EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52012DC0429
REPORT FROM THE COMMISSION on the application in 2011 of Regulation (EC) No 1049/2001 regarding public access to European Parliament, Council and Commission documents
VERSLAG VAN DE COMMISSIE over de toepassing in 2011 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie
VERSLAG VAN DE COMMISSIE over de toepassing in 2011 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie
/* COM/2012/0429 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE over de toepassing in 2011 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie /* COM/2012/0429 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE over de toepassing in 2011 van Verordening
(EG) nr. 1049/2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het
Europees Parlement, de Raad en de Commissie Woord vooraf Dit verslag is opgesteld krachtens artikel 17,
lid 1, van Verordening (EG) nr. 1049/2001 inzake de toegang van het publiek tot
documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie[1] en heeft betrekking op het jaar
2011. Het is gebaseerd op de statistische gegevens waarvan in de bijlage een
samenvatting wordt gegeven. Deze statistieken geven het aantal verzoeken
weer, niet het aantal gevraagde documenten. In de praktijk kan een verzoek
zowel één enkel document betreffen als een volledig dossier voor een specifieke
procedure. Verzoeken om toegang tot documenten die op het moment van indiening
van het verzoek al publiekelijk toegankelijk waren, zijn niet meegerekend. 1. Herziening van Verordening
(EG) nr. 1049/2001 1.1. Twee verschillende voorstellen
van de Europese Commissie voor de herziening van Verordening (EG) nr. 1049/2001
worden momenteel nog interinstitutioneel besproken. Het eerste voorstel voor
een herschikking van de verordening, dat de Commissie op 30 april 2008 heeft
ingediend, omvat een aantal inhoudelijke wijzigingen ter verduidelijking van de
interpretatie van Verordening (EG) nr. 1049/2001. Het tweede voorstel werd op
21 maart 2011 door de Commissie ingediend met het oog op de aanpassing van
Verordening (EG) nr. 1049/2001 aan de formele vereisten van het Verdrag van
Lissabon door de institutionele werkingssfeer van de verordening uit te breiden
tot alle instellingen, organen en instanties van de Europese Unie, met enkele
beperkingen wat betreft het Europees Hof van Justitie, de Europese Centrale
Bank en de Europese Investeringsbank. 1.2. Het Europees Parlement heeft
zijn standpunt met betrekking tot beide voorstellen in eerste lezing
uitgebracht op 15 december 2011 en 63 wijzigingen voorgesteld. Het Deense
voorzitterschap van de Raad overweegt verschillende opties voor het
wetgevingsproces om een akkoord tussen het Europees Parlement, de Raad en de
Commissie te bereiken. 2. Registers en websites 2.1. In 2011 zijn 19 956
nieuwe documenten toegevoegd aan het documentenregister van de Commissie (zie
de tabel in de bijlage). 2.2. Op grond van artikel 17, lid
1, van Verordening (EG) nr. 1049/2001 moet de Commissie in haar jaarverslagen
vermelden hoeveel documenten zij bezit die "gevoelig" zijn in de zin
van artikel 9, lid 1, van de verordening[2]
en daarom niet in het register zijn opgenomen. In het openbare register van de
Commissie waren tot eind 2011 de documenten van de COM-, C-, PB-, PV- en
SEC-reeksen opgenomen. In 2011 zijn door de Commissie geen gevoelige documenten
opgesteld of ontvangen die in een van deze categorieën vallen. 2.3. Onderstaande tabel bevat
gegevens betreffende het bezoek aan de website "Openness and access to
documents" (Transparantie en toegang tot documenten) op EUROPA in 2011. || Aantal bezoekers || Aantal sessies || Bekeken pagina’s Totaal || 41 408 || 46 191 || 425 434 Maandgemid- delde || 3 451 || 3 849 || 35 453 3. Samenwerking met de andere
instellingen waarop de verordening van toepassing is Het krachtens artikel 15, lid 2, van de
verordening opgerichte interinstitutionele comité is in 2011 niet
bijeengekomen. De drie instellingen (Europees Parlement, Raad en Commissie)
hebben op administratief niveau regelmatig contact gehouden om een consistente
toepassing van de verordening te waarborgen. 4. Analyse van de verzoeken om
toegang 4.1. In 2011 bleef de stroom van
toegangsverzoeken in de eerste fase vrij stabiel, met een zeer kleine
toename van het aantal aanvragen (6 447 in 2011 in vergelijking met
6 361 in 2010) en een nog lichtere daling van een aantal antwoorden op
basis van Verordening (EG) nr. 1049/2001 (6 055 in 2011 in vergelijking met
6 127 in 2010). 4.2. Wat de confirmatieve fase
betreft, daalde het aantal ontvangen verzoeken met bijna 9 % (165 nieuwe
confirmatieve verzoeken in 2011 tegenover 181 in 2010). Het totale aantal
antwoorden op confirmatieve verzoeken kwam dicht in de buurt van het aantal
ontvangen verzoeken (162 zaken gesloten in 2011 in vergelijking met 150 in
2010). Hiervan waren 144 antwoorden (89 %) de confirmatieve besluiten
betreffende de toegang tot documenten op grond van Verordening (EG) nr.
