Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

EU-emissiehandelsysteem

EU-emissiehandelsysteem

SAMENVATTING VAN:

Richtlijn 2003/87/EG tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Europese Unie

WAT IS HET DOEL VAN DE RICHTLIJN?

  • Richtlijn 2003/87/EG stelt het emissiehandelsysteem (ETS) van de Europese Unie (EU) vast. Dit is de hoeksteen van het EU-beleid om de klimaatverandering aan te pakken door de uitstoot van broeikasgassen (BKG) op een kosteneffectieve en economisch efficiënte manier te reduceren. Het is gebaseerd op het beginsel van handel onder een absoluut emissieplafond1.
  • De oorspronkelijke wetgeving is meerdere keren gewijzigd naarmate de regeling zich verder ontwikkelde. De meest recente wijzigingen werden aangenomen in Richtlijn (EU) 2023/958 en Richtlijn (EU) 2023/959 als onderdeel van het “Fit for 55”-initiatief van de EU, dat ervoor moet zorgen dat het beleid van de EU in overeenstemming is met de klimaatdoelstellingen van de Europese Klimaatwet en de verplichtingen in het kader van de Europese Green Deal en de Overeenkomst van Parijs.

KERNPUNTEN

De huidige (vierde) fase van de ETS loopt van 2021 tot 2030. Voor deze periode heeft de EU een nieuwe, hogere doelstelling vastgesteld om de uitstoot van broeikasgassen met 62% te verminderen ten opzichte van het niveau van 2005.

De regeling is van toepassing op:

  • energiecentrales;
  • een breed scala aan energie-intensieve industriesectoren;
  • vluchten binnen de EU en de Europese Economische Ruimte (EER) en vertrekkende vluchten naar Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk;
  • zeevervoer (inleververplichtingen worden geleidelijk ingevoerd tussen 2024 en 2026);
  • uitstoot van:
    • kooldioxide (CO2),
    • distikstofoxide,
    • perfluorkoolstoffen,
    • methaan.

Er is een nieuw afzonderlijk ETS opgezet voor gebouwen, wegvervoer en brandstoffen voor aanvullende sectoren die overeenkomen met industriële activiteiten die niet onder de huidige ETS vallen.

Emissierechten

  • Sinds 1 januari 2005 hebben exploitanten van alle activiteiten die onder de wetgeving vallen een passend aantal emissierechten elk jaar moeten inleveren om hun broeikasgasemissies van het voorgaande jaar te dekken (één emissie per ton kooldioxide (CO2); of de equivalente hoeveelheid van andere krachtige broeikasgassen).
  • Het totale aantal in de EU verleende emissierechten wordt elk jaar geleidelijk verminderd: met 1,74 % tussen 2013 en 2020 en met 2,2 % tussen 2021 en 2023. Tussen 2024 en 2027 wordt het verminderd met 4,3 % per jaar en vanaf 2028 met 4,4 % per jaar.
  • Het systeem van kosteloze emissierechten is herzien om het probleem van koolstoflekkage2 aan te pakken door te focussen op sectoren die het risico lopen hun productie naar buiten de EU te verplaatsen. In dit opzicht:
    • worden kosteloze emissierechten geleidelijk afgebouwd op basis van hogere reductiepercentages;
    • is een koolstofgrensaanpassingsmechanisme (bekend als CBAM) opgezet. Dit is een koolstofprijssysteem dat van toepassing is op energie-intensieve producten die in de EU worden geïmporteerd. De kosteloze toewijzing in de ETS wordt geleidelijk afgeschaft tot 2034 voor de sectoren die onder het koolstofgrensaanpassingsmechanisme vallen.

Luchtvaartsector

  • Tot eind 2026 zal de koolstofbeprijzing van de EU gelden voor vluchten binnen de EU/EER en vertrekkende vluchten naar Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk, waarbij het huidige beperkte geografische toepassingsgebied voor de internationale toepassing van de regels gehandhaafd blijft. Uiterlijk 1 juli 2026 moet de Europese Commissie een verslag presenteren waarin de milieu-integriteit wordt beoordeeld van de regeling voor koolstofcompensatie en -reductie voor de internationale luchtvaart (Corsia) dat is opgezet door de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie. Het verslag moet vergezeld gaan van een wetsvoorstel dat het toepassingsgebied van de ETS handhaaft of uitbreidt tot vertrekkende vluchten in het licht van de milieu-integriteit en ambitie van Corsia met betrekking tot de doelstellingen in het kader van de Overeenkomst van Parijs. Corsia is van toepassing op vluchten van en naar landen buiten Europa die deelnemen aan Corsia.
  • De bijgewerkte regels versnellen de invoering van het beginsel dat de vervuiler betaalt3 door de kosteloze emissierechten voor de luchtvaartsector geleidelijk af te schaffen en volledig te veilen in 2026.
  • Van 1 januari 2024 tot 31 december 2030 worden 20 miljoen emissierechten gereserveerd als stimuleringsmaatregel voor vliegtuigexploitanten om af te stappen van het gebruik van fossiele brandstoffen.
  • Om deze stimulans ten uitvoer te leggen, legt Gedelegeerde Verordening (EU) 2025/723 de gedetailleerde regels vast voor de jaarlijkse berekening van de prijsverschillen tussen in aanmerking komende duurzame luchtvaartbrandstoffen en fossiele kerosine, en voor de toewijzing van emissierechten aan luchtvaartmaatschappijen die deze brandstoffen gebruiken:
    • het mechanisme, met een waarde van ongeveer € 1,6 miljard, helpt de kostenkloof tussen fossiele brandstoffen en in aanmerking komende duurzame brandstoffen te overbruggen;
    • luchtvaartmaatschappijen moeten hun brandstofverbruik uiterlijk 31 maart rapporteren, waarna de Commissie de verschillen in brandstofprijzen uiterlijk 31 mei publiceert en uiterlijk 31 augustus emissierechten toewijst.

