Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52021PC0639

    Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China, in verband met de vaststelling van het reglement van orde van het Gemengd Comité

    COM/2021/639 final

    Brussel, 20.10.2021

    COM(2021) 639 final

    2021/0331(NLE)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    inzake het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China, in verband met de vaststelling van het reglement van orde van het Gemengd Comité


    TOELICHTING

    1.Onderwerp van het voorstel

    Dit voorstel heeft betrekking op het besluit tot vaststelling van het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité van de partijen dat is opgericht bij de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China, in verband met de geplande vaststelling van het reglement van orde van het Gemengd Comité.

    2.Achtergrond van het voorstel

    2.1.De Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China

    De Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China (“de Overeenkomst”) heeft tot doel de bilaterale samenwerking op het gebied van de veiligheid van de burgerluchtvaart te bevorderen en de handel en investeringen in luchtvaartproducten tussen de Unie en de Volksrepubliek China te faciliteren. De Overeenkomst is op 1 september 2020 in werking getreden.

    2.2.Het Gemengd Comité van de partijen

    Het Gemengd Comité van de partijen wordt opgericht met het oog op de doeltreffende werking van de Overeenkomst, en heeft onder meer tot taak a) alle kwesties in verband met de toepassing en uitvoering van de overeenkomst af te handelen; b) na te gaan hoe de werking van deze Overeenkomst kan worden verbeterd en passende aanbevelingen voor wijzigingen van de Overeenkomst te doen aan de partijen; c) wijzigingen van de bijlagen vast te stellen; d) de opstelling en vaststelling van nieuwe bijlagen te coördineren en e) in voorkomend geval werkprocedures inzake regelgevende samenwerking en transparantie vast te stellen voor alle in artikel 3 van de Overeenkomst bedoelde activiteiten. Het Gemengd Comité zorgt voor de opstelling en vaststelling van zijn reglement van orde.

    De Unie wordt in het Gemengd Comité vertegenwoordigd door de Europese Commissie, die wordt bijgestaan door het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart (“EASA”) en vergezeld door de luchtvaartautoriteiten, als vertegenwoordigers van de lidstaten 1 .

    2.3.De beoogde handeling van het Gemengd Comité van de partijen

    Tijdens zijn eerste vergadering, die gepland is voor de tweede helft van 2021, moet het Gemengd Comité van de partijen zijn reglement van orde (“de beoogde handeling”) vaststellen. De beoogde handeling heeft tot doel de regels en procedures vast te stellen die nodig zijn om vergaderingen van het Gemengd Comité van de partijen te organiseren en te houden. De beoogde handeling bestaat uit elf artikelen.

    Artikel 1 bevat de definities van de termen “partij” en “partijen”.

    In artikel 2 is bepaald dat het Gemengd Comité gezamenlijk wordt voorgezeten door een vertegenwoordiger van de Europese Unie en een vertegenwoordiger van de regering van de Volksrepubliek China. In dit artikel is ook bepaald dat de Europese Unie in het Gemengd Comité wordt vertegenwoordigd door de Europese Commissie, die wordt bijgestaan door het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart (“EASA”) en vergezeld door de luchtvaartautoriteiten van de lidstaten van de Europese Unie. Ten slotte is in artikel 2 bepaald dat de regering van de Volksrepubliek China in het Gemengd Comité wordt vertegenwoordigd door de burgerluchtvaartautoriteit van China (“CAAC”).

    In artikel 3 is bepaald dat het Gemengd Comité regelmatig bijeenkomt, indien mogelijk één keer per jaar, en dat de vergaderingen, in de mate van het mogelijke, afwisselend in Brussel en Peking plaatsvinden. Bij wijze van alternatief kunnen besprekingen via videoconferentie worden georganiseerd, waarbij besluiten en aanbevelingen die tijdens videoconferenties worden vastgesteld, dezelfde juridische waarde hebben als die welke tijdens fysieke vergaderingen worden vastgesteld. De vergaderingen van het Gemengd Comité zijn niet openbaar, tenzij de voorzitters anders overeenkomen. De taal voor de vergaderingen en documenten is het Engels. De kosten van vertolking of vertaling in een andere taal komen ten laste van de partij die daarom verzoekt.

    In artikel 4 is bepaald dat de partijen elkaar vóór elke vergadering in kennis stellen van de geplande samenstelling van hun respectieve delegaties en hun respectieve voorzitter aanwijzen. De voorzitters kunnen op ad-hocbasis overeenkomen derden uit te nodigen om vergaderingen van het Gemengd Comité bij te wonen om informatie te verstrekken over bepaalde onderwerpen of als waarnemers.

