EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52015DC0036
REPORT FROM THE COMMISSION TO THE EUROPEAN PARLIAMENT AND THE COUNCIL On Progress in Bulgaria under the Co-operation and Verification Mechanism
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Over de voortgang van Bulgarije met betrekking tot het mechanisme voor samenwerking en toetsing
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Over de voortgang van Bulgarije met betrekking tot het mechanisme voor samenwerking en toetsing
/* COM/2015/036 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Over de voortgang van Bulgarije met betrekking tot het mechanisme voor samenwerking en toetsing /* COM/2015/036 final */
1. INLEIDING
Het mechanisme voor samenwerking
en toetsing (hierna “CVM”) werd bij de toetreding van Bulgarije tot de Europese
Unie in 2007 ingesteld[1].
Er werd afgesproken dat Bulgarije verder moest werken aan een aantal
belangrijke punten met betrekking tot de hervorming van het justitiële stelsel
en de bestrijding van corruptie en georganiseerde misdaad. Sindsdien werd de
door Bulgarije geboekte vooruitgang gemeten in de CVM-verslagen en werden de
Bulgaarse autoriteiten via specifieke aanbevelingen ondersteund bij de
uitvoering van hun hervormingen. Het
mechanisme voor samenwerking en toetsing heeft bij de versterking van de
rechtsstaat in Bulgarije, die een essentieel aspect van de Europese integratie
is, een belangrijke rol gespeeld. Het toezicht door de Commissie en de
samenwerking met de Bulgaarse autoriteiten om hervormingen te stimuleren hebben
een concrete invloed gehad op het tempo en de omvang van de hervormingen. De
conclusies van de Commissie en de werkwijze van het mechanisme voor
samenwerking en toetsing werden door de Raad[2]
nadrukkelijk ondersteund, alsook door vele lidstaten, die hun medewerking
hebben verleend. Dit verslag bevat
een overzicht van de stappen die het afgelopen jaar zijn genomen en
aanbevelingen voor de volgende te nemen stappen. Het is het resultaat van een
zorgvuldige analyse door de Commissie, op basis van de informatie die is
verstrekt door de Bulgaarse autoriteiten, het maatschappelijk middenveld en
andere belanghebbenden. De Commissie kreeg ook de steun van deskundigen uit de
magistratuur uit andere lidstaten, die hun standpunt uit de praktijk hebben
aangeleverd. De politieke
onzekerheden van het afgelopen jaar in Bulgarije hebben geen stabiel platform
voor actie opgeleverd. In dit verslag wordt ingegaan op een aantal gebieden
waarop problemen zijn vastgesteld en waarvoor oplossingen in de maak zijn. Deze
zullen moeten rijpen en concretiseren alvorens zij duurzame veranderingen kunnen
bewerkstelligen. Bulgarije zou ook meer kunnen doen op het vlak van de
verzameling (en publicatie) van gegevens over het justitiële apparaat en de
rechtshandhaving. Hoe groot het
probleem is, blijkt uit opiniepeilingen bij de Bulgaren zelf. Uit een
Eurobarometer-enquête die in het najaar van 2014 werd gehouden, is gebleken dat
de Bulgaarse samenleving bijna unaniem van mening is dat de hervorming van
justitie en de bestrijding van corruptie en de georganiseerde misdaad tot de belangrijke
problemen van het land behoren. Tevens hebben de Bulgaren hun bezorgdheid geuit
over het feit dat de situatie was verslechterd, hoewel zij hoop koesterden dat
deze tendens zal omkeren. Ook was er brede steun voor de rol van de EU bij de
aanpak van deze kwesties, en voor het verderzetten van de EU-maatregelen totdat
Bulgarije een met andere lidstaten vergelijkbare norm heeft bereikt[3]. Uit deze
reacties blijkt dat het van cruciaal belang is voor de levenskwaliteit van de
burgers dat de hervormingen worden voortgezet, gezien de impact van corruptie
en georganiseerde misdaad op de Bulgaarse economie en het belang van de
rechtsstaat voor een functionerende en vrije samenleving. Het mechanisme
voor samenwerking en toetsing is niet opgezet om een momentopname van de
situatie te geven, maar om toezicht te houden op de langetermijntrends. In dit
verslag wordt evenwel rekening gehouden met de toekomstperspectieven die de in
november 2014 aangetreden regering heeft uitgesproken, en worden een aantal
belangrijke ijkpunten vastgesteld aan de hand waarvan de vooruitgang op het
gebied van deze beleidsmaatregelen in de toekomst kan worden gemeten. Zo hoopt
de Commissie met dit verslag een bijdrage te leveren tot een nieuwe consensus
om vaart te zetten achter de hervormingen in Bulgarije. De in dit verslag
opgenomen aanbevelingen, de doelgerichte besteding van de EU-middelen en het engagement
van andere lidstaten[4]
tonen de bereidheid van de EU om nieuwe hervormingsinspanningen te
ondersteunen. 2. STAND
VAN HET HERVORMINGSPROCES IN BULGARIJE 2.1 Justitiële
hervorming Onafhankelijkheid,
verantwoordingsplicht en integriteit van het justitiële apparaat De Hoge Raad van
Justitie (HRJ) heeft vergaande verantwoordelijkheden voor het beheer en de
organisatie van het Bulgaarse justitiële apparaat. In het CVM-verslag van 2014
