EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014R0432

Verordening (EU) nr. 432/2014 van de Raad van 22 april 2014 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 43/2014 met betrekking tot bepaalde vangstmogelijkheden

PB L 126 van 29.4.2014, p. 1–47 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 01/01/2014

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2014/432/oj

29.4.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 126/1


VERORDENING (EU) Nr. 432/2014 VAN DE RAAD

van 22 april 2014

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 43/2014 met betrekking tot bepaalde vangstmogelijkheden

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EU) nr. 43/2014 (1) heeft de Raad de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden voor 2014 vastgesteld welke in de wateren van de Unie en, voor vaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn.

(2)

De vangstmogelijkheden voor vaartuigen van de Unie in Noorse en Faeröerse wateren en voor Noorse en Faeröerse vaartuigen in de wateren van de Unie, alsmede de voorwaarden waaronder de partijen toegang tot bestanden in elkaars wateren krijgen, worden jaarlijks bepaald na overleg over de visserijrechten overeenkomstig de procedure die in de overeenkomsten of protocollen inzake visserijbetrekkingen met Noorwegen (2) respectievelijk de Faeröer (3) is vastgesteld. In afwachting van de afronding van dat overleg over de regelingen voor 2014 zijn bij Verordening (EU) nr. 43/2014 voorlopige vangstmogelijkheden voor de betrokken bestanden vastgesteld. Het overleg met respectievelijk Noorwegen en de Faeröer is op 12 maart 2014 en 13 maart 2014 afgerond. Op 28 maart 2014 is bovendien het overleg afgerond tussen de kuststaten inzake blauwe wijting en de Unie, IJsland, Noorwegen en de Russische Federatie inzake Atlantisch-Scandinavische haring, Noorwegen en de Unie waren aldus in de mogelijkheid om hun wederzijdse regelingen inzake de toegang tot rijkdommen in elkaars wateren terug te bespreken. Verordening (EU) nr. 43/2014 dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

(3)

Conform de uitkomst van het overleg tussen de Unie en Noorwegen, mag de Unie haar vaartuigen toestaan tot 10 % meer te vangen dan het voor de Unie beschikbare quotum, op voorwaarde dat de hoeveelheden die worden benut bovenop het voor de Unie beschikbare quotum in 2015 van het Uniequotum worden afgetrokken. Ook mag de Unie in 2015 onbenutte hoeveelheden tot 10 % van het Uniequotum voor 2014, gebruiken. Bij de vaststelling van die vangstmogelijkheden moet die flexibiliteit worden geboden teneinde voor vaartuigen van de Unie gelijke voorwaarden te scheppen door de betrokken lidstaten toe te staan te kiezen voor een flexibiliteitsquotum. Indien een lidstaat in verband met een specifiek bestand niet heeft gekozen voor het gebruik van een flexibiliteitsquotum, dan is het passend dat de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 van toepassing blijven, overeenkomstig artikel 10, lid 2, van Verordening (EU) nr. 40/2013.

(4)

Op haar tweede jaarvergadering in 2014 heeft de Regionale Organisatie voor het visserijbeheer in het zuidelijke deel van de Stille Oceaan (SPRFMO) vangstmogelijkheden aangenomen die een totale toegestane vangst („TAC”) voor horsmakrelen behelzen. De SPRFMO heeft ook het specifieke gebied waar met ingang van 4 mei 2014 visserijinspannings- en vangstplafonds voor de bodemvisserij van toepassing zijn, heromschreven. Die bepalingen moeten in Unierecht worden omgezet.

(5)

Een aantal bepalingen betreffende bepaalde visbestanden, de regeling voor het beheer van de visserijinspanning met betrekking tot het tongbestand in het westelijke Kanaal en een specifieke rapportageverplichting in het kader van de Inter-Amerikaanse Commissie voor tropische tonijn moet worden verduidelijkt.

(6)

De vangstbeperkingen en inspanningsbeperkingen waarin Verordening (EU) nr. 43/2014 voorziet, zijn met ingang van 1 januari respectievelijk 1 februari 2014 van toepassing. De bepalingen van de onderhavige verordening met betrekking tot vangstbeperkingen en visserijinspanning dienen dus vanaf diezelfde data van toepassing te zijn. Een dergelijke retroactieve toepassing doet geen afbreuk aan de beginselen van rechtszekerheid en bescherming van het gewettigd vertrouwen, aangezien de betrokken vangstmogelijkheden nog niet zijn opgebruikt. De vangst- en inspanningsbeperkingen voor de bodemvisserij in het door de SPRFMO omschreven gebied dienen echter op 4 mei 2014 in te gaan. Aangezien de wijziging van bepaalde vangstbeperkingen en visserijinspanningsregelingen invloed heeft op de economische activiteiten en de programmering van het visseizoen van de vaartuigen van de Unie, moet deze verordening onmiddellijk na de bekendmaking ervan in werking treden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging van Verordening (EU) nr. 43/2014

Verordening (EU) nr. 43/2014 wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 1 wordt lid 3 geschrapt.

2)

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

Artikel 18 bis

Flexibiliteit bij de vaststelling van de vangstmogelijkheden voor bepaalde bestanden

1.   Dit artikel is van toepassing op de volgende bestanden:

a)

schelvis in zone IV, wateren van de Unie van IIa;

b)

blauwe wijting in wateren van de Unie en internationale wateren van I, II, III, IV, V, VI, VII, VIIIa, VIIIb, VIIId, VIIIe, XII en XIV;

c)

makreel in zones IIIa en IV; wateren van de Unie van IIa, IIIb, IIIc en IIId;

d)

makreel in zones VI, VII, VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb; internationale wateren van IIa, XII en XIV;

e)

makreel in zones VIIIc, IX en X; wateren van de Unie van CECAF 34.1.1;

f)

makreel in Noorse wateren van IIa en IVa;

g)

haring in wateren van de Unie, Noorse en internationale wateren van I en II;

h)

koolvis in de Noordzee;

i)

schol in de Noordzee;

j)

haring in de Noordzee, ten noorden van 53o NB;

k)

haring in de gebieden IVc en VIId;

l)

schelvis in gebied IIIa.

2.   Voor elk van de in lid 1 genoemde bestanden kan een lidstaat ervoor kiezen om zijn oorspronkelijk quotum in bijlage I met ten hoogste 10 % te verhogen. De betrokken lidstaat deelt zijn besluit schriftelijk mee aan de Commissie. Wanneer zo'n mededeling wordt gedaan, wordt het verhoogde quotum beschouwd als het aan die lidstaat voor 2014 toegewezen quotum.

3.   De in 2014 uit hoofde van het verhoogde quotum benutte hoeveelheden die het oorspronkelijke quotum overstijgen, worden bij de berekening van het quotum van de betrokken lidstaat voor het bestand in kwestie voor 2015, in mindering gebracht.

4.   Hoeveelheden die niet worden benut binnen het oorspronkelijke quotum tot 10 % van dat quotum, worden bij de berekening van het quotum van de betrokken lidstaat voor het bestand in kwestie voor 2015, toegevoegd.

5.   Hoeveelheden die aan andere lidstaten worden overgedragen overeenkomstig artikel 16, lid 8, van Verordening (EU) nr. 1380/2013, en hoeveelheden die overeenkomstig de artikelen 37, 105 en 107 van Verordening (EG) nr. 1224/2009 worden afgetrokken, worden in aanmerking genomen bij de vaststelling van de gebruikte en de niet-gebruikte hoeveelheden als bedoeld in de leden 3 en 4 van dit artikel.

6.   Indien een lidstaat met betrekking tot een specifiek bestand heeft gekozen voor de mogelijkheid in lid 2 van dit artikel, zijn de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 niet van toepassing op dat bestand voor wat die lidstaat betreft.”.

3)

Artikel 31 wordt vervangen door:

Artikel 31

Bodemvisserij

Lidstaten met een geregistreerde bodemvisserijactiviteit — in termen van vangsten of visserijinspanning — in het SPRFMO-verdragsgebied in de periode van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2006, beperken hun bodemvisserijvangsten of -inspanning in het verdragsgebied tot die delen van het verdragsgebied waar in de genoemde periode bodemvisserij heeft plaatsgevonden en tot een niveau dat het jaargemiddelde van de vangsten of inspanningsparameters over de periode van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2006 niet overschrijdt.”.

4)

In artikel 32, lid 6, wordt punt b) vervangen door:

„b)

de onder a) vermelde informatie meedeelt aan de lidstaat waarvan hij onderdaan is. De lidstaten delen de gedurende het vorige jaar vergaarde informatie uiterlijk op 31 januari 2014 aan de Commissie mee.”.

5)

Bijlage IA wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening.

6)

Bijlage IB wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.

7)

Bijlage IJ wordt vervangen door de tekst opgenomen in bijlage III bij deze verordening.

8)

Bijlage IIC wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage IV bij deze verordening.

9)

Bijlage III wordt vervangen door de tekst opgenomen in bijlage V bij deze verordening.

10)

Bijlage VIII wordt vervangen door de tekst opgenomen in bijlage VI bij deze verordening.

Artikel 2

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2014.

a)

Artikel 1, punt 3, is evenwel van toepassing met ingang van 4 mei 2014, en

b)

artikel 1, punt 8, is van toepassing met ingang van 1 februari 2014.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 22 april 2014.

Voor de Raad

De voorzitter

D. KOURKOULAS


(1)  Verordening (EU) nr. 43/2014 van de Raad van 20 januari 2014 tot vaststelling, voor 2014, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn (PB L 24 van 28.1.2014, blz. 1).

(2)  Overeenkomst betreffende de visserij tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Noorwegen (PB L 226 van 29.8.1980, blz. 48).

(3)  Overeenkomst betreffende de visserij tussen de Europese Economische Gemeenschap, enerzijds, en de regering van Denemarken en de plaatselijke regering van de Faeröer, anderzijds (PB L 226 van 29.8.1980, blz. 12).


BIJLAGE I

Bijlage IA bij Verordening (EU) nr. 43/2014 wordt als volgt gewijzigd:

1)

De tabel voor lom in de wateren van de Unie en de internationale wateren van V, VI en VII wordt vervangen door:

„Soort:

Lom

Brosme brosme

Gebied:

Wateren van de Unie en internationale wateren van V, VI en VII

(USK/567EI.)