    In artikel 5 is bepaald dat een ambtenaar van de Europese Commissie en een ambtenaar van de burgerluchtvaartautoriteit van China gezamenlijk optreden als secretarissen van het Gemengd Comité.

    In artikel 6 is bepaald dat de voorzitters in onderling overleg de voorlopige agenda van elke vergadering vaststellen. De voorlopige agenda en alle relevante vergaderdocumenten worden uiterlijk vijftien werkdagen vóór de datum van de vergadering naar de secretarissen gestuurd. Voorts wordt de agenda aan het begin van elke vergadering vastgesteld door het Gemengd Comité. Punten die niet op de voorlopige agenda staan, kunnen aan de agenda worden toegevoegd indien de partijen hierover overeenstemming bereiken. De voorzitters kunnen overeenkomen de in lid 1 bedoelde termijn voor de toezending van documenten, met inbegrip van de voorlopige agenda, te wijzigen om rekening te houden met de vereisten van de interne procedures van een partij of de urgentie van een bepaalde aangelegenheid.

    In artikel 7 is bepaald dat na elke vergadering van het Gemengd Comité ontwerpnotulen worden opgesteld. Daarin worden de vastgestelde besluiten en aanbevelingen alsook de conclusies vermeld. De notulen worden door het Gemengd Comité op zijn eerstvolgende vergadering goedgekeurd. Eenmaal goedgekeurd worden de notulen door de voorzitters ondertekend; elke partij houdt één origineel exemplaar of gescande kopie bij.

    Artikel 8 heeft betrekking op de vaststelling van de schriftelijke procedure om, indien nodig en gerechtvaardigd, aanbevelingen en besluiten van het Gemengd Comité vast te stellen. Daartoe stellen de voorzitters elkaar in kennis van de ontwerpmaatregelen waarover het advies van het Gemengd Comité wordt gevraagd; dit kan vervolgens worden bevestigd via briefwisseling. Elke partij kan echter vragen dat het Gemengd Comité wordt bijeengeroepen om de kwestie te bespreken.

    Artikel 9 heeft betrekking op het besluitvormingsproces in het Gemengd Comité. Het Gemengd Comité stelt besluiten en aanbevelingen vast in onderlinge overeenstemming tussen de partijen. Besluiten of aanbevelingen van het Gemengd Comité dragen respectievelijk het opschrift "Besluit" of "Aanbeveling", gevolgd door een volgnummer, de datum van vaststelling en een beschrijving van het onderwerp. De voorzitters ondertekenen de besluiten en aanbevelingen van het Gemengd Comité; eenmaal vastgesteld door het Gemengd Comité worden ze door de partijen toegepast overeenkomstig hun interne procedures. Ten slotte kunnen besluiten van het Gemengd Comité door de partijen in hun officiële publicatiebladen worden bekendgemaakt. Aanbevelingen of andere door het Gemengd Comité vastgestelde handelingen mogen worden bekendgemaakt als de partijen daarmee instemmen. Elke partij houdt één origineel exemplaar of gescande kopie van de besluiten en aanbevelingen bij.

    Artikel 10 verschaft het Gemengd Comité de mogelijkheid om technische werkgroepen op te richten om het Gemengd Comité bij de uitvoering van zijn taken bij te staan, en om toezicht te houden op die werkgroepen. De taakomschrijving van een werkgroep moet worden opgenomen in een aanhangsel bij het besluit tot oprichting van die werkgroep. De taakomschrijving kan onder meer de samenstelling van de werkgroep omvatten. De werkgroepen zijn samengesteld uit vertegenwoordigers van de partijen en werken onder het gezag van het Gemengd Comité, waaraan zij na elke vergadering verslag uitbrengen. Zij nemen geen besluiten, maar kunnen aanbevelingen doen aan het Gemengd Comité. Het Gemengd Comité kan te allen tijde besluiten een bestaande werkgroep op te heffen, zijn taakomschrijving te wijzigen of nieuwe werkgroepen op te richten die het comité bijstaan in zijn taken.

    Artikel 11 heeft betrekking op uitgaven. De partijen zijn verantwoordelijk voor de betaling van hun eigen uitgaven voor deelname aan de vergaderingen van het Gemengd Comité en de werkgroepen, met inbegrip van personeelskosten, reis- en verblijfkosten en kosten voor post en telecommunicatie. Andere uitgaven die betrekking hebben op de materiële organisatie van vergaderingen komen ten laste van de partij die gastheer is voor de vergadering.

    3.Namens de Unie in te nemen standpunt

    Het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China, is de beoogde handeling vast te stellen tijdens de eerste vergadering van het Gemengd Comité.