werd vastgesteld dat, hoewel in 2014 een aantal belangrijke stappen zijn gezet
op het gebied van bestuurlijke hervorming, de HRJ niet algemeen werd beschouwd
als "een zelfstandige en onafhankelijke autoriteit die de
onafhankelijkheid van de rechterlijke macht ten opzichte van de uitvoerende
macht en het parlement doeltreffend kan verdedigen"[5]. De
werkzaamheden van de HRJ bleven ook in 2014 controversieel; er waren
verschillende incidenten met betrekking tot benoemingen, ontslagen of de
controle op de toepassing door de rechtbanken van het systeem van de lukrake
toewijzing van rechtszaken. Bovendien zijn de spanningen tussen de HRJ en het
burgerforum, dat werd ingesteld om het maatschappelijk middenveld te
vertegenwoordigen, in de loop van de tijd opgelopen. De actoren van het
maatschappelijk middenveld beweerden dat niet voldoende rekening werd gehouden
met hun standpunten. Als gevolg daarvan hebben diverse organisaties, waaronder
de grootste vereniging van rechters, het burgerforum verlaten. Misschien ten
dele als reactie hierop heeft de HRJ zijn communicatiestrategie verbeterd en
verdere stappen gezet in de richting van meer transparantie[6]. Een probleem dat
door belanghebbenden in verband met de onafhankelijkheid werd aangehaald is het
beheer door ambtsgenoten van de twee takken van de magistratuur. De autonomie
van rechters en aanklagers binnen de justitiële raden is verschillend van de
ene tot de andere lidstaat. Dit heeft aanleiding gegeven tot discussie in
Bulgarije. Er gingen verscheidende stemmen op voor het oprichten van
afzonderlijke kamers binnen de HRJ om loopbaan- en tuchtrechtelijke besluiten
vast te stellen betreffende rechters en openbare aanklagers, terwijl de meer
horizontale thema’s plenair zouden worden behandeld. De onderliggende reden daarvan
is niet alleen het verschil in organisatorische structuur en functies van
rechters en openbare aanklagers, maar ook het feit dat de besluitvorming over
benoemingen en disciplinaire aangelegenheden door één kamer van de HRJ zou
kunnen worden gebruikt om druk op de andere kamer uit te oefenen. Deze mogelijke wijziging
van de HRJ-structuur werd opgenomen in het nieuwe voorstel voor een
hervormingsstrategie voor justitie, dat door de Bulgaarse regering en het
parlement werd aangenomen[7].
De HRJ stelde zich vragen rond de haalbaarheid van dit voorstel, zonder het
volledig te verwerpen. Er zou namelijk een grondwetswijziging voor nodig zijn;
een wijziging van de wet inzake het justitiële stelsel zou niet volstaan.
Bovendien raakt de hervormingsstrategie aan bredere vraagstukken zoals de
verkiezing van de leden van de HRJ. In eerdere CVM-verslagen werden reeds
aanbevelingen gedaan die waardevol kunnen zijn voor de volgende HRJ-verkiezingen,
om de transparantie en integriteit van de selectieprocedure te verbeteren, met
name door het beginsel "één rechter, één stem" voor het door justitie
vast te stellen quotum voor de leden van de Raad[8].
De nieuwe strategie stelt ook de inperking van de bevoegdheden van de
voorzitters van de rechtbanken aan het licht, hetgeen in het verleden als een
belangrijk aspect werd genoemd voor de onafhankelijkheid van de individuele rechters. Het belang van een
grotere transparantie en objectiviteit bij de benoeming van rechters is een
vast thema in de CVM-verslagen[9].
Hoewel in 2014 een toespitsing van het conflict, zoals in 2012-13, uitbleef,
bleef de kwestie van de benoemingen voor hoge posten binnen de magistratuur
problematisch. In het bijzonder werd de verkiezing van de voorzitter van het
Hof van Cassatie wegens controverse over de stemprocedure meermaals uitgesteld,
ondanks het feit dat gekwalificeerde kandidaten met gedegen ervaring in het Hof
van Cassatie zelf, zich kandidaat hadden gesteld. De benoeming van
administratieve leidinggevenden bij andere rechtbanken riep vragen op over de
openheid en het op verdiensten gebaseerde karakter van de selectieprocedure.
Daarenboven bleek niet altijd te zijn ingegaan op vragen van ngo's aan de HRJ
inzake de integriteit van bepaalde kandidaten, hoewel de HRJ een formele
integriteitscontrole van alle kandidaten uitvoert – hetgeen een belangrijk
onderdeel van de procedure vormt, omdat het kan leiden tot een negatief advies.
De procedure werd op sommige punten verbeterd, wat tot een grotere
transparantie zou kunnen leiden. Zo werd met name voor de rechters van het Hof
van Cassatie de mogelijkheid ingevoerd een hoorzitting te organiseren van de
kandidaten voor het ambt van voorzitter van het Hof. Deze nieuwe procedurele
mogelijkheden kunnen leiden tot meer geloofwaardige benoemingen en een sterkere
verantwoordingsplicht van de gewone rechters. De justitiële
inspectiedienst heeft altijd een sleutelrol gespeeld bij de bevordering van de
integriteit en efficiëntie binnen justitie. De verkiezing van de
hoofdinspecteur, nadat de functie lang vacant was gebleven, werd in het CVM-verslag
van januari 2014 als een testcase beschouwd[10].
