EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52023DC0180

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de werking van het stelsel voor de controle van de traditionele eigen middelen (2019–2021) overeenkomstig artikel 6, lid 3, van Verordening (EU, Euratom) 2021/768 van de Raad van 30 april 2021 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie

COM/2023/180 final

Brussel, 4.4.2023

COM(2023) 180 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de werking van het stelsel voor de controle van de traditionele eigen middelen (2019–2021) overeenkomstig artikel 6, lid 3, van Verordening (EU, Euratom) 2021/768 van de Raad van 30 april 2021 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie


Samenvatting

De Commissie brengt om de drie jaar verslag uit aan het Europees Parlement en de Raad over de werking van het stelsel voor de controle van de traditionele eigen middelen (hierna “TEM” genoemd). Dit verslag geeft een overzicht van de uitgevoerde controles in de periode 2019–2021.

Ondanks de ongekende uitdagingen waarmee de lidstaten en de Commissie in deze periode als gevolg van de COVID-19-pandemie werden geconfronteerd, heeft de Commissie buitengewone stappen kunnen zetten op het gebied van TEM, waardoor de EU-begroting kon beschikken over een bedrag van 2,54 miljard EUR aan extra middelen.

De Commissie heeft haar maatregelen voornamelijk gericht tegen frauduleus ondergewaardeerd textiel en schoeisel uit de Volksrepubliek China die in het Verenigd Koninkrijk en alle lidstaten werden ingevoerd. De Commissie is een inbreukprocedure tegen het VK gestart. In deze procedure heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU) uiteindelijk beslist in het voordeel van de Commissie (arrest in zaak C-213/19). Deze baanbrekende zaak zal er niet alleen voor zorgen dat aanzienlijke extra bedragen aan TEM ter beschikking van de EU-begroting worden gesteld, maar biedt in het algemeen ook duidelijkheid over de inning van TEM voor de toekomst. Bovendien hebben de lidstaten hun controlestrategieën op dit gebied aanzienlijk verbeterd. Om rekening te houden met mogelijke verliezen aan TEM in dit verband, hebben 21 lidstaten tegen 31 december 2021 onder voorbehoud een aanvullend bedrag van 1,473 miljard EUR ter beschikking gesteld, in afwachting van het arrest van het HvJ-EU.

In verband met de terugtrekking van het VK uit de EU op 1 januari 2021 is de betaling van de door het VK verschuldigde TEM-bedragen gewaarborgd, in overeenstemming met het terugtrekkingsakkoord.

De Commissie heeft haar gerichte ad-hocmaatregel ter bescherming van de EU-begroting opgevoerd, bijvoorbeeld via een administratieve controle van de invoer van zonnepanelen en zonnecellen die zijn aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan. Tegen 31 december 2021 hebben de lidstaten in dit verband 647 miljoen EUR aan extra TEM ter beschikking gesteld.

Daarnaast omvatten de jaarlijkse geplande controles de thema’s beheer van de A-boekhouding en de B-boekhouding, bindende tariefinlichtingen, grote ondernemingen en antidumpingrechten en compenserende rechten. 

Bovendien moesten vanwege de COVID-19-pandemie verschillende controles ter plaatse op afstand worden uitgevoerd, afhankelijk van de specifieke situatie in de lidstaten. Dit vergde van zowel de Commissie als de lidstaten grote inspanningen om de controles efficiënt en effectief te kunnen laten verlopen. Daartoe heeft de Commissie haar algemene strategie voor het plannen en uitvoeren van controles aangepast, bijvoorbeeld door aanvullende administratieve controles en ad-hoccontroles in te voeren, en door zich flexibeler op te stellen om zo beter te kunnen inspelen op de nieuwe ontwikkelingen en risico’s die van invloed zijn op TEM.