    4.Rechtsgrondslag

    4.1.Procedurele rechtsgrondslag

    4.1.1.Beginselen

    Artikel 218, lid 9, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) voorziet in de vaststelling van besluiten tot bepaling van “de standpunten die namens de Unie worden ingenomen in een krachtens een overeenkomst opgericht lichaam, wanneer dit lichaam handelingen met rechtsgevolgen vaststelt, met uitzondering van handelingen tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de overeenkomst”.

    Het begrip “handelingen met rechtsgevolgen” omvat handelingen die rechtsgevolgen hebben uit hoofde van de op het betrokken lichaam toepasselijke volkenrechtelijke bepalingen. Onder dit begrip vallen tevens instrumenten die volkenrechtelijk niet bindend zijn, maar die “beslissende invloed [kunnen hebben] op de inhoud van de regelgeving die de wetgever van de Unie vaststelt 2 .

    4.1.2.Toepassing op het onderhavige geval

    Het Gemengd Comité van de partijen is een lichaam dat is opgericht krachtens een overeenkomst, namelijk de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China.

    De door het Gemengd Comité van de partijen vast te stellen handeling is een handeling met rechtsgevolgen. De beoogde handeling zal overeenkomstig artikel 11 van de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China uit hoofde van het volkenrecht bindend zijn.

    De beoogde handeling strekt niet tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de overeenkomst.

    De procedurele rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is derhalve artikel 218, lid 9, VWEU.

    4.2.Materiële rechtsgrondslag

    4.2.1.Beginselen

    De materiële rechtsgrondslag voor een overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU vast te stellen besluit wordt in de eerste plaats bepaald door de doelstelling en de inhoud van de beoogde handeling ten aanzien waarvan namens de Unie een standpunt wordt ingenomen. Wanneer de beoogde handeling een tweeledige doelstelling heeft of bestaat uit twee componenten, waarvan er een kan worden gezien als hoofddoelstelling of hoofdcomponent, terwijl de andere doelstelling of de andere component slechts ondergeschikt is, moet het overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU vast te stellen besluit op één materiële rechtsgrondslag worden gebaseerd, namelijk die welke vereist is voor de hoofddoelstelling of de hoofdcomponent dan wel de belangrijkste doelstelling of component.

    4.2.2.Toepassing op het onderhavige geval

    De doelstelling en inhoud van de beoogde handeling hebben betrekking op het gemeenschappelijk vervoersbeleid, en met name op het luchtvaartbeleid.

    De materiële rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is derhalve artikel 100, lid 2, VWEU.

    4.3.Conclusie

    De rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is artikel 100, lid 2, VWEU, in samenhang met artikel 218, lid 9, VWEU.

    2021/0331 (NLE)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    inzake het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China, in verband met de vaststelling van het reglement van orde van het Gemengd Comité

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 100, lid 2, in samenhang met artikel 218, lid 9,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)De Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China 3 (“de Overeenkomst”) is namens de Unie goedgekeurd bij Besluit (EU) 2020/1075 van de Raad van 26 juni 2020 4 en is op 1 september 2020 in werking getreden.  5

    (2)Artikel 11, lid 1, van de Overeenkomst voorziet in de oprichting van een Gemengd Comité van de partijen met het oog op de doeltreffende werking van de overeenkomst.

    (3)In artikel 11, lid 3, van de Overeenkomst is voorts bepaald dat het Gemengd Comité zijn reglement van orde opstelt en vaststelt.

    (4)Het ontwerp van het reglement van orde is opgesteld in samenwerking tussen de Commissie en de burgerluchtvaartautoriteit van China.

    (5)Aangezien het reglement van orde van het Gemengd Comité bindend is voor de Unie, is het passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie in het Gemengd Comité moet worden ingenomen met betrekking tot de vaststelling van dit reglement van orde.

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Het namens de Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China, met betrekking tot de vaststelling van het reglement van orde van het Gemengd Comité, wordt gebaseerd op de bijlage bij dit besluit.

    Artikel 2

    Dit besluit is gericht tot de Commissie.