Afzonderlijke regeling voor de handel in emissierechten voor gebouwen, wegvervoer en aanvullende sectoren

Om emissiereducties in de sectoren wegvervoer en gebouwen, die niet onder de bestaande ETS vallen, te stimuleren, kwamen de medewetgevers overeen om vanaf 2027 een afzonderlijk maar evenwijdig ETS, ETS2 genoemd, op te zetten voor emissies van brandstoffen die in de relevante sectoren worden verbrand. In tegenstelling tot de bestaande ETS, legt het zogenaamde ETS2 het punt van regulering stroomopwaarts, d.w.z. bij personen die accijnzen op energie moeten betalen (zoals belastingentrepots en brandstofleveranciers) en niet bij de eindverbruikers van brandstoffen. Gereguleerde entiteiten die onder ETS2 vallen, moeten emissierechten inleveren voor hun geverifieerde emissies die overeenkomen met de hoeveelheden brandstoffen die zij voor verbruik hebben vrijgegeven. Hoewel het inleveren van emissierechten onder ETS2 pas begint in 2028 voor emissies van 2027, beginnen de controle en rapportage van emissies vanaf 1 januari 2025. De emissierechten in ETS2 zullen niet verwisselbaar zijn met de emissierechten die in het bestaande ETS worden verhandeld en zullen alleen door veiling op de markt worden gebracht (geen kosteloze toewijzing). Het totale aantal emissierechten dat in ETS2 wordt uitgegeven, wordt bij de start van het systeem jaarlijks verlaagd met 5,10% en vanaf 2028 met 5,38%.

Koolstofarme financieringsmechanismen

  • Het moderniseringsfonds verleent steun voor de modernisering van investeringsprojecten in de energiesector en bredere energiesystemen in EU-lidstaten met een bruto binnenlands product per hoofd van de bevolking ten opzichte van marktprijzen in 2013 van minder dan 60 % van het EU-gemiddelde. Er zijn drie lidstaten met lagere inkomens met een bruto binnenlands product per hoofd van de bevolking ten opzichte van marktprijzen van 2016 tot 2018 van minder dan 75 % van het EU-gemiddelde toegevoegd.
  • het innovatiefonds verleent steun voor de demonstratie van innovatieve technologieën en baanbrekende innovatie in sectoren die onder het EU-ETS vallen, met inbegrip van innovatieve hernieuwbare energiebronnen, afvang en gebruik van kooldioxide en energieopslag, met een sterkere focus op de verbetering van nieuwe technologieën.
  • Het bij Verordening (EU) 2023/955 opgerichte sociaal klimaatfonds (zie samenvatting) zal de invoering van de koolstofprijs in de sectoren gebouwen en wegvervoer begeleiden en specifieke financiering verstrekken aan lidstaten om de meest getroffen kwetsbare groepen te ondersteunen, met name huishoudens in armoede op het gebied van energie of vervoer en micro-ondernemingen.

Rol van de lidstaten

De lidstaten zijn verantwoordelijk voor de volgende taken:

  • de afgifte van emissierechten;
  • ervoor zorgen dat exploitanten, vliegtuigexploitanten, scheepvaartmaatschappijen en gereguleerde entiteiten hun emissies jaarlijks controleren en rapporteren en een aantal emissierechten inleveren dat gelijk is aan hun totale emissies tijdens het voorgaande kalenderjaar;
  • het veilen van alle emissierechten die niet kosteloos worden toegewezen of in een marktstabiliteitsreserve worden opgenomen.
  • het beslissen hoe de inkomsten uit de veilingen worden gebruikt voor klimaat-, energie- en sociale doeleinden;
  • de Commissie jaarlijks van een verslag over de toepassing van de wetgeving voorzien;
  • ervoor zorgen dat emissierechten kunnen worden overgedragen tussen installaties binnen de EU en naar derde landen waar deze emissierechten worden erkend;
  • het vaststellen van doeltreffende sancties voor schendingen van de wet.

