EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 22007A0720(02)

Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds - Slotakte - Verklaringen

PB L 189 van 20.7.2007, p. 26–39 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2013

Related Council decision

22007A0720(02)

Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds - Slotakte - Verklaringen

Publicatieblad Nr. L 189 van 20/07/2007 blz. 0026 - 0039


Overeenkomst

inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

namens de Europese Gemeenschap

en

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

(hierna "de Commissie" genoemd),

namens de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

(hierna gezamenlijk "de Gemeenschappen" genoemd),

enerzijds,

en

DE ZWITSERSE BONDSRAAD,

namens de Zwitserse Bondsstaat, hierna "Zwitserland" genoemd,

anderzijds,

hierna "de partijen" genoemd,

OVERWEGENDE dat de nauwe banden tussen Zwitserland en de Gemeenschappen de partijen tot voordeel strekken;

OVERWEGENDE het belang van wetenschappelijk en technologisch onderzoek voor de Gemeenschappen en voor Zwitserland en hun wederzijdse belang bij samenwerking op dit gebied teneinde middelen beter te gebruiken en onnodig dubbel werk te vermijden;

OVERWEGENDE dat Zwitserland en de Gemeenschappen momenteel onderzoeksprogramma’s op gebieden van gemeenschappelijk belang uitvoeren;

OVERWEGENDE dat de Gemeenschappen en Zwitserland er belang bij hebben in deze programma’s tot wederzijds voordeel van de partijen samen te werken;

OVERWEGENDE het belang dat de partijen erbij hebben de wederzijdse toegang van hun onderzoeksentiteiten tot onderzoeks- en technologische ontwikkelingsactiviteiten in Zwitserland enerzijds en de kaderprogramma’s van de Gemeenschappen voor onderzoeks- en technologische ontwikkeling anderzijds aan te moedigen;

OVERWEGENDE dat de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en Zwitserland in 1978 een Samenwerkingsovereenkomst op het gebied van de beheerste thermonucleaire kernversmelting en plasmafysica hebben gesloten (hierna de "Fusieovereenkomst" genoemd);

OVERWEGENDE dat de partijen op 8 januari 1986 een Kaderovereenkomst voor wetenschappelijke en technische samenwerking hebben gesloten, die op 17 juli 1987 in werking is getreden (hierna de "Kaderovereenkomst" genoemd);

OVERWEGENDE dat artikel 6 van de Kaderovereenkomst bepaalt dat de in de Kaderovereenkomst bedoelde samenwerking dient te worden uitgevoerd door middel van daartoe strekkende overeenkomsten;

OVERWEGENDE dat de Gemeenschappen en Zwitserland op 16 januari 2004 een Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking hebben ondertekend [1], die sinds 1 januari 2004 voorlopig is toegepast en die op 16 mei 2006 in werking is getreden;

OVERWEGENDE dat artikel 9, lid 2, van die overeenkomst voorziet in de hernieuwing van de overeenkomst met het oog op deelname, op onderling overeengekomen voorwaarden, aan nieuwe meerjarige kaderprogramma’s voor onderzoek en technologische ontwikkeling;

OVERWEGENDE dat het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (hierna het "zevende EG-kaderprogramma" genoemd) is aangenomen bij Besluit nr. 1982/2006/EG [2] en Verordening (EG) nr. 1906/2006 [3] van het Europees Parlement en de Raad en bij de Beschikkingen 2006/971/EG [4], 2006/972/EG [5], 2006/973/EG [6], 2006/974/EG [7] en 2006/975/EG [8] van de Raad, en het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten (2007-2011) is aangenomen bij Besluit 2006/970/Euratom van de Raad [9], Verordening (Euratom) nr. 1908/2006 van de Raad [10] en bij de Beschikkingen 2006/976/Euratom [11] en 2006/977/Euratom [12] van de Raad (hierna de "zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom" genoemd);

OVERWEGENDE dat, onverminderd de bepalingen van de Verdragen tot oprichting van de Gemeenschappen, deze overeenkomst en alle daaronder vallende activiteiten op generlei wijze afbreuk doen aan de bevoegdheden van de lidstaten om met Zwitserland bilaterale activiteiten op het gebied van wetenschap, technologie, onderzoek en ontwikkeling uit te voeren en in voorkomend geval daartoe overeenkomsten te sluiten,

HEBBEN OVEREENSTEMMING BEREIKT OMTRENT DE VOLGENDE BEPALINGEN:

Artikel 1

Voorwerp van de overeenkomst

1. Onverminderd de Fusieovereenkomst geldt voor de vorm van en de voorwaarden voor de Zwitserse deelname aan de uitvoering van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom het bepaalde in deze overeenkomst.

In Zwitserland gevestigde juridische entiteiten kunnen deelnemen aan alle specifieke programma’s van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom.

2. Zwitserse juridische entiteiten kunnen aan de activiteiten van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek deelnemen voor zover op deze deelname lid 1 niet van toepassing is.

3. In de Europese Gemeenschappen gevestigde juridische entiteiten, met inbegrip van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek, kunnen aan onderzoeksprogramma’s en/of -projecten in Zwitserland deelnemen wat betreft onderwerpen die overeenstemmen met die van de programma’s van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom.

4. Voor de doeleinden van deze overeenkomst wordt onder "juridische entiteit" verstaan elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die overeenkomstig het nationale recht van zijn vestigingsplaats of het Gemeenschapsrecht is opgericht, die rechtspersoonlijkheid bezit en die in eigen naam ongeacht welke rechten en plichten kan hebben. Hieronder vallen onder andere universiteiten, onderzoeksorganisaties, industriële ondernemingen, met inbegrip van kleine en middelgrote ondernemingen, en personen.

Artikel 2

Vormen en middelen van samenwerking

De samenwerking kan de volgende vormen aannemen:

1. Deelname van in Zwitserland gevestigde juridische entiteiten aan alle krachtens de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom aangenomen specifieke programma’s overeenkomstig de voorwaarden die zijn neergelegd in de regels voor de deelname van ondernemingen, onderzoekcentra en universiteiten aan de activiteiten van de Europese Gemeenschap op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie en de activiteiten van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie op het gebied van onderzoek en opleiding.

