This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013JC0020
Joint Proposal for a COUNCIL REGULATION amending for the 193rd time Council Regulation (EC) No 881/2002 imposing certain specific restrictive measures directed against certain persons and entities associated with the Al Qaida network
Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot 193e wijziging van Verordening (EG) nr. 881/2002 tot vaststelling van beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met het Al-Qa‘ida-netwerk
Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot 193e wijziging van Verordening (EG) nr. 881/2002 tot vaststelling van beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met het Al-Qa‘ida-netwerk
/* JOIN/2013/020 final - 2013/0193 (NLE) */
Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot 193e wijziging van Verordening (EG) nr. 881/2002 tot vaststelling van beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met het Al-Qa‘ida-netwerk /* JOIN/2013/020 final - 2013/0193 (NLE) */
TOELICHTING (1)
Verordening (EG) nr. 881/2002 voorziet in de
bevriezing van tegoeden en economische middelen van personen en entiteiten die
banden hebben met het Al-Qa‘ida-netwerk. (2)
Het Sanctiecomité van de VN-Veiligheidsraad heeft
op 21 februari 2013 besloten één natuurlijke persoon, Usama Muhammed Awad Bin
Laden, te schrappen van de lijst van personen, groepen en entiteiten waarvan de
tegoeden en economische middelen moeten worden bevroren. Het Sanctiecomité
heeft echter besloten dat de lidstaten, voor zij tegoeden vrijgeven die waren
bevroren omdat Usama Bin Laden op de lijst stond, bij het Sanctiecomité een
verzoek tot vrijgave van de tegoeden of economische middelen moeten indienen,
en zekerheid moeten bieden dat de tegoeden of economische middelen niet, direct
of indirect, zullen worden overgedragen aan personen, groepen of entiteiten die
op de lijst staan. (3)
Met het oog op de doeltreffende uitvoering van het
besluit van het Sanctiecomité is het noodzakelijk dat Usama Bin Laden op de
lijst in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 881/2002 blijft staan en dat wordt
voorzien in aanvullende uitzonderingen op de bevriezingsmaatregelen
overeenkomstig punt 32 van Resolutie 2083 (2012) van de VN-Veiligheidsraad. (4)
Deze maatregel valt onder het toepassingsgebied van
het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en derhalve is, om te
garanderen dat hij in alle lidstaten door de marktdeelnemers uniform wordt
toegepast, EU-regelgeving noodzakelijk voor de tenuitvoerlegging van de
maatregelen. (5)
De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor
buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Europese Commissie stellen voor
Verordening (EG) nr. 881/2002 dienovereenkomstig te wijzigen. 2013/0193 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot 193e wijziging van Verordening (EG) nr.
881/2002 tot vaststelling van beperkende maatregelen tegen sommige personen en
entiteiten die banden hebben met het Al‑Qa‘ida‑netwerk DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, en met name artikel 215, lid 2, Gezien Gemeenschappelijk Standpunt
2002/402/GBVB van de Raad van 27 mei 2002 betreffende beperkende maatregelen
tegen de leden van de Al-Qa‘ida-organisatie en andere daarmee verbonden
personen, groepen, ondernemingen en entiteiten[1], Gezien het gezamenlijke voorstel van de hoge
vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en
de Europese Commissie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Gemeenschappelijk Standpunt
2002/402/GBVB voorziet in bepaalde beperkende maatregelen in overeenstemming
met de Resoluties 1267 (1999) en 1333 (2000) van de Veiligheidsraad van de
Verenigde Naties (VN-Veiligheidsraad), die door het bij de Resoluties 1267
(1999) en 1989 (2011) van de VN-Veiligheidsraad ingestelde Sanctiecomité regelmatig
worden bijgewerkt. Bij Besluit 2011/487/GBVB van de Raad[2], dat uit
hoofde van titel V, hoofdstuk 2, van het Verdrag betreffende de Europese Unie
is vastgesteld, is Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB gewijzigd wat het