Duitsland

13

 

 

Spanje

46

 

 

Frankrijk

548

 

 

Ierland

53

 

 

Verenigd Koninkrijk

264

 

 

Overige

13 (1)

 

 

Unie

937

 

 

Noorwegen

2 923 (2)  (3)  (4)

 

 

TAC

3 860

 

Analytische TAC

Artikel 11 van deze verordening is van toepassing

2)

De tabel voor lom in de Noorse wateren van IV wordt vervangen door:

„Soort:

Lom

Brosme brosme

Gebied:

Noorse wateren van IV

(USK/04-N.)

België

0

 

 

Denemarken

165

 

 

Duitsland

1

 

 

Frankrijk

0

 

 

Nederland

0

 

 

Verenigd Koninkrijk

4

 

 

Unie

170

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

3)

De tabel voor evervis in de wateren van de Unie en de internationale wateren van VI, VII en VIII wordt vervangen door:

„Soort:

Evervissen

Caproidae

Gebied:

Wateren van de Unie en internationale wateren van VI, VII en VIII

(BOR/678-)

Denemarken

31 291

 

 

Ierland

88 115

 

 

Verenigd Koninkrijk

8 103

 

 

Unie

127 509

 

 

TAC

127 509”.

 

Analytische TAC

4)

De tabel voor haring in IIIa wordt vervangen door:

„Soort:

Haring (5)

Clupea harengus

Gebied:

IIIa

(HER/03A.)

Denemarken

19 357 (6)

 

 

Duitsland

310 (6)

 

 

Zweden

20 248 (6)

 

 

Unie

39 915 (6)

 

 

Faeröer

600 (7)

 

 

TAC

46 750

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

5)

De tabel voor haring in de wateren van de Unie en de Noorse wateren van IV ten noorden van 53° 30′ NB wordt vervangen door:

„Soort:

Haring (8)

Clupea harengus

Gebied:

Wateren van de Unie en Noorse wateren van IV ten noorden van 53° 30′ NB

(HER/4AB.)

Denemarken

80 026

 

 

Duitsland

49 675

 

 

Frankrijk

23 226

 

 

Nederland

59 291

 

 

Zweden

4 782

 

 

Verenigd Koninkrijk

65 022

 

 

Unie

282 022

 

 

Noorwegen

136 311 (9)

 

 

TAC

470 037

 

Analytische TAC

6)

De tabel voor haring in de Noorse wateren ten zuiden van 62° NB wordt vervangen door:

„Soort:

Haring (11)

Clupea harengus

Gebied:

Noorse wateren ten zuiden van 62° NB

(HER/04-N.)

Zweden

866 (11)

 

 

Unie

866

 

 

TAC

470 037

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

7)

De tabel voor haring in IIIa wordt vervangen door:

„Soort:

Haring (12)

Clupea harengus

Gebied:

IIIa

(HER/03A-BC)

Denemarken

5 692

 

 

Duitsland

51

 

 

Zweden

916

 

 

Unie

6 659

 

 

TAC

6 659

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

8)

De tabel voor haring in IV, VIId en de wateren van de Unie van IIa wordt vervangen door:

„Soort:

Haring (13)

Clupea harengus

Gebied:

IV, VIId en wateren van de Unie van IIa

(HER/2A47DX)

België

65

 

 

Denemarken

12 526

 

 

Duitsland

65

 

 

Frankrijk

65

 

 

Nederland

65

 

 

Zweden

61

 

 

Verenigd Koninkrijk

238

 

 

Unie

13 085

 

 

TAC

13 085

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

9)

De tabel voor haring in IVc en VIId wordt vervangen door:

„Soort:

Haring (14)

Clupea harengus

Gebied:

IVc, VIId (15)

(HER/4CXB7D)

België

9 229 (16)

 

 

Denemarken

1 153 (16)

 

 

Duitsland

716 (16)

 

 

Frankrijk

12 800 (16)

 

 

Nederland

22 837 (16)

 

 

Verenigd Koninkrijk

4 969 (16)

 

 

Unie

51 704

 

 

TAC

470 037

 

Analytische TAC

10)

De tabel voor haring in VIIg, VIIh, VIIj en VIIk wordt vervangen door:

„Soort:

Haring

Clupea harengus

Gebied:

VIIg (17), VIIh (17), VIIj (17) en VIIk (17)

(HER/7G-K.)

Duitsland

248

 

 

Frankrijk

1 380

 

 

Ierland

19 324

 

 

Nederland

1 380

 

 

Verenigd Koninkrijk

28

 

 

Unie

22 360

 

 

TAC

22 360

 

Analytische TAC

11)

De tabel voor kabeljauw in het Skagerrak wordt vervangen door:

„Soort:

Kabeljauw

Gadus morhua

Gebied:

Skagerrak

(COD/03AN.)

België

10 (18)

 

 

Denemarken

3 177 (18)

 

 

Duitsland

80 (18)

 

 

Nederland

20 (18)

 

 

Zweden

556 (18)

 

 

Unie

3 843

 

 

TAC

3 972

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

12)

De tabel voor kabeljauw in IV, de wateren van de Unie van IIa en het gedeelte van IIIa dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort, wordt vervangen door:

„Soort:

Kabeljauw

Gadus morhua

Gebied:

IV; wateren van de Unie van IIa; het gedeelte van IIIa dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort

(COD/2A3AX4)

België

821 (19)

 

 

Denemarken

4 720 (19)

 

 

Duitsland

2 992 (19)

 

 

Frankrijk

1 015 (19)

 

 

Nederland

2 667 (19)

 

 

Zweden

31 (19)

 

 

Verenigd Koninkrijk

10 827 (19)

 

 

Unie

23 073

 

 

Noorwegen

4 726 (20)

 

 

TAC

27 799

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

13)

De tabel voor kabeljauw in de Noorse wateren ten zuiden van 62° NB wordt vervangen door:

„Soort:

Kabeljauw

Gadus morhua

Gebied:

Noorse wateren ten zuiden van 62° NB

(COD/04-N.)

Zweden

382 (21)

 

 

Unie

382

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

14)

De tabel voor kabeljauw in VIId wordt vervangen door:

„Soort:

Kabeljauw

Gadus morhua

Gebied:

VIId

(COD/07D.)

België

70 (22)

 

 

Frankrijk

1 360 (22)

 

 

Nederland

40 (22)

 

 

Verenigd Koninkrijk

150 (22)

 

 

Unie

1 620

 

 

TAC

1 620

 

Analytische TAC

15)

De tabel voor zeeduivels in de Noorse wateren van IV wordt vervangen door:

„Soort:

Zeeduivels

Lophiidae

Gebied:

Noorse wateren van IV

(ANF/04-N.)

België

45

 

 

Denemarken

1 152

 

 

Duitsland

18

 

 

Nederland

16

 

 

Verenigd Koninkrijk

269

 

 

Unie

1 500

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

16)

De tabel voor zeeduivels in VIIIc, IX en X, en de wateren van de Unie van CECAF 34.1.1 wordt vervangen door:

„Soort:

Zeeduivels

Lophiidae

Gebied:

VIIIc, IX en X; wateren van de Unie van CECAF 34.1.1

(ANF/8C3411)

Spanje

2 191

 

 

Frankrijk

2

 

 

Portugal

436

 

 

Unie

2 629

 

 

TAC

2 629”.

 

Analytische TAC

17)

De tabel voor schelvis in IIIa en de wateren van de Unie van deelsectoren 22-32 wordt vervangen door:

„Soort:

Schelvis

Melanogrammus aeglefinus

Gebied:

IIIa, wateren van de Unie van deelsectoren 22-32

(HAD/3A/BCD)

België

11

 

 

Denemarken

1 898

 

 

Duitsland

121

 

 

Nederland

2

 

 

Zweden

224

 

 

Unie

2 256

 

 

TAC

2 355”.

 

Analytische TAC

18)

De tabel voor schelvis in IV en de wateren van de Unie van IIa wordt vervangen door:

„Soort:

Schelvis

Melanogrammus aeglefinus

Gebied:

IV; wateren van de Unie van IIa

(HAD/2AC4.)

België

238

 

 

Denemarken

1 637

 

 

Duitsland

1 042

 

 

Frankrijk

1 816

 

 

Nederland

179

 

 

Zweden

165

 

 

Verenigd Koninkrijk

27 002

 

 

Unie

32 079

 

 

Noorwegen

6 205

 

 

TAC

38 284

 

Analytische TAC

binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:

 

Noorse wateren van IV

(HAD/*04N-)

Unie

23 862”.

19)

De tabel voor schelvis in de Noorse wateren ten zuiden van 62° NB wordt vervangen door:

„Soort:

Schelvis

Melanogrammus aeglefinus

Gebied:

Noorse wateren ten zuiden van 62° NB

(HAD/04-N.)

Zweden

707 (23)

 

 

Unie

707

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

20)

De tabel voor wijting in IIIa wordt vervangen door:

„Soort:

Wijting

Merlangius merlangus

Gebied:

IIIa

(WHG/03A.)

Denemarken

929

 

 

Nederland

3

 

 

Zweden

99

 

 

Unie

1 031

 

 

TAC

1 050”.

 

Voorzorgs-TAC

21)

De tabel voor wijting in IV en de wateren van de Unie van IIa wordt vervangen door:

„Soort:

Wijting

Merlangius merlangus

Gebied:

IV; wateren van de Unie van IIa

(WHG/2AC4.)

België

326

 

 

Denemarken

1 410

 

 

Duitsland

367

 

 

Frankrijk

2 119

 

 

Nederland

815

 

 

Zweden

3

 

 

Verenigd Koninkrijk

10 193

 

 

Unie

15 233

 

 

Noorwegen

859 (24)

 

 

TAC

16 092

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

22)

De tabel voor wijting in VIIb, VIIc, VIId, VIIe, VIIf, VIIg, VIIh, VIIj en VIIk wordt vervangen door:

„Soort:

Wijting

Merlangius merlangus

Gebied:

VIIb, VIIc, VIId, VIIe, VIIf, VIIg, VIIh, VIIj en VIIk

(WHG/7X7A-C)

België

202

 

 

Frankrijk

12 400

 

 

Ierland

5 747

 

 

Nederland

101

 

 

Verenigd Koninkrijk

2 218

 

 

Unie

20 668

 

 

TAC

20 668”.

