EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 02015D1814-20180408

Consolidated text: Besluit (EU) 2015/1814 van het Europees Parlement en de Raad van 6 oktober 2015 betreffende de instelling en de werking van een marktstabiliteitsreserve voor de EU-regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten en tot wijziging van Richtlijn 2003/87/EG (Voor de EER relevante tekst)

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2015/1814/2018-04-08

02015D1814 — NL — 08.04.2018 — 001.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

BESLUIT (EU) 2015/1814 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 6 oktober 2015

betreffende de instelling en de werking van een marktstabiliteitsreserve voor de EU-regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten en tot wijziging van Richtlijn 2003/87/EG

(Voor de EER relevante tekst)

(PB L 264 van 9.10.2015, blz. 1)

Gewijzigd bij:

 

 

Publicatieblad

  nr.

blz.

datum

►M1

RICHTLIJN (EU) 2018/410 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Voor de EER relevante tekst van 14 maart 2018

  L 76

3

19.3.2018




▼B

BESLUIT (EU) 2015/1814 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 6 oktober 2015

betreffende de instelling en de werking van een marktstabiliteitsreserve voor de EU-regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten en tot wijziging van Richtlijn 2003/87/EG

(Voor de EER relevante tekst)



Artikel 1

Marktstabiliteitsreserve

1.  In 2018 wordt een marktstabiliteitsreserve ingesteld en de opname van emissierechten in de reserve treedt met ingang van 1 januari 2019 in werking.

2.  De hoeveelheid van 900 miljoen emissierechten die gedurende de periode van 2014 tot 2016 op veilinghoeveelheden in mindering is gebracht, als bepaald bij Verordening (EU) nr. 176/2014 krachtens artikel 10, lid 4, van Richtlijn 2003/87/EG, wordt niet aan de in 2019 en 2020 te veilen hoeveelheden toegevoegd, maar in de reserve opgenomen.

3.  Emissierechten die niet aan installaties zijn toegewezen krachtens artikel 10 bis, lid 7, van Richtlijn 2003/87/EG en emissierechten die niet aan installaties zijn toegewezen wegens de toepassing van artikel 10 bis, leden 19 en 20, van die richtlijn, worden in 2020 in de reserve opgenomen. Met betrekking tot die niet-toegewezen emissierechten evalueert de Commissie Richtlijn 2003/87/EG en dient zij zo nodig een voorstel in bij het Europees Parlement en de Raad.

4.  De Commissie publiceert voor elk jaar, uiterlijk 15 mei van het volgende jaar, het totale aantal emissierechten in omloop. Het totale aantal van de in een bepaald jaar in omloop zijnde emissierechten is de som van het aantal in de periode vanaf 1 januari 2008 toegewezen emissierechten, met inbegrip van het aantal rechten dat in die periode overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Richtlijn 2003/87/EG is toegewezen, en door installaties uitgeoefende rechten om internationale kredieten te gebruiken uit hoofde van het EU-ETS voor emissies voor 31 december van dat bepaalde jaar, minus het totaal aantal ton geverifieerde emissies van onder de EU-ETS vallende installaties tussen 1 januari 2008 en 31 december van datzelfde bepaalde jaar, de geannuleerde emissierechten overeenkomstig artikel 12, lid 4, van Richtlijn 2003/87/EG en het aantal emissierechten in de reserve. Er wordt geen rekening gehouden met de emissies tijdens de driejarige periode 2005-2007 en de ten aanzien van deze emissies toegewezen emissierechten. De eerste bekendmaking vindt uiterlijk 15 mei 2017 plaats.

5.  Elk jaar wordt een aantal emissierechten gelijk aan 12 % van het totale aantal in omloop zijnde rechten, zoals vermeld in de recentste bekendmaking als bedoeld in lid 4 van dit artikel, in mindering gebracht op de hoeveelheid overeenkomstig artikel 10, lid 2, van Richtlijn 2003/87/EG door de lidstaten te veilen emissierechten, en wordt dit aantal gedurende een periode van twaalf maanden vanaf 1 september van dat jaar in de reserve opgenomen, tenzij het aantal in de reserve op te nemen emissierechten lager dan 100 miljoen is. Tijdens het eerste jaar van de werking van de reserve wordt tussen 1 januari en 1 september van dat jaar ook een aantal emissierechten gelijk aan 8 %, hetgeen overeenstemt met 1 % voor elke kalendermaand, van het totale aantal in omloop zijnde rechten, zoals vermeld in de recentste bekendmaking, opgenomen. ►M1  Bij wijze van afwijking van de eerste en de tweede zin worden, tot en met 31 december 2023, de in die zinnen vermelde percentages en 100 miljoen emissierechten verdubbeld. ◄

Onverminderd het totale aantal overeenkomstig dit lid in mindering te brengen emissierechten, worden emissierechten als bedoeld in artikel 10, lid 2, eerste alinea, onder b), van Richtlijn 2003/87/EG tot 31 december 2025 niet in aanmerking genomen bij de vaststelling van het aandeel van de lidstaten in dat totale aantal.

▼M1

5 bis.  Tenzij anders wordt bepaald in de eerste evaluatie overeenkomstig artikel 3, zijn met ingang van 2023 in de reserve gehouden emissierechten die het totale aantal tijdens het voorgaande jaar geveilde rechten overschrijden, niet langer geldig.