Ten slotte komen in het verslag ook andere reguliere activiteiten aan de orde die zijn uitgevoerd om de financiële belangen van de EU te beschermen: de follow-up van de preliminaire bevindingen van de Europese Rekenkamer, het onderzoek van oninbare vorderingen die door de lidstaten zijn afgeboekt, de behandeling van fouten van de lidstaten, het beheer van de gegevensbank met betrekking tot fraude en onregelmatigheden, en de bijstand aan de kandidaat-lidstaten.



1.    INLEIDING

In de periode 2019–2021 is aan traditionele eigen middelen (TEM) 1 een bedrag van ruim 60 miljard EUR (netto) ter beschikking gesteld. Het jaargemiddelde bedroeg ruim 20 miljard EUR.

De rechtsgrond voor de TEM-controles wordt gevormd door Verordening (EG, Euratom) nr. 608/2014 van de Raad van 26 mei 2014 2 , ingetrokken bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2021/768 van de Raad van 30 april 2021 3 .

Over de werking van het stelsel voor de controle van de TEM wordt door de Commissie om de drie jaar verslag uitgebracht 4 aan het Europees Parlement en de Raad.

In dit document wordt de werking van het stelsel voor de controle van de TEM voor de periode 2019–2021 5 beschreven en geanalyseerd. Ook worden de TEM-controles beschreven die de Europese Commissie in deze periode heeft uitgevoerd alsook andere maatregelen die zijn genomen om de financiële belangen van de EU te beschermen:

-de door de Commissie ter plaatse in de lidstaten uitgevoerde controles en de follow-up daarvan;

-de follow-up van de voorlopige bevindingen van de Europese Rekenkamer;

-het onderzoek van afgeboekte oninbare schuldvorderingen;

-de behandeling van fouten van de lidstaten die een verlies aan TEM met zich meebrengen;

-het beheer van de gegevensbank voor fraude en onregelmatigheden (OWNRES);

-de bijstand aan de kandidaat-lidstaten;

-de bijdrage aan de wijziging van de terbeschikkingstellingsverordening 6 .

Bovenstaande activiteiten worden uitgevoerd door een klein team van 15 personen. De controles ter plaatse en de geografische verantwoordelijkheid voor de lidstaten worden echter gedeeld door zeven hoofdcontroleurs. Het team zorgt ervoor dat de TEM tijdig wordt geïnd en dat de wettelijke bepalingen tussen de lidstaten op de juiste wijze worden toegepast. Het team geeft ook advies tijdens de controlebezoeken en biedt de mogelijkheid om minstens twee keer per jaar tijdens de vergaderingen van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen (RCEM) belangrijke kwesties te bespreken.

2.    KADER EN METHODOLOGIE VAN DE TEM-CONTROLES

2.1.    Regelgevend en operationeel kader voor TEM

De inning van de TEM is krachtens EU-wetgeving aan de lidstaten gedelegeerd. Zij moeten de geïnde doaunerechten ter beschikking stellen 7 van de EU-begroting en houden een vast percentage van 25 % 8 van alle aan de Commissie ter beschikking gestelde TEM-bedragen in om de inningskosten te dekken, onafhankelijk van de werkelijk gemaakte kosten. De lidstaten zijn verplicht zelf controles uit te voeren en daarover verslag uit te brengen aan de Commissie.

De Commissie behoudt echter belangrijke controlebevoegdheden op dit gebied. In dit verband zijn de controles ter plaatse en op afstand belangrijke instrumenten om toezicht te houden op het stelsel voor de inning van de TEM door verschillende soorten controles 9 te verrichten op de regelingen en documenten van de lidstaten.

Daarnaast moet de Commissie ook antwoorden op de opmerkingen die de Europese Rekenkamer in zijn jaarverslag, in speciale verslagen of in voorlopige bevindingen maakt, en op de opmerkingen en aanbevelingen van het Europees Parlement in het kader van de procedure voor het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting. De Commissie ziet toe op de correcte toepassing van de EU-regels door de lidstaten en brengt verslag uit aan de begrotingsautoriteit.

