EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32019R0899

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/899 van de Commissie van 29 mei 2019 betreffende de verlenging van de vergunning voor Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestlammeren, melkgeiten, melkschapen, melkbuffels, paarden en mestvarkens en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1447/2006, (EG) nr. 188/2007, (EG) nr. 232/2009, (EG) nr. 186/2007 en (EG) nr. 209/2008 (vergunninghouder S.I. Lesaffre) (Voor de EER relevante tekst.)

C/2019/3947

OJ L 144, 3.6.2019, p. 32–35 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2019/899/oj

3.6.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 144/32


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/899 VAN DE COMMISSIE

van 29 mei 2019

betreffende de verlenging van de vergunning voor Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestlammeren, melkgeiten, melkschapen, melkbuffels, paarden en mestvarkens en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1447/2006, (EG) nr. 188/2007, (EG) nr. 232/2009, (EG) nr. 186/2007 en (EG) nr. 209/2008 (vergunninghouder S.I. Lesaffre)

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de vergunningsgronden en -procedures voor het verlenen en verlengen van dergelijke vergunningen, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003.

(2)

Voor Saccharomyces cerevisiae NCYC Sc 47 is bij Verordening (EG) nr. 1447/2006 van de Commissie (2) een vergunning verleend voor een periode van tien jaar als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestlammeren, bij Verordening (EG) nr. 186/2007 van de Commissie (3) voor paarden, bij Verordening (EG) nr. 188/2007 van de Commissie (4) voor melkgeiten en melkschapen, bij Verordening (EG) nr. 209/2008 van de Commissie (5) voor mestvarkens en bij Verordening (EG) nr. 232/2009 van de Commissie (6) voor melkbuffels.

(3)

Overeenkomstig artikel 14 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 zijn door de houder van die vergunningen aanvragen ingediend voor de verlenging van de vergunning voor Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407 (voorheen NCYC Sc 47) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestlammeren, melkgeiten en melkschapen, melkbuffels, mestvarkens en paarden waarbij is verzocht dat het toevoegingsmiddel in de categorie "zoötechnische toevoegingsmiddelen" wordt ingedeeld. De krachtens artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste gegevens en documenten waren bij die aanvragen gevoegd.

(4)

De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 13 juni 2018 (7) geconcludeerd dat de aanvrager gegevens heeft verstrekt waaruit blijkt dat het toevoegingsmiddel voldoet aan de voorwaarden voor het verlenen van een vergunning.

(5)

Uit de beoordeling van Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407 blijkt dat aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vermelde voorwaarden voor de verlening van een vergunning is voldaan. De vergunning voor dat toevoegingsmiddel, zoals gespecificeerd in de bijlage bij deze verordening, moet daarom worden verlengd.

(6)

Als gevolg van de verlenging van de vergunning voor Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407 als toevoegingsmiddel voor diervoeding onder de voorwaarden die zijn vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening, moeten de Verordeningen (EG) nr. 1447/2006, (EG) nr. 186/2007, (EG) nr. 188/2007, (EG) nr. 209/2008 en (EG) nr. 232/2009 worden ingetrokken.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De vergunning voor het in de bijlage gespecificeerde toevoegingsmiddel, dat behoort tot de categorie "zoötechnische toevoegingsmiddelen" en de functionele groep "darmflorastabilisatoren" wanneer het wordt gebruikt voor mestlammeren, melkgeiten, melkschapen, melkbuffels en mestvarkens en tot de functionele groep "verteringsbevorderaars" wanneer het wordt gebruikt voor paarden, wordt verlengd onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden.

Artikel 2

Saccharomyces cerevisiae NCYC Sc 47 mag als toevoegingsmiddel voor diervoeding onder de in de bijlage bij deze verordening, Verordeningen (EG) nr. 1447/2006, (EG) nr. 186/2007, (EG) nr. 188/2007, (EG) nr. 209/2008 en (EG) nr. 232/2009 vastgestelde voorwaarden, verder in de handel worden gebracht totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput, alsmede voormengsels en mengvoeders die deze stof bevatten en die vóór de inwerkingtreding van deze verordening overeenkomstig die verordeningen zijn geëtiketteerd.

Artikel 3

De Verordeningen (EG) nr. 1447/2006, (EG) nr. 186/2007, (EG) nr. 188/2007, (EG) nr. 209/2008 en (EG) nr. 232/2009 worden ingetrokken.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 mei 2019.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.