Ingeval de Gemeenschap voorziet in de uitvoering van de artikelen 169 en 171 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap mag Zwitserland deelnemen aan de krachtens deze bepalingen gecreëerde rechtsstructuren, behoudens de regels die worden aangenomen voor de instelling van deze rechtsstructuren en mits deze regels van toepassing worden in Zwitserland. Het Onderzoekscomité Zwitserland/Gemeenschappen beslist over de toepasselijkheid van deze regels in Zwitserland.

In Zwitserland gevestigde juridische entiteiten komen in aanmerking voor deelname aan acties onder contract op basis van de artikelen 169 en 171 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap.

2. Financiële bijdrage van Zwitserland in de budgetten van de met het oog op de uitvoering van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom aangenomen programma’s overeenkomstig artikel 5, lid 2.

3. Deelname van in de Gemeenschappen gevestigde juridische entiteiten aan door de Bondsraad goedgekeurde Zwitserse onderzoeksprogramma’s en/of -projecten in verband met onderwerpen die overeenstemmen met die van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom, overeenkomstig de voorwaarden die zijn neergelegd in de onderscheiden Zwitserse voorschriften en met instemming van de partners in het specifieke project en het beheer van het overeenkomstige Zwitserse programma. In de Gemeenschappen gevestigde juridische entiteiten die aan Zwitserse onderzoeksprogramma’s en -projecten deelnemen, dragen hun eigen kosten met inbegrip van hun relatieve aandeel in de kosten van algemeen beheer en administratie van het project.

4. Naast de regelmatige verschaffing van informatie en documentatie over de uitvoering van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom en de Zwitserse programma’s en/of projecten kan de samenwerking tussen de partijen de volgende vormen aannemen en met de volgende middelen plaatsvinden:

a) regelmatige discussies over de hoofdlijnen en prioriteiten van het onderzoekbeleid en de onderzoeksplanning in Zwitserland en de Gemeenschappen;

b) discussies over de vooruitzichten voor en de ontwikkeling van de samenwerking;

c) tijdige uitwisseling van informatie over de uitvoering van programma’s en onderzoeksprojecten in Zwitserland en de Gemeenschappen en over de resultaten van de in het kader van deze overeenkomst verrichte werkzaamheden;

d) gezamenlijke vergaderingen;

e) bezoeken en uitwisselingen van onderzoekers, ingenieurs en technici;

f) geregelde permanente contacten tussen programma- of projectbeheerders in Zwitserland en de Gemeenschappen;

g) deelname van deskundigen aan seminars, symposia en workshops.

Artikel 3

Aanpassing

De samenwerking kan te allen tijde met instemming van de partijen worden aangepast en uitgebreid.

Artikel 4

Intellectuele-eigendomsrechten en verplichtingen

1. Onverminderd bijlage A en de toepasselijke wetgeving hebben in Zwitserland gevestigde juridische entiteiten die aan onderzoeksprogramma’s van de Gemeenschappen deelnemen met betrekking tot de eigendom, het gebruik en de verspreiding van informatie en intellectuele eigendom die uit deze deelname voortvloeien, dezelfde rechten en verplichtingen als in de Europese Gemeenschappen gevestigde juridische entiteiten. Deze bepaling is niet van toepassing op resultaten van projecten die voor de voorlopige toepassing van deze overeenkomst al begonnen waren.

2. Onverminderd bijlage A en de toepasselijke wetgeving hebben in de Gemeenschappen gevestigde juridische entiteiten die aan Zwitserse onderzoeksprogramma’s en/of -projecten deelnemen overeenkomstig artikel 2, punt 3, met betrekking tot de eigendom, het gebruik en de verspreiding van informatie en intellectuele eigendom die uit deze deelname voortvloeien, dezelfde rechten en verplichtingen als in Zwitserland gevestigde juridische entiteiten die aan de betrokken programma’s en/of projecten deelnemen.

Artikel 5

Financiële bepalingen

1. Verbintenissen die door de Gemeenschappen krachtens de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom worden aangegaan vóór de voorlopige toepassing van deze overeenkomst, alsmede de daaruit voortvloeiende betalingen, brengen geen bijdrage van de zijde van Zwitserland mee. De financiële bijdrage van Zwitserland in verband met de deelname aan de uitvoering van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom wordt vastgesteld in evenredigheid met en als aanvulling op het bedrag dat jaarlijks op de algemene begroting van de Europese Unie beschikbaar is voor vastleggingskredieten om te voldoen aan de financiële verplichtingen van de Commissie in verband met werkzaamheden die worden uitgevoerd in de vormen die nodig zijn voor de uitvoering, het beheer en het functioneren van die programma’s en activiteiten die onder deze overeenkomst vallen.

2. De evenredigheidsfactor voor het bepalen van de Zwitserse bijdrage aan de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom, met uitzondering van het fusieprogramma, wordt bepaald door de verhouding tussen het bruto binnenlands product van Zwitserland tegen marktprijzen en de som van de bruto binnenlandse producten van de lidstaten van de Europese Unie tegen marktprijzen. De Zwitserse bijdrage aan het fusieprogramma wordt zoals voorheen berekend op basis van de desbetreffende overeenkomst. Deze verhoudingen worden berekend op basis van de meest recente statistieken van Eurostat die beschikbaar zijn op het ogenblik waarop het voorontwerp van de begroting van de Europese Unie voor dat jaar wordt bekendgemaakt.

3. De voorwaarden voor de financiële bijdrage van Zwitserland zijn uiteengezet in bijlage B.

Artikel 6

Onderzoekscomité Zwitserland/Gemeenschappen

1. Het bij de kaderovereenkomst opgerichte Onderzoekscomité Zwitserland/Gemeenschappen controleert, beoordeelt en draagt zorg voor de juiste uitvoering van deze overeenkomst. Eventuele vraagstukken in verband met de uitvoering of interpretatie van deze overeenkomst worden aan dit comité voorgelegd.