Deze verkiezing heeft tot dusver nog niet plaatsgevonden. Voor de in het
voorjaar van 2014 gestarte procedure hadden zich degelijk gekwalificeerde
kandidaten voor het ambt gemeld, maar door de lange duur van de procedure heeft
het Parlement zijn stem nog niet kunnen uitbrengen. Als gevolg daarvan bleef de
inspectiedienst verstoken van een sterke, onafhankelijke leiding, zoals voorzien
is de grondwet. Deze kwestie zal ook in 2015 een belangrijke testcase blijven
voor het vermogen van de Bulgaarse instellingen om te zorgen voor transparante
en op verdiensten gebaseerde benoemingen voor hoge posten binnen justitie[11]. Een andere
aanbeveling van het verslag van 2014[12]
betrof een grondige en onafhankelijke beoordeling van het systeem van de
lukrake toewijzing van rechtszaken, om ervoor te zorgen dat het veilig is, en
dat alle administratieve directeuren volledig aansprakelijk zijn voor alle
besluiten om van het systeem af te wijken. De HRJ heeft een aantal maatregelen
genomen om de eventuele tekortkomingen te analyseren en, in het kader van een
e-justitie-project op langere termijn, plannen opgesteld voor de modernisering
van het systeem. De toewijzing van zaken kan nu centraal worden beheerd, en dus
gemakkelijker worden gecontroleerd. Deze tijdelijke oplossing lijkt echter niet
te hebben geleid tot een verbetering van de beveiliging. Bij een controle, in
maart 2013, van de hoogste administratieve rechtbank en de stedelijke rechtbank
van Sofia werden specifieke tekortkomingen vastgesteld, die echter niet
opgevolgd werden. Bijgevolg brak in het najaar van 2014 een reeks schandalen
uit over de toewijzing van zaken aan de stedelijke rechtbank van Sofia[13]. Deze
problemen waren door de Hoge Raad van Justitie niet ontdekt: ze moesten door
externe actoren aan het licht worden gebracht. Hoewel het te
betreuren valt dat oplossingen op langere termijn op zich laten wachten, zijn
de reacties op bewezen inbreuken mogelijk nog meer van belang. De manier waarop
de HRJ in het najaar van 2014 heeft gereageerd op het mogelijke bestaan van een
strafrechtelijke of disciplinaire inbreuk doet vermoeden dat hieraan slechts
een lage prioriteit wordt verleend. De reputatie van het Bulgaarse justitiële
apparaat lijkt schade te zullen blijven ondervinden zolang geen volledig
beveiligd systeem is opgezet. De hulp van externe deskundigen op het gebied van
IT-beveiliging om het nieuwe systeem te testen, zou het vertrouwen kunnen versterken
dat de inspanningen de goede richting uitgaan[14].
Strategieën voor
de hervorming van het justitiële stelsel Het ministerie
van Justitie heeft met het stappenplan voor de uitvoering van de aanbevelingen
uit het CVM-verslag van 2014 de eerste maatregelen genomen (ook al zijn de
huidige status en termijnen nog onduidelijk), waarna in het najaar een
langverwachte strategie voor justitiële hervormingen werd gepresenteerd[15]. Dit
omvattende strategiedocument komt in de plaats van de strategie van 2010, die
slechts gedeeltelijk ten uitvoer is gelegd. De nieuwe strategie werd op 17
december 2014 goedgekeurd bij besluit van de Raad van Ministers en op 21
januari 2015 door het Parlement in grote lijnen bekrachtigd[16]. Om een consensus
en eigen inbreng te bevorderen, werd een raadpleging over het strategiedocument
aangemoedigd[17].
De procureur-generaal en de Hoge Raad van Justitie hebben zich reeds in detail
uitgesproken. Het document heeft betrekking op vele verzuchtingen van het
maatschappelijk middenveld en de beroepsverenigingen[18], en
op een aantal punten die in eerdere CVM-verslagen aan de orde zijn gesteld. De
hervorming heeft niet alleen tot doel een goed bestuur van de justitiële
autoriteiten te garanderen en bepaalde aspecten van het personeelsbeleid te
verbeteren, maar ook meer in het algemeen het strafrechtelijk beleid te
moderniseren en de bescherming van de grondrechten te verbeteren. Het
strategiedocument heeft gezorgd voor een zekere duidelijkheid en urgentie in de
discussie over de hervorming van het justitiële stelsel - nu moeten de
maatregelen in daden worden omgezet. Wat betreft het
openbaar ministerie is aanzienlijke vooruitgang geboekt met de uitvoering van
het door de procureur-generaal in 2013 voorgelegde actieplan. In november 2014
heeft de procureur-generaal, ten dele naar aanleiding van de justitiële
hervormingsstrategie, nieuwe voorstellen gedaan betreffende de decentralisatie
van het openbaar ministerie en het invoeren van aanvullende garanties voor
niet-inmenging in de werkzaamheden van de openbaar aanklagers[19]. De werkzaamheden
met betrekking tot een nieuw strafwetboek zijn gevorderd, zonder dat er evenwel
een consensus werd bereikt. Deskundigen en rechtsbeoefenaars hadden
uiteenlopende meningen over de vraag of een volledige herschrijving vereist is,
of het aanbrengen van wijzigingen voldoende is - en over de algehele logica van
de werkzaamheden. Momenteel lijkt een tweesporenbeleid in de maak te zijn: in
een eerste fase zouden bepaalde delen van het strafwetboek (en eventueel van
het wetboek van strafvordering) die betrekking hebben op een aantal dringende
aspecten, waaronder de bestrijding van corruptie en georganiseerde misdaad, in
een snel tempo worden gewijzigd. In een tweede fase zou, op basis van een
grondige effectbeoordeling en een openbare raadpleging, worden besloten of een
nieuw strafwetboek noodzakelijk is. Deze stappen zouden kunnen worden geïntegreerd
in een bredere reflectie over het toekomstige strafrechtelijke beleid, waarvoor
een consensus evenwel nog enige tijd zal vergen[20]. Efficiency van
het rechtsstelsel Binnen de HRJ is
doorgegaan met het opstellen van een evaluatiemethode voor de werklast van
magistraten en rechterlijke instanties[21].
