Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52022PC0501

    Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de door de partijen bij het Europees Ontwikkelingsfonds te betalen financiële bijdragen voor de financiering van dit fonds en tot vaststelling van het maximum voor 2024, het jaarlijkse bedrag voor 2023, het bedrag van de eerste tranche voor 2023 en een indicatieve en niet-bindende prognose voor de verwachte jaarlijkse bedragen van de bijdragen voor de jaren 2025 en 2026

    COM/2022/501 final

    Brussel, 5.10.2022

    COM(2022) 501 final

    2022/0306(NLE)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    betreffende de door de partijen bij het Europees Ontwikkelingsfonds te betalen financiële bijdragen voor de financiering van dit fonds en tot vaststelling van het maximum voor 2024, het jaarlijkse bedrag voor 2023, het bedrag van de eerste tranche voor 2023 en een indicatieve en niet-bindende prognose voor de verwachte jaarlijkse bedragen van de bijdragen voor de jaren 2025 en 2026


    TOELICHTING

    1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

    Motivering en doel van het voorstel

    Het voorstel heeft betrekking op:

    het maximumbedrag van de bijdragen voor 2024;

    het jaarlijkse bedrag van de bijdragen voor 2023;

    het bedrag van de eerste tranche van de bijdrage voor 2023;

    de niet-bindende prognose voor de verwachte jaarlijkse bijdragen voor de jaren 2025 en 2026.

    Voor het 11e EOF en de andere EOF’s die nog lopen (namelijk het 9e en het 10e EOF) geldt de volgende regelgeving:

    a)de huidige Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds (hierna de “ACS-EU-Partnerschapsovereenkomst” genoemd), zoals laatstelijk gewijzigd 1 ;

    b)het Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Europese Unie binnen het meerjarig financieel kader voor 2014-2020, overeenkomstig de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst en de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van het vierde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing zijn 2 (hierna “het Intern Akkoord van het 11e EOF” genoemd);

    c)Verordening (EU) 2018/1877 van de Raad inzake het Financieel Reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds 3 (hierna “Financieel Reglement van het 11e EOF” genoemd);

    d)Besluit nr. 1/2022 4 van het ACS-EU-comité van ambassadeurs van 21 juni 2022 tot wijziging van Besluit nr. 3/2019 5 van het ACS-EU-Comité van ambassadeurs tot vaststelling van overgangsmaatregelen op grond van artikel 95, lid 4, van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst; dit besluit strekt tot verdere verlenging van de toepassing van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst tot 30 juni 2023 of, indien dit eerder is, tot de inwerkingtreding van de nieuwe overeenkomst of de voorlopige toepassing daarvan tussen de Unie en de ACS-staten;

    e)Besluit (EU) 2020/2233 van de Raad betreffende de vastlegging van de middelen die afkomstig zijn van gelden die terugvloeien in het kader van de ACS-investeringsfaciliteit van operaties uit hoofde van het 9e, 10e en 11e Europees Ontwikkelingsfonds 6 ;

    f)Besluit (EU) 2022/1223 van de Raad 7 inzake de toewijzing van vrijgemaakte middelen van projecten in het kader van het 10e en 11e Europees Ontwikkelingsfonds teneinde acties te financieren voor het aanpakken van de voedselzekerheidscrisis en de economische schok in landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen) ten gevolge van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne.

    In de in de punten a) tot en met f) vermelde documenten zijn meerjarige verbintenissen van de partijen vervat om de thesaurie van het EOF te financieren. Het Financieel Reglement van het 11e EOF zorgt ervoor dat de partijen op regelmatige basis bijdragen aan de thesaurie van het EOF overeenkomstig vooraf vastgestelde financiële verbintenissen. Regelmatige bijdragen zijn verschuldigd op basis van technische besluiten van de Raad betreffende de uitvoering van financiële vastleggingen waartoe eerder is besloten.

    Een aantal onderdelen van de toelichting is daarom niet van toepassing op oproepen voor regelmatige bijdragen zoals deze.