2. Het comité kan op verzoek de regio’s van Zwitserland aanwijzen die voldoen aan de criteria die zijn opgenomen in artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad [13] en derhalve in aanmerking komen voor deelname aan onderzoeksacties op grond van het werkprogramma "Onderzoekspotentieel" op grond van het specifieke programma "Capaciteiten".

3. Het comité kan besluiten de verwijzingen naar de communautaire teksten in bijlage C te wijzigen.

Artikel 7

Deelname

1. Onverminderd artikel 4 hebben in Zwitserland gevestigde juridische entiteiten die aan de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom deelnemen, dezelfde contractuele rechten en verplichtingen als in de Gemeenschappen gevestigde entiteiten.

2. Voor in Zwitserland gevestigde juridische entiteiten gelden dezelfde voorwaarden en regels voor de indiening en beoordeling van voorstellen en voor de toekenning en sluiting van subsidieovereenkomsten en/of contracten in communautaire programma’s als voor subsidieovereenkomsten en/of contracten die in dezelfde programma’s met in de Gemeenschappen gevestigde juridische entiteiten worden gesloten.

3. In Zwitserland gevestigde juridische entiteiten komen in aanmerking voor leningen die de Europese Investeringsbank verstrekt ter ondersteuning van op grond van het zevende EG-kaderprogramma vastgestelde onderzoeksdoelstellingen.

4. Bij de keuze van beoordelaars of onafhankelijke deskundigen voor de communautaire programma’s voor onderzoek en technologische ontwikkeling wordt een toereikend aantal Zwitserse deskundigen in aanmerking genomen, rekening houdend met de vaardigheden en kennis die aanwezig moeten zijn voor het uitvoeren van de taken die aan hen worden opgedragen.

5. Onverminderd artikel 1, lid 3, artikel 2, punt 3, en artikel 4, lid 2, en onverminderd de bestaande voorschriften en procedures zijn de voorwaarden en regels voor de deelname van in de Gemeenschappen gevestigde juridische entiteiten aan de programma’s en/of projecten van Zwitserse onderzoekprogramma’s zoals bedoeld in artikel 2, punt 3, gelijkwaardig aan die welke voor Zwitserse projectpartners gelden. Aan de deelname van één of meer in de Gemeenschappen gevestigde juridische entiteiten aan een project kunnen de Zwitserse autoriteiten de voorwaarde verbinden dat ten minste één Zwitserse entiteit deelneemt.

Artikel 8

Mobiliteit

Elke partij garandeert in overeenstemming met de bestaande voorschriften en overeenkomsten de toegang en het verblijf van onderzoekers en — voor zover onmisbaar voor een succesvolle uitvoering van de betrokken activiteit — van een beperkt aantal van hun onderzoekspersoneel, dat in Zwitserland en in de Gemeenschappen deelneemt aan de activiteiten die onder deze overeenkomst vallen.

Artikel 9

Herziening en toekomstige samenwerking

1. Als de Gemeenschappen hun onderzoeksprogramma’s herzien of uitbreiden, kan deze overeenkomst op onderling overeen te komen voorwaarden worden herzien of uitgebreid. De partijen wisselen vooraf informatie en standpunten uit in verband met een dergelijke herziening of uitbreiding en over alle zaken die direct of indirect gevolgen hebben voor de samenwerking van Zwitserland op de gebieden die deel uitmaken van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom. Zwitserland wordt van de exacte inhoud van de herziene of uitgebreide programma’s in kennis gesteld binnen twee weken nadat zij door de Gemeenschappen zijn aangenomen. Als de onderzoeksprogramma’s worden herzien of uitgebreid, kan Zwitserland de onderhavige overeenkomst opzeggen met een opzegtermijn van zes maanden. Deze kennisgeving van het voornemen om deze overeenkomst op te zeggen of uit te breiden, wordt binnen drie maanden na de vaststelling van het besluit van de Gemeenschappen gedaan.

2. Als de Gemeenschappen nieuwe meerjarige kaderprogramma’s voor onderzoek en technologische ontwikkeling aannemen, kan deze overeenkomst op onderling door de partijen overeen te komen voorwaarden worden herzien of hernieuwd. De partijen wisselen via het Onderzoekscomité Zwitserland/Gemeenschappen informatie en standpunten uit in verband met het opstellen van dergelijke programma’s of andere lopende en toekomstige onderzoeksactiviteiten.

Artikel 10

Verband met andere internationale overeenkomsten

1. De bepalingen van deze overeenkomst blijven van kracht onverminderd de voordelen die voortvloeien uit andere internationale overeenkomsten die één van de partijen binden en enkel juridische entiteiten gevestigd op het grondgebied van die partij deze voordelen bieden.

2. Een juridische entiteit die gevestigd is in een ander land dat geassocieerd is met het zevende EG-kaderprogramma (geassocieerd land) geniet dezelfde rechten en verplichtingen op grond van deze overeenkomst als juridische entiteiten die gevestigd zijn in een lidstaat, mits het geassocieerde land waarin de entiteit is gevestigd ermee akkoord is gegaan aan juridische entiteiten uit Zwitserland dezelfde rechten en verplichtingen toe te kennen.

Artikel 11

Territoriaal toepassingsgebied

Deze overeenkomst is van toepassing op het grondgebied waar de Verdragen tot oprichting van de Gemeenschappen van toepassing zijn en onder de in die Verdragen neergelegde voorwaarden, enerzijds, en op het grondgebied van Zwitserland, anderzijds.

Artikel 12

Bijlagen

De bijlagen A, B en C zijn een integrerend onderdeel van deze overeenkomst.

Artikel 13

Wijziging en beëindiging

1. Deze overeenkomst wordt hierbij gesloten voor de duur van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom.

2. Deze overeenkomst kan alleen schriftelijk worden gewijzigd met instemming van beide partijen. Voor de inwerkingtreding van de wijzigingen geldt de procedure die ook op deze overeenkomst van toepassing is.