 

Analytische TAC

Artikel 11 van deze verordening is van toepassing

23)

De tabel voor wijting en witte koolvis in Noorse wateren ten zuiden van 62° NB wordt vervangen door:

„Soort:

Wijting en witte koolvis

Merlangius merlangus en Pollachius pollachius

Gebied:

Noorse wateren ten zuiden van 62° NB

(WHG/04-N.) voor wijting;

(POL/04-N.) voor witte koolvis

Zweden

190 (25)

 

 

Unie

190

 

 

TAC

Niet relevant

 

Voorzorgs-TAC

24)

De tabel voor blauwe wijting in wateren van de Unie en de internationale wateren van I, II, III, IV, V, VI, VII, VIIIa, VIIIb, VIIId, VIIIe, XII en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Blauwe wijting

Micromesistius poutassou

Gebied:

wateren van de Unie en internationale wateren I, II, III, IV, V, VI, VII, VIIIa, VIIIb, VIIId, VIIIe, XII and XIV

(WHB/1X14)

Denemarken

28 325 (26)

 

 

Duitsland

11 013 (26)

 

 

Spanje

24 013 (26)  (27)

 

 

Frankrijk

19 712 (26)

 

 

Ierland

21 934 (26)

 

 

Nederland

34 539 (26)

 

 

Portugal

2 231 (26)  (27)

 

 

Zweden

7 007 (26)

 

 

Verenigd Koninkrijk

36 751 (26)

 

 

Unie

185 525 (26)  (28)

 

 

Noorwegen

100 000

 

 

Faeröer

15 000

 

 

TAC

1 200 000

 

Analytische TAC

25)

De tabel voor blauwe wijting in wateren van de Unie van II, IVa, V, VI ten noorden van 56° 30' NB en VII ten westen van 12° WL wordt vervangen door:

„Soort:

Blauwe wijting

Micromesistius poutassou 

Gebied:

Wateren van de Unie van II, IVa, V, VI ten noorden van 56° 30′ NB en VII ten westen van 12° WL

(WHB/24A567)

Noorwegen

177 983 (29)  (30)

 

 

Faeröer

25 000 (31)  (32)

 

 

TAC

1 200 000

 

Analytische TAC

26)

De tabel voor blauwe leng in de wateren van de Unie en de internationale wateren van Vb, VI en VII wordt vervangen door:

„Soort:

Blauwe leng

Molva dypterygia

Gebied:

Wateren van de Unie en internationale wateren van Vb, VI en VII

(BLI/5B67-)

Duitsland

24

 

 

Estland

4

 

 

Spanje

74

 

 

Frankrijk

1 693

 

 

Ierland

6

 

 

Litouwen

1

 

 

Polen

1

 

 

Verenigd Koninkrijk

431

 

 

Overige

6 (33)

 

 

Unie

2 240

 

 

Noorwegen

150 (34)

 

 

Faeröer

150 (35)

 

 

TAC

2 540

 

Analytische TAC

Artikel 11 van deze verordening is van toepassing

27)

De tabel voor leng in de wateren van de Unie van IV wordt vervangen door:

„Soort:

Leng

Molva molva

Gebied:

Wateren van de Unie van IV

(LIN/04-C.)

België

16

 

 

Denemarken

243

 

 

Duitsland

150

 

 

Frankrijk

135

 

 

Nederland

5

 

 

Zweden

10

 

 

Verenigd Koninkrijk

1 869

 

 

Unie

2 428

 

 

TAC

2 428”.

 

Analytische TAC

28)

De tabel voor leng in de wateren van de Unie en de internationale wateren van VI, VII, VIII, IX, X, XII en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Leng

Molva molva

Gebied:

Wateren van de Unie en internationale wateren van VI, VII, VIII, IX, X, XII en XIV

(LIN/6X14.)

België

32

 

 

Denemarken

6

 

 

Duitsland

115

 

 

Spanje

2 332

 

 

Frankrijk

2 487

 

 

Ierland

623

 

 

Portugal

6

 

 

Verenigd Koninkrijk

2 863

 

 

Unie

8 464

 

 

Noorwegen

5 500 (36)  (37)  (38)

 

 

Faeröer

200 (39)  (40)

 

 

TAC

14 164

 

Analytische TAC

Artikel 11 van deze verordening is van toepassing

29)

De tabel voor leng in de Noorse wateren van IV wordt vervangen door:

„Soort:

Leng

Molva molva

Gebied:

Noorse wateren van IV

(LIN/04-N.)

België

7

 

 

Denemarken

835

 

 

Duitsland

23

 

 

Frankrijk

9

 

 

Nederland

1

 

 

Verenigd Koninkrijk

75

 

 

Unie

950

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

30)

De tabel voor langoustine in de Noorse wateren van IV wordt vervangen door:

„Soort:

Langoustine

Nephrops norvegicus

Gebied:

Noorse wateren van IV

(NEP/04-N.)

Denemarken

947

 

 

Duitsland

0

 

 

Verenigd Koninkrijk

53

 

 

Unie

1 000

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

31)

De tabel voor Noorse garnaal in IIIa wordt vervangen door:

„Soort:

Noorse garnaal

Pandalus borealis

Gebied:

IIIa

(PRA/03A.)

Denemarken

2 308

 

 

Zweden

1 243

 

 

Unie

3 551

 

 

TAC

6 650”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

32)

De tabel voor Noorse garnaal in de Noorse wateren ten zuiden van 62° NB wordt vervangen door:

„Soort:

Noorse garnaal

Pandalus borealis

Gebied:

Noorse wateren ten zuiden van 62° NB

(PRA/04-N.)

Denemarken

357

 

 

Zweden

123 (41)

 

 

Unie

480

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

33)

De tabel voor schol in het Skagerrak wordt vervangen door:

„Soort:

Schol

Pleuronectes platessa

Gebied:

Skagerrak

(PLE/03AN.)

België

60

 

 

Denemarken

7 830

 

 

Duitsland

40

 

 

Nederland

1 506

 

 

Zweden

419

 

 

Unie

9 855

 

 

TAC

10 056”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

34)

De tabel voor schol in IV, de wateren van de Unie van IIa en het gedeelte van IIIa dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort, wordt vervangen door:

„Soort:

Schol

Pleuronectes platessa

Gebied:

IV; wateren van de Unie van IIa; het gedeelte van IIIa dat niet tot het Skagerrak en het Kattegat behoort

(PLE/2A3AX4)

België

6 407 (42)

 

 

Denemarken

20 823 (42)

 

 

Duitsland

6 007 (42)

 

 

Frankrijk

1 202 (42)

 

 

Nederland

40 045 (42)

 

 

Verenigd Koninkrijk

29 633 (42)

 

 

Unie

104 117

 

 

Noorwegen

7 514

 

 

TAC

111 631

 

Analytische TAC

binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in het onderstaande gebied niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:

 

Noorse wateren van IV

(PLE/*04N-)

Unie

42 723

35)

De tabel voor schol in VIId en VIIIe wordt vervangen door:

„Soort:

Schol

Pleuronectes platessa

Gebied:

VIId en VIIe

(PLE/7DE.)

België

871 (43)

 

 

Frankrijkg

2 903 (43)

 

 

Verenigd Koninkrijk

1 548 (43)

 

 

Unie

5 322

 

 

TAC

5 322

 

AnalytischeTAC

36)

De tabel voor koolvis in IIIa en IV, de wateren van de Unie van IIa, IIIb, IIIc en deelsectoren 22-32 wordt vervangen door:

„Soort:

Koolvis

Pollachius virens

Gebied:

IIIa en IV; wateren van de Unie van IIa, IIIb, IIIc en deelsectoren 22-32

(POK/2A34.)

België

27

 

 

Denemarken

3 189

 

 

Duitsland

8 054

 

 

Frankrijk

18 953

 

 

Nederland

81

 

 

Zweden

438

 

 

Verenigd Koninkrijk

6 175

 

 

Unie

36 917

 

 

Noorwegen

40 619 (44)

 

 

TAC

77 536

 

Analytische TAC

37)

De tabel voor koolvis in VI, de wateren van de Unie en de internationale wateren van Vb, XII en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Koolvis

Pollachius virens

Gebied:

VI; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb, XII en XIV

(POK/56-14)

Duitsland

367

 

 

Frankrijk

3 647

 

 

Ierland

403

 

 

Verenigd Koninkrijk

3 128

 

 

Unie

7 545

 

 

Noorwegen

500 (45)

 

 

TAC

8 045

 

Analytische TAC

38)

De tabel voor koolvis in de Noorse wateren ten zuiden van 62° NB wordt vervangen door:

„Soort:

Koolvis

Pollachius virens

Gebied:

Noorse wateren ten zuiden van 62° NB

(POK/04-N.)

Zweden

880 (46)

 

 

Unie

880

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

39)

De tabel voor Groenlandse heilbot/Zwarte heilbot in de wateren van de Unie van IIa en IV en de wateren van de Unie en de internationale wateren van Vb en VI wordt vervangen door:

„Soort:

Groenlandse heilbot/Zwarte heilbot

Reinhardtius hippoglossoides

Gebied:

Wateren van de Unie van IIa en IV; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb en VI

(GHL/2A-C46)

Denemarken

11

 

 

Duitsland

20

 

 

Estland

11

 

 

Spanje

11

 

 

Frankrijk

185

 

 

Ierland

11

 

 

Litouwen

11

 

 

Polen

11

 

 

Verenigd Koninkrijk

729

 

 

Unie

1 000

 

 

Noorwegen

1 000 (47)

 

 

TAC

2 000

 

Analytische TAC

40)

De tabel voor makreel in IIIa en IV, de wateren van de Unie van IIa, IIIb, IIIc en deelsectoren 22-32 wordt vervangen door:

„Soort:

Makreel

Scomber scombrus

Gebied:

IIIa en IV; wateren van de Unie van IIa, IIIb, IIIc en deelsectoren 22-32

(MAC/2A34.)

