EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32010D0578

2010/578/EU: Besluit van de Commissie van 28 september 2010 betreffende de erkenning van het juridische en toezichtkader van Japan als gelijkwaardig aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake ratingbureaus (Kennisgeving geschied onder nummer C(2010) 6418) Voor de EER relevante tekst

PB L 254 van 29.9.2010, p. 46–47 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 18/08/2019; opgeheven door 32019D1283

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2010/578/oj

29.9.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 254/46


BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 28 september 2010

betreffende de erkenning van het juridische en toezichtkader van Japan als gelijkwaardig aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake ratingbureaus

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2010) 6418)

(Voor de EER relevante tekst)

(2010/578/EU)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 inzake ratingbureaus (1), en met name artikel 5, lid 6,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 12 juni 2009 heeft de Commissie aan het Comité van Europese effectenregelgevers (CEER) een mandaat verleend om technisch advies uit te brengen in verband met de technische beoordeling van het juridische en toezichtkader van Japan inzake ratingbureaus.

(2)

In het op 21 mei 2010 uitgebrachte advies heeft het CEER voorgesteld het Japanse juridische en toezichtkader inzake ratingbureaus als gelijkwaardig aan de verordening te beschouwen.

(3)

Overeenkomstig artikel 5, lid 6, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1060/2009, dient te worden beoordeeld of aan drie voorwaarden is voldaan voordat het juridische en toezichtkader van een derde land als gelijkwaardig aan Verordening (EG) nr. 1060/2009 kan worden beschouwd.

(4)

Volgens de eerste voorwaarde dienen ratingbureaus in het betrokken derde land aan toelating of registratie te zijn onderworpen en doorlopend aan effectief toezicht en effectieve handhaving te zijn onderworpen. Het Japanse juridische en toezichtkader voor ratingbureaus bestaat uit de wet inzake financiële instrumenten en markten (Wet nr. 25 van 1948) met betrekking tot de regulering van ratingbureaus, de regeringsordonnantie inzake de sector van de financiële instrumenten (Ordonnantie nr. 52 van 2007) met betrekking tot de regulering van ratingbureaus, de regeringsordonnantie inzake definities vervat in artikel 2 van de wet inzake financiële instrumenten en markten (Ordonnantie nr. 14 van het ministerie van Financiën van 1993) met betrekking tot de regulering van ratingbureaus, alsook de algemene richtsnoeren voor het toezicht op in de sector van de financiële instrumenten actieve partijen (supplement) en de richtsnoeren voor het toezicht op ratingbureaus. In juni 2009 heeft het Japanse parlement wetgeving aangenomen waarbij een nieuw regelgevingskader voor ratingbureaus werd ingevoerd. In december 2009 volgde een reeks regeringsbesluiten en -ordonnanties waarin de voorwaarden van dit kader in detail werden vastgelegd. Krachtens het regelgevingskader, dat in april 2010 in werking is getreden, moet een ratingbureau bij het Financial Services Agency van Japan (JFSA) in het register zijn ingeschreven opdat zijn ratings in Japan voor regelgevingsdoeleinden kunnen worden gebruikt. Het kader voorziet in juridisch bindende verplichtingen voor en doorlopend toezicht op ratingbureaus. Het JFSA beschikt over een breed en uitgebreid scala aan bevoegdheden en kan een aantal maatregelen, waaronder sancties, tegen ratingbureaus treffen in geval van inbreuken op de bepalingen van de wet inzake financiële instrumenten en markten met betrekking tot de regulering van ratingbureaus.

(5)

Volgens de tweede voorwaarde dienen ratingbureaus in het derde land onderworpen te zijn aan juridisch bindende voorschriften die gelijkwaardig zijn aan die van de artikelen 6 tot en met 12 van en bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1060/2009. Het Japanse stelsel is gebaseerd op de volgende elementen: de plicht om te goeder trouw te handelen, de op een groot aantal gedetailleerde en bindende voorschriften berustende verplichting voor een ratingbureau om operationele controlesystemen in te stellen met het oog op een eerlijke en passende uitoefening van het ratingbedrijf, uitvoerige bepalingen met het oog op het vermijden, beheren en openbaar maken van belangenconflicten, en de plicht om informatie te bewaren en openbaar te maken aan zowel het JFSA als het brede publiek. Het Japanse kader beantwoordt aan de doelstellingen van Verordening (EG) nr. 1060/2009 wat betreft het beheer van belangenconflicten, de organisatorische processen en procedures die een ratingbureau dient te hebben ingesteld, de kwaliteit van ratings en ratingmethodologieën, de openbaarmaking van ratings en de algemene en periodieke openbaarmaking van ratingactiviteiten. Het Japanse kader voorziet derhalve in een gelijkwaardige bescherming wat integriteit, transparantie, goed bestuur van ratingbureaus en betrouwbaarheid van ratingactiviteiten betreft.

(6)

Volgens de derde voorwaarde dient de regelgeving in het derde land bemoeienis van de bevoegde autoriteiten en andere overheden van dat derde land met de inhoud van ratings en methodologieën uit te sluiten. In dit verband zij erop gewezen dat het het JFSA bij wet verboden is zich met de inhoud van ratings en ratingmethodologieën te bemoeien.

(7)

Gezien de onderzochte factoren kan het Japanse juridische en toezichtkader inzake ratingbureaus worden geacht te voldoen aan de in artikel 5, lid 6, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1060/2009 neergelegde voorwaarden. Het Japanse juridische en toezichtkader inzake ratingbureaus dient daarom als gelijkwaardig te worden beschouwd aan het juridische en toezichtkader dat bij Verordening (EG) nr. 1060/2009 is ingesteld.

(8)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Europees Comité voor het effectenbedrijf,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de toepassing van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1060/2009 wordt het Japanse juridische en toezichtkader inzake ratingbureaus als gelijkwaardig aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 beschouwd.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 28 september 2010.

Voor de Commissie

Michel BARNIER

Lid van de Commissie


(1)  PB L 302 van 17.11.2009, blz. 1.


Top