Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

De nauwkeurigheid en integriteit van benchmarks waarborgen

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) 2016/1011 betreffende indices die worden gebruikt als financiële benchmarks

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

In deze verordening worden gemeenschappelijke normen voor de Europese Unie (EU) vastgesteld ter voorkoming van de manipulatie van benchmarks* die van invloed kan zijn op de prijs van financiële instrumenten, of financiële overeenkomsten zoals leningen of hypotheken.

KERNPUNTEN

  • Beheerders* die verantwoordelijk zijn voor het aanbieden van financiële benchmarks, moeten:
    • solide governanceregelingen en een duidelijke organisatorische structuur toepassen;
    • eventuele belangenconflicten vaststellen en voorkomen of beheren;
    • ervoor zorgen dat werknemers beschikken over de benodigde vaardigheden, kennis en ervaring, en onderworpen zijn aan doeltreffend beheer en toezicht;
    • permanent en doeltreffend toezicht handhaven op alle aspecten van de aanbieding van de benchmarks onder hun verantwoordelijkheid;
    • controles uitvoeren om ervoor te zorgen dat benchmarks in overeenstemming zijn met de wetgeving;
    • over een systeem beschikken om inputgegevens, telefoongesprekken en elektronische communicatie te registreren, en om ontvangen en onderzochte klachten te registreren;
    • ervoor zorgen dat uitbesteding aan strenge voorwaarden wordt onderworpen;
    • duidelijke richtsnoeren bekendmaken voor verschillende soorten inputgegevens en de methode die wordt gebruikt om de benchmarks te berekenen;
    • een gedragscode opstellen met de verantwoordelijkheden van contribuanten die inputgegevens aan de beheerder aanleveren.
    • beschikken over goede administratieve en boekhoudkundige procedures, interne controlemechanismen, doeltreffende procedures voor risicobeoordeling en doeltreffende controle- en vrijwaringsmaatregelen voor het beheer van ICT-systemen overeenkomstig Wijzigingsverordening (EU) 2022/2554 (zie de samenvatting).
  • De verordening bevat drie afzonderlijke regelingen waarbij de mate van regulering en toezicht geleidelijk wordt verhoogd, afhankelijk van het belang van een benchmark:
    • niet-significante benchmarks vallen niet onder een van onderstaande twee categorieën en zijn onderworpen aan minder strenge regels;
    • significante benchmarks worden gebruikt als referentie voor een financieel instrument, een financiële overeenkomst of een beleggingsfonds met een totale gemiddelde waarde van ten minste 50 miljard euro, of voldoen aan bepaalde andere criteria;
    • cruciale benchmarks worden gebruikt als referentie voor een financieel instrument, een financiële overeenkomst of een beleggingsfonds met een totale waarde van ten minste 500 miljard euro, of voldoen aan bepaalde andere criteria.
  • Voor grondstoffenbenchmarks*, rentevoetbenchmarks en benchmarks op basis van gereguleerde gegevens*.
  • Door Wijzigingsverordening (EU) 2019/2089 worden twee soorten EU-klimaatbenchmarks in de verordening opgenomen, die worden onderbouwd door een methodologie die is gekoppeld aan de verplichtingen van de Overeenkomst van Parijs.
  • Daarnaast bevat de verordening openbaarmakingsvereisten met betrekking tot ecologische, sociale en governancefactoren (ESG-factoren) voor alle benchmarks, met uitzondering van rentevoet- en valutawisselingsbenchmarks.
  • De Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA) legt een openbaar register aan van alle vergunde of geregistreerde beheerders en houdt dit bij.
  • Er zijn diverse regelingen die financiële benchmarks en beheerders van buiten de EU toegang tot de EU-markt verschaffen.
  • Bevoegde autoriteiten van EU-lidstaten hebben de bevoegdheid om in geval van inbreuk passende administratieve sancties en andere maatregelen toe te passen.
  • Uiterlijk op 1 januari 2020 moest de Europese Commissie een verslag over de werking van het systeem indienen bij het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie.
  • De Commissie kan een wettelijke vervanging van een benchmark aanwijzen wanneer een cruciale benchmark, of een benchmark uit een niet-EU-land die in de EU van bijzonder belang is, wordt stopgezet (op grond van Wijzigingsverordening (EU) 2021/168). Het doel hiervan is het verkleinen van de rechtsonzekerheid met betrekking tot uitstaande contracten en het vermijden van risico’s voor de financiële stabiliteit. De directe aanleiding werd gevormd door het feit dat met ingang van januari 2022 de rentebenchmark ‘London interbank offered rate’ (Libor) niet langer wordt gepubliceerd.