3. Elk van beide partijen kan deze overeenkomst te allen tijde beëindigen met een opzegtermijn van zes maanden.

4. Projecten en activiteiten die op het ogenblik waarop deze overeenkomst afloopt of wordt beëindigd, gaande zijn, worden onder de in deze overeenkomst neergelegde voorwaarden voortgezet totdat zij zijn voltooid. De partijen regelen in onderlinge overeenstemming de eventuele andere gevolgen van de beëindiging.

Artikel 14

Inwerkingtreding en voorlopige toepassing

1. Deze overeenkomst wordt door de partijen bekrachtigd of gesloten volgens hun onderscheiden regels. De overeenkomst wordt van kracht op de datum van de laatste kennisgeving van de voltooiing van de daartoe vereiste procedures en wordt voorlopig toegepast per 1 januari 2007.

2. Indien een partij de andere partij meedeelt dat zij deze overeenkomst niet zal sluiten, wordt hierbij overeengekomen dat:

- de Gemeenschappen Zwitserland zijn bijdrage in de algemene begroting van de Europese Unie, zoals bedoeld in artikel 2, punt 2, terugbetalen;

- bedragen die door de Gemeenschap zijn vastgelegd in verband met de deelname van in Zwitserland gevestigde juridische entiteiten aan acties onder contract, met inbegrip van in artikel 2, punt 1, bedoelde vergoedingen, evenwel door de Gemeenschappen worden afgetrokken van de bovengenoemde terugbetaling;

- projecten en activiteiten die in het kader van deze voorlopige toepassing zijn opgezet en die op het ogenblik van de bovengenoemde mededeling gaande zijn, onder de in deze overeenkomst neergelegde voorwaarden worden voortgezet totdat zij zijn voltooid.

Deze overeenkomst is opgesteld in twee exemplaren in de Bulgaarse, Tsjechische, Deense, Nederlandse, Engelse, Estse, Finse, Franse, Duitse, Griekse, Hongaarse, Italiaanse, Letse, Litouwse, Maltese, Poolse, Portugese, Roemeense, Slowaakse, Sloveense, Spaanse en Zweedse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

Съставено в Люксембург на двадесет и пети юни две хиляди и седма година.

Hecho en Luxemburgo, el veinticinco de junio de dos mil siete.

V Lucemburku dne dvacátého pátého června dva tisíce sedm.

Udfærdiget i Luxembourg den femogtyvende juni to tusind og syv.

Geschehen zu Luxemburg am fünfundzwanzigsten Juni zweitausendsieben.

Kahe tuhande seitsmenda aasta juunikuu kahekümne viiendal päeval Luxembourgis.

Έγινε στο Λουξεμβούργο, στις είκοσι πέντε Ιουνίου δύο χιλιάδες επτά.

Done at Luxembourg, on the twenty-fifth day of June in the year two thousand and seven.

Fait à Luxembourg, le vingt-cinq juin deux mille sept.

Fatto a Lussemburgo, addì venticinque giugno duemilasette.

Luksemburgā, divtūkstoš septītā gada divdesmit piektajā jūnijā.

Priimta du tūkstančiai septintųjų metų birželio dvidešimt penktą dieną Liuksemburge.

Kelt Luxembourgban, a kettőezer-hetedik év június havának huszonötödik napján.

Magħmul fil-Lussemburgu, fil- ħamsa u għoxrin jum ta' Ġunju tas-sena elfejn u sebgħa.

Gedaan te Luxemburg, de vijfentwintigste juni tweeduizend zeven.

Sporządzono w Luksemburgu dnia dwudziestego piątego czerwca roku dwa tysiące siódmego.

Feito no Luxemburgo, em vinte e cinco de Junho de dois mil e sete.

Adoptat la Luxemburg, douăzeci şi cinci iunie două mii șapte.

V Luxemburgu dňa dvadsiateho piateho júna dvetisícsedem.

V Luxembourgu, petindvajsetega junija leta dva tisoč sedem.

Tehty Luxemburgissa kahdentenakymmenentenäviidentenä päivänä kesäkuuta vuonna kaksituhattaseitsemän.

Som skedde i Luxemburg den tjugofemte juni tjugohundrasju.

Зa Eвpoпeйcката общност

Por la Comunidad Europea

Za Evropské společenství

For Det Europæiske Fællesskab

Für die Europäische Gemeinschaft

Euroopa Ühenduse nimel

Гια την Ευρωπαїκή Κоινότητα

For the European Community

Pour la Communauté européenne

Per la Comunità europea

Eiropas Kopienas vārdā

Europos bendrijos vardu

Az Európai Közösség részéről

Għall-Komunità Ewropea

Voor de Europese Gemeenschap

W imieniu Wspólnoty Europejskiej

Pela Comunidade Europeia

Pentru Comunitatea Europeană

Za Európske spoločenstvo

Za Evropsko skupnost

Euroopan yhteisön puolesta

För Europeiska gemenskapen

+++++ TIFF +++++

Зa Eвpoпeйcката общност зa aтoмна енергия

Por la Comunidad Europea de la Energía Atómica

Za Evropské společenství pro atomovou energii

For Det Europæiske Atomenergifælleskab

Für die Europäische Atomgemeinschaft

Euroopa Aatomienergiaühenduse nimel

Гια την Ευρωπαїκή Κоινότητα Ατομικής Εvέργειας

For the European Atomic Energy Community

Pour la Communauté européenne de l'énergie atomique

Per la Comunità europea dell'energia atomica

Eiropas Atomenerġijas kopienas vārdā

Europos atominés energijos bendrijos vardu

Az Európai Atomenergia-közösség részéről

Għall-Komunità Ewropea ta' l-Enerġija Atomika

W imieniu Europejskiej Wspólnoty Energii Atomowej

Voor de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie

Pela Comunidade Europeia da Energia Atómica

Pentru Comunitatea Europeană a Energiei Atomice

Za Európske spoločenstvo pre atómovú energiu

Za Evropsko skupnost za atomsko energijo

Euroopan atominienergiayhteisön puolesta

För Europeiska atomenergigemenskapen

+++++ TIFF +++++

Зa Конфедерация Швейцария

Por la confederación Suiza

Za Švýcarskou konfederaci

For Det Schweiziske Forbund

Für die Schweizerische Eidgenossenschaft

Šveitsi Konföderatsiooni nimel

Гια την Ελβετική Συνομοσπονδία

For the Swiss Confederation

Pour la Confédération suisse

Per la Confederazione svizzera

Šveices Konfederācijas vārdā

Šveicarijos Konfederacijos vardu

A Svájci Államszövetség részéről

Għall-Konfederazzjoni Żvizzera

Voor de Zwitserse Bondsstaat

W imieniu Konfederacji Szwajcarskiej

Pela Confederação Suíça

Pentru Confederaţia Elveţiană

Za Švajčiarsku konfederáciu

Za Švicarsko konfederacijo

Sveitsin valaliiton puolesta

På Schweiziska edsförbundets vågnar

+++++ TIFF +++++

[1] PB L 32 van 5.2.2004, blz. 22.

