Dit document is overgenomen van EUR-Lex
Document 62016TJ0717
Arrest van het Gerecht (Tweede kamer) van 26 september 2017.
Waldhausen GmbH & Co. KG tegen Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie.
Uniemerk – Aanvraag voor een Uniebeeldmerk dat het silhouet van een paardenhoofd afbeeldt – Absolute weigeringsgrond – Geen onderscheidend vermogen – Artikel 7, lid 1, onder b), van verordening (EG) nr. 207/2009.
Zaak T-717/16.
Arrest van het Gerecht (Tweede kamer) van 26 september 2017.
Waldhausen GmbH & Co. KG tegen Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie.
Uniemerk – Aanvraag voor een Uniebeeldmerk dat het silhouet van een paardenhoofd afbeeldt – Absolute weigeringsgrond – Geen onderscheidend vermogen – Artikel 7, lid 1, onder b), van verordening (EG) nr. 207/2009.
Zaak T-717/16.
Jurisprudentie – Algemeen – Afdeling “Informatie betreffende niet-gepubliceerde beslissingen”
Arrest van het Gerecht (Tweede kamer) van 26 september 2017 –
Waldhausen/EUIPO (Afbeelding van het silhouet van een paardenhoofd)
(Zaak T‑717/16)
„Uniemerk – Aanvraag voor een Uniebeeldmerk dat het silhouet van een paardenhoofd afbeeldt – Absolute weigeringsgrond – Geen onderscheidend vermogen – Artikel 7, lid 1, onder b), van verordening (EG) nr. 207/2009”
1. |
Uniemerk–Definitie en verkrijging van het Uniemerk–Absolute weigeringsgronden–Merken zonder onderscheidend vermogen–Beoordeling van het onderscheidend vermogen–Criteria [Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, b)] (zie punten 16‑19, 41, 46) |
2. |
Uniemerk–Definitie en verkrijging van het Uniemerk–Absolute weigeringsgronden–Merken zonder onderscheidend vermogen–Beoordeling van het onderscheidend vermogen–Criteria–Perceptie van het merk door het relevante publiek–Aandachtsniveau van het publiek [Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, b)] (zie punten 23, 24, 31) |
3. |
Uniemerk–Definitie en verkrijging van het Uniemerk–Absolute weigeringsgronden–Merken zonder onderscheidend vermogen–Beeldmerk dat het silhouet van een paardenhoofd afbeeldt [Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, b)] (zie punten 28‑30, 32, 36, 37, 42, 43, 48‑53) |
4. |
Uniemerk–Definitie en verkrijging van het Uniemerk–Aanvraag tot inschrijving van een teken voor alle waren of diensten van eenzelfde categorie–Ontbreken van onderscheidend vermogen enkel voor bepaalde waren van deze categorie, hetgeen niet belet te erkennen dat het teken onderscheidend vermogen mist voor alle waren van deze categorie [Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, b)] (zie punt 35) |
5. |
Uniemerk–Definitie en verkrijging van het Uniemerk–Absolute weigeringsgronden–Merken zonder onderscheidend vermogen–Erkenning van het onderscheidend vermogen van het teken niet afhankelijk van de vaststelling van een bepaald niveau van taalkundige of kunstzinnige creativiteit of verbeelding [Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, b)] (zie punt 47) |
6. |
Uniemerk–Beslissingen van het Bureau–Rechtmatigheid–Onderzoek door de Unierechter–Criteria (Verordening nr. 207/2009 van de Raad) (zie punt 56) |
7. |
Uniemerk–Beslissingen van het Bureau–Beginsel van gelijke behandeling–Beginsel van goed bestuur–Eerdere beslissingspraktijk van het Bureau (Verordening nr. 207/2009 van de Raad) (zie punten 58, 59) |
Voorwerp
Beroep tegen de beslissing van de vierde kamer van beroep van het EUIPO van 31 augustus 2016 (zaak R 1195/2016‑4) inzake een aanvraag tot inschrijving als Uniemerk van een beeldteken dat het silhouet van een paardenhoofd afbeeldt
Dictum
1) |
Het beroep wordt verworpen. |
2) |
Waldhausen GmbH & Co. KG wordt verwezen in de kosten. |