Een van de doelstellingen is om regels op te stellen voor de meting en
toewijzing van de werklast, rekening houdend met de complexiteit en de omvang
van de dossiers. Verschillen in de werklast worden gezien als een belangrijke
oorzaak van het gebrek aan efficiëntie in het systeem. Alle regionale
rechtbanken zullen worden geëvalueerd, waarbij rekening wordt gehouden met
sociaal-economische en demografische factoren en de noodzaak om de toegang tot
justitie te waarborgen. Hierbij is het de bedoeling om voor het einde van 2015
een voorstel in te dienen voor een nieuwe indeling van de regionale
rechtbanken. Er zijn al concrete stappen gezet wat betreft de rationalisering
van de militaire rechtbanken. Met een solide aanpak kan goed worden beoordeeld
of het gerechtvaardigd is om rechtbanken met een lage werklast te sluiten (of
een systeem van "mobiele rechtbanken" in te stellen), en middelen
over te hevelen naar andere, overbelaste rechtbanken. Een ingrijpender hervorming
van de indeling van rechtbanken zal waarschijnlijk meer tijd in beslag nemen,
met name omdat de HRJ hierover moet overleggen met een bredere groep
belanghebbenden[22],
ook al ligt de definitieve beslissing bij de HRJ. Wat betreft
personeelsbeheer in algemene zin zijn systemen voor beoordeling en bevordering,
alsmede de kwaliteit van de opleiding, belangrijke factoren. In dit verband
bevat de strategie voor justitiële hervorming van de regering een aantal
elementen voor toekomstige verbeteringen. Het Nationale Instituut voor Justitie
blijft zijn opleidingsaanbod voor rechters verder ontwikkelen[23]. Tuchtmaatregelen
zijn een ander punt waarop in de verslagen over het mechanisme voor
samenwerking en toetsing de nadruk wordt gelegd. Een van de problemen is een
gebrek aan consistentie (en duidelijke normen daarvoor), doordat een hoog
percentage besluiten in beroep werd vernietigd. De HRJ heeft onlangs een aantal
maatregelen genomen, zoals algemene richtsnoeren op dit gebied, maar deze
lijken niet te zijn gebaseerd op een duidelijke analyse van de gebreken. Het is
nog te vroeg om te zeggen of de genomen maatregelen zullen volstaan om
aanhoudende controverse over tuchtprocedures in de toekomst te voorkomen. Een andere
kwestie die volgens de CVM-verslagen dringend moest worden aangepakt, is de
effectieve tenuitvoerlegging van vonnissen van rechtbanken, en met name van het
probleem van de veroordeelde criminelen die zich aan justitie konden onttrekken
en onderduiken. Sommige taken zijn uitgevoerd, en een aantal managementmaatregelen
volgden in het kader van een interdepartementaal actieplan voor 2014. De
respons van de autoriteiten is echter nog steeds niet overtuigend genoeg. De
kwestie is niet uitvoerig bekeken, waardoor het moeilijk is te beoordelen in
hoeverre eenmalige maatregelen (zoals het gebruik van elektronisch toezicht) de
lacunes zullen opvullen.[24] 2.2 Corruptie Corruptie blijft
een ernstig probleem in Bulgarije. Uit de recente Eurobarometer-enquête blijkt
dat nagenoeg alle respondenten (97%) corruptie als een ernstig probleem zien[25]. In het
mechanisme voor samenwerking en toetsing wordt al heel lang aanbevolen dat
Bulgarije zijn nationale strategie voor corruptiebestrijding herziet en
bijwerkt[26].
De eerste informele resultaten van een recente evaluatie door de Bulgaarse
overheid over welke impact de Bulgaarse strategie voor corruptiebestrijding de
afgelopen jaren heeft gehad, lijken een belangrijke bijdrage te leveren aan een
eerlijke beoordeling van de tekortkomingen van de strategie. Dat zijn onder
meer een gefragmenteerde aanpak, onvoldoende gebruik van risicobeoordelingen en
een gebrek aan toezicht en evaluatie. Hoewel ministeriële inspectiediensten
geëvolueerd zijn en blijk geven van betere controle, leidt het ontbreken van
een gecentraliseerde structuur of gemeenschappelijke ijkpunten ertoe dat de
verschillende ministeriële inspectiediensten ongecoördineerd werken. In
regelingen op lokaal niveau zijn nog veel leemtes. De structuur die Bulgarije
heeft opgezet om risicobeoordelingen uit te voeren (BORKOR) heeft geen
resultaten opgeleverd die in verhouding staan tot de kostprijs ervan, en lijkt
alleen maar analytische input te verstrekken. Dit orgaan is niet bedoeld om het
beleid richting te geven[27].
