Arrest van het Gerecht (Negende kamer) van 25 januari 2017 –
Almaz Antey Air and Space Defence/Raad

(Zaak T‑255/15)

„Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid – Beperkende maatregelen naar aanleiding van acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen – Bevriezing van tegoeden – Rechtspersoon die materieel of financieel acties ondersteunt die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen – Evenredigheid – Motiveringsplicht – Rechten van verdediging – Recht op effectieve rechterlijke bescherming – Grondrechten – Kennelijke beoordelingsfout”

1. 

Beroep tot nietigverklaring–Bevoegdheid van de Unierechter–Conclusies strekkende tot verkrijging van een declaratoir arrest–Niet-ontvankelijkheid

(Art. 263 VWEU)

(zie punt 31)

2. 

Gerechtelijke procedure–Besluit dat in de loop van het geding in de plaats komt van het bestreden besluit–Nieuw gegeven–Verruiming van de aanvankelijke conclusies en middelen

(Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 86, lid 1)

(zie punten 35, 36)

3. 

Beroep tot nietigverklaring–Procesbelang–Belang dat moet worden beoordeeld op het tijdstip van instelling van het beroep–Beroep tegen een handeling tot invoering van beperkende maatregelen jegens de verzoeker–Einde van de beperkende maatregelen in de loop van het geding–Verklaring van afdoening zonder beslissing–Ontoelaatbaarheid–Behoud van het belang van de verzoeker bij de erkenning van de onrechtmatigheid van de bestreden handeling

(Art. 263 VWEU; besluiten 2014/145/GBVB, 2015/432/GBVB en 2015/1524/GBVB van de Raad; verordeningen nr. 269/2014, nr. 2015/427 en nr. 2015/1514 van de Raad )

(zie punten 43‑45)

4. 

Handelingen van de instellingen–Motivering–Verplichting–Omvang–Beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten in het licht van de situatie in Oekraïne–Bevriezing van tegoeden–Verplichting om de betrokkene de motivering mee te delen op hetzelfde tijdstip als of onmiddellijk na de vaststelling van de voor hem bezwarende handeling–Regularisatie van een motiveringsgebrek tijdens de contentieuze procedure–Ontoelaatbaarheid

(Art. 296, tweede alinea, VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 41, lid 2; besluiten 2014/145/GBVB, 2015/432/GBVB, 2015/1524/GBVB en 2016/359/GBVB van de Raad; verordeningen nr. 269/2014, nr. 2015/427, nr. 2015/1514 en nr. 2016/353 van de Raad)

(zie punt 54)

5. 

Handelingen van de instellingen–Motivering–Verplichting–Omvang–Beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten in het licht van de situatie in Oekraïne–Bevriezing van tegoeden–Verplichting om de betrokkene de motivering mee te delen op hetzelfde tijdstip als of onmiddellijk na de vaststelling van de voor hem bezwarende handeling–Grenzen–Veiligheid van de Unie en de lidstaten of voeren van hun internationale betrekkingen–Besluit genomen in een door de belanghebbende gekende context zodat hij de strekking van de hem betreffende maatregel kan begrijpen–Toelaatbaarheid van een beknopte motivering

(Art. 296, tweede alinea, VWEU; besluiten 2014/145/GBVB, 2015/432/GBVB, 2015/1524/GBVB en 2016/359/GBVB van de Raad; verordeningen nr. 269/2014, nr. 2015/427, nr. 2015/1514 en nr. 2016/353 van de Raad )

(zie punten 55, 56)

6. 

Beroep tot nietigverklaring–Middelen–Ontbrekende of ontoereikende motivering–Ander middel dan het middel betreffende de materiële wettigheid

(Art. 263 VWEU en 296 VWEU)

(zie punt 61)

7. 