[2] PB L 412 van 30.12.2006, blz. 1.

[3] PB L 391 van 30.12.2006, blz. 1.

[4] PB L 400 van 30.12.2006, blz. 86, gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 30.

[5] PB L 400 van 30.12.2006, blz. 243, gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 81.

[6] PB L 400 van 30.12.2006, blz. 272, gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 91.

[7] PB L 400 van 30.12.2006, blz. 299, gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 101.

[8] PB L 400 van 30.12.2006, blz. 368, gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 126.

[9] PB L 400 van 30.12.2006, blz. 60, gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 21.

[10] PB L 400 van 30.12.2006, blz. 1, gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 4.

[11] PB L 400 van 30.12.2006, blz. 404, gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 139.

[12] PB L 400 van 30.12.2006, blz. 434, gerectificeerd in PB L 54 van 22.2.2007, blz. 149.

[13] PB L 210 van 31.7.2006, blz. 25.

--------------------------------------------------

BIJLAGE A

BEGINSELEN INZAKE DE TOEKENNING VAN INTELLECTUELE-EIGENDOMSRECHTEN

I. Toepassing

Voor de toepassing van deze overeenkomst heeft "intellectuele eigendom" de betekenis die daaraan wordt toegekend in artikel 2 van het Verdrag tot oprichting van de Wereldorganisatie voor de intellectuele eigendom, gesloten te Stockholm op 14 juli 1967.

In de zin van deze overeenkomst wordt onder "kennis" verstaan de resultaten, met inbegrip van informatie, al dan niet beschermbaar, alsmede de auteursrechten of aan de genoemde resultaten verbonden rechten ten gevolge van de aanvraag of eventuele toekenning van octrooien, tekeningen en modellen, kwekersrechten, aanvullende beschermingscertificaten of soortgelijke vormen van bescherming.

II. Intellectuele-eigendomsrechten van de juridische entiteiten van de partijen

1. Elke partij zorgt ervoor dat de intellectuele-eigendomsrechten van juridische entiteiten van de andere partij die deelnemen aan activiteiten die overeenkomstig deze overeenkomst worden uitgevoerd, en aanverwante rechten en verplichtingen die uit een dergelijke deelname voortvloeien, worden behandeld in overeenstemming met de ter zake geldende internationale overeenkomsten die op de partijen van toepassing zijn, met inbegrip van de TRIPS-overeenkomst (overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom, die door de Wereldhandelsorganisatie wordt beheerd), de Conventie van Bern (Akte van Parijs 1971) en de Conventie van Parijs (Akte van Stockholm 1967).

2. In Zwitserland gevestigde juridische entiteiten die aan acties onder contract van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom deelnemen, hebben met betrekking tot intellectuele eigendom rechten en verplichtingen onder de voorwaarden die zijn vastgelegd in Verordening (EG) nr. 2321/2002 van het Europees Parlement en de Raad [1], gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1906/2006, Verordening (Euratom) nr. 2322/2002 van de Raad [2], gewijzigd bij Verordening (Euratom) nr. 1908/2006, en in de met de Europese Gemeenschap gesloten subsidieovereenkomst en/of contract, waarbij moet worden voldaan aan het bepaalde in punt 1. Voor zover Zwitserland deelneemt aan acties onder contract op grond van het zevende EG-kaderprogramma, die overeenkomstig artikel 169 en artikel 171 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap worden uitgevoerd, heeft Zwitserland dezelfde rechten en verplichtingen met betrekking tot intellectuele eigendom als de deelnemende lidstaten, zoals vastgelegd in de desbetreffende bepalingen.

3. In de Europese Unie gevestigde juridische entiteiten die aan Zwitserse onderzoeksprojecten en/of -programma’s deelnemen, hebben met betrekking tot intellectuele eigendom dezelfde rechten en verplichtingen als in Zwitserland gevestigde juridische entiteiten die aan deze onderzoeksprojecten of -programma’s deelnemen, waarbij moet worden voldaan aan het bepaalde in punt 1.

III. Intellectuele-eigendomsrechten van de partijen

1. Tenzij door de partijen uitdrukkelijk anders overeengekomen, zijn de volgende regels van toepassing op kennis die door de partijen is voortgebracht in het kader van activiteiten zoals bedoeld in artikel 2, punt 4:

a) de partij die deze kennis voortbrengt, is daarvan de eigenaar. Voor zover hun respectieve aandeel in het werk niet kan worden vastgesteld, is die kennis de gezamenlijke eigendom van de partijen;

b) de partij die eigenaar is van die kennis, verleent de andere partij toegangsrechten daartoe voor de uitvoering van activiteiten zoals bedoeld in artikel 2, punt 4. Deze toegangsrechten worden vrij van royalty’s verleend.