1049/2001. Dit aantal nam in 2011 met 18 % toe ten opzichte van
2010, toen 122 van deze besluiten werden afgegeven. 4.3. In 2011 ontving het DG
Belastingen en douane-unie het grootste aantal initiële verzoeken
(7,80 %), op de voet gevolgd door het DG Concurrentie met 6,99 % en
het DG Gezondheid en consumentenbescherming met 6,96 %. Vermeldenswaardig
is ook de toenemende belangstelling voor de onlangs gereorganiseerde sectoren
waarin vier nieuwe directoraten-generaal de twee bestaande vervangen: de
directoraten-generaal Mobiliteit en vervoer samen met Energie (het vroegere DG
Vervoer en energie) en de directoraten-generaal Milieu samen met Klimaat (het
vroegere DG Milieu). Hoewel buitenlandse betrekkingen van de EU nu
onder de bevoegdheid van de nieuw opgerichte Europese dienst voor extern
optreden vallen, kwam dit in 2011 nog niet tot uiting in de statistieken van de
Commissie: de registers hadden namelijk nog steeds betrekking op het grootste
deel van de respectieve verzoeken overeenkomstig Verordening (EG) nr.
1049/2001. 4.4. De academische wereld bleek
nogmaals de actiefste categorie verzoekers, goed voor 25,73 % van de
initiële verzoeken. Net als in voorgaande jaren werd deze gevolgd door
advocatenkantoren met 11,30 % en maatschappelijke organisaties (ngo’s,
belangengroepen) met 8,59 % van het totale aantal verzoeken. Bij 34,78 %
van de verzoeken was het sociaalprofessionele profiel onbekend. 4.5. De geografische uitsplitsing
van de initiële verzoeken bleef eveneens vergelijkbaar met die van voorgaande
jaren, met een kleine stijging van de verzoeken afkomstig uit België
(21,42 %), waar nog steeds het grootste deel van de verzoeken vandaan
kwam. Bijna even veel verzoeken waren afkomstig uit Italië en Duitsland
(respectievelijk 12,37 % en 12,27 %). Geen van de andere lidstaten
was goed voor meer dan 10 % van de aanvragen: de grootste aantallen kwamen
uit de lidstaten met de grootste bevolking, namelijk Frankrijk, Spanje, het
Verenigd Koninkrijk, Nederland en Polen. Het aandeel van de verzoeken uit de
twaalf "nieuwe" lidstaten ligt nog iets onder het overeenkomstige
aandeel van de verzoeken uit de "oude" lidstaten. 5. Uitzonderingen op het
toegangsrecht 5.1. In 2011 lag het percentage
verzoeken die in eerste instantie volledig geweigerd werden, vrijwel even hoog
als in het jaar daarvoor (12,17 % in 2011 tegenover 12,47 % in 2010).