België

768 (49)

 

 

Denemarken

26 530 (49)

 

 

Duitsland

800 (49)

 

 

Frankrijk

2 417 (49)

 

 

Nederland

2 434 (49)

 

 

Zweden

7 101 (48)  (49)

 

 

Verenigd Koninkrijk

2 254 (49)

 

 

Unie

42 304 (48)

 

 

Noorwegen

256 936 (50)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

41)

De tabel voor makreel in VI, VII, VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe, de wateren van de Unie en de internationale wateren van Vb en de internationale wateren van IIa, XII en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Makreel

Scomber scombrus

Gebied:

VI, VII, VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb; internationale wateren van IIa, XII en XIV

(MAC/2CX14-)

Duitsland

31 490

 

 

Spanje

33

 

 

Estland

262

 

 

Frankrijk

20 996

 

 

Ierland

104 967

 

 

Letland

194

 

 

Litouwen

194

 

 

Nederland

45 922

 

 

Polen

2 217

 

 

Verenigd Koninkrijk

288 666

 

 

Unie

494 941

 

 

Noorwegen

22 179 (51)  (52)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

42)

De tabel voor makreel in VIIIc, IX en X en de wateren van de Unie van CECAF 34.1.1 wordt vervangen door:

„Soort:

Makreel

Scomber scombrus

Gebied:

VIIIc, IX en X; wateren van de Unie van CECAF 34.1.1

(MAC/8C3411)

Spanje

46 677 (53)

 

 

Frankrijk

310 (53)

 

 

Portugal

9 648 (53)

 

 

Unie

56 635

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

43)

De tabel voor makreel in de Noorse wateren van IIa en IVa wordt vervangen door:

„Soort:

Makreel

Scomber scombrus

Gebied:

Noorse wateren van IIa en IVa

(MAC/2A4A-N)

Denemarken

19 437 (54)

 

 

Unie

19 437 (54)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

44)

De tabel voor tong in de wateren van de Unie van IIa en IV wordt vervangen door:

„Soort:

Tong

Solea solea

Gebied:

Wateren van de Unie van IIa en IV

(SOL/24-C.)

België

991

 

 

Denemarken

453

 

 

Duitsland

793

 

 

Frankrijk

198

 

 

Nederland

8 945

 

 

Verenigd Koninkrijk

510

 

 

Unie

11 890

 

 

Noorwegen

10 (55)

 

 

TAC

11 900

 

Analytische TAC

45)

De tabel voor tong in VIIIc, VIIId, VIIIe, IX en X en de wateren van de Unie van CECAF 34.1.1 wordt vervangen door:

„Soort:

Tongen

Solea spp.

Gebied:

VIIIc, VIIId, VIIIe, IX en X; wateren van de Unie van CECAF 34.1.1

(SOO/8CDE34)

Spanje

403

 

 

Portugal

669

 

 

Unie

1 072

 

 

TAC

1 072”

 

Voorzorgs-TAC

46)

De tabel voor sprot en bijvangsten in IIIa wordt vervangen door:

„Soort:

Sprot en bijvangsten

Sprattus sprattus

Gebied:

IIIa

(SPR/03A.)

Denemarken

22 300 (56)

 

 

Duitsland

47 (56)

 

 

Zweden

8 437 (56)

 

 

Unie

30 784

 

 

TAC

33 280

 

Voorzorgs-TAC

47)

De tabel voor sprot en bijvangsten in de wateren van de Unie van IIa en IV wordt vervangen door:

„Soort:

Sprot en bijvangsten

Sprattus sprattus

Gebied:

Wateren van de Unie van IIa en IV

(SPR/2AC4-C)

België

1 546 (58)

 

 

Denemarken

122 383 (58)

 

 

Duitsland

1 546 (58)

 

 

Frankrijk

1 546 (58)

 

 

Nederland

1 546 (58)

 

 

Zweden

1 330 (57)  (58)

 

 

Verenigd Koninkrijk

5 103 (58)

 

 

Unie

135 000

 

 

Noorwegen

9 000

 

 

TAC

144 000

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

48)

De tabel voor horsmakrelen en bijvangsten in de wateren van de Unie van IVb, IVc en VIId wordt vervangen door:

„Soort:

Horsmakrelen en bijvangsten

Trachurus spp.

Gebied:

Wateren van de Unie van IVb, IVc en VIId

(JAX/4BC7D)

België

31 (61)

 

 

Denemarken

13 397 (61)

 

 

Duitsland

1 183 (59)  (61)

 

 

Spanje

249 (61)

 

 

Frankrijk

1 111 (59)  (61)

 

 

Ierland

843 (61)

 

 

Nederland

8 065 (59)  (61)

 

 

Portugal

28 (61)

 

 

Zweden

75 (61)

 

 

Verenigd Koninkrijk

3 188 (59)  (61)

 

 

Unie

28 170

 

 

Noorwegen

3 550 (60)

 

 

TAC

31 720

 

Voorzorgs-TAC

49)

De tabel voor horsmakrelen en bijvangsten in de wateren van de Unie van IIa, IVa, VI, VIIa-c, VIIe-k, VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe, de wateren van de Unie en de internationale wateren van Vb en de internationale wateren van XII en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Horsmakrelen en bijvangsten

Trachurus spp.

Gebied:

Wateren van de Unie van IIa, IVa; VI, VIIa-c, VIIe-k, VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb; internationale wateren van XII en XIV

(JAX/2A-14)

Denemarken

11 432 (62)  (64)

 

 

Duitsland

8 920 (62)  (63)  (64)

 

 

Spanje

12 167 (64)

 

 

Frankrijk

4 591 (62)  (63)  (64)

 

 

Ierland

29 708 (62)  (64)

 

 

Nederland

35 790 (62)  (63)  (64)

 

 

Portugal

1 172 (64)

 

 

Zweden

675 (62)  (64)

 

 

Verenigd Koninkrijk

10 757 (62)  (63)  (64)

 

 

Unie

115 212

 

 

Faeröer

1 700 (65)

 

 

TAC

116 912

 

Analytische TAC

50)

De tabel voor kever en bijvangsten in IIIa en de wateren van de Unie van IIa en IV wordt vervangen door:

„Soort:

Kever en bijvangsten

Trisopterus esmarki

Gebied:

IIIa; wateren van de Unie van IIa en IV

(NOP/2A3A4.)

Denemarken

106 152 (66)

 

 

Duitsland

20 (66)  (67)

 

 

Nederland

78 (66)  (67)

 

 

Unie

106 250 (66)

 

 

Noorwegen

15 000

 

 

Faeröer

7 000 (68)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

51)

De tabel voor kever en bijvangsten in de Noorse wateren van IV wordt vervangen door:

„Soort:

Kever en bijvangsten

Trisopterus esmarki

Gebied:

Noorse wateren van IV

(NOP/04-N.)

Denemarken

0

 

 

Verenigd Koninkrijk

0

 

 

Unie

0

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

52)

De tabel voor industriële vis in de Noorse wateren van IV wordt vervangen door:

„Soort:

Industriële vis

Gebied:

Noorse wateren van IV

(I/F/04-N.)

Zweden

800 (69)  (70)

 

 

Unie

800

 

 

TAC

Niet relevant

 

Voorzorgs-TAC

53)

De tabel voor andere soorten in de wateren van de Unie van Vb, VI en VII wordt vervangen door:

„Soort:

Andere soorten

Gebied:

Wateren van de Unie van Vb, VI en VII

(OTH/5B67-C)

Unie

Niet relevant

 

 

Noorwegen

140 (71)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Voorzorgs-TAC

54)

De tabel voor andere soorten in de Noorse wateren van IV wordt vervangen door:

„Soort:

Andere soorten

Gebied:

Noorse wateren van IV

(OTH/04-N.)

België

40

 

 

Denemarken

3 625

 

 

Duitsland

409

 

 

Frankrijk

168

 

 

Nederland

290

 

 

Zweden

Niet relevant (72)

 

 

Verenigd Koninkrijk

2 719

 

 

Unie

7 250 (73)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Voorzorgs-TAC

55)

De tabel voor andere soorten in de wateren van de Unie van IIa, IV en VIa ten noorden van 56° 30′ NB wordt vervangen door:

„Soort:

Andere soorten

Gebied:

Wateren van de Unie van IIa, IV en VIa ten noorden van 56° 30′ NB

(OTH/2A46AN)

Unie

Niet relevant

 

 

Noorwegen

4 000 (74)  (75)

 

 

Faeröer

150 (76)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Voorzorgs-TAC


(1)  Uitsluitend voor bijvangsten. Uit hoofde van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan.

(2)  Te vangen in de wateren van de Unie van IIa, IV, Vb, VI en VII (USK/*24X7C).

(3)  Bijzondere voorwaarde: hiervan is in Vb, VI en VII tot 25 % per vaartuig in bijvangsten van andere soorten toegestaan. In de eerste 24 uur na het begin van de visserijactiviteiten op een bepaalde visgrond mag dit percentage evenwel worden overschreden. De totale bijvangst van andere soorten in Vb, VI en VII mag niet meer bedragen dan de volgende hoeveelheid in ton (OTH/*5B67-):

3 000

(4)  Met inbegrip van leng. De volgende quota voor Noorwegen mogen in Vb, VI en VII alleen met beuglijnen worden gevangen:

Leng (LIN/*5B67-)

5 500

Lom (USK/*5B67-)

2 923

(5)

De lom- en lengquota voor Noorwegen zijn uitwisselbaar tot de volgende maximumhoeveelheid in ton:

2000”.

(5)  Aanlanding van haring gevangen met vistuig met een maaswijdte gelijk aan of groter dan 32 mm.

(6)  Bijzondere voorwaarde: tot 50 % van deze hoeveelheid mag worden gevangen in wateren van de Unie van IV (HER/*04-C.).

(7)  Mag uitsluitend worden gevangen in de Skagerrak (HER/*03AN).”.

(8)  Aanlanding van haring gevangen met vistuig met een maaswijdte gelijk aan of groter dan 32 mm. Elke lidstaat moet zijn aanlanding van haring uitgesplitst naar IVa (HER/04A.) en IVb (HER/04B.) melden.

(9)  Binnen dit quotum gedane vangsten moeten van het Noorse TAC-aandeel worden afgetrokken. Binnen de limieten van dit quotum mag niet meer dan de hieronder opgegeven hoeveelheid worden gevangen in de wateren van de Unie van IVa en IVb (HER/*4AB-C).