2. Tenzij door de partijen uitdrukkelijk anders overeengekomen, zijn de volgende regels van toepassing op wetenschappelijke publicaties van de partijen:

a) voor zover een partij in tijdschriften, artikelen, rapporten, boeken, video-opnamen of computerprogramma’s wetenschappelijke en technische gegevens, informatie en resultaten publiceert die het resultaat zijn van in het kader van deze overeenkomst uitgevoerde activiteiten, wordt de andere partij een wereldwijd geldend, niet-exclusief, onherroepelijk recht met vrijstelling van royalty’s verleend om die werken te vertalen, te bewerken, te verspreiden en openbaar te maken;

b) op alle voor publicatie bestemde exemplaren van gegevens en informatie die door het auteursrecht worden beschermd en die in het kader van dit punt tot stand zijn gekomen, dient de naam van de auteur(s) van het werk te worden vermeld, tenzij de auteur uitdrukkelijk daarvan wenst af te zien. Ook moet op een duidelijk zichtbare plaats worden verwezen naar de gezamenlijke steun van de partijen.

3. Tenzij door de partijen uitdrukkelijk anders overeengekomen, zijn de volgende regels van toepassing op niet openbaar te maken informatie van de partijen:

a) wanneer aan de andere partij informatie betreffende in het kader van deze overeenkomst uitgevoerde activiteiten wordt meegedeeld, stelt elke partij vast welke informatie zij niet openbaar wenst te maken;

b) de ontvangende partij kan onder eigen verantwoordelijkheid, speciaal ten behoeve van de uitvoering van deze overeenkomst, niet openbaar te maken informatie meedelen aan instanties of personen die onder haar gezag vallen;

c) indien de partij die niet openbaar te maken gegevens verstrekt, hiermee schriftelijk instemt, mag de ontvangende partij deze gegevens op een ruimere schaal verspreiden dan volgens letter b) is toegestaan. De partijen werken samen procedures uit voor het aanvragen en verkrijgen van voorafgaande schriftelijke toestemming voor de verspreiding op ruimere schaal; elke partij verleent deze goedkeuring voor zover dit in het kader van haar binnenlandse beleid en haar nationale voorschriften en wetten mogelijk is;

d) niet op schrift gestelde niet openbaar te maken gegevens of andere vertrouwelijke informatie die worden verstrekt tijdens studiedagen en andere bijeenkomsten van vertegenwoordigers van de partijen, welke in het kader van deze overeenkomst plaatsvinden, of gegevens verkregen door de indienstneming van personeel, het gebruik van voorzieningen of acties onder contract blijven vertrouwelijk, voor zover de ontvanger van dergelijke niet openbaar te maken of anderszins vertrouwelijke gegevens is gewezen op het vertrouwelijke karakter van de meegedeelde informatie, voordat deze mededeling plaatsvond, overeenkomstig letter a);

e) elke partij zorgt ervoor dat niet openbaar te maken informatie die zij in overeenstemming met de letters a) en d) ontvangt, wordt beschermd zoals in deze overeenkomst is bepaald. Indien één van de partijen zich realiseert dat zij niet in staat is, of redelijkerwijs verwacht niet in staat te zullen zijn, om de in de letters a) en d) vervatte bepalingen inzake niet-verspreiding na te leven, stelt zij de andere partij daarvan onmiddellijk in kennis. De partijen voeren vervolgens overleg om een passende gedragslijn vast te stellen.

[1] PB L 355 van 30.12.2002, blz. 23.

[2] PB L 355 van 30.12.2002, blz. 35.

--------------------------------------------------

BIJLAGE B

FINANCIËLE REGELS VOOR DE IN ARTIKEL 5 VAN DEZE OVEREENKOMST BEDOELDE FINANCIËLE BIJDRAGE VAN ZWITSERLAND

I. Vaststelling van de financiële bijdrage

1. Zo spoedig mogelijk en uiterlijk voor 1 september van elk jaar deelt de Commissie Zwitserland, samen met de nodige achtergrondinformatie, het volgende mee:

a) de bedragen van de vastleggingskredieten op de staat van uitgaven van het voorontwerp van de begroting van de Europese Unie die betrekking hebben op de beide kaderprogramma’s,

b) het op basis van het voorontwerp van de begroting geraamde bedrag van de bijdrage van Zwitserland in verband met zijn deelname aan de beide kaderprogramma’s. Om de interne begrotingsprocedures te vergemakkelijken, verstrekken de diensten van de Commissie echter uiterlijk op 31 mei van elk jaar reeds de overeenkomstige indicatieve bedragen.

2. Zodra de algemene begroting definitief is vastgesteld, deelt de Commissie Zwitserland de bovenstaande met de deelname van Zwitserland overeenkomstige bedragen op de staat van uitgaven mede.

II. Betalingsprocedures

1. In juni en november van elk begrotingsjaar doet de Commissie aan Zwitserland een verzoek tot storting in verband met de bijdrage van Zwitserland in het kader van deze overeenkomst. Deze verzoeken tot storting voorzien respectievelijk in de betaling van zes twaalfden van de bijdrage van Zwitserland voor elk verzoek tot storting uiterlijk 30 dagen na ontvangst van het desbetreffende verzoek tot storting. In het laatste jaar van de beide kaderprogramma’s wordt het volledige bedrag van de bijdrage van Zwitserland evenwel uiterlijk 30 dagen na ontvangst van het verzoek tot storting betaald.

2. De bijdrage van Zwitserland wordt uitgedrukt en betaald in euro.

3. Zwitserland betaalt zijn bijdrage in het kader van deze overeenkomst volgens het in punt 1 vermelde tijdschema. Voor elke te late betaling wordt interest betaald ten belope van de Interbank Offered Rate voor één maand in euro (EURIBOR) zoals gegeven op pagina 248 van Telerate. Deze rente wordt met 1,5 procentpunt per maand vertraging verhoogd. De aldus verhoogde rente geldt voor de gehele periode van de vertraging. De interest is evenwel pas verschuldigd als de betaling meer dan 30 dagen na de in punt 1 genoemde termijnen plaatsvindt.

4. Reiskosten van Zwitserse vertegenwoordigers en deskundigen in verband met hun deelname aan de werkzaamheden van onderzoekscomités en in verband met de uitvoering van de beide kaderprogramma’s worden door de Commissie vergoed op dezelfde grondslag en volgens de procedures die gelden voor vertegenwoordigers en deskundigen van de lidstaten van de Gemeenschappen.

