaten en de gegevens die aan de Europese Commissie moeten worden medegedeeld.
De EU-landen dienen vervolgens de plannen voor het toezicht op de opsporing van de groepen residuen of stoffen in. In de plannen dienen de in bijlage IV bij de richtlijn vastgestelde niveaus en frequenties van de monsternemingen in acht te worden genomen.
De Commissie brengt elk jaar, of telkens wanneer zij dat noodzakelijk acht, aan de EU-landen in het kader van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders verslag uit. Tevens doet de Commissie jaarlijks een mededeling over de resultaten van de maatregelen die op regionaal, nationaal en communautair vlak ten uitvoer zijn gelegd aan het Europees Parlement en de Raad toekomen.
Zelfcontrole en medeverantwoordelijkheid van de marktdeelnemers
De EU-landen zien er in het bijzonder op toe dat in hun wetgeving het beginsel wordt opgenomen dat de verschillende betrokken partners zelf kwaliteitstoezicht uitoefenen in de sector en dat de (in de algemene voorwaarden voor merken of labels op te nemen) zelfcontrolemaatregelen worden uitgebreid.
Officiële controles
De EU-landen kunnen officiële steekproefcontroles uitvoeren:
Wanneer bij onderzoek van een officieel monster residuen van verboden stoffen of hoeveelheden toegestane stoffen die de door de EU-regelgeving vastgestelde niveaus overschrijden worden aangetroffen, worden de bevoegde autoriteiten onverwijld in het bezit gesteld van alle gegevens die nodig zijn om het dier en het bedrijf van oorsprong te identificeren, alsmede van de uitkomsten van het onderzoek.
Indien uit de resultaten van de in een EU-land verrichte controles blijkt dat in één of meer EU-landen of in één of meer niet-EU-landen een onderzoek moet worden ingesteld of maatregelen moeten worden getroffen, stelt (stellen) het (de) betrokken land(en) de overige EU-landen en de Commissie daarvan in kennis.
De EU-landen waar onderzoek of maatregelen nodig blijken, treffen de passende maatregelen.
Wanneer een EU-land van oordeel is dat in een ander EU-land de controles niet of niet meer worden verricht, stelt het de bevoegde centrale autoriteit van dat EU-land daarvan in kennis. Deze autoriteit neemt, na een onderzoek, alle nodige maatregelen. In geval van een geschil kan de zaak evenwel aan de Commissie worden voorgelegd, die een of meer deskundigen met het uitbrengen van advies belast.
Maatregelen bij overtredingen
De volgende sancties kunnen worden opgelegd bij overtredingen:
Invoer uit niet-EU-landen
De EU-landen kunnen onder deze richtlijn vallende dieren en producten van dierlijke oorsprong invoeren uit de niet-EU-landen die op de lijsten in de EU-wetgeving worden genoemd.
De betrokken niet-EU-landen moeten een plan indienen met de garanties die inzake het toezicht op de in de richtlijn bedoelde groepen residuen en stoffen worden geboden.
De EU-landen kunnen een betrokken partij/deel van een partij terugsturen naar het land van oorsprong, indien in de partij niet-toegestane stoffen worden aangetroffen.
Op grond van deze richtlijn wordt een retributie ter dekking van de kosten van het toezicht op dieren en producten van dierlijke oorsprong opgelegd.
VANAF WANNEER IS DE RICHTLIJN VAN TOEPASSING?
De richtlijn is sinds 23 mei 1996 van toepassing. Ze moest in EU-landen vóór 30 juni 1997 in nationaal recht worden omgezet.
De richtlijn wordt met ingang van 14 december 2019 ingetrokken en vervangen door Verordening (EU) 2017/625.
Achtergrond
Voor meer informatie, zie:
BELANGRIJKSTE DOCUMENT
Richtlijn 96/23/EG van de Raad van 29 april 1996 inzake controlemaatregelen ten aanzien van bepaalde stoffen en residuen daarvan in levende dieren en in producten daarvan en tot intrekking van de Richtlijnen 85/358/EEG en 86/469/EEG en de Beschikkingen 89/187/EEG en 91/664/EEG (PB L 125 van 23.5.1996, blz. 10-32)
Achtereenvolgende wijzigingen in Richtlijn 96/23/EG van de Raad werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.