Regels voor de veiling van emissierechten

  • Een gedelegeerde handeling, Verordening (EU) 2023/2830, vormt een aanvulling op Richtlijn 2003/87/EG tot vaststelling van de regels inzake het tijdstip, het beheer en andere aspecten van de veiling van rechten. Met de verordening worden de regels uit Verordening (EU) nr. 1031/2010 ingetrokken en vervangen, waarbij rekening wordt gehouden met de nieuwe regels en elementen in Richtlijn 2003/87/EG, zoals de uitbreiding van het toepassingsgebied van het bestaande ETS tot zeevervoer en de invoering van een nieuwe en afzonderlijke ETS voor gebouwen, wegvervoer en industriële activiteiten die niet onder de bestaande ETS vallen.
  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2023/2830 gaat over aspecten als:
    • het ontwerp van veilingen (geveilde producten, de opzet van de veiling, de indiening en intrekking van biedingen, de toewijzingsprijs van veilingen en de afwikkeling van samenvallende biedingen);
    • veilingkalenders (timing, frequentie en verdeling van het aantal rechten, omstandigheden die veilingen verhinderen, jaarlijks volume van geveilde rechten);
    • toegang tot veilingen;
    • aanwijzing van veiler(s) en gerelateerde taken;
    • veiling van rechten voor het Innovatiefonds, het moderniseringsfonds, de herstel- en veerkrachtfaciliteit en het Sociaal Klimaatfonds;
    • procedures voor de annulering van emissierechten;
    • de aanwijzing van een gemeenschappelijk veilingsplatform en diensten die door het platform aan de lidstaten en de Commissie worden aangeboden;
    • de aanwijzing en taken van opt-outveilingsplatforms (wanneer een lidstaat niet deelneemt aan de aanwijzing van het gemeenschappelijke veilingsplatform);
    • rapportage over transacties;
    • betaling en overdracht van de veilingsopbrengst;
    • levering van de emissierechten;
    • beheer van zekerheden;
    • vergoedingen en kosten;
    • toezicht op veilingen, herstelmaatregelen en sancties;
    • transparantie en vertrouwelijkheid.

Rol van de Commissie

De Commissie:

  • dient jaarlijks een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie over de tenuitvoerlegging van de EU-ETS en het bijbehorende klimaat- en energiebeleid;
  • heeft de bevoegdheid om de technische voorschriften vast te stellen die noodzakelijk zijn voor de tenuitvoerlegging van de basiswetgeving;
  • houdt een onafhankelijk register en een transactielogboek bij waarin de eigendom, afgifte, overdracht en annulering van emissierechten worden vastgelegd.

Elk jaar presenteert de Europese Autoriteit voor effecten en markten een beoordeling van de werking van de koolstofmarkten in de EU.

VANAF WANNEER TREDEN DE REGELS IN WERKING?

  • Richtlijn 2003/87/EG moest per 31 december 2003 in nationaal recht zijn omgezet.
  • De wijzigingen die zijn ingevoerd met de herziening van Richtlijn (EU) 2023/958 en Richtlijn (EU) 2023/959 in 2023 betreffende vaste installaties, lucht- en zeevervoer moeten uiterlijk op 31 december 2023 door de lidstaten zijn omgezet.
  • Niettemin moeten de lidstaten verschillende bepalingen met betrekking tot kosteloze toewijzing pas vanaf 1 januari 2026 toepassen.
  • De deadline voor de omzetting van de regels van de nieuwe ETS voor gebouwen, wegvervoer en aanvullende sectoren is 30 juni 2024.

ACHTERGROND

KERNBEGRIPPEN

  1. Cap-and-trade-beginsel De EU-ETS werkt volgens dit beginsel. Er wordt een plafond of bovengrens vastgesteld op de totale hoeveelheid van bepaalde broeikasgassen die door fabrieken, energiecentrales en andere installaties binnen de regeling mag worden uitgestoten. Het plafond wordt gaandeweg verlaagd, zodat de totale uitstoot van broeikasgassen afneemt. Binnen de regeling is het mogelijk emissierechten te verhandelen, waardoor de uitstoot van installaties en exploitanten van luchtvaartuigen onder het plafond blijft en de meest kosteneffectieve maatregel kan worden genomen om de uitstoot te reduceren.
  2. Koolstoflekkage. Koolstoflekkage verwijst naar de situatie die kan ontstaan als bedrijven om redenen van kosten gerelateerd aan klimaatbeleid hun productie verplaatsen naar andere landen met minder strenge emissiebeperkingen. Dit kan leiden tot een toename van hun totale uitstoot. Het risico op koolstoflekkage kan groter zijn in bepaalde energie-intensieve sectoren.
  3. Beginsel dat de vervuiler betaalt. Volgens dit principe moeten vervuilers de kosten dragen van de vervuiling die ze veroorzaken.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG van de Raad (Voor de EER relevante tekst) (PB L 275 van , blz. 32-46).

Achtereenvolgende wijzigingen aan de Richtlijn (EU) 2003/87/EC werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

laatste update

Naar boven