Deze beoordeling
van de tekortkomingen van het huidige systeem voor corruptiebestrijding kan het
begin vormen van de langverwachte hervorming. In het kader van een raadpleging
van alle belanghebbenden kan rekening worden gehouden met de opgedane ervaring
en kan een eigen Bulgaarse inbreng tot stand komen. Het maatschappelijk
middenveld heeft nuttige ervaring opgedaan inzake corruptiebestrijding, en die
moet ten volle worden gebruikt. De meeste
preventieve maatregelen staan nog in de kinderschoenen. Op bepaalde vlakken
zijn een aantal lessen geleerd[28],
maar dat blijft fragmentarisch. Er zijn geen bewijzen van een structuur om
goede praktijken uit te wisselen of successen in de kijker te zetten. De
overheid beschikt niet over een compleet systeem van verplicht toezicht op
corruptiebestrijding en rapportering aan een centraal punt. Zoals al in
opeenvolgende CVM-verslagen is uiteengezet, zijn overheidsopdrachten erg
kwetsbaar voor corruptie. De controles op het verloop van de procedures kunnen
stringenter worden, overeenkomstig de recente strategie voor de Bulgaarse
regeling voor overheidsopdrachten die is opgesteld naar aanleiding van de
aanbevelingen van de diensten van de Commissie. Wat betreft
belangenconflicten en ongeoorloofde verrijking, wacht de commissie voor de
preventie en de vaststelling van belangenconflicten op wetswijzigingen en
aanstellingen van leidinggevenden. Beide zijn essentieel voor de doeltreffende
werking van deze commissie[29],
en het gedwongen ontslag van de voormalige voorzitter nadat was gebleken dat
hij zich schuldig had gemaakt aan ongeoorloofde beïnvloeding[30],
wijst erop dat deze commissie dringend opnieuw een solide grondslag moet
krijgen. In de loop van 2014 bleven deze vraagstukken evenwel aanslepen. Dit
behoort tot de verantwoordelijkheid van het parlement. Door de vertragingen kan
dat de indruk toenemen dat beslissingen waarbij integriteitsoverwegingen op de
eerste plaats moeten komen, op politieke gronden worden genomen. Wat de
corruptiebestrijding betreft, zou beter gebruik kunnen worden gemaakt van door
overheidsfunctionarissen ingediende overheidsverklaringen voor de
inventarisatie van risicogebieden en het opsporen van mogelijke gevallen van
illegale verrijking. Een
doeltreffende vervolging en definitieve veroordelingen zijn essentieel voor de
geloofwaardigheid van elke strategie voor corruptiebestrijding. Ondanks de
omvang van het probleem zijn er tot nu toe maar een zeer gering aantal
definitieve veroordelingen in zaken waarbij het gaat om aanzienlijke corruptie[31]. Een
positieve ontwikkeling is dat het parket-generaal voorrang heeft verleend aan
de corruptiebestrijding. Het aantal zaken dat is ingeleid, is toegenomen en de
afhandeling ervan verloopt sneller. Een aantal van deze zaken hebben betrekking
op hooggeplaatste personen. Net als bij de georganiseerde misdaad is het
toezicht op het verloop van corruptiezaken op het niveau van de rechtbank
essentieel om te kunnen vaststellen welke onderdelen van de rechtspraktijk
kunnen worden gemanipuleerd om de rechtsgang te belemmeren. Soms lijken zaken
geruime tijd vast te lopen op het niveau van de rechtbanken totdat zij worden
teruggestuurd naar het openbaar ministerie dat binnen een kort tijdsbestek
aanvullende opdrachten moet uitvoeren. Het openbaar
ministerie heeft een kleine gespecialiseerde structuur opgericht, die een
beroep kan doen op aanklagers en speurders van het Staatsagentschap voor
Nationale Veiligheid om de corruptie in de overheidsdiensten doeltreffender te
onderzoeken. Tot nu toe heeft de eenheid zich grotendeels toegespitst op lokale
corruptie, die niet op lokaal niveau kon worden aangepakt gezien de lokale
verhoudingen en druk die wordt uitgeoefend. Met de gespecialiseerde structuren
voor corruptiebestrijding lijkt men een aantal eerste resultaten te hebben
geboekt, maar de aanpak van zaken op een hoger niveau en het ontwikkelen van
operationele capaciteiten zullen een echte test vormen. Van belang is ook dat
de structurele wijzigingen bij het Staatsagentschap voor Nationale Veiligheid
de doeltreffendheid van dit werk niet ondermijnen. Een ander
probleem zijn de tekortkomingen in de bepalingen van het strafwetboek op het
vlak van corruptiebestrijding, in het bijzonder "corruptie op hoog
niveau", ongeoorloofde beïnvloeding en het verschil tussen actieve en
passieve corruptie. Op dit vlak moet het wetboek dringend worden gemoderniseerd.
Deze actualisering zou baat kunnen hebben bij snelle wijzigingen, naast een
breder beraad over het strafrechtelijk beleid en een nieuw wetboek. 2.3 Georganiseerde
misdaad De
georganiseerde misdaad blijft een probleem in Bulgarije. Dit blijkt uit de
houding van het publiek[32],
en recente geruchtmakende zaken van openbare schietpartijen en de moord op een
getuige tonen duidelijk aan hoe ernstig de situatie is. Hoewel het aantal door
het openbaar ministerie ingeleide zaken in 2014 aanzienlijk lijkt te zijn gestegen,
blijf het aantal zaken waarvoor een eindconclusie is getrokken, gering[33].
Autoriteiten die op dit terrein actief zijn, hebben bij de Commissie hun
bezorgdheid geuit over de druk op lokaal niveau die een doeltreffend onderzoek
naar misdaad en corruptie belemmert. De intimidatie van getuigen blijft een
ernstig probleem. Het moet mogelijk zijn om getuigen ertoe aan te zetten
sneller in te stemmen met getuigenbeschermingsprogramma's[34]. De
gespecialiseerde diensten voor de vervolging van de georganiseerde misdaad en
de gespecialiseerde rechtbank die twee jaar geleden zijn opgericht, beginnen
gaandeweg enkele resultaten te boeken. Er is een gering aantal definitieve
veroordelingen uitgesproken en er zijn enkele aanwijzingen dat de procedures
zijn versneld. Hun optreden wordt evenwel belemmerd door een niet gerichte
toekenning van taken en de zeer formalistische bepalingen van het Wetboek van
strafvordering. De procureur-generaal heeft in november voorstellen ingediend
om enkele van deze pijnpunten aan te pakken. Ondanks
aanzienlijke inspanningen lijken de verbeurdverklaring en inbeslagname van
activa nog steeds niet voldoende gericht te zijn tegen georganiseerde
misdaadbendes. Wanneer snel moet worden opgetreden, kan het parket tijdelijke
bevriezingsmaatregelen nemen en brengt het parket de commissie voor de
verbeurdverklaring van vermogensbestanddelen hiervan op de hoogte. Ondanks het
omslachtige rechtskader blijft deze commissie aanzienlijke resultaten boeken.
