Een kader voor de screening van buitenlandse directe investeringen

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) 2019/452 tot vaststelling van een kader voor de screening van buitenlandse directe investeringen in de Europese Unie

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

Bij de verordening wordt een kader van de Europese Unie (EU) vastgesteld voor de screening van directe investeringen vanuit niet-EU-landen om redenen van veiligheid of openbare orde. Deze verordening zorgt voor de instelling van:

• de mogelijkheid voor de lidstaten van de EU om transparante, voorspelbare en niet-discriminerende mechanismen in te voeren voor het onderzoeken van buitenlandse directe investeringen (BDI)*, om redenen van veiligheid of openbare orde.
• samenwerkingsprocedures tussen de lidstaten en de Europese Commissie met betrekking tot BDI die gevolgen kunnen hebben voor de veiligheid of de openbare orde;
• de mogelijkheid voor de Commissie om adviezen uit te brengen, en voor de lidstaten om opmerkingen in te dienen, over deze investeringen.

KERNPUNTEN

De wetgeving houdt geen harmonisatie in van nationale systemen voor screening*. Niets weerhoudt een lidstaat ervan om te besluiten al dan niet een nationaal screeningmechanisme in te voeren of een bepaalde BDI al dan niet te screenen.

Lidstaten:

• kunnen screeningmechanismen* voor BDI handhaven, wijzigen of vaststellen;
• kunnen beslissen of ze BDI-screeningmechanismen willen en als ze dat willen, moeten ze:
  • ervoor zorgen dat deze mechanismen transparant zijn, geen onderscheid maken tussen niet-EU-landen, vertrouwelijke en commercieel gevoelige informatie beschermen en binnen termijnen werken,
  • buitenlandse investeerders en ondernemingen de mogelijkheid bieden om tegen een screeningbesluit in beroep te gaan,
  • zorgen voor de maatregelen die nodig zijn om het omzeilen van screeningmechanismen en screeningbesluiten op te sporen en te voorkomen,
  • de Commissie uiterlijk op 10 mei 2019 in kennis stellen van hun bestaande screeningmechanismen en nieuwe screeningmechanismen binnen dertig dagen na de inwerkingtreding ervan melden;
• moeten uiterlijk op 31 maart van elk jaar informatie over de BDI op hun grondgebied in het vorige kalenderjaar aan de Commissie meedelen;
• moeten contactpunten opzetten om de wetgeving uit te voeren, net zoals de Commissie.

Bij hun beoordeling van BDI om redenen van veiligheid of openbare orde kunnen de lidstaten en de Commissie rekening houden met de mogelijke gevolgen van BDI voor:

• kritieke fysieke of virtuele infrastructuur, variërend van infrastructuur voor energie, vervoer en defensie tot verkiezings-, financiële en andere infrastructuur;
• kritieke technologieën en producten voor tweeërlei gebruik, zoals kunstmatige intelligentie, robotica, energieopslag en biotechnologieën;
• kritieke benodigdheden zoals energie of grondstoffen, alsmede voedselzekerheid;
• de toegang tot gevoelige informatie, waaronder persoonsgegevens;
• de vrijheid en pluriformiteit van de media; en
• of de buitenlandse investeerder:
  • direct of indirect onder zeggenschap staat van de overheid, met inbegrip van overheidsinstanties of strijdkrachten, in een niet-EU-land,
  • reeds betrokken is geweest bij activiteiten die gevolgen hebben voor de veiligheid of openbare orde van een lidstaat,
  • een ernstig risico met zich meebrengt betrokken te zijn bij illegale of criminele activiteiten.

Wanneer een lidstaat een BDI screent, bepaalt het samenwerkingsmechanisme dat:

• de lidstaat die de screening uitvoert, de Commissie en de andere lidstaten zo spoedig mogelijk in kennis moet stellen;
• de andere lidstaten opmerkingen kunnen indienen wanneer zij van oordeel zijn dat de BDI gevolgen kan hebben voor hun veiligheid of openbare orde;
• de Commissie een advies kan uitbrengen wanneer zij van oordeel is dat de BDI gevolgen kan hebben voor de veiligheid of openbare orde in meer dan één lidstaat;
• de Commissie aan de andere lidstaten moet meedelen dat opmerkingen werden ingediend of een advies is uitgebracht.

Indien een BDI niet wordt gescreend door de lidstaat van ontvangst, kan een andere lidstaat opmerkingen indienen wanneer hij van oordeel is dat de BDI gevolgen kan hebben voor zijn veiligheid of openbare orde. De Commissie kan een advies uitbrengen wanneer zij van oordeel is dat de BDI gevolgen kan hebben voor meer dan één lidstaat.

