EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32009L0079

Richtlijn 2009/79/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende het beveiligingssysteem voor passagiers van motorvoertuigen op twee wielen (Gecodificeerde versie) (Voor de EER relevante tekst)

PB L 201 van 1.8.2009, p. 29–35 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2015; opgeheven door 32013R0168

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2009/79/oj

1.8.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 201/29


RICHTLIJN 2009/79/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 13 juli 2009

betreffende het beveiligingssysteem voor passagiers van motorvoertuigen op twee wielen

(Gecodificeerde versie)

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (2),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 93/32/EEG van de Raad van 14 juni 1993 betreffende het beveiligingssysteem voor passagiers van motorvoertuigen op twee wielen (3) is ingrijpend gewijzigd (4). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze richtlijn te worden overgegaan.

(2)

Richtlijn 93/32/EEG is één van de bijzondere richtlijnen van het bij Richtlijn 92/61/EEG van de Raad van 30 juni 1992 betreffende de goedkeuring van twee- of driewielige motorvoertuigen, vervangen door Richtlijn 2002/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 maart 2002 betreffende de goedkeuring van twee- of driewielige motorvoertuigen (5), ingestelde EG-typegoedkeuringssysteem en stelt de technische voorschriften vast betreffende het ontwerp en de bouw van tweewielige motorvoertuigen met betrekking tot het beveiligingssysteem voor passagiers. Deze technische voorschriften beogen de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten, teneinde de uitvoering van de bij Richtlijn 2002/24/EG geregelde EG-typegoedkeuringsprocedure, ten aanzien van elk type voertuig mogelijk te maken. Derhalve zijn de bepalingen van Richtlijn 2002/24/EG betreffende voertuigsystemen, onderdelen en afzonderlijke technische eenheden op de onderhavige richtlijn van toepassing.

(3)

Daar de doelstelling deze richtlijn, namelijk het verlenen van de EG-onderdeeltypegoedkeuring wat het beveiligingssysteem voor passagiers van een type tweewielig motorvoertuig betreft, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt en derhalve, wegens de omvang en de gevolgen van het optreden, beter door de Gemeenschap kan worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze richtlijn niet verder dan nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken.

(4)

Deze richtlijn dient de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage II, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht en toepassing van de aldaar genoemde richtlijnen onverlet te laten,

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Deze richtlijn is van toepassing op het beveiligingssysteem voor passagiers van elk type motorvoertuig op twee wielen zoals bedoeld in artikel 1 van Richtlijn 2002/24/EG.

Artikel 2

De procedure voor het verlenen van de EG-onderdeeltypegoedkeuring wat het beveiligingssysteem voor passagiers van een type motorvoertuig op twee wielen betreft, alsmede de voorwaarden voor het vrije verkeer van deze voertuigen zijn vastgesteld bij Richtlijn 2002/24/EG in respectievelijk hoofdstuk II en hoofdstuk III.

Artikel 3

De wijzigingen die noodzakelijk zijn om de in bijlage I neergelegde voorschriften aan te passen aan de vooruitgang van de techniek, worden vastgesteld volgens de in artikel 18, lid 2, van Richtlijn 2002/24/EG bedoelde procedure.

Artikel 4

1.   De lidstaten mogen, om redenen die verband houden met het beveiligingssysteem voor passagiers:

noch de EG-goedkeuring voor een type tweewielig motorvoertuig of van een type beveiligingssysteem voor passagiers weigeren,

noch de inschrijving, de verkoop of het in het verkeer brengen van tweewielige motorvoertuigen alsmede de verkoop of het in de handel brengen van beveiligingssystemen voor passagiers verbieden,

voor zover de beveiligingssystemen voor passagiers voldoen aan de eisen van deze richtlijn.

2.   De lidstaten weigeren de EG-goedkeuring voor elk type tweewielig motorvoertuig om redenen die verband houden met het beveiligingssysteem voor passagiers en ieder type beveiligingssysteem voor passagiers indien niet is voldaan aan de eisen van deze richtlijn.

3.   De lidstaten delen de Commissie de tekst mede van de voornaamste bepalingen van intern recht die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied aannemen.

Artikel 5

Richtlijn 93/32/EEG, zoals gewijzigd bij de in bijlage II, deel A, genoemde richtlijn, wordt ingetrokken, onverminderd de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage II, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht en toepassing van de aldaar genoemde richtlijnen.

Verwijzingen naar de ingetrokken richtlijn gelden als verwijzingen naar de onderhavige richtlijn en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

Artikel 6

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2010.

Artikel 7

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 13 juli 2009.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

H.-G. PÖTTERING

Voor de Raad

De voorzitter

E. ERLANDSSON


(1)  PB C 234 van 30.9.2003, blz. 19.

(2)  Advies van het Europees Parlement van 25 september 2007 (PB C 219 E van 28.8.2008, blz. 65) en besluit van de Raad van 7 juli 2009.

(3)  PB L 188 van 29.7.1993, blz. 28.

(4)  Zie bijlage II, deel A.

(5)  PB L 124 van 9.5.2002, blz. 1.


BIJLAGE I

1.   ALGEMENE VOORSCHRIFTEN

Indien een passagier kan worden vervoerd moet het voertuig van een beveiligingssysteem voor passagiers zijn voorzien. Dit systeem moet bestaan uit een riem dan wel een of meer handgrepen.

1.1.   Riem

De riem moet zodanig op het zadel of op andere met het frame verbonden gedeelten zijn gemonteerd dat de passagier deze gemakkelijk kan gebruiken. De riem en de bevestiging daarvan moeten zodanig zijn ontworpen dat zij zonder breuk bestand zijn tegen een verticale trekkracht van 2 000 N die met een maximale druk van 2 MPa op statische wijze op het midden van het oppervlak van de riem wordt uitgeoefend.