50 000

Bijzondere voorwaarde:

binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in het onderstaande gebied niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:

 

Noorse wateren ten zuiden van 62° NB

(HER/*04N-) ()

 

Unie

50 000

 

()  Aanlanding van haring gevangen met vistuig met een maaswijdte gelijk aan of groter dan 32 mm. Elke lidstaat moet zijn aanlanding van haring uitgesplitst naar IVa (HER/*4AN.) en IVb (HER/*4BN.) melden.”.

(10)  Aanlanding van haring gevangen met vistuig met een maaswijdte gelijk aan of groter dan 32 mm. Elke lidstaat moet zijn aanlanding van haring uitgesplitst naar IVa (HER/*4AN.) en IVb (HER/*4BN.) melden.”.

(11)  Bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis, wijting en koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor deze soorten.”.

(12)  Uitsluitend voor aanlanding van haring gevangen als bijvangst met vistuig met een maaswijdte kleiner dan 32 mm.”.

(13)  Uitsluitend voor aanlanding van haring gevangen als bijvangst met vistuig met een maaswijdte kleiner dan 32 mm.”.

(14)  Uitsluitend voor aanlanding van haring gevangen met vistuig met een maaswijdte gelijk aan of groter dan 32 mm.

(15)  Uitgezonderd het Blackwater-bestand: het gaat om het haringbestand van het zeegebied van de Theemsmonding in een gebied dat wordt begrensd door een loxodroom die rechtwijzend zuid gaat vanaf Landguard Point (51o 56′ NB, 1o 19,1′ OL) tot 51o 33′ NB en vandaar rechtwijzend west naar een punt op de kust van het Verenigd Koninkrijk.

(16)  Bijzondere voorwaarde: tot 50 % van dit quotum mag worden gevangen in IVb (HER/*04B.).”.

(17)  Deze zone wordt uitgebreid met het gebied dat wordt begrensd:

in het noorden door de breedtegraad 52o 30′ NB,

in het zuiden door de breedtegraad 52o 00′ NB,

in het westen door de kust van Ierland,

in het oosten door de kust van het Verenigd Koninkrijk.”.

(18)  De lidstaten mogen de vaartuigen die hun vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bovenop dit quotum extra toewijzingen toekennen voor een hoeveelheid die niet groter is dan 12 % van het aan de betrokken lidstaat toegewezen quotum, zulks overeenkomstig hoofdstuk II van titel II van deze verordening.”.

(19)  De lidstaten mogen de vaartuigen die hun vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bovenop dit quotum extra toewijzingen toekennen voor een hoeveelheid die niet groter is dan 12 % van het aan de betrokken lidstaat toegewezen quotum, zulks overeenkomstig hoofdstuk II van titel II van deze verordening.

(20)  Mag in wateren van de Unie worden gevangen. Binnen dit quotum gedane vangsten moeten van het Noorse TAC-aandeel worden afgetrokken.

Bijzondere voorwaarde:

binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in het onderstaande gebied niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:

 

Noorse wateren van IV

(COD/*04N-)

Unie

20 054”.

(21)  Bijvangsten van schelvis, witte koolvis, wijting en koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor deze soorten.”.

(22)  De lidstaten mogen de vaartuigen die hun vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bovenop dit quotum extra toewijzingen toekennen voor een hoeveelheid die niet groter is dan 12 % van het aan de betrokken lidstaat toegewezen quotum, zulks overeenkomstig hoofdstuk II van titel II van deze verordening.”.

(23)  Bijvangsten van kabeljauw, witte koolvis, wijting en koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor deze soorten.”.

(24)  Mag in wateren van de Unie worden gevangen. Binnen dit quotum gedane vangsten moeten van het Noorse TAC-aandeel worden afgetrokken.

Bijzondere voorwaarde:

binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:

 

Noorse wateren van IV

(WHG/*04N-)

Unie

10 320”.

(25)  Bijvangsten van kabeljauw, schelvis en koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor deze soorten.”.

(26)  Bijzondere voorwaarde: waarvan tot het volgende percentage mag worden gevangen in de Noorse exclusieve economische zone of in de visserijzone rond Jan Mayen (WHB/*NZJM1):

61,4 %

(27)  Van deze quota mogen overdrachten plaatsvinden naar VIIIc, IX en X; wateren van de Unie van CECAF 34.1.1. Deze overdrachten moeten evenwel vooraf aan de Commissie worden gerapporteerd.

(28)  Bijzondere voorwaarde: waarvan tot de volgende hoeveelheid mag worden gevangen in wateren van de Faeröer (WHB/*05-F.):

25 000”.

(29)  In mindering te brengen op de vangstbeperkingen van Noorwegen die zijn vastgesteld in de overeenkomst met de kuststaten.

(30)  Bijzondere voorwaarde: in zone IV mag ten hoogste de volgende hoeveelheid worden gevangen (WHB/*04A-C):

44 496

Deze vangstbeperking in zone IV vertegenwoordigt het volgende percentage van het toegangsquotum van Noorwegen:

25 %

(31)  In mindering te brengen op de vangstbeperkingen van de Faeröer.

(32)  Bijzondere voorwaarde: mag ook worden gevangen in VIb (WHB/*06B-C). De vangst in IVa mag ten hoogste het volgende aantal ton bedragen (WHB/*04A-C):

6 250”.

(33)  Uitsluitend voor bijvangsten. Uit hoofde van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan.

(34)  Te vangen in de wateren van de Unie van IIa, IV, Vb, VI en VII (BLI/*24X7C).

(35)  Bijvangsten van grenadiervis en zwarte haarstaart worden op dit quotum in mindering gebracht. Te vangen in wateren van de Unie van VIa ten noorden van 56o 30' NB en VIb.”.

(36)  Bijzondere voorwaarde: hiervan is in Vb, VI en VII tot 25 % per vaartuig in bijvangsten van andere soorten toegestaan. In de eerste 24 uur na het begin van de visserijactiviteiten op een bepaalde visgrond mag dit percentage evenwel worden overschreden. De totale bijvangst van andere soorten in VI en VII mag niet meer bedragen dan de volgende hoeveelheid in ton (OTH/*6X14.):

2 000

(37)  Inclusief lom. De quota voor Noorwegen mogen in Vb, VI en VII alleen met beuglijnen worden gevangen en bedragen:

Leng (LIN/*5B67-)

5 500

Lom (USK/*5B67-)

2 923

(38)  De leng- en lomquota voor Noorwegen zijn uitwisselbaar tot de volgende maximumhoeveelheid in ton:

3 000

(39)  Inclusief lomp. Te vangen in VIb en VIa ten noorden van 56o 30' NB (LIN/*6BAN.)

(40)  Bijzondere voorwaarde: waarvan in bijvangsten van andere soorten tot 25 % per vaartuig in VIa en VIb is toegestaan. In de eerste 24 uur na het begin van de visserijactiviteiten op een bepaalde visgrond mag dit percentage evenwel worden overschreden. De totale bijvangsten van andere soorten in VIa en VIb mogen niet meer bedragen dan (in ton) (OTH/*6AB.):

75”

(41)  Bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis, wijting en koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor deze soorten.”.

(42)  De lidstaten mogen de vaartuigen die hun vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bovenop dit quotum extra toewijzingen toekennen voor een hoeveelheid die niet groter is dan 5 % van het aan de betrokken lidstaat toegewezen quotum, onder de voorwaarden vermeld in hoofdstuk II van titel II van deze verordening.”.

(43)  De lidstaten mogen de vaartuigen die hun vlag voeren en die deelnemen aan proeven met betrekking tot volledig gedocumenteerde visserij, bovenop dit quotum extra toewijzingen toekennen voor een hoeveelheid die niet groter is dan 1 % van het aan de betrokken lidstaat toegewezen quotum, onder de voorwaarden vermeld in hoofdstuk II van titel II van deze verordening.”.

(44)  Mag uitsluitend in de wateren van de Unie van IV en in IIIa worden gevangen (POK/*3A4-C). Binnen dit quotum gedane vangsten moeten in mindering worden gebracht op het Noorse TAC-aandeel.”.

(45)  Te vangen ten noorden van 56° 30′ NB (POK/*5614N).”.

(46)  Bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis en wijting worden in mindering gebracht op de quota voor deze soorten.”.

(47)  Te vangen in de wateren van de Unie van IIa en VI. In VI mag deze hoeveelheid alleen met beuglijnen worden gevangen (GHL/*2A6-C).”.

(48)  Bijzondere voorwaarde: met inbegrip van de volgende hoeveelheid (in ton) te vangen in de Noorse wateren ten zuiden van 62o NB (MAC/*04N-):

247

Bij het vissen onder deze bijzondere voorwaarde worden bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis, wijting en koolvis in mindering gebracht op de quota voor deze soorten.

(49)  Mag tevens in de Noorse wateren van IVa worden gevangen (MAC/*4AN.).

(50)  In mindering te brengen van het Noorse TAC-aandeel (toegangsquotum). Deze hoeveelheid omvat het volgende Noorse aandeel in de Noordzee-TAC:

74 500

Dit quotum mag uitsluitend in IVa worden gevangen (MAC/*04A.), behalve de volgende hoeveelheid (in ton) die mag worden gevangen in IIIa (MAC/*03A.):

3 000

Bijzondere voorwaarde:

binnen de limieten van bovenstaande quota mag in de onderstaande zones niet meer worden gevangen dan de volgende hoeveelheden:

 

IIIa

IIIa en IVbc

IVb

IVc

VI, internationale wateren van IIa, van 1 januari tot en met 31 maart 2014 en in december 2014

 

(MAC/*03A.)

(MAC/*3A4BC)

(MAC/*04 B.)

(MAC/*04C.)

(MAC/*2A6.)

Denemarken

0

4 130

0

0

15 918

Frankrijk

0

490

0

0

0

Nederland

0

490

0

0

0

Zweden

0

0

390

10

4 112

Verenigd Koninkrijk

0

490

0

0

0

Noorwegen

3 000

0

0

0

0”.

(51)  Mag worden gevangen in IIa, VIa ten noorden van 56° 30′ NB, IVa, VIId, VIIe, VIIf en VIIh (MAC/*AX7H).