Gedelegeerde handelingen

Door de Commissie vastgestelde gedelegeerde handelingen zijn:

  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1637 met technische reguleringsnormen in relatie tot de toezichtfunctie;
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1642 met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de door bevoegde autoriteiten te hanteren criteria bij hun beoordeling van de vraag of beheerders van significante benchmarks bepaalde vereisten dienen toe te passen;
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1816 wat betreft de toelichting in de benchmarkverklaring over de wijze waarop de ecologische, sociale en governancefactoren in elke aangeboden en gepubliceerde benchmark worden weerspiegeld;
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1817 wat betreft de minimuminhoud van de toelichting over de wijze waarop de ecologische, sociale en governancefactoren in de benchmarkmethodologie worden weerspiegeld;
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1818 wat betreft minimumnormen voor EU-klimaattransitiebenchmarks en op de Overeenkomst van Parijs afgestemde EU-benchmarks;
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1348 met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de criteria op grond waarvan bevoegde autoriteiten kunnen eisen dat de nalevingsverklaring van niet-significante benchmarks wordt gewijzigd;
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1349 met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de criteria voor de beoordeling door de bevoegde autoriteiten van de naleving van het verplichte beheer van een cruciale benchmark;
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1350 met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de vereisten die moeten garanderen dat de governanceregelingen van een beheerder voldoende solide zijn;
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1351 met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de kenmerken van de systemen en controles voor de identificatie en melding van eventuele gedragingen die betrekking kunnen hebben op manipulatie van of een poging tot manipulatie van een benchmark; en
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1352 met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de voorwaarden die moeten garanderen dat de methodologie voor de vaststelling van een benchmark voldoet aan de kwaliteitsvereisten.
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/804 tot vaststelling van procedureregels voor maatregelen die van toepassing zijn op het toezicht door de Europese Autoriteit voor effecten en markten op bepaalde benchmarkbeheerders.
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/805 tot vaststelling van vergoedingen die van toepassing zijn op het toezicht door de Europese Autoriteit voor effecten en markten op bepaalde benchmarkbeheerders.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

  • Verordening (EU) 2016/1011 is van toepassing sinds 1 januari 2018, met uitzondering van bepaalde artikelen die reeds van toepassing zijn sinds 30 juni 2016. Deze artikelen hebben voornamelijk betrekking op voorbereidende werkzaamheden zoals het ontwerpen van technische reguleringsnormen door de ESMA, maar ook de identificatie van en het toezicht op cruciale benchmarks. De regeling voor het gebruik van niet-EU-benchmarks in de EU is vanaf 31 december 2023 van toepassing.
  • Verordening (EU) 2021/168 is sinds 13 februari 2021 van toepassing.

ACHTERGROND

KERNBEGRIPPEN

Benchmark. Een cijfer dat openbaar wordt gemaakt en wordt gebruikt voor de prijsstelling van betalingen in het kader van financiële instrumenten of financiële overeenkomsten of om de prestaties van een beleggingsfonds te meten.
Beheerder. Een persoon of onderneming/organisatie die controle over een benchmark heeft.
Grondstoffenbenchmark. Een benchmark die de prijs van een grondstof meet.
Benchmark op basis van gereguleerde gegevens. Een benchmark die vastgesteld wordt aan de hand van inputgegevens aangeleverd door gereglementeerde markten, energiebeurzen en veilingen van emissierechten.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende indices die worden gebruikt als benchmarks voor financiële instrumenten en financiële overeenkomsten of om de prestatie van beleggingsfondsen te meten en tot wijziging van Richtlijnen 2008/48/EG en 2014/17/EU en Verordening (EU) nr. 596/2014 (PB L 171 van 29.6.2016, blz. 1-65).

