Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32024R2441

    Uitvoeringsverordening (EU) 2024/2441 van de Commissie van 16 september 2024 tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014

    C/2024/6420

    PB L, 2024/2441, 17.9.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2024/2441/oj (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document Date of entry into force unknown (pending notification) or not yet in force., Date of effect: 07/10/2024

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2024/2441/oj

    European flag

    Publicatieblad
    van de Europese Unie

    NL

    L-serie


    2024/2441

    17.9.2024

    UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2024/2441 VAN DE COMMISSIE

    van 16 september 2024

    tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de redenen en procedures voor het verlenen en verlengen van dergelijke vergunningen, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003.

    (2)

    Voor het preparaat van preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 (voorheen taxonomisch geïdentificeerd als Enterococcus faecium DSM 22502) is bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014 van de Commissie (2) voor een periode van tien jaar een vergunning verleend als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten.

    (3)

    Overeenkomstig artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is een aanvraag ingediend voor de verlenging van de vergunning voor het preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten, waarbij is verzocht om dat toevoegingsmiddel in te delen in de categorie “technologische toevoegingsmiddelen” en de functionele groep “inkuiltoevoegingsmiddelen”. De krachtens artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste nadere gegevens en documenten waren bij de aanvraag gevoegd.

    (4)

    De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 30 januari 2024 (3) geconcludeerd dat het preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 onder de huidige gebruiksvoorwaarden veilig blijft voor alle diersoorten, de consument en het milieu. De EFSA heeft ook geconcludeerd dat het toevoegingsmiddel niet irriterend is voor de huid of de ogen, maar dat het wel als inhalatieallergeen wordt beschouwd. Er kon geen conclusie worden getrokken over de vraag of het sensibilisering van de huid kan veroorzaken. Daarnaast heeft de EFSA aangegeven dat de werkzaamheid van het toevoegingsmiddel niet hoeft te worden beoordeeld, aangezien de aanvraag tot verlenging van de vergunning ervan geen voorstel bevat voor wijzigingen of aanvullingen van de voorwaarden van de oorspronkelijke vergunning die gevolgen zouden hebben voor de werkzaamheid van het toevoegingsmiddel.

    (5)

    Het bij Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingestelde referentielaboratorium was van oordeel dat de conclusies en aanbevelingen van de beoordeling van de analysemethode voor het preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 als toevoegingsmiddel voor diervoeding die in het kader van de vorige vergunning waren uitgebracht, geldig en van toepassing zijn op de huidige aanvraag. Overeenkomstig artikel 5, lid 4, punt c), van Verordening (EG) nr. 378/2005 van de Commissie (4) is een evaluatieverslag van het referentielaboratorium derhalve niet vereist.

    (6)

    Gezien het bovenstaande is de Commissie van oordeel dat het preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 voldoet aan de voorwaarden van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003. De vergunning voor dat toevoegingsmiddel moet daarom worden verlengd. Daarnaast is de Commissie van oordeel dat passende beschermende maatregelen moeten worden genomen om ongunstige gevolgen voor de gezondheid van de gebruikers van het toevoegingsmiddel te voorkomen. Die beschermende maatregelen mogen geen afbreuk doen aan andere veiligheidsvoorschriften voor werknemers uit hoofde van het Unierecht.

    (7)

    Doordat de vergunning voor het preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 als toevoegingsmiddel voor diervoeding wordt verlengd, moet Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014 worden ingetrokken.

    (8)

    Aangezien er geen veiligheidsredenen zijn die de onmiddellijke toepassing van de wijzigingen van de vergunningsvoorwaarden voor het preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 vereisen, moet een overgangsperiode worden vastgesteld om de belanghebbende partijen in staat te stellen zich voor te bereiden om aan de nieuwe eisen als gevolg van de verlenging van de vergunning te voldoen.

    (9)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verlenging van de vergunning

    De vergunning voor het in de bijlage gespecificeerde preparaat, dat behoort tot de categorie “technologische toevoegingsmiddelen” en de functionele groep “inkuiltoevoegingsmiddelen”, wordt onder de in de bijlage vastgestelde voorwaarden verlengd.

    Artikel 2

    Intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014 wordt ingetrokken.

    Artikel 3

    Overgangsmaatregelen

    Het in de bijlage gespecificeerde preparaat en de diervoeders die het bevatten die vóór 7 oktober 2025 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 7 oktober 2024 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput.

    Artikel 4

    Inwerkingtreding

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 16 september 2024.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    Ursula VON DER LEYEN


    (1)   PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29, ELI: https://data.europa.eu/eli/reg/2003/1831/oj.

    (2)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 tot verlening van een vergunning voor de preparaten van Enterococcus faecium NCIMB 10415, Enterococcus faecium DSM 22502 en Pediococcus acidilactici CNCM I-3237 als toevoegingsmiddelen voor voeding voor alle diersoorten (PB L 90 van 26.3.2014, blz. 8, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2014/304/2024-02-06).

    (3)   EFSA Journal, 22(3), e8621.

    (4)  Verordening (EG) nr. 378/2005 van de Commissie van 4 maart 2005 tot vaststelling van gedetailleerde voorschriften voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft de verplichtingen en taken van het communautaire referentielaboratorium betreffende vergunningsaanvragen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding (PB L 59 van 5.3.2005, blz. 8, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2005/378/oj).


    BIJLAGE

    Identificatienummer van het toevoegingsmiddel voor diervoeding

    Toevoegingsmiddel

    Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

    Diersoort of -categorie

    Maximumleeftijd

    Minimumgehalte

    Maximumgehalte

    Overige bepalingen

    Einde van de vergunningsperiode

    kve/kg vers materiaal

    Categorie: technologische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: inkuiltoevoegingsmiddelen.

    1k20602

    Enterococcus lactis DSM 22502

    Samenstelling van het toevoegingsmiddel

    Preparaat van Enterococcus lactis DSM 22502 met ten minste 1 × 1011 kve/g toevoegingsmiddel

    Vaste vorm

    Alle diersoorten

    -

     

    -

    1.

    In de gebruiksaanwijzing voor het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden worden vermeld.

    2.

    Minimumdosis van het toevoegingsmiddel indien niet gebruikt in combinatie met andere micro-organismen als inkuiltoevoegingsmiddelen: 1 × 108 kve/kg vers materiaal.

    3.

    De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en voormengsels om met de mogelijke risico’s bij gebruik ervan om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen voor de luchtwegen en de huid worden gebruikt.

    7 oktober 2034

    Karakterisering van de werkzame stof

    Levensvatbare cellen van Enterococcus lactis DSM 22502

    Analysemethode  (1)

    Kwantificering in het toevoegingsmiddel voor diervoeding van Enterococcus lactis DSM 22502:

    spreidplaatmethode met gebruikmaking van gal-esculine-azideagar (EN 15788).

    Identificatie van Enterococcus lactis DSM 22502:

    pulsed-field-gelelektroforese (PFGE) - CEN/TS 17697 of DNA-sequentiemethoden


    (1)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn te vinden op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en.


    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2024/2441/oj

    ISSN 1977-0758 (electronic edition)


    Top