(52)  Noorwegen mag de volgende hoeveelheid (in ton) aan extra toegangsquotum vangen ten noorden van 56° 30′ NB; deze hoeveelheid wordt in mindering gebracht op de vangstbeperking van Noorwegen (MAC/*N5630):

51 387

Bijzondere voorwaarde:

binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in de onderstaande gebieden en perioden niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:

 

Wateren van de Unie en Noorse wateren van IVa. Gedurende de perioden van 1 januari tot en met 15 februari 2014 en van 1 september tot en met 31 december 2014

Noorse wateren van IIa

 

(MAC/*4A-EN)

(MAC/*2AN-)

Duitsland

19 005

2 557

Frankrijk

12 671

1 703

Ierland

63 351

8 524

Nederland

27 715

3 727

Verenigd Koninkrijk

174 223

23 445

Unie

296 965

39 956”.

(53)  Bijzondere voorwaarde: de hoeveelheden die met andere lidstaten worden geruild, mogen in VIIIa, VIIIb en VIIId worden gevangen (MAC/*8ABD.). De door Spanje, Portugal of Frankrijk te ruil aangeboden hoeveelheden die in VIIIa, VIIIb en VIIId worden gevangen, mogen echter niet meer dan 25 % van de quota van de donorlidstaat bedragen.

Bijzondere voorwaarde:

binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in het onderstaande gebied niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:

 

VIIIb

(MAC/*08B.)

Spanje

3 920

Frankrijk

26

Portugal

810”.

(54)  Vangsten in IIa (MAC/*02A.) en in IVa (MAC/*4A.) worden afzonderlijk gemeld.”.

(55)  Mag uitsluitend worden gevangen in de wateren van de Unie van IV (SOL/*04-C.).”.

(56)  Ten minste 95 % van de van dit quotum afgeboekte aangelande hoeveelheid moet uit sprot bestaan. Bijvangsten van schar, wijting en schelvis worden in mindering gebracht op de resterende 5 % van het quotum (OTH/*03A.).”.

(57)  Inclusief zandspieringen.

(58)  Ten minste 98 % van de van dit quotum afgeboekte aangelande hoeveelheid moet uit sprot bestaan. Bijvangsten van schar en wijting worden in mindering gebracht op de resterende 2 % van het quotum (OTH/*2AC4C).”.

(59)  Bijzondere voorwaarde: tot 5 % van wat voor dit quotum in sector VIId wordt gevangen, mag worden verrekend met de quota voor het gebied: wateren van de Unie van IIa, IVa, VI, VIIa-c, VIIe-k, VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb; internationale wateren van XII en XIV (JAX/*2A-14).

(60)  Mag worden gevangen in de wateren van de Unie van IV, maar niet in VIId (JAX/*04-C.).

(61)  Ten minste 95 % van de van dit quotum afgeboekte aangelande hoeveelheid moet uit horsmakrelen bestaan. Bijvangsten van evervissen, schelvis, wijting en makreel worden in mindering gebracht op de resterende 5 % van het quotum (OTH/*4BC7D).”.

(62)  Bijzondere voorwaarde: tot 5 % van wat voor dit quotum vóór 30 juni 2014 in de wateren van de Unie van IIa of IVa wordt gevangen, mag worden verrekend met het quotum voor de wateren van de Unie van IVb, IVc en VIId (JAX/*4BC7D).

(63)  Bijzondere voorwaarde: tot 5 % van dit quotum mag worden gevangen in VIId (JAX/*07D.).

(64)  Ten minste 95 % van de van dit quotum afgeboekte aangelande hoeveelheid moet uit horsmakrelen bestaan. Bijvangsten van evervissen, schelvis, wijting en makreel worden in mindering gebracht op de resterende 5 % van het quotum (OTH/*2A-14).

(65)  Beperkt tot IVa, VIa ( uitsluitend ten noorden van 56° 30′ NB), VIIIe, VIIf en VIIh.”.

(66)  Ten minste 95 % van de van dit quotum afgeboekte aangelande hoeveelheid moet uit kever bestaan. Bijvangsten van schelvis en wijting worden in mindering gebracht op de resterende 5 % van het quotum (OT2/*2A3A4).

(67)  Het quotum mag uitsluitend worden gevangen in de wateren van de Unie van ICES-zones IIa, IIIa en IV.

(68)  Er moet een sorteerrooster worden gebruikt. Met inbegrip van ten hoogste 15 % van onvermijdelijke bijvangsten (NOP/*2A3A4), die in mindering worden gebracht van dit quotum.”.

(69)  Bijvangsten van kabeljauw, schelvis, witte koolvis, wijting en koolvis worden in mindering gebracht op de quota voor deze soorten.

(70)  Bijzondere voorwaarde: hiervan mag ten hoogste 400 ton bestaan uit horsmakrelen (JAX/*04-N.).”.

(71)  Uitsluitend vangsten met beuglijnen.”.

(72)  Door Noorwegen aan Zweden toegekend quotum op traditioneel niveau voor „andere soorten”.

(73)  Met inbegrip van niet specifiek vermelde visserijen. Uitzonderingen kunnen in voorkomend geval worden opgenomen na overleg.”.

(74)  Beperkt tot IIa en IV (OTH/*2A4-C).

(75)  Met inbegrip van niet specifiek vermelde visserijen. Uitzonderingen kunnen in voorkomend geval worden opgenomen na overleg.

(76)  Te vangen in IV en VIa ten noorden van 56° 30′ NB (OTH/*46AN).”.


BIJLAGE II

Bijlage IB bij Verordening (EU) nr. 43/2014 wordt als volgt gewijzigd:

1)

De tabel voor haring in de wateren van de Unie en de Noorse en internationale wateren van I en II wordt vervangen door:

„Soort:

Haring

Clupea harengus

Gebied:

Wateren van de Unie, Noorse en internationale wateren van I en II

(HER/1/2-)

België

9 (1)

 

 

Denemarken

9 333 (1)

 

 

Duitsland

1 635 (1)

 

 

Spanje

31 (1)

 

 

Frankrijk

403 (1)

 

 

Ierland

2 417 (1)

 

 

Nederland

3 341 (1)

 

 

Polen

472 (1)

 

 

Portugal

31 (1)

 

 

Finland

145 (1)

 

 

Zweden

3 459 (1)

 

 

Verenigd Koninkrijk

5 968 (1)

 

 

Unie

27 244 (1)

 

 

Noorwegen

24 519 (2)

 

 

TAC

418 487

 

Analytische TAC

2)

De tabel voor kabeljauw in de Noorse wateren van I en II wordt vervangen door:

„Soort:

Kabeljauw

Gadus morhua

Gebied:

Noorse wateren van I en II

(COD/1N2AB.)

Duitsland

2 480

 

 

Griekenland

307

 

 

Spanje

2 766

 

 

Ierland

307

 

 

Frankrijk

2 276

 

 

Portugal

2 766

 

 

Verenigd Koninkrijk

9 622

 

 

Unie

20 524

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

3)

De tabel voor kabeljauw in de Groenlandse wateren van NAFO 1 en van XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Kabeljauw

Gadus morhua

Gebied:

Groenlandse wateren van NAFO 1 en van XIV

(COD/N1GL14)

Duitsland

1 800 (3)

 

 

Verenigd Koninkrijk

400 (3)

 

 

Unie

2 200 (3)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

4)

De tabel voor kabeljauw in I en IIb wordt vervangen door:

„Soort:

Kabeljauw

Gadus morhua

Gebied:

I en IIb

(COD/1/2B.)

Duitsland

7 667 (6)

 

 

Spanje

14 260 (6)

 

 

Frankrijk

3 718 (6)

 

 

Polen

3 035 (6)

 

 

Portugal

2 806 (6)

 

 

Verenigd Koninkrijk

5 172 (6)

 

 

Andere lidstaten

250 (4)  (6)

 

 

Unie

36 908 (5)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

5)

De tabel voor kabeljauw en schelvis in de wateren van de Faeröer van Vb wordt vervangen door:

„Soort:

Kabeljauw en schelvis

Gadus morhua en Melanogrammus aeglefinus

Gebied:

Wateren van de Faeröer van Vb

(COD/05B-F.) voor kabeljauw; (HAD/05B-F.) voor schelvis

Duitsland

19

 

 

Frankrijk

114

 

 

Verenigd Koninkrijk

817

 

 

Unie

950

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

6)

De tabel voor heilbot in de Groenlandse wateren van V en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Heilbot

Hippoglossus hippoglossus

Gebied:

Groenlandse wateren van V en XIV

(HAL/514GRN)

Portugal

125

 

 

Unie

125

 

 

Noorwegen

75 (7)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

7)

De tabel voor heilbot in de Groenlandse wateren van NAFO 1 wordt vervangen door:

„Soort:

Heilbot

Hippoglossus hippoglossus

Gebied:

Groenlandse wateren van NAFO 1

(HAL/N1GRN.)

Unie

125

 

 

Noorwegen

75 (8)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

8)

De tabel voor grenadiervissen in de Groenlandse wateren van V en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Grenadiervissen

Macrourus spp.

Gebied:

Groenlandse wateren van V en XIV

(GRV/514GRN)

Unie

40 (9)

 

 

TAC

Niet relevant (10)

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

9)

De tabel voor grenadiervissen in de Groenlandse wateren van NAFO 1 wordt vervangen door:

„Soort:

Grenadiervissen

Macrourus spp.

Gebied:

Groenlandse wateren van NAFO 1

(GRV/N1GRN.)

Unie

40 (11)

 

 

TAC

Niet relevant (12)

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

10)

De tabel voor schelvis in de Noorse wateren van I en II wordt vervangen door:

„Soort:

Schelvis

Melanogrammus aeglefinus

Gebied:

Noorse wateren van I en II

(HAD/1N2AB.)