In vier van de vijf gevallen (80,20 % tegenover 82,16 % in 2010) zijn
de verzoeken volledig toegewezen, terwijl het percentage van de gedeeltelijk
openbaargemaakte documenten licht is gestegen in vergelijking met voorgaande
jaren tot 7,63 % (in vergelijking met 5,37 % in 2010). 5.2. Het aantal gevallen waarin de
Commissie na een confirmatief verzoek het standpunt van haar diensten heeft
gewijzigd door eerder geweigerde documenten volledig openbaar te maken, is
tamelijk stabiel gebleven (van 14,58 % tegenover 15,57 % in 2010). Er
waren echter minder gevallen waarin een weigering volledig werd bevestigd en
aanmerkelijk meer gevallen waarin de toegang na een confirmatief verzoek werd
verruimd. 5.3. Hoewel het percentage gevallen
waarin bescherming van het besluitvormingsproces van de Commissie (artikel 4,
lid 3) als weigeringsgrond werd aangevoerd, licht daalde ten opzichte van het
voorgaande jaar (25,73 % tegenover 26,42 % in 2010), staat deze boven
aan de lijst van de belangrijkste uitzonderingsgronden en komt daarmee vaker
voor dan de uitzondering van de bescherming van het doel van inspecties,
onderzoeken en audits (artikel 4, lid 2, derde streepje), die vorig jaar met
bijna 5 % daalde tot 21,90 % van de gevallen (tegenover 26,63 %
in 2010). 5.4. Er valt een stijgende tendens
te melden ten aanzien van de bescherming van commerciële belangen (16,83 %
tegenover 11,84 % in 2010) en de bescherming van de internationale
betrekkingen (12,02 % tegenover 9,83 % in 2010). 5.5. De meest gebruikte reden voor
bevestiging van weigering van toegang was, net als in de voorgaande jaren, de
bescherming van het doel van onderzoeken (32,68 % in vergelijking met 32 % in
2010). –
De bescherming van het besluitvormingsproces van de
Commissie werd in 19,33 % van de gevallen als grond aangevoerd (exact
evenveel als in 2010), maar dit aantal is het gecumuleerde resultaat van een
toename van de gevallen waarin nog geen besluit was genomen (15,33 %
tegenover 11,33 % in het jaar daarvoor), en de gelijktijdige daling van het
aantal gevallen met betrekking tot adviezen voor intern gebruik waarin de
beslissing al was genomen (4 % in vergelijking met 8 % in 2010). –
Er valt een forse stijging te melden wat betreft de
bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de integriteit van individuen
(20,67 % tegenover 9,33 % in 2010). Anderzijds werd iets minder vaak
dan in voorgaande jaren een beroep gedaan op de bescherming van commerciële
belangen (14,10 % vergeleken met 16,67 % in 2010) en dit gold nog
sterker voor de uitzondering van de bescherming van gerechtelijke procedures en
juridisch advies (1,33 % tegenover 10 % het jaar daarvoor). 6. Klachten bij de Europese
Ombudsman 6.1. In 2011 heeft de Ombudsman de
volgende 17 klachtendossiers afgesloten die betrekking hadden op de behandeling
door de Commissie van verzoeken om toegang tot documenten: Eén geval afgesloten waarbij geen wanbeheer werd vastgesteld 1735/2010/MHZ || Acht gevallen afgesloten met kritische en/of andere opmerkingen 56/2007/PB || 3196/2007/(BEH)VL || 1633/2008/DK || 1294/2009/TN 271/2010/GG || 1403/2010/GG || 2073/2010/AN || 339/2011/AN Acht gevallen afgesloten zonder verdere actie 715/2009/ANA || 1861/2009/(JF)AN || 1051/2010/BEH || 1109/2010/VL 1577/2010/GG || 1581/2010/(FS)GG || 2609/2010/BEH || 2691/2010/(VL)GG 6.2. De Ombudsman heeft in de loop
van het jaar tien nieuwe onderzoeken geopend waarbij toegang tot documenten het
hoofdonderwerp of een onderdeel van de klacht was. Dat is beduidend minder dan
in 2010, toen 22 onderzoeken werden geopend. 7. Rechterlijke toetsing Evenals in voorgaande jaren is in 2011 belangrijke
nieuwe jurisprudentie tot stand gekomen[3]. 7.1. Het Hof van Justitie heeft een
belangrijk arrest gewezen in de zaak My Travel[4].