▼B

6.  Indien in een jaar in totaal minder dan 400 miljoen emissierechten in omloop zijn, worden 100 miljoen emissierechten uit de reserve vrijgegeven en toegevoegd aan de hoeveelheid overeenkomstig artikel 10, lid 2, van Richtlijn 2003/87/EG door de lidstaten te veilen emissierechten. Indien zich minder dan 100 miljoen emissierechten in de reserve bevinden, worden uit hoofde van dit lid alle emissierechten in de reserve vrijgegeven.

7.  Indien in een jaar lid 6 van dit artikel niet van toepassing is en maatregelen uit hoofde van artikel 29 bis van Richtlijn 2003/87/EG worden goedgekeurd, worden 100 miljoen emissierechten uit de reserve vrijgegeven en toegevoegd aan de hoeveelheid overeenkomstig artikel 10, lid 2, van Richtlijn 2003/87/EG door de lidstaten te veilen emissierechten. Indien zich minder dan 100 miljoen emissierechten in de reserve bevinden, worden uit hoofde van dit lid alle emissierechten in de reserve vrijgegeven.

8.  Wanneer na de bekendmaking van het totale aantal emissierechten in omloop maatregelen uit hoofde van leden 5, 6 of 7 worden genomen, wordt in de veilingkalenders rekening gehouden met de emissierechten die in de reserve zijn opgenomen of uit de reserve zijn vrijgegeven. De emissierechten worden gedurende een periode van twaalf maanden in de reserve opgenomen of uit de reserve vrijgegeven. Indien er, ongeacht tijdens welke periode, emissierechten worden vrijgegeven overeenkomstig lid 6 of 7, worden deze vrijgegeven volgens de aandelen van de lidstaten die van toepassing waren toen deze in de reserve werden opgenomen en tevens in de volgorde waarin deze in de reserve werden opgenomen.

Artikel 2

Wijziging van Richtlijn 2003/87/EG

Richtlijn 2003/87/EG wordt als volgt gewijzigd:

1) Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

a) lid 1 wordt vervangen door:

„1.  Met ingang van 2019 veilen de lidstaten alle emissierechten die niet overeenkomstig artikel 10 bis en 10 quater kosteloos worden toegewezen en niet in de bij Besluit (EU) 2015/1814 van het Europees Parlement en de Raad ingestelde marktstabiliteitsreserve worden opgenomen ( *1 ).

b) het volgende lid wordt ingevoegd na lid 1:

„1 bis.  Wanneer vóór toepassing van artikel 1, lid 5, van Besluit (EU) 2015/1814 het aantal door de lidstaten te veilen emissierechten in het laatste jaar van de in artikel 13, lid 1, van deze richtlijn bedoelde periode meer dan 30 % hoger is dan de verwachte gemiddelde veilinghoeveelheid voor de eerste twee jaar van de daaropvolgende periode, wordt twee derde van het verschil tussen deze hoeveelheden op de veilinghoeveelheden voor het laatste jaar van de periode in mindering gebracht en in gelijke tranches aan de in de eerste twee jaar van de volgende periode door de lidstaten te veilen hoeveelheden toegevoegd.”.

2) Artikel 13, lid 2, tweede alinea, wordt vervangen door:

„De lidstaten kunnen personen emissierechten verlenen voor de lopende periode ter vervanging van emissierechten die zij bezaten en welke krachtens de eerste alinea zijn geannuleerd. Voorts kunnen emissierechten die zijn opgenomen in marktstabiliteitsreserve en die niet meer geldig zijn, worden vervangen door emissierechten die voor de lopende periode geldig zijn.”.

Artikel 3

Evaluatie

De Commissie evalueert de werking van de reserve in de context van het verslag bepaald in artikel 10, lid 5, van Richtlijn 2003/87/EG. In dit verslag zou moeten worden gekeken naar relevante effecten op het concurrentievermogen, met name in de industriële sector, waaronder bbp-, werkgelegenheids- en investeringsindicatoren. Uiterlijk drie jaar na de datum van inwerkingtreding van de reserve en daarna om de vijf jaar evalueert de Commissie de reserve op basis van een analyse van de ordelijke werking van de Europese koolstofmarkt en dient zij, zo nodig, een voorstel in bij het Europees Parlement en de Raad. Bij elke evaluatie wordt bijzondere aandacht besteed aan het percentage voor de vaststelling van het aantal emissierechten dat in de reserve wordt opgenomen krachtens artikel 1, lid 5, van dit besluit alsook de numerieke waarde van de drempel voor het totale aantal in omloop zijnde emissierechten en het aantal emissierechten dat uit de reserve moet worden vrijgegeven krachtens artikel 1, lid 6 of 7 van dit besluit. Bij haar evaluatie kijkt de Commissie ook naar de effecten van de reserve op de groei, de werkgelegenheid, het concurrentievermogen van de industrie van de Unie en het risico op koolstoflekkage.

Artikel 4

Overgangsbepaling

Artikel 10, lid 1, van Richtlijn 2003/87/EG, zoals gewijzigd bij Richtlijn 2009/29/EG van het Europees Parlement en de Raad ( 1 ), blijft tot en met 31 december 2018 van toepassing.

Artikel 5

Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.



( *1 ) Besluit (EU) 2015/1814 van het Europees Parlement en de Raad van 6 oktober 2015 betreffende de instelling en de werking van een marktstabiliteitsreserve voor de EU-regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten en tot wijziging van Richtlijn 2003/87/EG (PB L 264 van 9.10.2015, blz. 1).”;

( 1 ) Richtlijn 2009/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 tot wijziging van Richtlijn 2003/87/EG teneinde de regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten van de Gemeenschap te verbeteren en uit te breiden (PB L 140 van 5.6.2009, blz. 63).

Top