De controles van de Commissie zijn gericht op drie hoofddoelstellingen:

-zorgen voor gelijke concurrentievoorwaarden tussen de lidstaten en marktdeelnemers, ongeacht de plaats van douanebehandeling van goederen in de Europese Unie, om concurrentieverstoringen te voorkomen;

-garanderen dat de TEM tijdig worden vastgesteld en de inning van de TEM verbeteren. De Commissie moet erop toezien dat de lidstaten hun verplichtingen inzake inning en terbeschikkingstelling van de TEM nakomen. De Commissie controleert het optreden van de lidstaten betreffende de inning van de TEM met inbegrip van de tijdige mededeling van de douaneschuld en de handhavingsprocedures die noodzakelijk worden geacht;

-informatieverstrekking aan de begrotingsautoriteit, wat leidt tot een positieve kwijting. De Commissie kan op basis van de resultaten van de controles de doelmatigheid en de inzet van de lidstaten op het gebied van de vaststelling, inning en terbeschikkingstelling van de TEM beoordelen, hen verzoeken om de nodige maatregelen te nemen om tekortkomingen te verhelpen en uiteindelijk verslag uitbrengen aan de begrotingsautoriteit.

Voorts dragen de controles bij tot het waarborgen van het doelmatig functioneren van de douane-unie, de bescherming van producenten in de EU en de uniforme toepassing van EU-regels om achterpoortjes te voorkomen waar fraudeurs van kunnen profiteren of waardoor zij hun betalingsverplichtingen kunnen ontduiken.

De bevindingen van de controles leveren belangrijke input voor het inkomstenbeleid van DG Budget met betrekking tot het regelgevingskader van de huidige en mogelijke toekomstige eigen middelen. Deze bevindingen worden ook gedeeld met andere diensten van de Commissie (DG Taxud en OLAF) om hen te helpen de geconstateerde tekortkomingen op beleidsniveau aan te pakken.

Met ingang van 1 januari 2021 zijn een nieuw besluit inzake de eigen middelen 10 en Verordening (EU, Euratom) 2021/768 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen van kracht. Daarnaast vereist de voortdurende ontwikkeling van handelsfacilitatie en -vereenvoudigingen dat de TEM-controles, zoals die door de Commissie en de lidstaten worden uitgevoerd, geregeld worden aangepast.

2.2.    Doelstellingen en methodologie van de TEM-controles ter plaatse en op afstand

Het voornaamste doel van de TEM-controles is waarborgen dat de procedures in de lidstaten voldoen aan de toepasselijke EU-wetgeving en dat de financiële belangen van de EU afdoende worden beschermd, ongeacht waar de goederen worden ingeklaard. Elk jaar zijn de controles gericht op verschillende thema’s met betrekking tot douane en boekhouding. Zo worden de afstemming en versterking van de betreffende procedures in de lidstaten ondersteund om de financiële belangen van de EU consistent te beschermen.

De controles ter plaatse door de Commissie worden verricht volgens een jaarlijks controleprogramma op basis van een risicoanalyse, waarbij de thema’s worden vastgesteld voor de controles die in een of meerdere lidstaten moeten worden verricht. Deze controles worden uitgevoerd door middel van gestandaardiseerde procedures, waarbij op maat gemaakte auditinstrumenten worden gebruikt om te waarborgen dat de controles consistent worden uitgevoerd. In 2020 en 2021 moesten verschillende geplande controles ter plaatse vanwege de COVID-19-pandemie op afstand worden uitgevoerd.

De controlethema’s kunnen niet alleen intern worden voorgesteld, maar ook door de lidstaten of andere diensten van de Commissie (bv. DG Taxud, OLAF). De nadere samenwerking met andere diensten wordt voortgezet bij het opstellen van de auditinstrumenten en via de actieve deelname van DG Taxud aan de controles. Daarnaast worden ook DG Taxud, OLAF en de juridische dienst geraadpleegd en geven zij op- en aanmerkingen voordat de controleverslagen worden gepresenteerd in het RCEM. Deze aanpak zorgt voor consistentie tussen de diensten van de Commissie en voor gelijke behandeling van alle lidstaten.

