«Bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen – Bilaterale overeenkomst tussen lidstaat en derde land ter bescherming van aanduidingen van geografische herkomst van dit derde land – Artikelen 28 EG en 30 EG – Verordening (EEG) nr. 2081/92 – Artikel 307 EG – Statenopvolging met betrekking tot verdragen»
|
||||
|
||||
(Verordening nr. 2081/92 van de Raad, art. 2, lid 2, sub b)
(Art. 28 EG en 30 EG)
(Art. 28 EG)
(Art. 307, eerste en tweede alinea, EG)
ARREST VAN HET HOF
18 november 2003 (1)
„Bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen – Bilaterale overeenkomst tussen lidstaat en derde land ter bescherming van aanduidingen van geografische herkomst van dit derde land – Artikelen 28 EG en 30 EG – Verordening (EEG) nr. 2081/92 – Artikel 307 EG – Statenopvolging met betrekking tot verdragen”
In zaak C-216/01,
betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Handelsgericht Wien (Oostenrijk), in het aldaar aanhangige geding tussen Budějovický Budvar, národní podniken
Rudolf Ammersin GmbH, om een prejudiciële beslissing over de uitlegging van de artikelen 28 EG, 30 EG en 307 EG alsmede verordening (EEG) nr. 2081/92 van de Raad van 14 juli 1992 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 208, blz. 1), zoals gewijzigd bij verordening (EG) nr. 535/97 van de Raad van 17 maart 1997 (PB L 83, blz. 3),wijstHET HOF VAN JUSTITIE,,
gelet op de schriftelijke opmerkingen ingediend door:
gezien het rapport ter terechtzitting,
gehoord de mondelinge opmerkingen van Budějovický Budvar, národní podnik, vertegenwoordigd door S. Kommar; Rudolf Ammersin GmbH, vertegenwoordigd door C. Hauer, D. Ohlgart en B. Goebel, Rechtsanwälte, en de Commissie, vertegenwoordigd door A.-M. Rouchaud, bijgestaan door B. Wägenbaur, ter terechtzitting van 19 november 2002,
gehoord de conclusie van de advocaat-generaal ter terechtzitting van 22 mei 2003,
het navolgende
HET HOF VAN JUSTITIE,
uitspraak doende op de door het Handelsgericht Wien bij beschikking van 26 februari 2001 gestelde vragen, verklaart voor recht:
Skouris |
Jann |
Timmermans |
Gulmann |
Cunha Rodrigues |
Edward |
La Pergola |
Puissochet |
Schintgen |
Colneric |
von Bahr |
|
De griffier |
De president |
R. Grass |
V. Skouris |