III. Voorwaarden voor de uitvoering

1. De financiële bijdrage van Zwitserland aan de beide kaderprogramma’s overeenkomstig artikel 5 van de overeenkomst blijft normaliter gedurende het betrokken begrotingsjaar ongewijzigd.

2. Bij de afsluiting van de rekeningen over elk begrotingsjaar (n) gaat de Commissie in het kader van de opstelling van de jaarrekening over tot een regularisering van de rekeningen in verband met de bijdrage van Zwitserland, rekening houdend met wijzigingen die zich in de loop van het begrotingsjaar hebben voorgedaan door overschrijvingen, annuleringen, overboekingen of aanvullende en gewijzigde begrotingen.

Deze regularisering vindt plaats bij de eerste betaling voor het jaar n + 1. De laatste regularisering vindt evenwel uiterlijk plaats in juli van het vierde jaar na de afloop van de beide kaderprogramma’s. Betalingen van Zwitserland worden ten gunste van de programma’s van de Gemeenschappen als in de begroting opgenomen ontvangsten geboekt onder de passende begrotingslijn van de staat van ontvangsten van de algemene begroting van de Europese Unie.

IV. Informatie

1. Uiterlijk op 31 mei van elk begrotingsjaar (n + 1) wordt de staat van de kredieten voor de beide kaderprogramma’s in verband met het voorgaande begrotingsjaar (n) opgesteld en ter informatie aan Zwitserland toegezonden in de voor de jaarrekening van de Commissie gebruikelijke opmaak.

2. De Commissie deelt Zwitserland statistieken en alle andere algemene financiële gegevens over de uitvoering van de beide kaderprogramma’s mee die ter beschikking van lidstaten worden gesteld.

--------------------------------------------------

BIJLAGE C

FINANCIËLE CONTROLE VAN DE ZWITSERSE DEELNEMERS AAN DE PROGRAMMA’S VAN DE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN DE OVEREENKOMST

I. Rechtstreekse contacten

De Commissie neemt rechtstreeks contact op met de in Zwitserland gevestigde deelnemers aan de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom en met hun subcontractanten. Deze kunnen alle dienstige informatie en documentatie die zij moeten verstrekken op grond van de in deze overeenkomst genoemde instrumenten en de ter uitvoering daarvan gesloten subsidieovereenkomsten en/of contracten, rechtstreeks aan de Commissie toezenden.

II. Audits

1. Overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad [1], gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1995/2006 [2], en Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie [3], gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1248/2006 [4], en de andere regels waarnaar deze overeenkomst verwijst, kan in de met de in Zwitserland gevestigde deelnemers aan het programma gesloten subsidieovereenkomsten en/of contracten worden bepaald dat functionarissen van de Commissie of andere door haar gemachtigde personen bij hen en hun subcontractanten te allen tijde wetenschappelijke, financiële, technologische of andere audits kunnen uitvoeren.

2. Aan de functionarissen van de Commissie en andere door haar gemachtigde personen wordt passende toegang geboden tot plaatsen, werken en documenten en tot alle nodige informatie, inclusief informatie in elektronische vorm, om deze audits uit te voeren. Dit toegangsrecht wordt uitdrukkelijk vermeld in de subsidieovereenkomsten en/of contracten die worden gesloten ingevolge de in deze overeenkomst vermelde instrumenten.

3. De Europese Rekenkamer heeft dezelfde rechten als de Commissie.

4. De audits kunnen ook worden uitgevoerd na afloop van de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom of deze overeenkomst, overeenkomstig de in de betrokken subsidieovereenkomsten en/of contracten neergelegde voorwaarden.

5. De Zwitserse financiële controledienst (Eidgenössische Finanzkontrolle) wordt van tevoren in kennis gesteld van de audits die op het Zwitserse grondgebied worden uitgevoerd. Deze kennisgeving is geen juridische voorwaarde voor de uitvoering van de audits.

III. Controles ter plaatse

1. In het kader van deze overeenkomst is de Commissie (OLAF) gemachtigd om overeenkomstig de voorwaarden van Verordening (EG, Euratom) nr. 2185/96 van de Raad [5] en Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad [6] op het Zwitserse grondgebied controles en verificaties ter plaatse uit te voeren.

2. De controles en verificaties ter plaatse worden door de Commissie voorbereid en uitgevoerd in nauwe samenwerking met de Eidgenössische Finanzkontrolle of andere door de Eidgenössische Finanzkontrolle aangewezen bevoegde Zwitserse instanties, die tijdig in kennis worden gesteld van het voorwerp, het doel en de juridische grondslag van de controles en verificaties, zodat zij alle nodige hulp kunnen bieden. Te dien einde kunnen functionarissen van de bevoegde Zwitserse autoriteiten aan de controles en verificaties ter plaatse deelnemen.

3. Wanneer de betrokken Zwitserse instanties dat verlangen, worden de controles en verificaties ter plaatse gezamenlijk door de Commissie en henzelf uitgevoerd.

4. Voor zover de deelnemers aan de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom zich verzetten tegen een controle of verificatie ter plaatse, verlenen de Zwitserse instanties aan de controleurs van de Commissie, in overeenstemming met de nationale voorschriften, de nodige bijstand om hen in staat te stellen hun taken wat de controles en verificaties ter plaatse betreft uit te voeren.

5. De Commissie doet de Zwitserse financiële controledienst ten spoedigste mededeling van iedere onregelmatigheid en van ieder vermoeden betreffende een onregelmatigheid waarvan zij in het kader van de controle of verificatie ter plaatse kennis heeft gekregen. De Commissie stelt in ieder geval de bovengenoemde instantie in kennis van het resultaat van deze controles en verificaties.

IV. Informatie en overleg

1. Met het oog op een goede uitvoering van deze bijlage wisselen de bevoegde Zwitserse en communautaire instanties regelmatig informatie uit en plegen zij op verzoek van een van hen overleg.

2. De bevoegde Zwitserse instanties stellen de Commissie onverwijld in kennis van elk feit of elke verdenking waarvan zij kennis hebben gekregen betreffende onregelmatigheden in verband met de sluiting en uitvoering van de subsidieovereenkomsten en/of contracten die worden gesloten ingevolge de in deze overeenkomst genoemde instrumenten.