Recht van de Europese Unie–Beginselen–Rechten van verdediging–Recht op effectieve rechterlijke bescherming–Beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten in het licht van de situatie in Oekraïne–Bevriezing van tegoeden–Verplichting om de individuele en specifieke redenen voor de genomen besluiten mee te delen–Draagwijdte

[Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 41, lid 2, a), en 47; besluiten 2014/145/GBVB, 2015/432/GBVB, 2015/1524/GBVB en 2016/359/GBVB van de Raad; verordeningen nr. 269/2014, nr. 2015/427, nr. 2015/1514 en nr. 2016/353 van de Raad]

(zie punten 66‑72)

8. 

Recht van de Europese Unie–Beginselen–Rechten van verdediging–Beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten in het licht van de situatie in Oekraïne–Bevriezing van tegoeden–Recht van toegang tot de documenten–Rechten afhankelijk van voorwaarde dat verzoek daartoe wordt ingediend bij Raad

[Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 41, lid 2, a); besluiten 2014/145/GBVB, 2015/432/GBVB, 2015/1524/GBVB en 2016/359/GBVB van de Raad; verordeningen nr. 269/2014, nr. 2015/427, nr. 2015/1514 en nr. 2016/353 van de Raad]

(zie punten 80, 83)

9. 

Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid–Beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Oekraïne–Bevriezing van de tegoeden van bepaalde personen en entiteiten in het licht van de situatie in Oekraïne–Rechterlijk toezicht op de rechtmatigheid van de handelingen van de instellingen–Omvang–Eerbiediging van het evenredigheidsbeginsel

(Art. 21 en 29 VEU; art. 215 VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 47; besluiten 2014/145/GBVB, 2015/432/GBVB, 2015/1524/GBVB en 2016/359/GBVB van de Raad; verordeningen nr. 269/2014, nr. 2015/427, nr. 2015/1514 en nr. 2016/353 van de Raad)

(zie punten 84, 95, 97‑111, 116, 127)

10. 

Europese Unie–Rechterlijk toezicht op de rechtmatigheid van de handelingen van de instellingen–Beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Oekraïne–Omvang van het toezicht–Bewijs van de gegrondheid van de maatregel–Verplichting voor de bevoegde autoriteit van de Unie om in geval van betwisting de gegrondheid van de tegen de betrokken personen of entiteiten aangevoerde redenen aan te tonen

(Art. 21 en 29 VEU; art. 215 VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 47; besluiten 2014/145/GBVB, 2015/432/GBVB, 2015/1524/GBVB en 2016/359/GBVB van de Raad; verordeningen nr. 269/2014, nr. 2015/427, nr. 2015/1514 en nr. 2016/353 van de Raad)

(zie punten 128, 151)

Voorwerp

Verzoek krachtens artikel 263 VWEU strekkende tot nietigverklaring van besluit (GBVB) 2015/432 van de Raad van 13 maart 2015 houdende wijziging van besluit 2014/145/GBVB betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2015, L 70, blz. 47), van uitvoeringsverordening (EU) 2015/427 van de Raad van 13 maart 2015 tot uitvoering van verordening (EU) van de Raad nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2015, L 70, blz. 1), van besluit (GBVB) 2015/1524 van de Raad van 14 september 2015 tot wijziging van besluit 2014/145/GBVB betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2015, L 239, blz. 157), van uitvoeringsverordening (EU) 2015/1514 van de Raad van 14 september 2015 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2015, L 239, blz. 30), van besluit (GBVB) 2016/359 van de Raad van 10 maart 2016 tot wijziging van besluit 2014/145/GBVB betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2016, L 67, blz. 37), van uitvoeringsverordening (EU) 2016/353 van de Raad van 10 maart 2016 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2016, L 67, blz. 1), alsook van de brief van de Raad van 31 juli 2015, voor zover deze handelingen verzoekende partij betreffen en haar handhaven op de lijst van entiteiten waarop de beperkende maatregelen van toepassing zijn

Dictum

1) 

Het beroep wordt verworpen.

2) 

Joint Stock Company „Almaz Antey” Air and Space Defence Corp. wordt verwezen in de kosten.