Het Hof heeft de bewijslast aangescherpt voor de uitzonderingen ter bescherming
van het besluitvormingsproces en juridisch advies met betrekking tot interne
documenten over niet-wetgevende kwesties waarover al een beslissing is genomen. 7.2. Het Gerecht heeft zes arresten
gewezen die verband houden met het recht op toegang tot documenten: T-362/08 IFAW/Commissie, arrest van 13.1.2011 || T-250/08, Batchelor/Commissie, arrest van 24.5.2011 || Gevoegde zaken T‑109/05 en T-444/05, Navigazione Libera del Golfo/Commissie, arrest van 24.5.2011 T-161/04, V. Jordana/ Commissie, arrest van 7.7.2011 || T-29/08 LPN/Commissie, arrest van 9.9.2011 || T-437/08 CDC/Commissie, arrest van 15.12.2011 In de arresten Batchelor en IFAW II geeft het Hof
belangrijke verduidelijkingen met betrekking tot de beoordeling van bezwaren
van de lidstaten tegen de bekendmaking van documenten die van hen afkomstig
zijn, maar die in het bezit zijn van de Commissie. In de zaak Navigazione Libera del Golfo heeft het
Gerecht de besluiten van de Commissie nietig verklaard die dateren van vóór het
arrest Zweden/Commissie (IFAW I) van het Hof van Justitie en waarin het bezwaar
van een lidstaat zonder verdere motivering werd aangevoerd als reden om een
document dat van die lidstaat afkomstig is, niet openbaar te maken. In het arrest in de zaak Jordana heeft het Hof verduidelijkt
dat artikel 4, lid 1, onder b), van de verordening een ondeelbare
bepaling is die vereist dat een eventuele aantasting van de persoonlijke
levenssfeer en de integriteit van het individu altijd wordt onderzocht en
beoordeeld overeenkomstig de EU-wetgeving inzake de bescherming van
persoonsgegevens, met name Verordening (EG) nr. 45/2001. In de zaak LPN bevestigde het Hof dat een algemene
aanname geldt dat openbaarmaking van de documenten in een inbreukprocedure in
beginsel zou leiden tot ondermijning van de bescherming van het doel van
onderzoeken, zolang deze procedures lopen. In het arrest CDC oordeelde het Hof dat de
bescherming van het doel van de onderzoeken geen grond was om de toegang tot
een lijst van documenten te weigeren. Nog drie zaken moeten worden vermeld die zijn
doorgehaald nadat de verzoeker zich had teruggetrokken: T-88/11 BIA Separations/Commissie || Zaak T-14/11 Timab Industries en CFPR/Commissie || T-399/07, Basell Polyolefine/ Commissie 7.3. Het gerecht heeft in vijf
gevallen beslist om geen uitspraak te doen en heeft daarom opdracht gegeven
deze uit het register te verwijderen: T-411/09, Terezakis/Commissie || T-291/10, A. Martin/Commissie || T-395/10, Stichting Corporate Europe Observatory/ Commissie T-120/10, ClientEarth e.a./Commissie || T-449/10, ClientEarth e.a./Commissie || 7.4. In 2010 zijn tegen
beslissingen van de Commissie op grond van Verordening (EG) nr. 1049/2001