    2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

    Rechtsgrondslag

    Overeenkomstig artikel 19, lid 2, van het Financieel Reglement van het 11e EOF neemt de Raad uiterlijk op 15 november 2022 een besluit over dit voorstel.

    2022/0306 (NLE)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    betreffende de door de partijen bij het Europees Ontwikkelingsfonds te betalen financiële bijdragen voor de financiering van dit fonds en tot vaststelling van het maximum voor 2024, het jaarlijkse bedrag voor 2023, het bedrag van de eerste tranche voor 2023 en een indicatieve en niet-bindende prognose voor de verwachte jaarlijkse bedragen van de bijdragen voor de jaren 2025 en 2026

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien het Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Europese Unie binnen het meerjarig financieel kader voor 2014–2020, overeenkomstig de ACS‐EU-partnerschapsovereenkomst, en betreffende de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van het vierde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing zijn 8 , en met name artikel 7, lid 2, in samenhang met artikel 14, lid 3,

    Gezien Verordening (EU) 2018/1877 van de Raad 9 van 26 november 2018 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds, en tot intrekking van Verordening (EU) 2015/323 10 , en met name artikel 19, lid 2,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)Overeenkomstig de procedure van de artikelen 19 tot en met 22, en met name artikel 19, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1877 van de Raad moet de Europese Commissie uiterlijk op 15 oktober 2022 een voorstel indienen tot vaststelling van het maximumbedrag van de bijdrage voor 2024, het jaarlijkse bedrag van de bijdrage voor 2023, het bedrag van de eerste tranche van de bijdrage voor 2023, alsmede een indicatieve niet-bindende prognose voor de verwachte jaarlijkse bedragen van de bijdragen voor de jaren 2025 en 2026.

    (2)Overeenkomstig artikel 46 van Verordening (EU) 2018/1877 moet de Europese Investeringsbank (EIB) haar bijgewerkte vastleggings- en betalingsramingen betreffende de door haar beheerde instrumenten naar de Commissie sturen.

    (3)Op grond van artikel 20, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1877 moeten bij de verzoeken om bijdragen eerst in chronologische volgorde de bedragen voor voorgaande Europese Ontwikkelingsfondsen (EOF) worden opgebruikt. Daarom moet een verzoek om bijdragen op grond van Verordening (EU) 2018/1877 voor de EIB en voor de Commissie worden gedaan.

    (4)Op grond van artikel 152 van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (hierna “het terugtrekkingsakkoord” genoemd) is bepaald dat het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (hierna “het Verenigd Koninkrijk”) partij bij het EOF zal blijven tot de afsluiting van het 11e EOF en alle voorgaande nog niet afgesloten EOF’s. Op grond van artikel 153 van het terugtrekkingsakkoord wordt het aandeel van het Verenigd Koninkrijk in vrijgemaakte middelen voor projecten in het kader van het 11e EOF, wanneer deze na 31 december 2020 zijn vrijgemaakt, of van voorgaande EOF’s, echter niet hergebruikt.

    (5)Bij Besluit (EU) 2021/1941 van de Raad 11 is het maximum voor het jaarlijkse bedrag van de bijdrage van de partijen aan het EOF voor 2023 vastgesteld op 1 800 000 000 EUR 12 voor de Europese Commissie, en 300 000 000 EUR voor de Europese Investeringsbank.

    (6)Opdat de maatregelen waarin dit besluit voorziet, snel kunnen worden toegepast, moet dit besluit in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Het maximum voor het jaarlijkse bedrag van de door de partijen te betalen bijdragen aan het Europees Ontwikkelingsfonds voor 2024 wordt vastgesteld op 1 600 000 000 EUR. Het bedrag wordt gesplitst in 1 300 000 000 EUR voor de Commissie en 300 000 000 EUR voor de EIB.

