This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Strafprocedures — Procedurele waarborgen voor kinderen die verdacht worden van of aangeklaagd zijn wegens een misdrijf
De belangrijkste elementen van de richtlijn zijn dat kinderen het recht hebben op toegang tot een advocaat en op bijstand van een advocaat. De bijstand van een advocaat is verplicht wanneer kinderen voor de rechter moeten verschijnen met het oog op een besluit over voorlopige hechtenis en wanneer ze gedetineerd zijn. Een kind dat tijdens de terechtzitting niet is bijgestaan door een advocaat, kan niet tot een gevangenisstraf worden veroordeeld.
EU-landen moeten er ook voor zorgen dat vrijheidsbeneming, en in het bijzonder detentie, uitsluitend als uiterste maatregel wordt opgelegd en zo kort duurt als passend is. Kinderen in detentie moeten gescheiden van volwassenen worden vastgehouden, tenzij het in het belang van het kind wordt geacht om hiervan af te wijken.
De richtlijn bevat ook andere waarborgen, zoals het recht:
Rechters, openbaar aanklagers en andere personen die beroepsmatig te maken hebben met strafzaken waarbij kinderen zijn betrokken, moeten specifieke vaardigheden hebben of toegang tot een specifieke opleiding.
De richtlijn is sinds van toepassing. EU-landen moeten de richtlijn vóór omzetten in nationale wetgeving.
Voor meer informatie zie:
Richtlijn (EU) 2016/800 van het Europees Parlement en de Raad van betreffende procedurele waarborgen voor kinderen die verdachte of beklaagde zijn in een strafprocedure (PB L 132 van , blz. 1-20)
laatste bijwerking