Sinds 2020 voert de Commissie aanvullende ad-hoccontroles en administratieve controles uit, indien blijkt dat daar behoefte aan is omdat specifieke risico’s zijn vastgesteld. Deze gerichte administratieve controles worden grotendeels op afstand uitgevoerd (zo is er in 2021 een administratieve controle op zonnepanelen gestart).

3.    TEM-CONTROLES DOOR DE COMMISSIE IN DE PERIODE 2019–2021

In de periode 2019–2021 heeft de Commissie 56 controles verricht op grond van artikel 2 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2021/768 van de Raad, die resulteerden in 168 bevindingen. Tabel 1 bevat een overzicht van de controleactiviteiten per lidstaat gedurende de verslagperiode.

Van de 168 bevindingen hadden er in elk geval 118 (70,2 %) rechtstreekse financiële gevolgen en 43 (25,6 %) gevolgen voor de regelgeving.

Tijdens de controles werden zowel boekhoudkundige zaken als douanezaken beoordeeld.

Tabel 1. Overzicht controles in 2019–2021

Lidstaat

Beheer van A- en B-boekhouding

Terugbetalingen en gevallen met de afzonderlijke B-boekhouding

Bindende tarief-inlichting

Grote onder-nemingen

Douane-waarde

Zonne-panelen

ADD/CVD

2020

2021

2019–2021

2019

2019

2019–2021

2021

2021

AT

 

x

x

x

x

 

BE

x

 

x

x

x

x

 

BG

x

 

x

x

x

 

HR

 

x

x

x

 

 

CY

 

x

x

x

 

 

CZ

x

 

x

x

x

 

DK

 

x

x

x

x

 

EE

 

x

x

x

x

 

FI

 

x

x

x

x

 

FR

x

 

x

x

x

x

x

DE

x

 

x

x

x

Controle 2018

x

EL

x

 

x

x

x

x

HU

x

 

x

x

x

x

 

IE

 

x

x

x

x

 

IT

x

 

x

x

x

x

x

LV

 

x

x

x

x

 

LT

 

x

x

x

x

 

LU

 

x

x

x

x

 

MT

x

 

x

x

x

 

NL

x

 

x

x

x

Controle 2018

x

PL

x

 

x

x

x

x

PT

x

 

x

x

x

x

 

RO

x

 

x

x

 

 

SK

x

 

x

x

 

 

SI

 

x

x

x

x

 

ES

x

 

x

x

x

x

SE

x

 

x

x

x

 

UK

x

 

x

x

x

Controle 2018

 

Totaal

28

28

6

2

28

21

7

3.1.    Boekhoudkundige zaken

In de periode 2020–2021 zijn in alle lidstaten en in het VK de betrouwbaarheid van de A-boekhouding en de B-boekhouding 11 alsook de gerelateerde overzichten gecontroleerd. De conclusie luidde dat de geldende procedures voor de vaststelling van deze overzichten voldoen aan de EU-wetgeving en de bescherming van de financiële belangen van de EU waarborgen. De bevindingen die na deze controles zijn gemeld, betreffen enige tegenstrijdigheden tussen beide boekhoudingen, laattijdige vaststelling en mededeling van de douaneschulden, onjuiste boekingen in beide boekhoudingen, onjuist invullen van de overzichten en hun bijlagen, en late verwijderingen uit de B-boekhouding.

Het beheer van de A-boekhouding en de B-boekhouding is in alle bezochte lidstaten gecontroleerd, als tweede controlethema, naast het hoofdthema douane. De in de periode 2019–2021 verrichte controles hebben bevestigd dat het merendeel van de fouten niet-systematisch is en dat systematische fouten uitzonderlijk waren. De lidstaten hebben de financiële gevolgen van de geconstateerde bevindingen gedragen.