In het laatste CVM-verslag werden vragen gesteld met betrekking tot het nieuwe
rechtskader voor verbeurdverklaring[35]
- deze struikelblokken moeten nog steeds uit de weg worden geruimd. Het ministerie
van Binnenlandse Zaken beschikt over eigen capaciteiten voor forensisch
onderzoek, DNA-onderzoek, ballistisch onderzoek en handtekening- en
schriftonderzoek, maar voor andere vakgebieden moet een beroep worden gedaan op
bij de rechtbanken geaccrediteerde deskundigen, hetgeen vragen oproept over
beschikbaarheid, deskundigheid, kosten en - eventueel - onpartijdigheid.
Bulgarije beschikt niet over een pool van deskundigen of een soortgelijk
instrument. Waarnemers hebben gewezen op dit pijnpunt als een mogelijke reden
waarom zaken vastlopen in de rechtbank[36].
De nieuwe
Bulgaarse regering heeft haar voornemen bekendgemaakt om het onderzoek naar de
georganiseerde misdaad uit het mandaat van het Staatsagentschap voor Nationale
Veiligheid te schrappen, waarmee de controversiële fusie in 2013 tussen het
voormalige politiedirectoraat met betrekking tot de georganiseerde misdaad -
GDBOP - en het Staatsagentschap voor Nationale Veiligheid werd teruggedraaid[37]. De
vorige hervorming op dit vlak had tot gevolg dat de werkzaamheden op het vlak
van de georganiseerde misdaad gedurende verscheidene maanden onderbroken waren,
inclusief de samenwerking met de veiligheidsdiensten van andere lidstaten. Er
is bezorgdheid geuit over het feit dat een soortgelijke nieuwe reorganisatie
van de diensten die verantwoordelijk zijn voor het onderzoek naar de
georganiseerde misdaad het risico loopt uit te draaien op een soortgelijke
onderbreking. De regering heeft duidelijk gesteld dat zij zich hiervan bewust
is en maatregelen zal nemen om de overgang te vergemakkelijken. 3. CONCLUSIES
EN AANBEVELINGEN Sedert het
laatste verslag van de Commissie in januari 2014 is er op het vlak van de
justitiële hervorming geringe vooruitgang geboekt. Wat betreft de strijd tegen
corruptie en de georganiseerde misdaad, zijn er weinig concrete vorderingen
gemaakt. Het feit dat in de periode waarop dit verslag betrekking heeft, drie
verschillende regeringen aan de macht waren en de impasse in het parlement
hebben duidelijk geresulteerd in gebrek aan vastberadenheid bij het aanpakken
van de hervormingen. De hoeksteen om vooruitgang te kunnen boeken bij de
hervormingen is de pijnpunten te erkennen en maatregelen vast te stellen om de
problemen te verhelpen. De huidige regering heeft een belangrijke stap gezet
met de goedkeuring van een strategie voor justitiële hervorming die met een
indrukwekkende precisie is uitgestippeld. Er zijn ook aanwijzingen dat de te
verrichten analyse van de bestaande maatregelen voor corruptiebestrijding een
nuttige bijdrage zal leveren voor de overwegingen inzake een toekomstige
strategie. In een volgende fase zou moeten blijken dat de hervorming een echte
beleidsprioriteit is door spoedig werk te maken van deze regelingen, een
consensus tot stand te brengen en specifieke acties af te bakenen met
duidelijke tijdschema's en vervolgens te zorgen voor de tenuitvoerlegging.
Hiervoor is een wijziging in de politieke cultuur noodzakelijk en moet de wil
aanwezig zijn om deze vraagstukken bovenaan de agenda te plaatsen. In sommige
essentiële instellingen zijn veranderingen op bestuurlijk gebied voortgezet,
hetgeen de inspanningen moet ondersteunen om de hervormingen om te zetten in
concrete veranderingen. Naast een versnelde uitvoering van de hervorming,
overeenkomstig hetgeen in de strategie is uitgestippeld, zou het vertrouwen in
de deskundigheid en de vastberadenheid van de autoriteiten kunnen worden bevorderd
door een meer systematische en professionele gegevensverzameling en meer
transparantie over de openbaarmaking van informatie. De
geloofwaardigheid van de gemaakte vorderingen hangt ook af van de reactie op
specifieke gebeurtenissen en de vooruitgang die in specifieke zaken wordt
geboekt. In eerdere CVM-verslagen is opgemerkt hoe de wantrouwende houding van
de burgers ten aanzien van de hervormingen is aangewakkerd door controverses op
het vlak van transparantie en verdienste bij gerechtelijke benoemingen of de
reactie op overtredingen zoals het onderduiken van veroordeelde criminelen of
kennelijke tekortkomingen bij de lukrake toewijzing van rechtszaken. In
dergelijke gevallen blijven de Bulgaarse autoriteiten blijk geven van een
gebrek aan overtuiging, waardoor de twijfel over de onafhankelijkheid van het
gerecht verder wordt aangewakkerd. Het blijft zo dat het aantal definitieve
veroordelingen bij zaken van corruptie op hoog niveau en georganiseerde misdaad
zeer laag blijft. Deze tekortkomingen op het vlak van de concrete veranderingen
zijn ook grotendeels verantwoordelijk voor het aanhoudende wantrouwen van de
Bulgaren ten aanzien van de hervormingen, zoals ook blijkt uit de
opiniepeilingen[38]. De
Commissie nodigt Bulgarije uit om op de volgende terreinen actie te ondernemen. 1.