1.2.   Handgreep

Indien gebruik wordt gemaakt van één handgreep moet deze dichtbij het zadel en symmetrisch ten opzichte van het middenlangsvlak van het voertuig zijn gemonteerd.

Deze handgreep moet zodanig zijn ontworpen dat deze zonder breuk bestand is tegen een verticale trekkracht van 2 000 N die met een maximale druk van 2 MPa op statische wijze op het midden van het oppervlak van de handgreep wordt uitgeoefend.

Indien gebruik wordt gemaakt van twee handgrepen moeten deze symmetrisch aan weerszijden zijn gemonteerd.

Deze handgrepen moeten zodanig zijn ontworpen dat elk van hen zonder breuk bestand is tegen een verticale trekkracht van 1 000 N die met een maximale druk van 1 MPa op statische wijze op het midden van het oppervlak van de handgreep wordt uitgeoefend.

Aanhangsel 1

Inlichtingenformulier wat betreft de beveiligingssystemen voor passagiers van een type motorvoertuig op twee wielen

(bij de EG-onderdeeltypegoedkeuringsaanvraag te voegen ingeval deze los van de aanvraag om EG-typegoedkeuring van het voertuig wordt ingediend)

Volgnummer (door de aanvrager toegekend): …

Bij de aanvraag om EG-onderdeeltypegoedkeuring wat betreft de beveiligingssystemen voor passagiers van een type motorvoertuig op twee wielen moeten de inlichtingen worden verstrekt als bedoeld in de volgende punten in bijlage II van Richtlijn 2002/24/EG:

deel 1, onder A, punten:

0.1,

0.2,

0.4 tot en met 0.6;

deel 1, onder B, punten:

1.4 tot en met 1.4.2.

Aanhangsel 2

Naam van de bevoegde instantie

EG-onderdeeltypegoedkeuringscertificaat wat betreft de beveiligingssystemen voor passagiers van een type motorvoertuig op twee wielen

MODEL

Verslag nr. … van de technische dienst … dd. …

EG-onderdeeltypegoedkeuringsnr.: … Uitbreidignsnr.: …

1.

Fabrieks- of handelsmerk van het voertuig: …

2.

Type voertuig: …

3.

Naam en adres van de constructeur: …

4.

Naam en adres van de eventuele gemachtigde van de constructeur: …

5.

Voertuig ter keuring aangeboden op: …

6.

De EG-onderdeeltypegoedkeuring is verleend/geweigerd (1)

7.

Plaats: …

8.

Datum: …

9.

Handtekening: …


(1)  Doorhalen wat niet van toepassing is.


BIJLAGE II

DEEL A

Ingetrokken richtlijn en de wijziging ervan

(bedoeld in artikel 5)

Richtlijn 93/32/EEG van de Raad

(PB L 188 van 29.7.1993, blz. 28)

Richtlijn 1999/24/EG van de Commissie

(PB L 104 van 21.4.1999, blz. 16)

DEEL B

Lijst van de termijnen voor omzetting in nationaal recht en toepassing

(bedoeld in artikel 5)

Richtlijn

Termijn voor omzetting

Toepassingsdatum

93/32/EEG

14 december 1994

14 juni 1995 (1)

1999/24/EG

31 december 1999

1 januari 2000 (2)


(1)  In overeenstemming met artikel 4, lid 1, derde alinea, van Richtlijn 93/32/EEG:

„Vanaf de in de eerste alinea vermelde datum mogen de lidstaten het voor het eerst in het verkeer brengen van aan deze richtlijn beantwoordende voertuigen niet verbieden om redenen die met de beveiligingssystemen voor passagiers verband houden.”.

De genoemde datum is 14 december 1994; zie Richtlijn 93/32/EEG, artikel 4, lid 1, eerste alinea.

(2)  Artikel 2 van Richtlijn 1999/24/EG:

„1.   Met ingang van 1 januari 2000 mogen de lidstaten om redenen die verband houden met het beveiligingssysteem voor passagiers:

noch de EG-goedkeuring voor een type tweewielig motorvoertuig of van een type beveiligingssysteem voor passagiers weigeren,

noch de inschrijving, de verkoop of het in het verkeer brengen van tweewielige motorvoertuigen alsmede de verkoop of het in de handel brengen van beveiligingssystemen voor passagiers verbieden,

voor zover de beveiligingssystemen voor passagiers voldoen aan de eisen van Richtlijn 93/32/EEG, gewijzigd bij deze richtlijn.

2.   Met ingang van 1 juli 2000 weigeren de lidstaten de EG-goedkeuring voor elk type tweewielig motorvoertuig om redenen die verband houden met het beveiligingssysteem voor passagiers en ieder type beveiligingssysteem voor passagiers indien niet is voldaan aan de eisen van Richtlijn 93/32/EEG gewijzigd bij deze richtlijn.”.


BIJLAGE III

Concordantietabel

Richtlijn 93/32/EEG

Richtlijn 1999/24/EG

De onderhavige richtlijn

Artikelen 1, 2 en 3

 

Artikelen 1, 2 en 3

Artikel 4, lid 1

 

 

Artikel 2, lid 1

Artikel 4, lid 1

 

Artikel 2, lid 2

Artikel 4, lid 2

Artikel 4, lid 2

 

Artikel 4, lid 3

 

Artikel 5

 

Artikel 6

Artikel 5

 

Artikel 7

Bijlage

 

Bijlage I

Aanhangsel 1

 

Aanhangsel 1

Aanhangsel 2

 

Aanhangsel 2

 

Bijlage II

 

Bijlage III


Top