Dankzij de aandacht die bij de controles van de Commissie aan deze thema’s werd geschonken, en verdere verbeteringen van de elektronische boekhoudsystemen in de lidstaten die het risico op fouten gerelateerd aan handmatige interventie verkleinen, is de algehele situatie verbeterd. De lidstaten moeten zich echter blijven inspannen om een zorgvuldig beheer van de A-boekhouding en de B-boekhouding te waarborgen. Ook moeten zij alle wettelijk vereiste informatie verstrekken om ervoor te zorgen dat de overzichten volledig, helder en transparant zijn.

3.2.    Douaneprocedures 2019–2021

Voor de controles zijn die douanethema’s uitgekozen die het grootste risico voor de financiële belangen van de Unie met zich meebrengen.

Gedurende deze periode van drie jaar waren de controles gericht op:

-de controlestrategie op het gebied van de douanewaarde (2019, 2020, 2021);

-de bindende tariefinlichtingen (2019);

-de controlestrategie van grote ondernemingen (2019, 2021);

-de controlestrategie voor antidumpingrechten (ADD) en compenserende rechten (CVD) (2021).

In 2019, 2020 en 2021 bleef de controlestrategie op het gebied van de douanewaarde een aanzienlijk risico voor de financiën van de lidstaten en voor de EU-begroting, zoals blijkt uit eerdere TEM-controles en de onderzoeken van OLAF 12 . Deze controlestrategie werd volledig beoordeeld of opgevolgd tijdens 44 controles in alle lidstaten en het VK. Over het algemeen zijn de controlestrategieën in de lidstaten aanzienlijk verbeterd: er zijn passende risicoprofielen voor douanewaarde opgesteld, bij twijfel worden zekerheden gesteld voorafgaand aan de vrijgave van goederen, en de controles voor en na vrijgave zijn aangescherpt. Als gevolg hiervan zijn de negatieve gevolgen van de invoer van ondergewaardeerd textiel en schoeisel uit de Volksrepubliek China in de hele EU aanzienlijk verminderd.

Deze zeer positieve trend wordt bevestigd door een analyse van recente invoergegevens.

In maart 2014, toen OLAF de gezamenlijke douaneoperatie (GDO) Snake uitvoerde, gericht op de invoer van ondergewaardeerd textiel en schoeisel, daalde het invoervolume in de lidstaten, maar nam dit in het VK nog steeds toe. Het merendeel van deze ondergewaardeerde invoer concentreerde zich tot oktober 2017 in het VK, toen het VK eindelijk begon met de uitvoering van de gevraagde maatregelen (operatie Swift Arrow). Terwijl daarna het reguliere volume van de invoer stabiel bleef, is sindsdien de ondergewaardeerde invoer in het VK vrijwel geheel verdwenen (figuur 1).

Dit heeft echter een overloopeffect veroorzaakt, waarbij potentieel ondergewaardeerde invoer zich in 2018 naar andere lidstaten heeft verplaatst (figuur 2). Daarom waren de controles die in de periode 2018–2021 werden verricht, niet alleen gericht op de bescherming van de financiële belangen van de EU, maar werden ook het advies en de richtsnoeren voor de lidstaten, om onderwaardering effectief aan te pakken en verdere mogelijke overloopeffecten te voorkomen, opnieuw benadrukt.

Zoals blijkt uit figuur 2, hadden de TEM-controles op onderwaardering een buitengewoon positief effect op het terugdringen van ondergewaardeerde invoervolumes in de hele EU, waardoor de TEM-verliezen voor de EU-begroting effectief werden verminderd.



Figuur 1: De invoer van ondergewaardeerd textiel en schoeisel concentreert zich in het VK

Figuur 2: Mogelijk ondergewaardeerde invoervolumes (miljoen kg)