vijftien nieuwe zaken aanhangig gemaakt: T-603/11, Ecologistas en Acción-CODA/Commissie || T-545/11 Stichting Greenpeace Nederland en PAN Europe/Commissie, || T-534/11 Schenker/Commissie T-516/11, MasterCard e.a./Commissie || T-480/11 - Technion - Israel Institute of Technology and Technion Research & Development/Commissie || T-362/11 Stichting Greenpeace Nederland en PAN Europe/Commissie, T-341/11, Ecologistas en Acción-CODA/Commissie || T-330/11, MasterCard e.a./Commissie || T-278/11, ClientEarth e.a./Commissie Zaak T-211/11 Timab Industries en CFPR/Commissie || T-111/11 ClientEarth/Commissie || T-93/11, Stichting Corporate Europe Observatory/Commissie Zaak T-14/11 Timab Industries en CFPR/Commissie || T-88/11 BIA Separations/Commissie || T-447/11 Catinis/Commissie 7.5. Voorts
is in drie zaken bij het Hof van Justitie hogere voorziening ingesteld tegen
beschikkingen/arresten van het Gerecht. C-208/11p Internationaler Hilfsfonds/Commissie || C-554/11 P Internationaler Hilfsfonds/Commissie || Zaak C-135/11 P IFAW Internationaler Tierschutz-Fonds/Commissie 8. Conclusies Het aantal bij de Commissie ingediende verzoeken
om toegang tot documenten is negen jaar lang steeds gestegen, maar is in 2010
en 2011 op hetzelfde niveau gebleven. Met bijna 6 500 verzoeken per jaar
behandelde de Commissie veruit het grootste aantal verzoeken van alle
instellingen en organen van de Europese Unie. Deze stabilisering van het aantal aanvragen duidt
er mogelijk op dat het recht op toegang tot documenten onder Europese burgers,
maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven inmiddels grote erkenning
geniet. In de geest van het Verdrag van Lissabon maakt een dergelijke bewustwording
de weg vrij voor een breder openbaar debat en nauwere betrokkenheid bij de
Europese beleidsvorming. Anderzijds is het steeds minder vaak nodig een
verzoek om toegang tot documenten in te dienen, omdat de Commissie steeds vaker
uit eigen beweging documenten en informatie openbaar maakt via openbare
registers en websites. Actieve transparantie is grotendeels bereikt met
betrekking tot de wetgevende activiteiten. Een groot deel van de verzoeken om
toegang en bijna alle confirmatieve verzoeken hebben betrekking op de
activiteiten van de Commissie op het gebied van de controle op de toepassing
van het EU-recht. Deze verzoeken moeten parallel aan de betrokken onderzoeken
worden behandeld. In dergelijke gevallen moet de Commissie het juiste evenwicht
vinden tussen de transparantie van haar activiteiten en de bescherming van
andere rechten die bij wet en in de rechtspraak van de Europese gerechtelijke
instanties zijn gewaarborgd. BIJLAGE
Statistieken betreffende de
toepassing van Verordening (EG) nr. 1049/2001 1. Aantal in het register
opgenomen documenten || COM || C || PB || PV || SEC || Totaal 2011 || 2 414 || 14 025 || 131 || 93 || 3 293 || 19 956 initiële
verzoeken 2. Aantal ontvangen en
behandelde verzoeken || 2009 || 2010 || 2011 Ontvangen aanvragen || 5401 || 6361 || 6477 Gegeven antwoorden[5] [6] || 6 636 || 7 148 || 7 075 Antwoorden op grond van Verordening (EG) nr. 1049/2001 || 5 055 || 6 127 || 6 055 3. Resultaat
|| 2009 || 2010 || 2011 Aantal || % || Aantal || % || Aantal || % Toegang verleend || 4258 || 84,23 || 5034 || 82,16 || 4856 || 80,20 Toegang geweigerd || 589 || 11,65 || 764 || 12,47 || 737 || 12,18 Gedeeltelijke toegang || 208 || 4,11 || 329 || 5,37 || 462 || 7,62 totaal || 5055 || 100 || 6127 || 100 || 6055 || 100 Confirmatieve