De Commissie kan een advies uitbrengen aan een lidstaat waarin een BDI wordt gepland of is voltooid, wanneer zij van oordeel is dat de BDI gevolgen kan hebben voor projecten en programma’s van EU-belang om redenen van veiligheid of openbare orde. De huidige lijst, die de Commissie via een gedelegeerde handeling kan wijzigen, bevat de volgende projecten en programma’s van EU-belang:

• Europese programma’s voor wereldwijde satellietnavigatiesystemen (Galileo en Egnos (European Geostationary Navigation Overlay Service))
• Copernicus
• voorbereidende actie inzake de voorbereiding van het nieuwe EU-Govsatcom-programma
• ruimtevaartprogramma
• Horizon 2020
• Horizon Europa
• Euratom-programma voor onderzoek en opleiding 2021–2025
• trans-Europese vervoersnetwerken
• trans-Europese energienetwerken
• trans-Europese telecommunicatienetwerken, nu vervangen door de Connecting Europe Facility
• programma Digitaal Europa
• industrieel ontwikkelingsprogramma voor de Europese defensie, nu vervangen door het Europees Defensiefonds
• voorbereidende actie inzake defensieonderzoek
• permanente gestructureerde samenwerking
• Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie
• EU4Health-programma.

De lidstaten moeten zonder onnodige vertraging de volgende informatie verstrekken wanneer zij kennisgeving doen van de screening van BDI of een verzoek om informatie ontvangen van de Commissie of een andere lidstaat:

• de eigendomsstructuur van de buitenlandse investeerder;
• de waarde bij benadering van de BDI;
• de producten, diensten en ondernemingsactiviteiten van de buitenlandse investeerder en van de doelonderneming;
• de lidstaten waarin de ontvangende onderneming ondernemingsactiviteiten uitvoert;
• de bron van de financiering van de investering;
• de datum waarop de BDI is gepland of is voltooid.

De Commissie:

• houdt een geactualiseerde lijst van de nationale screeningmechanismen bij;
• kan advies inwinnen van een deskundigengroep die gespecialiseerd is in de screening van BDI;
• dient jaarlijks een verslag in bij het Europees Parlement en de EU-regeringen (het eerste jaarverslag werd in 2021 gepubliceerd);
• voert uiterlijk op 12 oktober 2023 en daarna om de vijf jaar een algemene toetsing uit van de doeltreffendheid van de wetgeving en brengt verslag uit aan het Parlement en de Raad van de Europese Unie;
• heeft de bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is sinds 11 oktober 2020 van toepassing.

ACHTERGROND

• Na de uitbraak van COVID-19 en de invoering van maatregelen om het hoofd te bieden aan de gevolgen van de crisis heeft de Europese Commissie richtsnoeren voor de lidstaten vastgesteld betreffende BDI en vrij verkeer van kapitaal uit niet-EU-landen en de bescherming van de strategische activa van Europa.
• Naar aanleiding van de niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde militaire agressie van Rusland jegens Oekraïne, die actief wordt gesteund door Belarus, heeft de Commissie op 5 april 2022 richtsnoeren voor de lidstaten gepubliceerd betreffende het beoordelen en voorkomen van bedreigingen voor de veiligheid en openbare orde in de EU als gevolg van Russische en Belarussische investeringen.

Zie voor meer informatie:

• EU-screeningmechanisme voor buitenlandse investeringen wordt volledig operationeel (Europese Commissie)
• Screening van investeringen (Europese Commissie).

KERNBEGRIPPEN

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) 2019/452 van het Europees Parlement en de Raad van 19 maart 2019 tot vaststelling van een kader voor de screening van buitenlandse directe investeringen in de Unie (PB L 79I van 21.3.2019, blz. 1–14).

Achtereenvolgende wijzigingen aan Verordening (EU) 2019/452 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Mededeling van de Commissie Richtsnoeren voor de lidstaten betreffende buitenlandse directe investeringen en vrij verkeer van kapitaal uit derde landen en de bescherming van de strategische activa van Europa, in afwachting van de toepassing van Verordening (EU) 2019/452 (“Verordening screening BDI”) (PB C 99I van 26.3.2020, blz. 1–5).

Mededeling van de Commissie Richtsnoeren voor de lidstaten met betrekking tot buitenlandse directe investeringen uit Rusland en Belarus met het oog op de militaire agressie tegen Oekraïne en de beperkende maatregelen die zijn vastgesteld in recente verordeningen van de Raad betreffende sancties (Verordening (EU) nr. 833/2014 van de Raad betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PB L 229 van 31.7.2014, blz. 1) en de wijzigingen daarvan, en Verordening (EG) nr. 765/2006 van de Raad van 18 mei 2006 betreffende beperkende maatregelen met het oog op de situatie in Belarus (PB L 134 van 20.5.2006, blz. 1) en de wijzigingen daarvan.) (PB C 151I van 6.4.2022, blz. 1–12).

Laatste bijwerking 07.01.2022