V. Vertrouwelijkheid

Ingevolge deze bijlage meegedeelde of verkregen informatie, in eender welke vorm, valt onder het beroepsgeheim en wordt op dezelfde wijze beschermd als soortgelijke informatie wordt beschermd krachtens het Zwitserse recht en de overeenkomstige bepalingen die gelden voor de instellingen van de Gemeenschappen. Deze informatie mag niet worden meegedeeld aan andere personen dan die welken binnen de instellingen van de Gemeenschappen of in de lidstaten of Zwitserland op grond van hun functie op de hoogte moeten zijn van deze informatie, en mag niet worden gebruikt voor andere doeleinden dan het waarborgen van een doeltreffende bescherming van de financiële belangen van de partijen.

VI. Administratieve maatregelen en sancties

Onverminderd de toepassing van het Zwitserse strafrecht kan de Commissie administratieve maatregelen en sancties opleggen in overeenstemming met Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002, gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1995/2006, en Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 , gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) 1248/2006, en Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 van de Raad van 18 december 1995 betreffende de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen [7].

VII. Invordering en uitvoering

Besluiten die de Commissie ingevolge het zevende EG-kaderprogramma neemt binnen het toepassingsgebied van deze overeenkomst, welke voor natuurlijke of rechtspersonen, met uitzondering van de staten, een geldelijke verplichting inhouden, vormen in Zwitserland executoriale titel. De formule van uitvoering wordt, zonder andere controle dan de verificatie van de authenticiteit van de titel, aangebracht door de autoriteit die daartoe door de Zwitserse regering wordt aangewezen. Van de aanwijzing geeft zij kennis aan de Commissie. De uitvoering vindt plaats volgens de Zwitserse regels. De rechtsgeldigheid van het besluit dat executoriale titel vormt, wordt ter controle voorgelegd aan het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen. Arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen die worden gewezen ingevolge een arbitrageclausule in een contract onder de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom, vormen onder dezelfde voorwaarden executoriale titel.

[1] PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

[2] PB L 390 van 30.12.2006, blz. 1.

[3] PB L 357 van 31.12.2002, blz. 1.

[4] PB L 227 van 19.8.2006, blz. 3.

[5] PB L 292 van 15.11.1996, blz. 2.

[6] PB L 136 van 31.5.1999, blz. 1.

[7] PB L 312 van 23.12.1995, blz. 1.

--------------------------------------------------

Slotakte

De gevolmachtigden

van de EUROPESE GEMEENSCHAP

en

van de ZWITSERSE BONDSSTAAT,

bijeenkomend in Luxemburg op de vijfentwintigste juni tweeduizend zeven voor de ondertekening van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds, hebben de volgende gezamenlijke verklaring aangenomen die bij deze slotakte is gevoegd:

Gezamenlijke verklaring van de overeenkomstsluitende partijen over een nauwe dialoog met het oog op nieuwe structuren ter uitvoering van de artikelen 169 en 171 van het EG-Verdrag.

Zij hebben eveneens nota genomen van de volgende verklaringen, die bij deze slotakte zijn gevoegd:

Verklaring van de Raad over het bijwonen door Zwitserland van comités.

Verklaring van de Gemeenschappen over de behandeling van EU-onderzoekers krachtens deze overeenkomst in Zwitserland.

--------------------------------------------------

Gezamenlijke verklaring van de overeenkomstsluitende partijen over een nauwe dialoog met het oog op nieuwe structuren ter uitvoering van de artikelen 169 en 171 van het EG-Verdrag

De twee partijen verklaren dat, met het oog op het verzekeren van de goede uitvoering van artikel 2, lid 1, van deze overeenkomst, de Zwitserse Bondsstaat tijdig en op passende wijze zal worden geïnformeerd over voorbereidende werkzaamheden betreffende structuren op basis van de artikelen 169 en/of 171 van het EG-Verdrag die op grond van de zevende kaderprogramma’s moeten worden geïmplementeerd.

--------------------------------------------------

Verklaring van de Raad over het bijwonen door Zwitserland van comités

De Raad gaat ermee akkoord dat vertegenwoordigers van Zwitserland, in zoverre de punten hen aanbelangen, als waarnemer vergaderingen bijwonen van

- alle comités die zijn opgericht krachtens de zevende kaderprogramma’s van de Europese Gemeenschap en Euratom inclusief het Comité voor wetenschappelijk en technisch onderzoek (Crest),

- de raad van bestuur van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek.

De stemming in deze comités wordt door de vertegenwoordigers van Zwitserland niet bijgewoond.

--------------------------------------------------

Verklaring van de Gemeenschappen over de behandeling van EU-onderzoekers in Zwitserland krachtens deze overeenkomst

De Gemeenschappen verwachten dat Zwitserland, in zoverre het een maximumdrempel hanteert voor het aantal verblijfstitels dat beschikbaar is voor onderdanen van een van de lidstaten van de Europese Unie, voor de berekening van deze maximumdrempel geen rekening houdt met de voor deelnemende onderzoekers uitgereikte verblijfstitels. De Gemeenschappen verwachten verder dat onderzoekers die deelnemen aan projecten en in dienst zijn van de Gemeenschappelijke Centra voor onderzoek van de Gemeenschappen, in dezelfde mate kunnen profiteren van artikel 12, lid 3, van de Samenwerkingsovereenkomst tussen Euratom en de Zwitserse Bondsstaat op het gebied van de beheerste thermonucleaire kernversmelting en plasmafysica (PB L 242 van 4.9.1978, blz. 1).

--------------------------------------------------

Verklaring van de regering van Zwitserland

De regering van Zwitserland is van oordeel dat de verklaring van de Gemeenschappen over de behandeling van EU-onderzoekers in Zwitserland krachtens deze overeenkomst geen afbreuk mag doen aan de rechten en verplichtingen van de overeenkomstsluitende partijen op grond van de overeenkomst en op grond van de Zwitserse rechtsorde.

--------------------------------------------------

Top