verzoeken 4. Aantal ontvangen en
behandelde verzoeken || 2009 || 2010 || 2011 Ontvangen aanvragen || 140 || 181 || 165 Antwoorden || 134 || 152 || 162 Besluiten inzake confirmatieve verzoeken op grond van Verordening (EG) nr. 1049/2001 || 120 || 122 || 144 5. Resultaat || 2009 || 2010 || 2011 Aantal || % || Aantal || % || Aantal || % Bevestiging || 27 || 22,50 || 61 || 50 || 61 || 42,36 Gedeeltelijke herziening || 33 || 27,50 || 42 || 34,43 || 62 || 43,05 Volledige herziening || 60 || 50 || 19 || 15,57 || 21 || 14,58 total || 120 || 100 || 122 || 100 || 144 || 100 (1)
Uitsplitsing van de weigeringen volgens toegepaste
uitzondering (%) 6. Initiële verzoeken || 2009 || 2010 || 2011 Art. 4, lid 1, onder a), 1e streepje – Bescherming van de openbare veiligheid || 1,36 || 1,94 || 2,40 Art. 4, lid 1, onder a), 2e streepje – Bescherming van deffensie en militaire aangelegenheden || 0,54 || 0,14 || 0,39 Art. 4, lid 1, onder a), 3e streepje – Bescherming van de internationale betrekkingen || 8,17 || 9,83 || 12,02 Art. 4, lid 1, onder a), 4e streepje – Bescherming van het financieel, monetair of economische beleid || 2,09 || 2,15 || 1,88 Art. 4, lid 1, onder b), – Bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de integriteit van het individu || 6,99 || 9,76 || 8,90 Art. 4, lid 2, 1e streepje – Bescherming van de commerciële belangen || 13,99 || 11,84 || 16,83 Art. 4, lid 2, 2e streepje – Bescherming van gerechtelijke procedures en jurisch advies || 9,81 || 7,32 || 6,76 Art. 4, lid 2, 3e streepje – Bescherming van het doel van inspecties, onderzoeken en audits || 27,61 || 26,63 || 21,90 Art. 4, lid 3, 1e alinea – Besluitvormingsproces, besluit nog niet genomen || 17,80 || 16,80 || 17,15 Art. 4, lid 3, 2e alinea – Besluitvormingsproces, besluit reeds genomen: adviezen voor intern gebruik in het kader van beraadslagingen en overleg vooraf || 7,81 || 9,62 || 8,58 Art. 4, lid 5 – Weigering lidstaat (auteur is derde) || 3,81 || 3,94 || 3,18 total || 100 || 100 || 100 7. Confirmatieve verzoeken || 2009 || 2010 || 2011 Art. 4, lid 1, onder a), 1e streepje – Bescherming van de openbare veilgheid || 2,55 || 2,67 || 1,33 Art. 4, lid 1, onder a), 2e streepje – Bescherming van defensie en militaire aangelegenheden || 0 || 0 || 2,00 Art. 4, lid 1, onder a), 3e streepje – Bescherming van de internationale betrekkingen || 4,38 || 6,67 || 4,67 Art. 4, lid 1, onder a), 4e streepje – Bescherming van het financieel, monetair of economische beleid || 3,28 || 3,33 || 3,34 Art. 4, lid 1, onder b) – Bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de integriteit van het individu || 14,23 || 9,33 || 20,67 Art. 4, lid 2, 1e streepje – Bescherming van de commerciële belangen || 17,52 || 16,67 || 14,66 Art. 4, lid 2, 2e streepje – Bescherming van gerechtelijke procedures en juridisch advies || 5,47 || 10 || 1,33 Art. 4, lid 2, 3e streepje – Bescherming van het doel van