Duitsland

257

 

 

Frankrijk

154

 

 

Verenigd Koninkrijk

789

 

 

Unie

1 200

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

11)

De tabel voor blauwe wijting in de wateren van de Faeröer wordt vervangen door:

„Soort:

Blauwe wijting

Micromesistius poutassou

Gebied:

Wateren van de Faeröer

(WHB/2A4AXF)

Denemarken

880

 

 

Duitsland

60

 

 

Frankrijk

96

 

 

Nederland

84

 

 

Verenigd Koninkrijk

880

 

 

Unie

2 000

 

 

TAC

1 200 000 (13)

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

12)

De tabel voor leng en blauwe leng in de wateren van de Faeröer van Vb wordt vervangen door:

„Soort:

Leng en blauwe leng

Molva molva en Molva dypterygia

Gebied:

Wateren van de Faeröer van Vb

(LIN/05B-F.) voor leng;

(BLI/05B-F.) voor blauwe leng

Duitsland

439

 

 

Frankrijk

975

 

 

Verenigd Koninkrijk

86

 

 

Unie

1 500 (14)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

13)

De tabel voor Noorse garnaal in de Groenlandse wateren van V en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Noorse garnaal

Pandalus borealis

Gebied:

Groenlandse wateren van V en XIV

(PRA/514GRN)

Denemarken

1 325

 

 

Frankrijk

1 325

 

 

Unie

2 650

 

 

Noorwegen

2 550

 

 

Faeröer

1 300

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

14)

De tabel voor koolvis in de Noorse wateren van I en II wordt vervangen door:

„Soort:

Koolvis

Pollachius virens

Gebied:

Noorse wateren van I en II

(POK/1N2AB.)

Duitsland

2 040

 

 

Frankrijk

328

 

 

Verenigd Koninkrijk

182

 

 

Unie

2 550

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

15)

De tabel voor koolvis in de wateren van de Faeröer van Vb wordt vervangen door:

„Soort:

Koolvis

Pollachius virens

Gebied:

Wateren van de Faeröer van Vb

(POK/05B-F.)

België

60

 

 

Duitsland

372

 

 

Frankrijk

1 812

 

 

Nederland

60

 

 

Verenigd Koninkrijk

696

 

 

Unie

3 000

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

16)

De tabel voor Groenlandse heilbot/Zwarte heilbot in de Noorse wateren van I en II wordt vervangen door:

„Soort:

Groenlandse heilbot/Zwarte heilbot

Reinhardtius hippoglossoides

Gebied:

Noorse wateren van I en II

(GHL/1N2AB.)

Duitsland

25 (15)

 

 

Verenigd Koninkrijk

25 (15)

 

 

Unie

50 (15)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

17)

De tabel voor Groenlandse heilbot/Zwarte heilbot in de Groenlandse wateren van NAFO 1 wordt vervangen door:

„Soort:

Groenlandse heilbot/Zwarte heilbot

Reinhardtius hippoglossoides

Gebied:

Groenlandse wateren van NAFO 1

(GHL/N1GRN.)

Duitsland

1 925

 

 

Unie

1 925 (16)

 

 

Noorwegen

575

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

18)

De tabel voor Groenlandse heilbot/Zwarte heilbot in de Groenlandse wateren van V en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Groenlandse heilbot/Zwarte heilbot

Reinhardtius hippoglossoides

Gebied:

Groenlandse wateren van V en XIV

(GHL/514GRN)

Duitsland

3 781

 

 

Verenigd Koninkrijk

199

 

 

Unie

3 980 (17)

 

 

Noorwegen

575

 

 

Faeröer

110

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

19)

De tabel voor roodbaarzen in de Noorse wateren van I en II wordt vervangen door:

„Soort:

Roodbaarzen

Sebastes spp.

Gebied:

Noorse wateren van I en II

(RED/1N2AB.)

Duitsland

766 (18)

 

 

Spanje

95 (18)

 

 

Frankrijk

84 (18)

 

 

Portugal

405 (18)

 

 

Verenigd Koninkrijk

150 (18)

 

 

Unie

1 500 (18)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

20)

De tabel voor roodbaarzen (pelagisch) in de Groenlandse wateren van NAFO 1F en de Groenlandse wateren van V en XIV wordt vervangen door:

„Soort:

Roodbaarzen (pelagisch)

Sebastes spp.

Gebied:

Groenlandse wateren van NAFO 1F en Groenlandse wateren van V en XIV

(RED/N1G14P)

Duitsland

1 926 (19)  (20)  (21)

 

 

Frankrijk

10 (19)  (20)  (21)

 

 

Verenigd Koninkrijk

14 (19)  (20)  (21)

 

 

Unie

1 950 (19)  (20)  (21)

 

 

Noorwegen

800

 

 

Faeröer

250 (22)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

21)

De tabel voor roodbaarzen in de wateren van de Faeröer van Vb wordt vervangen door:

„Soort:

Roodbaarzen

Sebastes spp.

Gebied:

Wateren van de Faeröer van Vb

(RED/05B-F.)

België

9

 

 

Duitsland

1 196

 

 

Frankrijk

81

 

 

Verenigd Koninkrijk

14

 

 

Unie

1 300

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

22)

De tabel voor andere soorten in de Noorse wateren van I en II wordt vervangen door:

„Soort:

Andere soorten

Gebied:

Noorse wateren van I en II

(OTH/1N2AB.)

Duitsland

117 (23)

 

 

Frankrijk

47 (23)

 

 

Verenigd Koninkrijk

186 (23)

 

 

Unie

350 (23)

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

23)

De tabel voor andere soorten in de wateren van de Faeröer van Vb wordt vervangen door:

„Soort:

Andere soorten (24)

Gebied:

Wateren van de Faeröer van Vb

(OTH/05B-F.)

Duitsland

322

 

 

Frankrijk

289

 

 

Verenigd Koninkrijk

189

 

 

Unie

800

 

 

TAC

Niet relevant

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

24)

De tabel voor platvissen in de wateren van de Faeröer van Vb wordt vervangen door:

„Soort:

Platvissen

Gebied:

Wateren van de Faeröer van Vb

(FLX/05B-F.)

Duitsland

54

 

 

Frankrijk

42

 

 

Verenigd Koninkrijk

204

 

 

Unie

300

 

 

TAC

Niet relevant”.

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing


(1)  Bij het rapporteren van vangsten aan de Commissie worden tevens de in elk van de volgende gebieden gevangen hoeveelheden gerapporteerd: het gereglementeerde gebied van de NEAFC, de wateren van de Unie, de wateren van de Faeröer, de Noorse wateren, de visserijzone rond Jan Mayen, de visserijbeschermingszone rond Svalbard.

(2)  Binnen dit quotum gedane vangsten moeten in mindering worden gebracht op het TAC-aandeel van Noorwegen (toegangsquotum). Dit quotum mag worden gevangen in de wateren van de Unie ten noorden van 62° NB.

Bijzondere voorwaarde:

binnen de limieten van de bovenstaande quota mag in het onderstaande gebied niet meer worden gevangen dan de hieronder opgegeven hoeveelheden:

 

Noorse wateren ten noorden van 62° NB en de visserijzone rond Jan Mayen

(HER/*2AJMN):

 

24 519”.

(3)  Met uitzondering van bijvangsten, gelden de volgende voorwaarden voor deze quota:

1.

er mag niet worden gevangen tussen 1 april en 31 mei 2014;

2.

er mag enkel op worden gevangen in Groenlandse wateren fo NAFO 1F en ICES XIV in ten minste 2 van de volgende 4 gebieden:

Rapporteringscodes

Geografische grenzen

COD/GRL1

Het gedeelte van het Groenlandse visserijgebied dat ten noorden van 63° 45′ NB en ten oosten van 35° 15′ WL ligt.

COD/GRL2

Het gedeelte van het Groenlandse visserijgebied dat begrepen is tussen 62° 30′ NB en 63° 45′ NB en ten oosten van 44° 00′ WL ligt, en het gedeelte van het Groenlandse visserijgebied dat ten noorden van 63° 45′ NB ligt en begrepen is tussen 44° 00′ WL en 35o 15' WL.

COD/GRL3

Het gedeelte van het Groenlandse visserijgebied dat ten zuiden van 59° 00′ NB en ten oosten van 42° 00′ WL ligt, en het gedeelte van het Groenlandse visserijgebied dat begrepen is tussen 59° 00′ NB en 62° 30′ NB en ten oosten van 44° 00′ WL ligt.

COD/GRL4

Het gedeelte van het Groenlandse visserijgebied dat begrepen is tussen 60° 45′ NB en 59° 00′ NB en ten westen van 44° 00′ WL ligt, en het gedeelte van het Groenlandse visserijgebied dat ten zuiden van 59° 00′ NB en ten westen van 42° 00′ WL ligt.”.

(4)  Met uitzondering van Duitsland, Spanje, Frankrijk, Polen, Portugal en het Verenigd Koninkrijk.

(5)  De toewijzing van het aandeel van het voor de Unie beschikbare kabeljauwbestand in de zone Spitsbergen en Bereneiland en de bijvangsten van schelvis laten de uit het Verdrag van Parijs van 1920 voortvloeiende rechten en verplichtingen geheel onverlet.

(6)  Bijvangsten van schelvis mogen per trek tot 14 % uitmaken. De totale hoeveelheid schelvis in bijvangst komt bovenop het quotum voor kabeljauw.”.

(7)  Te vangen met beuglijnen (HAL/*514GN).”.

(8)  Te vangen met beuglijnen (HAL/*N1GRN).”.

(9)  Bijzondere voorwaarde: grenadiervis (Coryphaenoides rupestris) (RNG/514GRN) en noordelijke grenadiervis (Macrourus berglax) (RHG/514GRN) mogen niet gericht worden bevist. Ze mogen enkel als bijvangst worden gevangen en moeten afzonderlijk worden gerapporteerd.

(10)  Aan Noorwegen wordt de volgende hoeveelheid (in ton) toegewezen, die hetzij in dit TAC-gebied, hetzij in de Groenlandse wateren van NAFO 1 (GRV/514N1G) mag worden gevangen:

60

Bijzondere voorwaarde:

grenadiervis (Coryphaenoides rupestris) (RNG/514N1G) en noordelijke grenadiervis (Macrourus berglax) (RHG/514N1G) mogen niet gericht worden bevist. Ze mogen enkel als bijvangst worden gevangen en moeten afzonderlijk worden gerapporteerd.”.

(11)  Bijzondere voorwaarde: grenadiervis (Coryphaenoides rupestris) (RNG/N1GRN.) en noordelijke grenadiervis (Macrourus berglax) (RHG/N1GRN.) mogen niet gericht worden bevist. Ze mogen enkel als bijvangst worden gevangen en moeten afzonderlijk worden gerapporteerd.