Onafhankelijkheid, verantwoordingsplicht en integriteit van het justitieel
apparaat In
de strategie voor justitiële hervorming zitten heel wat voorstellen om de
tekortkomingen op dit vlak aan te pakken. Dergelijke maatregelen moeten gepaard
gaan met het besef dat de geloofwaardigheid van het systeem staat of valt met
de bereidheid van de overheid om de objectiviteit zo groot mogelijk te maken en
overtredingen krachtig aan te pakken. ·
De
hervorming van de organisatie van de Hoge Raad van Justitie voortzetten,
waarbij de beroepsverenigingen en andere belanghebbenden worden betrokken en
ook wordt vooruitgekeken naar de procedures voor de volgende verkiezingen voor
de Hoge Raad van Justitie, die zal resulteren in een Hoge Raad van Justitie die
vertrouwen kan afdwingen; ·
objectieve
normen voor verdienste, integriteit en transparantie hanteren bij benoemingen
bij de rechterlijke macht, ook voor posten op hoog niveau, en deze benoemingen
tijdig doorvoeren. Integriteitskwesties zijn bijzonder belangrijk en degenen
die verantwoordelijk zijn voor de benoemingen, moeten bewijzen dat bij vragen
wordt opgetreden; ·
snel
de impasse doorbreken met betrekking tot de benoeming op de post van
hoofdinspecteur; ·
de
beveiliging van het systeem voor het lukraak toewijzen van zaken verbeteren en
de lopende modernisering van het system versnellen. Streng en onpartijdig
onderzoek verrichten naar alle gevallen waarin het vermoeden bestaat dat
mogelijk met het systeem wordt geknoeid. 2. Hervorming
van het justitiële stelsel De
strategie voor justitiële hervorming vormt een solide basis voor toekomstige
maatregelen. In de discussie die naar aanleiding van deze strategie is
ontstaan, hebben organen zoals het parket-generaal op een constructieve manier
gereageerd. ·
De
nieuwe door de regering goedgekeurde strategie voor justitiële hervorming,
alsook de gedetailleerde voorstellen van het openbaar ministerie ten uitvoer
leggen; ·
de
punten van zorg in het strafwerkboek aanpakken die dringend moeten worden
verbeterd om meer resultaten te boeken in de strijd tegen de corruptie en de
georganiseerde misdaad; ·
overeenstemming
bereiken over een gedetailleerd tijdsbestek waarbinnen op langere termijn kan
worden nagedacht over de essentiële doelstellingen van een nieuw strafwetboek. 3. Efficiency
van het rechtsstelsel De
Hoge Raad van Justitie heeft een aantal belangrijke beheersmaatregelen genomen,
die nu ook een grondig vervolg moeten krijgen. ·
Bepalen
welke methode moet worden gebruikt bij de beoordeling van de werkdruk van
magistraten en rechtbanken en de voornaamste belanghebbenden raadplegen om het
gerechtelijk apparaat op een objectieve grondslag te kunnen hervormen (waarbij
indien nodig de Hoger Raad van Justitie worden losgekoppeld van andere
overheidsdiensten); ·
duidelijke
procedures, normen en strafmaten handhaven om te zorgen voor samenhangende
beslissingen in tuchtzaken; ·
dichten
van lacunes in de efficiënte uitvoering van rechterlijke beslissingen, zoals
onderduiken om een gevangenisstraf te ontlopen of nalaten financiële sancties
toe te passen die door de rechter zijn opgelegd; ·
concrete
vooruitgang boeken op het vlak van e-justitie om de rechtsgang te verbeteren. 4. Corruptie De
komende evaluatie van de Bulgaarse strategie voor corruptiebestrijding moet
voorzien in een nuttige analyse van de problemen waarmee Bulgarije wordt
geconfronteerd. Hiermee wordt bijgedragen tot de totstandkoming van een nieuwe
strategie en wordt de aanzet gegeven tot concrete maatregelen waarmee de
problemen kunnen worden aangepakt, zowel op het vlak van preventie als
daadwerkelijke vervolging. ·
Aan
één instelling de bevoegdheid en de autonomie toevertrouwen om de activiteiten
op het vlak van corruptiebestrijding te coördineren en te handhaven; een
uniforme reeks minimumnormen vastleggen voor de overheidssector op het vlak van
controleorganen, risicobeoordeling en rapportageverplichtingen; ·
een
robuuste strategie voor corruptiebestrijding ontwikkelen, te beginnen met de
bekendmaking van de analyse van de tekortkomingen van de huidige strategie; ·
ervoor
zorgen dat de in juli 2014 goedgekeurde strategie voor overheidsopdrachten met
vastberadenheid wordt opgevolgd; ·
de
benoemingsprocedures voor de resterende leden van de commissie voor de
preventie en de vaststelling van belangenconflicten afronden en de wetswijzigingen
met betrekking tot de wet inzake belangenconflicten tot stand brengen; ·
nagaan
hoe de vermogensverklaringen beter kunnen worden benut (bv. op basis van
risicobeoordelingen gerichte controles uitvoeren); ·
de
capaciteit van de parketten versterken om corruptie op hoog niveau te
vervolgen; ·
toezien
op de vooruitgang die wordt geboekt bij de behandeling van corruptiezaken en
maatregelen uitstippelen en uitvoeren om te voorkomen dat met procedurele mazen
in de regelgeving de rechtsgang kan worden belemmerd. 5.