inspecties, onderzoeken en audits || 25,91 || 32 || 32,68 Art. 4, lid 3, 1e alinea – Besluitvormingsproces, besluit nog niet genomen || 12,77 || 11,33 || 15,33 Art. 4, lid 3, 2e alinea – Besluitvormingsproces, besluit reeds genomen adviezen voor intern gebruik in het kader van beraadslagingen en overleg vooraf || 13,87 || 8 || 4,00 Art. 4, lid 5 – Weigering lidstaat || - || - || - total || 100 || 100 || 100 Uitsplitsing van de verzoeken 8. Naar beroep en sociale
achtergrond van de verzoeker (%) || 2009 || 2010 || 2011 Academische wereld || 21,29 || 23,24 || 25,73 Advocaten || 10,24 || 10,69 || 11,30 Maatschappelijke middenveld (belangengroepen, industrie, ngo’s, enz.) || 9,85 || 8,18 || 8,59 Overheden (andere dan Eu-instellingen) || 7,33 || 13,56 || 8,20 Andere EU-instellingen || 3,77 || 8,32 || 8,15 Journalisten || 2,02 || 3,35 || 3,25 Niet opgegeven || 45,5 || 32,68 || 34,78 total || 100 || 100 || 100 9. Naar geografische oorsprong
(%) || 2009 || 2010 || 2011 België || 18,26 || 17,95 || 21,42 Italië || 7,18 || 8,85 || 12,37 Duitsland || 16,61 || 16,62 || 12,27 Frankrijk || 8,01 || 9,05 || 8,90 Verenigd Koninkrijk || 6,23 || 7,24 || 8,59 Spanje || 6,27 || 6,86 || 7,16 Nederland || 5,45 || 4,43 || 4,18 Polen || 2,86 || 2,76 || 2,68 Luxemburg || 1,71 || 1,99 || 2,12 Denemarken || 1,63 || 2,02 || 2,11 Zweden || 2,13 || 2,18 || 1,81 Finland || 0,78 || 0,81 || 1,57 Oostenrijk || 1,98 || 2,08 || 1,38 Portugal || 1,61 || 1,16 || 1,15 Griekenland || 1,06 || 1,22 || 1,10 Ierland || 0,72 || 1,49 || 1,02 Hongarije || 0,70 || 0,89 || 0,96 Tsjechië || 1,11 || 4,23 || 0,93 Bulgarije || 0,56 || 0,69 || 0,93 Roemenië || 0,93 || 1,11 || 0,87 Slowakije || 0,50 || 0,56 || 0,56 Litouwen || 0,35 || 0,31 || 0,42 Slovenië || 0,39 || 0,52 || 0,31 Cyprus || 0,20 || 0,20 || 0,25 Estland || 0,17 || 0,09 || 0,19 Letland || 0,06 || 0,13 || 0,15 Malta || 0,30 || 0,22 || 0,12 Europese landen buiten de EU || 0,83 || 0,50 || 0,40 Noord-Amerika || 0,37 || 0,11 || 0,23 Australië en Nieuw-Zeeland || 0,07 || 0,09 || 0,03 Afrika || 0,20 || 0,05 || 0,02 Zuid-Amerika || 0,09 || 0,05 || 0,02 Azië || 0,19 || 0,04 || 0,06 Niet opgegeven || 10,57 || 3,49 || 3,73 total || 100 || 100 || 100 10. Naar beleidsgebied (%) Directoraat-generaal/Dienst || 2009 || 2010 || 2011 SG – Secretariaat-generaal || 10,10 || 11,64 || 10,12 TAXUD – Belastingen en douane-unie || 6,20 || 5,30 || 7,80 COMP – Concurrentie || 7,03 || 9,07 || 6,99 SANCO – Gezondheid en consumentenbescherming || 4,69 || 5,44 || 6,96 ENV – Milieu[7] || 8,37 || 4,86 || 6,37 ENER – Energie || - || 2,91 || 5,86 MARKT – Interne markt en diensten || 7,27 || 6,14 || 5,72 ENTR – Ondernemingen en industrie || 4,55 || 4,48 || 4,84 Home – Binnenlandse zaken || - || 1,63 || 4,74 TRADE – Handel || 2,08 || 3,06 || 3,47 DEVCO – Ontwikkeling en samenwerking — EuropeAid (voorheen DEV + AIDCO) || 2,75 || 2,77 || 3,30 MOVE – Mobiliteit en vervoer || - || 3,13 || 3,02 SJ – Juridische dienst || 1,80 || 2,68 || 2,76 AGRI – Landbouw en plattelandsontwikkeling || 4,07 || 3,15 || 2,62 JUST – Justitie (voorheen JLS)[8] || 