(12)  Aan Noorwegen wordt de volgende hoeveelheid (in ton) toegewezen, die hetzij in dit TAC-gebied, hetzij in Groenlandse wateren van V en XIV (GRV/514N1G) mag worden gevangen:

60

Bijzondere voorwaarde:

grenadiervis (Coryphaenoides rupestris) (RNG/514N1G) en noordelijke grenadiervis (Macrourus berglax) (RHG/514N1G) mogen niet gericht worden bevist. Ze mogen enkel als bijvangst worden gevangen en moeten afzonderlijk worden gerapporteerd.”.

(13)  TAC vastgesteld volgens het tussen de Unie, de Faeröer, Noorwegen en IJsland gevoerde overleg.”.

(14)  Bijvangsten van grenadiervis en zwarte haarstaartvis kunnen in mindering worden gebracht van dit quotum, tot de volgende grens (OTH/*05B-F):

500”.

(15)  Uitsluitend voor bijvangsten. Uit hoofde van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan.”.

(16)  Moet worden gevangen ten zuiden van 68° NB.”.

(17)  Mag met niet meer dan zes vaartuigen tegelijkertijd worden bevist.”.

(18)  Uitsluitend voor bijvangsten. Uit hoofde van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan.”.

(19)  Mag uitsluitend in diep pelagisch water met een pelagische trawl worden gevangen van 10 mei tot en met 31 december 2014.

(20)  Mag uitsluitend worden gevangen in Groenlandse wateren binnen het beschermingsgebied voor roodbaarzen dat wordt begrensd door de lijnen die de punten met de volgende coördinaten met elkaar verbinden:

Punt

Breedtegraad

Lengtegraad

1

64° 45′ NB

28° 30′ WL

2

62° 50′ NB

25° 45′ WL

3

61° 55′ NB

26° 45′ WL

4

61° 00′ NB

26° 30′ WL

5

59° 00′ NB

30° 00′ WL

6

59° 00′ NB

34° 00′ WL

7

61° 30′ NB

34° 00′ WL

8

62° 50′ NB

36° 00′ WL

9

64° 45′ NB

28° 30′ WL

(21)  Bijzondere voorwaarde: dit quotum mag ook worden gevangen in de internationale wateren van bovengenoemd beschermingsgebied voor roodbaarzen (RED/*5-14P).

(22)  Mag uitsluitend worden gevangen in Groenlandse wateren van V en XIV (RED/*514GN).”.

(23)  Uitsluitend voor bijvangsten. Uit hoofde van dit quotum is gerichte visserij niet toegestaan.”.

(24)  Exclusief soorten zonder handelswaarde.”.


BIJLAGE III

BIJLAGE IJ

SPRFMO-VERDRAGSGEBIED

Soort:

Chileense horsmakreel

Trachurus murphyi

Gebied:

SPRFMO-Verdragsgebied

(CJM/SPRFMO)

Duitsland

6 552,08

 

 

Nederland

7 101,78

 

 

Litouwen

4 559,1

 

 

Polen

7 839,05

 

 

Unie

26 052

 

 

TAC

Niet relevant”

 

Analytische TAC

Artikel 3 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 847/96 is niet van toepassing


BIJLAGE IV

Punt 7.1 van bijlage IIC bij Verordening (EU) nr. 43/2014 wordt vervangen door:

„7.1.

De Commissie kan een lidstaat extra zeedagen toekennen gedurende welke een vaartuig toestemming van zijn vlaggenlidstaat kan krijgen om in het gebied aanwezig te zijn met gereglementeerd vistuig aan boord, en wel op basis van de definitieve beëindiging van visserijactiviteiten tussen 1 februari 2013 en 31 januari 2014 overeenkomstig artikel 23 van Verordening (EG) nr. 1198/2006 of Verordening (EG) nr. 744/2008. Definitieve beëindigingen ingevolge andere omstandigheden kunnen door de Commissie per geval in overweging worden genomen na een schriftelijk en naar behoren gemotiveerd verzoek van de betrokken lidstaat. In dat schriftelijk verzoek wordt vermeld om welke vaartuigen het gaat en wordt voor elk daarvan bevestigd dat zij niet opnieuw visserijactiviteiten zullen beginnen.”.


BIJLAGE V

BIJLAGE III

Maximumaantal vismachtigingen voor vaartuigen van de Unie in wateren van derde landen

Visgebied

Visserij

Aantal vismachtigingen

Verdeling van de vismachtigingen over de lidstaten

Maximumaantal vaartuigen dat op elk moment in het gebied aanwezig mag zijn

Noorse wateren en visserijzone rond Jan Mayen

Haring, ten noorden van 62° 00′ NB

77

DK: 25

DE: 5

FR: 1

IE: 8

NL: 9

PL: 1

SV: 10

UK: 18

57

Demersale soorten, ten noorden van 62° 00′ NB

80

DE: 16

IE: 1

ES: 20

FR: 18

PT: 9

UK: 14

Niet-toegewezen: 2

50

Makreel

Niet relevant

Niet relevant

70 (1)

Soorten voor de industrievisserij, ten zuiden van 62° 00′ NB

480

DK: 450

UK: 30

150

Wateren van de Faeröer

Elke vorm van trawlvisserij met vaartuigen van ten hoogste 180 voet in de zone tussen 12 en 21 mijl van de basislijnen van de Faeröer

26

BE: 0

DE: 4

FR: 4

UK: 18

13

Gerichte visserij op kabeljauw en schelvis met netten met mazen niet kleiner dan 135 mm, beperkt tot het gebied ten zuiden van 62° 28′ NB en ten oosten van 6° 30′ WL

8 (2)

Niet relevant

4

Trawlvisserij buiten 21 mijl van de basislijnen van de Faeröer. In de perioden 1 maart-31 mei en 1 oktober-31 december mogen deze vaartuigen vissen in het gebied tussen 61° 20′ NB en 62° 00′ NB en tussen 12 en 21 mijl vanaf de basislijnen

70

BE: 0

DE: 10

FR: 40

UK: 20

26

Trawlvisserij op blauwe leng met netten met mazen niet kleiner dan 100 mm in het gebied ten zuiden van 61° 30′ NB en ten westen van 9° 00′ WL en in het gebied tussen 7° 00′ WL en 9° 00′ WL ten zuiden van 60° 30′ NB en in het gebied ten zuidwesten van een lijn tussen 60° 30′ NB, 7° 00′ WL en 60° 00′ NB, 6° 00′ WL

70

DE: 8 (3)

FR: 12 (3)

UK: 0 (3)

20 (4)

Gerichte trawlvisserij op koolvis met netten met mazen niet kleiner dan 120 mm, en waarbij verstevigingsstroppen rond de kuil mogen worden gebruikt

70

Niet relevant

22 (4)

Visserij voor blauwe wijting. Het totale aantal vismachtigingen kan met 4 vaartuigen worden verhoogd om in spannen te vissen indien de autoriteiten van de Faeröer zouden beslissen om bijzondere toegangsregels voor een gebied, „main fishing area of blue whiting” genaamd, in te stellen

34

DE: 3

DK: 19

FR: 2

NL: 5

UK: 5

20

Lijnvisserij

10

UK: 10

6

Makreel

12

DK: 12

12

Haring, ten noorden van 61° NB

21

DK: 7

DE: 1

IE: 2

FR: 0

NL: 3

SV: 3

UK: 5

21


(1)  Onverminderd de aanvullende vergunningen die naar vaste praktijk door Noorwegen aan Zweden worden toegekend.

(2)  Volgens de goedgekeurde notulen van 1999 zijn de aantallen voor de gerichte visserij op kabeljauw en schelvis opgenomen in de aantallen voor „Elke vorm van trawlvisserij met vaartuigen van ten hoogste 180 voet in de zone tussen 12 en 21 mijl van de basislijnen van de Faeröer”.

(3)  Maximumaantal vaartuigen dat op enig moment tegelijkertijd in het gebied aanwezig mag zijn.

(4)  Dit aantal is begrepen in het aantal voor „Trawlvisserij buiten 21 mijl van de basislijnen van de Faeröer”.”


BIJLAGE VI

BIJLAGE VIII

Kwantitatieve beperkingen inzake vismachtigingen voor vissersvaartuigen van derde landen die in de wateren van de Unie vissen

Vlaggenstaat

Visserij

Aantal vismachtigingen

Maximumaantal vaartuigen dat op elk moment in het gebied aanwezig mag zijn

Noorwegen

Haring, ten noorden van 62° 00′ N

20

20

Faeröer

Makreel, VIa (ten noorden van 56° 30′ N), VIIe, VIIf, VIIh

Horsmakreel, IV, VIa (ten noorden van 56° 30′ N), VIIe, VIIf, VIIh

14

14

Haring, ten noorden van 62° 00′ N

21

21

Haring, IIIa

4

4

Industriële visserij op Noorse kever, IV, VIa (ten noorden van 56° 30′ NB) (inclusief onvermijdbare bijvangsten van blauwe wijting)

15

15

Leng en lom

20

10

Blauwe wijting, II, VIa (ten noorden van 56° 30′ N), VIb, VII (ten westen van 12° 00′ W)

20

20

Blauwe leng

16

16

Venezuela (1)

Snappers (wateren van Frans-Guyana)

45

45


(1)  Voordat deze vismachtigingen worden afgegeven, moet worden aangetoond dat er een geldig contract bestaat tussen de scheepseigenaar die de machtiging aanvraagt en een in het departement Frans-Guyana gevestigd verwerkingsbedrijf, en dat in dat contract staat dat ten minste 75 % van de door het betrokken vaartuig gevangen snappers in dat departement moet worden aangeland voor verwerking in dat bedrijf. Dit contract moet worden geviseerd door de Franse autoriteiten, die zich ervan moeten vergewissen dat het in overeenstemming is met zowel de capaciteit van het verwerkende bedrijf waarmee het is gesloten als met de doelstellingen voor de ontwikkeling van de economie in Frans-Guyana. Een afschrift van het naar behoren geviseerde contract moet bij de vismachtigingsaanvraag worden gevoegd. Wanneer de Franse autoriteiten bovenbedoelde visering weigeren, delen zij deze weigering, met redenen omkleed, mee aan de betrokken partij en aan de Commissie.”


Top