Georganiseerde misdaad Het blijft
evenwel zo dat het grote aantal niet afgehandelde zaken en het geringe aantal
voorbeelden waarbij er wel vooruitgang is geboekt, een schaduw werpen over de
werkzaamheden om de georganiseerde misdaad aan te aanpakken en de
professionaliteit van de wetshandhavers op dit vlak te verbeteren. ·
De
noodzakelijke voorwaarden tot stand brengen om ervoor te zorgen dat de
gespecialiseerde rechtbank voor de bestrijding van de georganiseerde misdaad en
het aan deze rechtbank verbonden parket in staat zijn om zich toe te spitsen op
ophefmakende, complexe zaken; ·
toezien
op de vooruitgang die wordt geboekt bij de behandeling van zaken rond de
georganiseerde misdaad op hoog niveau en maatregelen uitstippelen en uitvoeren
om te voorkomen dat met procedurele mazen in de regelgeving de rechtsgang kan
worden belemmerd; ·
ervoor
zorgen dat wordt voorzien in de noodzakelijke waarborgen om te voorkomen dat
prominente verdachten zich aan het gerecht onttrekken of erin slagen uit
criminele activiteiten verkregen vermogen te verbergen voordat de rechtbanken
een definitief vonnis hebben geveld, met een duidelijke toewijzing van
verantwoordelijkheid bij tekortkomingen; ·
ervoor
zorgen dat wijzigingen aan de structuren die betrokken zijn bij het onderzoek
naar de georganiseerde misdaad op zodanige wijze worden uitgevoerd dat de
operationele continuïteit gewaarborgd blijft. [1] Conclusies
van de Raad, 17 oktober 2006 (13339/06). Beschikking van de Commissie van 13 december 2006
tot vaststelling van een mechanisme voor samenwerking en toetsing van de
vooruitgang in Bulgarije ten aanzien van specifieke ijkpunten op het gebied van
de hervorming van het justitiële stelsel en de bestrijding van corruptie (C(2006)
6570 definitief). [2] Conclusies
van de Raad over vorige verslagen: http://ec.europa.eu/cvm/key_documents_en.htm [3] Flash
Eurobarometer 406 [4] Sommige
lidstaten bieden technische bijstand aan Bulgarije in verband met het
mechanisme voor samenwerking en toetsing. [5] COM(2014) 36
final, blz.3. [6] Technisch
verslag, punt 2.1 [7] Uit
rapporten blijkt evenwel dat dit aspect in vraag werd gesteld door het
Parlement op 21 januari 2015. [8] COM (2012)
411 final, blz.11. [9] Zie
bijvoorbeeld COM (2012) 411 final, blz. 6, en COM (2014) 36 final,
blz. 9. [10] COM (2014) 36
final, blz.4. [11] De nationale
vergadering heeft de procedure opnieuw opgestart, met 30 januari 2015 als
uiterste termijn voor de voordracht van kandidaten. [12] Zie
aanbeveling in COM (2014) 36 final, blz. 9. [13] Met name met
betrekking tot de toewijzing van faillissementsprocedures in twee symbolische
zaken. Zie het technisch verslag, punt 4.1. [14] In dit
verband zou een ondersteuning met EU-middelen zinvol kunnen zijn. [15] Beschikbaar
op de website van het ministerie van Justitie (in het Bulgaars): http://mjs.bg/107/ [16] Sommige
aspecten van de strategie werden blijkbaar in vraag gesteld in het Parlement. [17] Het
strategiedocument werd door de interim-regering in oktober 2014 als ontwerp
gepresenteerd. [18] Zie met name
bovengenoemde voorstellen voor een opdeling van de HRJ in kamers voor besluiten
betreffende benoemingen en disciplinaire aangelegenheden. [19] De
concrete voorstellen van de procureur-generaal, die een meer gedecentraliseerd,
transparant en verantwoordingsplichtig openbaar ministerie beogen, kunnen ook
in het kader van de ruimere hervorming van het strafwetboek en de wet inzake
het justitiële stelsel worden overwogen. [20] De
voorbereidende werkzaamheden die sinds 2009 op dit gebied werden verricht,
zouden een waardevolle basis van analytische gegevens moeten opleveren. [21] Mede naar
aanleiding van aanbevelingen van het mechanisme voor samenwerking en toetsing
(zie bijvoorbeeld COM(2014) 36 final, blz. 10) worden momenteel analyses
verricht binnen de HRJ, die ook de basis voor de evaluaties verder zouden
kunnen verbeteren, bijvoorbeeld door betere verklaring van de werklast en de
ontwikkeling van een duidelijker basis voor de periodieke beoordeling van
magistraten. [22] Dit heeft
ook gevolgen voor de territoriale organisatie van andere overheidsdiensten. [23] Zie het
technisch verslag, punt 4.2. [24] Zie het
technisch verslag, punt 6.2. [25] Flash Eurobarometer 406.
[26] Ook in het
Corruptiebestrijdingsverslag 2014 van de EU (COM (2014) 38 final) worden een
aantal problemen in Bulgarije aangehaald. Corruptie wordt (net als de
onafhankelijkheid van het gerecht) genoemd als een probleem voor Bulgarije in
de landspecifieke aanbevelingen 2014 in het kader van het Europees semester
voor coördinatie van het economisch beleid. (PB C 247 van 29.7.2014, blz. 7). [27] COM(2014) 36 final,
blz. 7; technisch verslag, punt 5.4. [28] Bijvoorbeeld vermijden
dat douanebeambten en grenswachten cash geld hanteren, of personeel laten
rouleren. [29] Technisch verslag, punt 5.4.
[30] Hiertegen is
strafrechtelijke vervolging ingesteld. [31] In het
activiteitenverslag van het Staatsagentschap voor Nationale Veiligheid voor 2014
werd vastgesteld dat veel meer werd ondernomen tegen de georganiseerde misdaad
dan op het vlak van corruptiebestrijding. [32] Voor 96 % van de
Bulgaarse burgers die voor de recente Flash Eurobarometer 406 zijn ondervraagd,
is dit een belangrijk probleem. [33] Technisch verslag, punt 6.1.
[34] In een recente zaak
waarbij een getuige in een tot de verbeelding sprekende zaak werd vermoord, had
de getuige geweigerd deel te nemen aan een getuigenbeschermingsprogramma. [35] COM(2014) 35 final,
blz. 8. [36] Technisch verslag, punt 6.1. [37] COM(2014) 35 final,
blz. 8. [38] Flash Eurobarometer 406.