Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Veiligheid van pesticiden op de EU-markt

Veiligheid van pesticiden op de EU-markt

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EG) nr. 1107/2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

KERNPUNTEN

  • De wetgeving is van toepassing op producten die gebruikt worden om planten te beschermen of te bewaren, de groei van planten te beïnvloeden of ongewenste planten te vernietigen of te belemmeren.
  • Een werkzame stof (chemisch product, plantenextract of micro-organisme) wordt goedgekeurd als:
    • gewasbeschermingsmiddelen die de werkzame stof bevatten:
      • doeltreffend zijn,
      • geen onmiddellijk of uitgesteld schadelijk effect hebben op de gezondheid van mens of dier,
      • geen onaanvaardbare effecten hebben op planten of het milieu, en
      • geen onnodig lijden of pijn veroorzaken bij gewervelde dieren;
    • de residuen van deze producten geen schadelijke gevolgen hebben voor de gezondheid van de mens, waaronder kwetsbare groepen, noch enig onaanvaardbaar gevolg hebben voor het milieu.
  • De Europese Commissie of de bevoegde nationale autoriteit in elke EU-lidstaat mag bij de goedkeuring van een werkzame stof of de toelating van een gewasbeschermingsmiddel voor gebruik criteria of beperkingen vaststellen zoals een minimale zuiverheidsgraad, het type preparaat of de gebruikswijze en -voorwaarden.
  • De Commissie geeft een eerste goedkeuring voor een werkzame stof voor een periode van maximaal tien jaar (of vijftien jaar voor werkzame stoffen met een laag risico). Een verlenging van de goedkeuring kan voor niet meer dan vijftien jaar worden verleend.
  • Een verzoek om de goedkeuring van een werkzame stof, vergezeld van de nodige wetenschappelijke informatie, moet worden ingediend bij de nationale autoriteiten. Zij hebben maximaal twaalf maanden de tijd om het verzoek te onderzoeken, waarna het wordt onderworpen aan een collegiale toetsing door de lidstaten en de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid.
  • De houders van een toelating van een gewasbeschermingsmiddel voor gebruik in een lidstaat kunnen de wederzijdse erkenningsprocedure gebruiken om om de toelating in een andere lidstaat te verzoeken.

De Commissie heeft de volgende wetgeving aangenomen:

  • Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen, die regelmatig wordt gewijzigd;
  • Verordening (EU) nr. 546/2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 wat betreft uniforme beginselen voor de evaluatie en de toelating van gewasbeschermingsmiddelen;
  • Verordening (EU) nr. 547/2011 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 wat betreft de etiketteringsvoorschriften voor gewasbeschermingsmiddelen (bijlage I), de standaardzinnen voor bijzondere risico’;s voor de gezondheid van mens of dier of voor het milieu (bijlage II) en de standaardzinnen voor veiligheidsadviezen voor de bescherming van de gezondheid van mens of dier of van het milieu (bijlage III);
  • Verordening (EU) nr. 283/2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor werkzame stoffen, die meerdere keren is gewijzigd om rekening te houden met de huidige wetenschappelijke en technische kennis;
  • Verordening (EU) nr. 284/2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor gewasbeschermingsmiddelen, die meerdere keren is gewijzigd om rekening te houden met de huidige wetenschappelijke en technische kennis;
  • Uitvoeringsverordening (EU) 2023/564 wat betreft de inhoud en het formaat van de door professionele gebruikers bij te houden registers over gewasbeschermingsmiddelen;
  • Uitvoeringsverordening (EU) 2023/574 tot vaststelling van gedetailleerde regels voor de identificatie van onaanvaardbare formuleringshulpstoffen in gewasbeschermingsmiddelen; en
  • Verordening (EU) 2024/1487 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor de goedkeuring van beschermstoffen2 en synergisten3 en tot vaststelling van een werkprogramma voor de gefaseerde herbeoordeling van beschermstoffen en synergisten op de markt.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is sinds van toepassing.

ACHTERGROND

De EU hecht veel belang aan de bescherming van de gezondheid van mensen en dieren en aan de bescherming van het milieu. Het standaardiseren van de regels voor het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen draagt hiertoe bij, garandeert de goede werking van de interne markt en verbetert landbouwproductie.

Zie voor meer informatie:

KERNBEGRIPPEN

  1. Pesticide. Een product dat een schadelijk organisme (ongedierte) of een schadelijke ziekte voorkomt, vernietigt of beheert, of planten of plantaardige producten beschermt tijdens de teelt, de opslag of het vervoer. Pesticide is een breder begrip dan gewasbeschermingsmiddelen, aangezien het ook niet voor planten of niet voor gewassen bestemde toepassingen omvat, zoals biociden.
  2. Beschermstof. Een stof of preparaat die/dat aan een gewasbeschermingsmiddel wordt toegevoegd om de fytotoxische effecten van het gewasbeschermingsmiddel op bepaalde planten op te heffen of te verminderen.
  3. Synergist. Een stof of preparaat die/dat de werkzame stof(fen) in een gewasbeschermingsmiddel een verhoogde werking kan geven.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PB L 309 van , blz. 1-50)

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EG) nr. 1107/2009 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

laatste bijwerking

Naar boven