This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62011CA0175
Case C-175/11: Judgment of the Court (Second Chamber) of 31 January 2013 (request for a preliminary ruling from the High Court of Ireland — Ireland) — H.I.D., B.A. v Refugee Applications Commissioner, Refugee Appeals Tribunal, Minister for Justice, Equality and Law Reform, Ireland, Attorney General (Request for a preliminary ruling — Common European Asylum System — Application by a national of a third country seeking refugee status — Directive 2005/85/EC — Article 23 — Possibility of prioritising the processing of asylum applications — National procedure applying a prioritised procedure for the examination of applications by persons belonging to a certain category defined on the basis of nationality or country of origin — Right to an effective judicial remedy — Article 39 of Directive 2005/85 — Concept of ‘court or tribunal’ within the meaning of that article)
Zaak C-175/11: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 31 januari 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de High Court of Ireland — Ierland) — H. I. D., B. A./Refugee Applications Commissioner, Refugee Appeals Tribunal, Minister for Justice, Equality and Law Reform, Ireland, Attorney General (Prejudiciële verwijzing — Gemeenschappelijk Europees asielstelsel — Verzoek van staatsburger van derde land om toekenning van vluchtelingenstatus — Richtlijn 2005/85/EG — Artikel 23 — Mogelijkheid om asielverzoeken volgens procedure bij voorrang te behandelen — Nationale procedure die voorziet in behandelingsprocedure bij voorrang van verzoeken die zijn ingediend door personen die behoren tot naar nationaliteit of land van oorsprong bepaalde categorie — Recht op daadwerkelijk rechtsmiddel — Artikel 39 van bedoelde richtlijn — Begrip „rechterlijke instantie” in zin van dit artikel)
Zaak C-175/11: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 31 januari 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de High Court of Ireland — Ierland) — H. I. D., B. A./Refugee Applications Commissioner, Refugee Appeals Tribunal, Minister for Justice, Equality and Law Reform, Ireland, Attorney General (Prejudiciële verwijzing — Gemeenschappelijk Europees asielstelsel — Verzoek van staatsburger van derde land om toekenning van vluchtelingenstatus — Richtlijn 2005/85/EG — Artikel 23 — Mogelijkheid om asielverzoeken volgens procedure bij voorrang te behandelen — Nationale procedure die voorziet in behandelingsprocedure bij voorrang van verzoeken die zijn ingediend door personen die behoren tot naar nationaliteit of land van oorsprong bepaalde categorie — Recht op daadwerkelijk rechtsmiddel — Artikel 39 van bedoelde richtlijn — Begrip „rechterlijke instantie” in zin van dit artikel)
PB C 86 van 23.3.2013, pp. 3–4
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
|
23.3.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 86/3 |
Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 31 januari 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de High Court of Ireland — Ierland) — H. I. D., B. A./Refugee Applications Commissioner, Refugee Appeals Tribunal, Minister for Justice, Equality and Law Reform, Ireland, Attorney General
(Zaak C-175/11) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Gemeenschappelijk Europees asielstelsel - Verzoek van staatsburger van derde land om toekenning van vluchtelingenstatus - Richtlijn 2005/85/EG - Artikel 23 - Mogelijkheid om asielverzoeken volgens procedure bij voorrang te behandelen - Nationale procedure die voorziet in behandelingsprocedure bij voorrang van verzoeken die zijn ingediend door personen die behoren tot naar nationaliteit of land van oorsprong bepaalde categorie - Recht op daadwerkelijk rechtsmiddel - Artikel 39 van bedoelde richtlijn - Begrip „rechterlijke instantie” in zin van dit artikel)
2013/C 86/04
Procestaal: Engels
Verwijzende rechter
High Court of Ireland
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: H. I. D., B. A.
Verwerende partijen: Refugee Applications Commissioner, Refugee Appeals Tribunal, Minister for Justice, Equality and Law Reform, Ireland, Attorney General
Voorwerp
Verzoek om een prejudiciële beslissing — High Court of Ireland — Uitlegging van de artikelen 23 en 39 van richtlijn 2005/85/EG van de Raad van 1 december 2005 betreffende minimumnormen voor de procedures in de lidstaten voor de toekenning of intrekking van de vluchtelingenstatus (PB L 326, blz. 13) — Verzoek van een onderdaan van een derde land om verlening van de vluchtelingenstatus — Verenigbaarheid met het Unierecht van een nationale procedure die voorziet in een behandeling bij voorrang of een versnelde behandeling van verzoeken die zijn ingediend door personen die behoren tot naar nationaliteit of land van oorsprong bepaalde categorie — Recht op een daadwerkelijk rechtsmiddel — Begrip „rechtelijke instantie” in de zin van artikel 267 VWEU
Dictum
|
1) |
Artikel 23, leden 3 en 4, van richtlijn 2005/85/EG van de Raad van 1 december 2005 betreffende minimumnormen voor de procedures in de lidstaten voor de toekenning of intrekking van de vluchtelingenstatus, moet aldus worden uitgelegd dat het zich er niet tegen verzet dat een lidstaat op bepaalde categorieën asielverzoeken die naar de nationaliteit of het land van oorsprong van de verzoeker zijn omschreven, met inachtneming van de uitgangspunten en waarborgen van hoofdstuk II van die richtlijn, een procedure bij voorrang of een versnelde procedure toepast. |
|
2) |
Artikel 39 van richtlijn 2005/85 moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling als aan de orde in het hoofdgeding, volgens welke een asielzoeker ofwel tegen de beslissing van de beslissingsautoriteit beroep kan instellen bij een rechterlijke instantie als het Refugee Appeals Tribunal (Ierland) en tegen de beslissing van die instantie kan opkomen bij een hogere rechterlijke instantie zoals de High Court (Ierland), ofwel de rechtsgeldigheid van de beslissing van bedoelde autoriteit kan aanvechten bij de High Court, tegen de beslissingen waarvan bij de Supreme Court (Ierland) hogere voorziening kan worden ingesteld. |