GERELATEERDE DOCUMENTEN
Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1-142)
Beschikking 2005/34/EG van de Commissie van 11 januari 2005 tot vaststelling van geharmoniseerde normen voor analyses op bepaalde residuen in producten van dierlijke oorsprong die uit derde landen worden ingevoerd (PB L 16 van 20.1.2005, blz. 61-63)
Beschikking 2002/657/EG van de Commissie van 12 augustus 2002 ter uitvoering van Richtlijn 96/23/EG van de Raad wat de prestaties van analysemethoden en de interpretatie van resultaten betreft (PB L 221 van 17.8.2002, blz. 8-36)
Beschikking 98/179/EG van de Commissie van 23 februari 1998 houdende vaststelling van uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de officiële bemonstering in het kader van de opsporing van bepaalde stoffen en residuen daarvan in levende dieren en dierlijke producten (PB L 65 van 5.3.1998, blz. 31-34)
Beschikking 97/747/EG van de Commissie van 27 oktober 1997 tot vaststelling van de niveaus en frequenties van de monsternemingen zoals bedoeld in Richtlijn 96/23/EG van de Raad, ten behoeve van de controle op bepaalde stoffen en residuen daarvan in bepaalde dierlijke producten (PB L 303 van 6.11.1997, blz. 12-15)
Bewakingsplannen in de Europese Unie
Beschikkingen van de Commissie houdende goedkeuring van het bewakingsplan voor de opsporing van bepaalde stoffen en residuen daarvan in levende dieren en in de producten daarvan:
Beschikking 98/151/EG (PB L 47 van 18.2.1998, blz. 17) (Frankrijk), Beschikking 98/152/EG (PB L 47 van 18.2.1998, blz. 18) (Verenigd Koninkrijk), Beschikking 98/153/EG (PB L 47 van 18.2.1998, blz. 19) (Oostenrijk), Beschikking 98/154/EG (PB L 47 van 18.2.1998, blz. 20) (Finland), Beschikking 98/155/EG (PB L 47 van 18.2.1998, blz. 21) (Zweden), Beschikking 98/458/EG (PB L 201 van 17.7.1998, blz. 117) (België), Beschikking 98/459/EG (PB L 201 van 17.7.1998, blz. 118) (Nederland), Beschikking 98/460/EG (PB L 201 van 17.7.1998, blz. 119) (Spanje), Beschikking 98/390/EG (PB L 175 van 19.6.1998, blz. 34) (Italië), Beschikking 98/391/EG (PB L 175 van 19.6.1998, blz. 35) (Ierland), Beschikking 98/492/EG (PB L 223 van 11.8.1998, blz. 7) (Luxemburg), Beschikking 98/493/EG (PB L 223 van 11.8.1998, blz. 8) (Duitsland), Beschikking 98/494/EG (PB L 223 van 11.8.1998, blz. 9) (Denemarken), Beschikking 98/495/EG (PB L 223 van 11.8.1998, blz. 10) (Griekenland), Beschikking 98/496/EG (PB L 223 van 11.8.1998, blz. 11) (Portugal), Beschikking 98/497/EG (PB L 223 van 11.8.1998, blz. 12) (Italië)
Bewakingsplannen in niet-EU-landen
Beschikking 2004/432/EG van de Commissie van 29 april 2004 tot goedkeuring van door derde landen ingediende residubewakingsplannen overeenkomstig Richtlijn 96/23/EG van de Raad (PB L 154 van 30.4.2004, blz. 44-50). Tekst geherpubliceerd in corrigendum (PB L 189 van 27.5.2004, blz. 33-39)
Nationale referentielaboratoria
Beschikking 98/536/EG van de Commissie van 3 september 1998 houdende vaststelling van de lijst van nationale referentielaboratoria voor de opsporing van residuen (PB L 251 van 11.9.1998, blz. 39-42)
Laatste bijwerking 03.09.2018