    Artikel 2

    Het jaarlijkse bedrag van de door de partijen te betalen bijdragen aan het Europees Ontwikkelingsfonds voor 2023 wordt vastgesteld op 2 200 000 000 EUR. Het bedrag wordt gesplitst in 1 100 000 000 EUR voor de Commissie en 300 000 000 EUR voor de EIB.

    Artikel 3

    De individuele bijdragen aan het Europees Ontwikkelingsfonds worden door de partijen bij het EOF aan de Commissie en de EIB betaald, als eerste tranche van 2023, overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.

    Artikel 4

    Een bedrag van 42 200 000 EUR uit niet-vastgelegde of vrijgemaakte middelen voor projecten in het kader van het 9e EOF wordt in mindering gebracht op de betalingen voor de in artikel 3 vermelde eerste tranche voor 2023.

    Artikel 5

    De indicatieve niet-bindende prognose voor het verwachte jaarlijkse bedrag van de bijdragen voor 2025 wordt vastgesteld op 900 000 000 EUR voor de Commissie en 9 900 000 EUR voor de EIB. De indicatieve niet-bindende prognose voor het verwachte jaarlijkse bedrag van de bijdragen voor 2026 wordt vastgesteld op 600 000 000 EUR voor de Commissie en 0 EUR voor de EIB.

    Artikel 6

    Dit besluit treedt in werking op de datum van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te Brussel,

       Voor de Raad

       De voorzitter

    (1)    PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3.
    (2)    PB L 210 van 6.8.2013, blz. 1.
    (3)    PB L 307 van 3.12.2018, blz. 1.
    (4)    PB L 176 van 1.7.2022, blz. 88.
    (5)    PB L 1 van 3.1.2020, blz. 3.
    (6)    PB L 437 van 28.12.2020, blz. 188.
    (7)    PB L 188 van 15.7.2022, blz. 147.
    (8)    PB L 210 van 6.8.2013, blz. 1.
    (9)    Verordening (EU) 2018/1877 van de Raad van 26 november 2018 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds, en tot intrekking van Verordening (EU) 2015/323 (PB L 307 van 3.12.2018, blz. 1).
    (10)    PB L 58 van 3.3.2015, blz. 17.
    (11)    Besluit (EU) 2021/1941 van de Raad van 9 november 2021 betreffende de financiële bijdragen van de partijen aan het Europees Ontwikkelingsfonds, voor de financiering van dat fonds inclusief het maximum voor 2023, het jaarlijkse bedrag voor 2022, de eerste tranche voor 2022 en een indicatieve en niet-bindende prognose voor de verwachte jaarlijkse bedragen van de bijdragen voor de jaren 2024 en 2025 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 61).
    (12)    Verordening (EU) 2018/1877 van de Raad van 26 november 2018 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds, en tot intrekking van Verordening (EU) 2015/323 (PB L 307 van 3.12.2018, blz. 1), artikel 20, lid 5: “ In geval van negatieve rente op de in lid 3 van dit artikel bedoelde rekening stort de betrokken lidstaat ten laatste op de datum van betaling van elke tranche als bedoeld in artikel 19 een bedrag dat overeenkomt met het bedrag van die negatieve rente, als berekend tot op de eerste dag van de maand voorafgaand aan de betaling van de tranche.”
    Top

    Brussel, 5.10.2022

    COM(2022) 501 final

    BIJLAGE

    bij

    Voorstel voor een
    BESLUIT VAN DE RAAD

    betreffende de door de partijen bij het Europees Ontwikkelingsfonds te betalen financiële bijdragen voor de financiering van dit fonds en tot vaststelling van het maximum voor 2024, het jaarlijkse bedrag voor 2023, het bedrag van de eerste tranche voor 2023 en een indicatieve en niet-bindende prognose voor de verwachte jaarlijkse bedragen van de bijdragen voor de jaren 2025 en 2026


    BIJLAGE

    Eerste tranche van 2023 (EUR) te betalen aan de Commissie en de EIB

    LIDSTATEN & VERENIGD KONINKRIJK

    Verdeelsleutel 9e EOF (%)