(2)  Verordening (EG) nr. 1447/2006 van de Commissie van 29 september 2006 tot verlening van een vergunning voor een nieuwe toepassing van Saccharomyces cerevisiae (Biosaf SC 47) als toevoegingsmiddel voor diervoeding (PB L 271 van 30.9.2006, blz. 28).

(3)  Verordening (EG) nr. 186/2007 van de Commissie van 21 februari 2007 tot verlening van een vergunning voor een nieuwe toepassing van Saccharomyces cerevisiae (Biosaf SC 47) als toevoegingsmiddel voor diervoeding (PB L 63 van 1.3.2007, blz. 6).

(4)  Verordening (EG) nr. 188/2007 van de Commissie van 23 februari 2007 tot verlening van een vergunning voor een nieuwe toepassing van Saccharomyces cerevisiae (Biosaf SC 47) als toevoegingsmiddel voor diervoeding (PB L 57 van 24.2.2007, blz. 3).

(5)  Verordening (EG) nr. 209/2008 van de Commissie van 6 maart 2008 tot verlening van een vergunning voor een nieuwe toepassing van Saccharomyces cerevisiae (Biosaf SC 47) als toevoegingsmiddel voor diervoeding (PB L 63 van 7.3.2008, blz. 3).

(6)  Verordening (EG) nr. 232/2009 van de Commissie van 19 maart 2009 betreffende de vergunning voor een nieuwe toepassing van Saccharomyces cerevisiae NCYC Sc 47 als toevoegingsmiddel voor voeding voor melkbuffels (vergunninghouder Société Industrielle Lesaffre) (PB L 74 van 20.3.2009, blz. 14).

(7)  EFSA Journal 2018;16(7):5339.


BIJLAGE

Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Naam van de vergunninghouder

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Andere bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

Kve/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: zoötechnische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: darmflorastabilisatoren.

4b1702

S.I. Lesaffre

Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

Preparaat van Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407 met een minimumconcentratie van 5 × 109 kve/g

Vaste vorm

Karakterisering van de werkzame stof

Levensvatbare cellen van Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407

Analysemethode  (1)

Telling: gietplaatmethode met gebruikmaking van chlooramfenicol-dextrosegistextractagar (EN 15789:2009)

Identificatie: polymerasekettingreactiemethode (PCR-methode) CEN/TS 15790:2008

Mestlammeren

1,4 × 109

1.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en het voormengsel worden de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling vermeld.

2.

Aanbevolen dosis (kve/dier/dag) voor:

melkgeiten: 3 × 109

melkschapen: 2 × 109

3.

Voor gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de exploitanten van diervoederbedrijven operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen om met mogelijke risico's bij gebruik om te gaan. Als die risico's met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum beperkt, worden bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de ogen en de ademhaling.

23 juni 2029

Melkgeiten en melkschapen

7 × 108

Mestvarkens

1,25 × 109

Melkbuffels

5 × 108

 

 


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Naam van de vergunninghouder

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Andere bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

Kve/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: zoötechnische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: verteringsbevorderaars.

4b1702

S.I. Lesaffre

Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

Preparaat van Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407 met een minimumconcentratie van 5 × 109 kve/g.

Vaste vorm

Karakterisering van de werkzame stof

Levensvatbare cellen van Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407

Analysemethode  (2)

Telling: gietplaatmethode met gebruikmaking van chlooramfenicol-dextrosegistextractagar (EN 15789:2009)

Identificatie: polymerasekettingreactiemethode (PCR-methode) CEN/TS 15790:2008

Paarden

8 × 108

1.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en het voormengsel worden de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling vermeld.

2.

Aanbevolen dosis (kve/dier/dag) voor:

paarden: 1,25 × 1010- 6 × 1010

3.

Voor gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de exploitanten van diervoederbedrijven operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen om met mogelijke risico's bij gebruik om te gaan. Als die risico's met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum beperkt, worden bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de ogen en de ademhaling.

23 juni 2029


(1)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn te vinden op de website van het referentielaboratorium van de Europese Unie voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding: https://ec.europa.eu/jrc/en/eurl/feed-additives/evaluation-reports

(2)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn te vinden op de website van het referentielaboratorium van de Europese Unie voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding: https://ec.europa.eu/jrc/en/eurl/feed-additives/evaluation-reports


Top