toepassingsgebied ervan betreft. De uitvoeringsbepalingen van de Unie zijn
opgenomen in Verordening (EG) nr. 881/2002[3], die voorziet in de bevriezing van tegoeden
en economische middelen van personen en entiteiten die banden hebben met het
Al-Qa‘ida-netwerk. (2) Het Sanctiecomité van de
Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft op 21 februari 2013 besloten één
natuurlijke persoon, Usama Muhammed Awad Bin Laden, te schrappen van de lijst
van personen, groepen en entiteiten waarvan de tegoeden en economische middelen
moeten worden bevroren. Het Sanctiecomité heeft echter besloten dat de
lidstaten, voor zij tegoeden vrijgeven die waren bevroren omdat Usama Bin Laden
op de lijst stond, bij het Sanctiecomité een verzoek tot vrijgave van de
tegoeden of economische middelen moeten indienen, en zekerheid moeten bieden
dat de tegoeden of economische middelen niet, direct of indirect, zullen worden
overgedragen aan personen, groepen of entiteiten die op de lijst staan. (3) Met het oog op de
doeltreffende uitvoering van het besluit van het Sanctiecomité is het
noodzakelijk dat Usama Bin Laden op de lijst in bijlage I bij Verordening (EG)
nr. 881/2002 blijft staan en dat wordt voorzien in aanvullende uitzonderingen
op de bevriezingsmaatregelen overeenkomstig punt 32 van Resolutie 2083 (2012) van
de VN-Veiligheidsraad. (4) Deze maatregel valt onder het
toepassingsgebied van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
en derhalve is, om te garanderen dat hij in alle lidstaten door de
marktdeelnemers uniform wordt toegepast, EU-regelgeving noodzakelijk voor de
tenuitvoerlegging van de maatregelen. (5) Verordening (EG) nr. 881/2002
moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING
VASTGESTELD: Artikel 1 Verordening (EG) nr. 881/2002 wordt als volgt
gewijzigd: Artikel 2 bis, leden 1 en 2, komt als volgt te
luiden: “1. Artikel 2 is niet van toepassing op
tegoeden of economische middelen waarvoor geldt dat: a) een bevoegde autoriteit van de lidstaten,
zoals vermeld in bijlage II, op verzoek van een belanghebbende natuurlijke
persoon of rechtspersoon heeft vastgesteld dat die tegoeden of economische
middelen: i) noodzakelijk zijn ter dekking van
basisuitgaven, zoals betalingen voor voedsel, huur of hypotheeklasten,
geneesmiddelen of geneeskundige behandelingen, belastingen, verzekeringspremies
of nutsvoorzieningen; ii) uitsluitend bestemd zijn voor de
betaling van redelijke honoraria en de vergoeding van gemaakte kosten in
verband met de verlening van juridische diensten; iii) uitsluitend bestemd zijn voor de betaling
van honoraria of kosten voor alleen het aanhouden of beheren van bevroren
tegoeden of bevroren economische middelen; iv) noodzakelijk zijn ter dekking van
buitengewone uitgaven; of v) eigendom zijn, in het bezit zijn of
onder zeggenschap staan van de in bijlage I vermelde Usama Muhammed Awad Bin
Laden; en b) die vaststelling ter kennis is gebracht
van het Sanctiecomité; en c) i) in geval van een
vaststelling als bedoeld onder a), punten i), ii) of iii), het Sanctiecomité
tegen de vaststelling geen bezwaar heeft gemaakt binnen drie werkdagen na de
kennisgeving; ii) in geval van een vaststelling als
bedoeld onder a), punt iv), het Sanctiecomité de vaststelling heeft
goedgekeurd; of iii) in geval van een vaststelling als
bedoeld onder a), punt v), de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat,
zoals vermeld in bijlage II, zekerheid heeft geboden aan het Sanctiecomité dat
de tegoeden of economische middelen niet, direct of indirect, zullen worden
overgedragen aan een in bijlage I vermelde natuurlijke persoon, rechtspersoon,
entiteit, lichaam of groep en geen van de leden van het Sanctiecomité tegen de
vaststelling bezwaar heeft gemaakt binnen dertig dagen na de kennisgeving.” Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de dag
na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Deze verordening is verbindend in al
haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, Voor
de Raad De
voorzitter [1] PB L 139
van 29.5.2002, blz. 4. [2] PB L 199 van 2.8.2011, blz. 73. [3] PB L 139 van 29.5.2002, blz. 9.