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EU) 2016/1011 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Verordening (EU) 2022/2554 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2022 betreffende digitale operationele weerbaarheid voor de financiële sector en tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1060/2009, (EU) nr. 648/2012, (EU) nr. 600/2014, (EU) nr. 909/2014 en (EU) 2016/1011 (PB L 333 van 27.12.2022, blz. 1-79).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/805 van de Commissie van 16 februari 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad door specificatie van vergoedingen die van toepassing zijn op het toezicht door de Europese Autoriteit voor effecten en markten op bepaalde benchmarkbeheerders (PB L 145 van 24.5.2022, blz. 14-19).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/804 van de Commissie van 16 februari 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad door specificatie van procedureregels voor maatregelen die van toepassing zijn op het toezicht door de Europese Autoriteit voor effecten en markten op bepaalde benchmarkbeheerders (PB L 145 van 24.5.2022, blz. 7-13).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1352 van de Commissie van 6 mei 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de voorwaarden die moeten garanderen dat de methodologie voor de vaststelling van een benchmark voldoet aan de kwaliteitsvereisten (PB L 291 van 13.8.2021, blz. 16-19).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1351 van de Commissie van 6 mei 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de kenmerken van de systemen en controles voor de identificatie en melding van eventuele gedragingen die betrekking kunnen hebben op manipulatie van of een poging tot manipulatie van een benchmark (PB L 291 van 13.8.2021, blz. 13-15).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1350 van de Commissie van 6 mei 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de vereisten die moeten garanderen dat de governanceregelingen van een beheerder voldoende solide zijn (PB L 291 van 13.8.2021, blz. 9-12).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1349 van de Commissie van 6 mei 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de criteria voor de beoordeling door de bevoegde autoriteiten van de naleving van het verplichte beheer van een cruciale benchmark (PB L 291 van 13.8.2021, blz. 4-8).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1348 van de Commissie van 6 mei 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de criteria op grond waarvan bevoegde autoriteiten kunnen eisen dat de nalevingsverklaring van niet-significante benchmarks wordt gewijzigd (PB L 291 van 13.8.2021, blz. 1-3).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1816 van de Commissie van 17 juli 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de toelichting in de benchmarkverklaring over de wijze waarop de ecologische, sociale en governancefactoren in elke aangeboden en gepubliceerde benchmark worden weerspiegeld (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 1-11).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1817 van de Commissie van 17 juli 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de minimuminhoud van de toelichting over de wijze waarop de ecologische, sociale en governancefactoren in de benchmarkmethodologie worden weerspiegeld (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 12-16).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1818 van de Commissie van 17 juli 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft minimumnormen voor EU-klimaattransitiebenchmarks en op de Overeenkomst van Parijs afgestemde EU-benchmarks (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 17-25).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1637 van de Commissie van 13 juli 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende de procedures en kenmerken van de toezichtfunctie (PB L 274 van 5.11.2018, blz. 1-5).

Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1642 van de Commissie van 13 juli 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere invulling van de door bevoegde autoriteiten te hanteren criteria bij hun beoordeling van de vraag of beheerders van significante benchmarks bepaalde vereisten dienen toe te passen (PB L 274 van 5.11.2018, blz. 25-28).

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1368 van de Commissie van 11 augustus 2016 tot vaststelling van een lijst van op financiële markten gebruikte cruciale benchmarks op grond van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 217 van 12.8.2016, blz. 1-3).

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik (verordening marktmisbruik) en houdende intrekking van Richtlijn 2003/6/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijnen 2003/124/EG, 2003/125/EG en 2004/72/EG van de Commissie (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 1-61)

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn 2014/17/EU van het Europees Parlement en de Raad van 4 februari 2014 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten met betrekking tot voor bewoning bestemde onroerende goederen en tot wijziging van de Richtlijnen 2008/48/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 (PB L 60 van 28.2.2014, blz. 34-85).

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn 2008/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2008 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten en tot intrekking van Richtlijn 87/102/EEG van de Raad (PB L 133 van 22.5.2008, blz. 66-92).

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 19.04.2023

Top