7,74 || 6,75 || 2,54 RELEX – Buitenlandse betrekkingen[9] || 2,25 || 3,29 || 2,39 HR – Personele middelen en beveiliging + OIB + OIL – Bureaus infrastructuur en logistiek Brussel en Luxemburg + PMO – Bureau beheer en afwikkeling van individuele rechten || 3,15 || 2,29 || 2,34 REGIO – Regionaal beleid || 3,67 || 3,06 || 2,29 CLIMA – Klimaat || - || 1,21 || 2,22 INFSO – Informatiemaatschappij || 2,29 || 1,79 || 1,98 EMPL – Werkgelegenheid, sociale zaken en inclusie || 3,28 || 2,74 || 1,64 ECFIN – Economische en financiële zaken || 1,87 || 2,32 || 1,57 RTD – Onderzoek en innovatie + JRC – Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek || 1,74 || 1,82 || 1,27 COMM – Dienst Communicatie || 0,41 || 0,74 || 1,26 EAC – Onderwijs en cultuur || 1,44 || 1,13 || 1,05 ELARG – Uitbreiding || 1,74 || 1,47 || 1,04 BUDG – Begroting || 1,07 || 1,24 || 1,02 MARE – Maritieme zaken en visserij || 0,79 || 0,66 || 0,95 OP – Publicatiebureau || 0,19 || 0,19 || 0,37 ECHO – Humanitaire hulp en civiele bescherming || 0,24 || 0,28 || 0,33 OLAF – Europees Bureau voor fraudebestrijding || 0,24 || 0,27 || 0,25 EPSO - Europees Bureau voor Personeelsselectie || 0,26 || 0,14 || 0,23 ESTAT – Eurostat || 0,11 || 0,31 || 0,20 DGT – Vertaling || 0,13 || 0,36 || 0,14 CAB – Kabinetten van de commissarissen || 0,30 || 0,28 || 0,11 BEPA – Bureau van Europese beleidsadviseurs || 0,06 || 0,03 || 0,11 DIGIT – Informatica || 0,07 || 0,09 || 0,09 IAS – Interne controle || 0,02 || 0,09 || 0,05 SCIC – Gemeenschappelijke tolken- en conferentiedienst || 0,02 || 0,08 || 0,00 TREN[10] || 8,02 || 1,10 || - Totaal || 100 || 100 || 100 [1] PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43. [2] "Gevoelige documenten zijn documenten die afkomstig
zijn van de instellingen of van de agentschappen hiervan, van lidstaten, van
derde landen of van internationale organisaties, en die op grond van de regels
van de betrokken instelling ter bescherming van wezenlijke belangen van de
Europese Unie, of van één of meer van haar lidstaten, op de gebieden van
artikel 4, lid 1, onder a) – in het bijzonder openbare veiligheid, defensie en
militaire aangelegenheden – als "TRÈS SECRET/TOP SECRET", "SECRET"
of "CONFIDENTIEL" zijn gerubriceerd." (artikel 9, lid 1). [3] Zie voor details van elke beschreven zaak http://curia.europa.eu/jurisp/cgi-bin/form.pl?lang=nl. [4] Zaak C-506/08 P, Zweden/MyTravel/Commissie, 21 juli
2011. [5] Een verzoek kan betrekking hebben op meer dan één
document en derhalve aanleiding geven tot een aantal verschillende antwoorden. [6] De categorie "Antwoorden" omvat tevens de
antwoorden die niet onder Verordening (EG) nr. 1049/2001 vallen, maar
bijvoorbeeld op grond van Verordening (EG) nr. 45/2001 zijn gegeven. [7] NB: DG ENV is in 2010 opgesplitst in DG ENV en DG CLIMA. [8] NB: DG JLS is in 2010 opgesplitst in DG JUST en DG HOME. [9] NB: De activiteiten van DG RELEX zijn met ingang van 1
januari 2011 grotendeels overgenomen door de Europese dienst voor extern
optreden. [10] NB: DG TREN is in 2010 opgesplitst in DG ENER en DG MOVE.