    Verdeelsleutel 11e EOF (%)

    Commissie

    EIB

    Commissie + EIB

    11e EOF

    Terugbetaling uit het 9e EOF

    11e EOF minus de terugbetaling uit het 9e EOF

    11e EOF

    Totaalbedrag eerste tranche 2023

    BELGIË

    3,92

    3,24927

    24 369 525

    1 666 000

    22 703 525

    3 249 270

    25 952 795

    BULGARIJE

    0,21853

    1 638 975

    0

    1 638 975

    218 530

    1 857 505

    TSJECHIË

    0,79745

    5 980 875

    0

    5 980 875

    797 450

    6 778 325

    DENEMARKEN

    2,14

    1,98045

    14 853 375

    909 500

    13 943 875

    1 980 450

    15 924 325

    DUITSLAND

    23,36

    20,57980

    154 348 500

    9 928 000

    144 420 500

    20 579 800

    165 000 300

    ESTLAND

    0,08635

    647 625

    0

    647 625

    86 350

    733 975

    IERLAND

    0,62

    0,94006

    7 050 450

    263 500

    6 786 950

    940 060

    7 727 010

    GRIEKENLAND

    1,25

    1,50735

    11 305 125

    531 250

    10 773 875

    1 507 350

    12 281 225

    SPANJE

    5,84

    7,93248

    59 493 600

    2 482 000

    57 011 600

    7 932 480

    64 944 080

    FRANKRIJK

    24,30

    17,81269

    133 595 175

    10 327 500

    123 267 675

    17 812 690

    141 080 365

    KROATIË

    0,22518

    1 688 850

    0

    1 688 850

    225 180

    1 914 030

    ITALIË

    12,54

    12,53009

    93 975 675

    5 329 500

    88 646 175

    12 530 090

    101 176 265

    CYPRUS

    0,11162

    837 150

    0

    837 150

    111 620

    948 770

    LETLAND

    0,11612

    870 900

    0

    870 900

    116 120

    987 020

    LITOUWEN

    0,18077

    1 355 775

    0

    1 355 775

    180 770

    1 536 545

    LUXEMBURG

    0,29

    0,25509

    1 913 175

    123 250

    1 789 925

    255 090

    2 045 015

    HONGARIJE

    0,61456

    4 609 200

    0

    4 609 200

    614 560

    5 223 760

    MALTA

    0,03801

    285 075

    0

    285 075

    38 010

    323 085

    NEDERLAND

    5,22

    4,77678

    35 825 850

    2 218 500

    33 607 350

    4 776 780

    38 384 130

    OOSTENRIJK

    2,65

    2,39757

    17 981 775

    1 126 250

    16 855 525

    2 397 570

    19 253 095

    POLEN

    2,00734

    15 055 050

    0

    15 055 050

    2 007 340

    17 062 390

    PORTUGAL

    0,97

    1,19679

    8 975 925

    412 250

    8 563 675

    1 196 790

    9 760 465

    ROEMENIË

    0,71815

    5 386 125

    0

    5 386 125

    718 150

    6 104 275

    SLOVENIË

    0,22452

    1 683 900

    0

    1 683 900

    224 520

    1 908 420

    SLOWAKIJE

    0,37616

    2 821 200

    0

    2 821 200

    376 160

    3 197 360

    FINLAND

    1,48

    1,50909

    11 318 175

    629 000

    10 689 175

    1 509 090

    12 198 265

    ZWEDEN

    2,73

    2,93911

    22 043 325

    1 160 250

    20 883 075

    2 939 110

    23 822 185

    VERENIGD KONINKRIJK

    12,69

    14,67862

    110 089 650

    5 393 250

    104 696 400

    14 678 620

    119 375 020

    TOTAAL EU-27 & VERENIGD KONINKRIJK

    100,00

    100,00

    750 000 000

    42 500 000

    707 500 000

    100 000 000

    807 500 000

    Top