    Gedaan te Brussel,

       Voor de Raad

       De voorzitter

    (1)    Besluit (EU) 2020/1075 van de Raad van 26 juni 2020 inzake de sluiting van de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China, artikel 3, lid 1.
    (2)    Arrest van het Hof van 7 oktober 2014, Bondsrepubliek Duitsland/Raad van de Europese Unie, C-399/12, ECLI:EU:C:2014:2258, punten 61 tot en met 64.
    (3)    PB L 240 van 24.7.2020, blz. 4.
    (4)    PB L 240 van 24.7.2020, blz. 1.
    (5)    PB L 3 van 7.1.2021, blz. 3.
    Top

    Brussel, 20.10.2021

    COM(2021) 639 final

    BIJLAGE

    bij

    Voorstel voor een besluit van de Raad

    inzake het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China, in verband met de vaststelling van het reglement van orde van het Gemengd Comité


    BIJLAGE 

    Gemengd Comité van de partijen

    bij de Overeenkomst betreffende de veiligheid van de burgerluchtvaart tussen de Europese Unie en

    de regering van de Volksrepubliek China

    REGLEMENT VAN ORDE

    Artikel 1

    Definities

    Voor de toepassing van dit reglement van orde wordt verstaan onder:

    1. “partij”: de Europese Unie of de regering van de Volksrepubliek China;

    2. “partijen”: de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek China.

    Artikel 2

    Voorzitter en samenstelling

    1. In artikel 2 is bepaald dat het Gemengd Comité gezamenlijk wordt voorgezeten door een vertegenwoordiger van de Europese Unie en een vertegenwoordiger van de regering van de Volksrepubliek China.

    2. De Europese Unie wordt in het Gemengd Comité vertegenwoordigd door de Europese Commissie, die wordt bijgestaan door het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart en vergezeld door de luchtvaartautoriteiten van de lidstaten van de Europese Unie.

    3. De regering van de Volksrepubliek China wordt in het Gemengd Comité vertegenwoordigd door de burgerluchtvaartautoriteit van China.

    Artikel 3

    Vergaderingen

    1. Het Gemengd Comité komt regelmatig bijeen, indien mogelijk één keer per jaar. Elke partij kan een verzoek indienen om een vergadering te beleggen.

    2. De vergaderingen vinden, in de mate van het mogelijke, afwisselend in Brussel en Peking plaats. Bij wijze van alternatief kunnen besprekingen via videoconferentie worden georganiseerd. Besluiten en aanbevelingen die tijdens videoconferenties worden vastgesteld, hebben dezelfde juridische waarde als die welke tijdens fysieke vergaderingen worden vastgesteld. Zodra de datum en plaats van een vergadering door de partijen zijn overeengekomen, wordt de vergadering bijeengeroepen door de Europese Commissie voor de Europese Unie en door de burgerluchtvaartautoriteit van China voor de regering van de Volksrepubliek China.

    3. De vergaderingen van het Gemengd Comité zijn niet openbaar, tenzij de voorzitters anders overeenkomen. Indien nodig kan na de vergadering met wederzijdse instemming een persmededeling worden uitgegeven.

    4. De taal voor de vergaderingen en documenten is het Engels. De kosten van vertolking of vertaling in een andere taal komen ten laste van de partij die daarom verzoekt.

    Artikel 4

    Delegaties

    1. Vóór elke vergadering stellen de partijen elkaar in kennis van de geplande samenstelling van hun respectieve delegaties en wijzen zij hun voorzitter aan.

    2. De voorzitters kunnen op ad-hocbasis overeenkomen derden uit te nodigen om vergaderingen van het Gemengd Comité bij te wonen om informatie te verstrekken over bepaalde onderwerpen of als waarnemers.

    Artikel 5

    Secretariaat

    Een ambtenaar van de Europese Commissie en een ambtenaar van de burgerluchtvaartautoriteit van China treden gezamenlijk op als secretarissen van het Gemengd Comité.

    Artikel 6

    Agenda van de vergaderingen

    1. De voorzitters stellen in onderling overleg de voorlopige agenda van elke vergadering op. De voorlopige agenda en alle relevante vergaderdocumenten worden uiterlijk vijftien werkdagen vóór de datum van de vergadering naar de secretarissen gestuurd.

    2. Elke vergadering van het Gemengd Comité begint met de goedkeuring van de agenda. Punten die niet op de voorlopige agenda staan, kunnen aan de agenda worden toegevoegd indien de partijen hierover overeenstemming bereiken.

    3. De voorzitters kunnen overeenkomen de in lid 1 bedoelde termijn voor de toezending van documenten, met inbegrip van de voorlopige agenda, te wijzigen om rekening te houden met de vereisten van de interne procedures van een partij of de urgentie van een bepaalde aangelegenheid.

    Artikel 7

    Notulen

    1. Na de vergadering van het Gemengd Comité worden ontwerpnotulen opgesteld. Daarin worden de vastgestelde besluiten en aanbevelingen alsook de conclusies vermeld.

    2. De notulen worden door het Gemengd Comité op zijn eerstvolgende vergadering goedgekeurd.

    3. Eenmaal goedgekeurd worden de notulen door de voorzitters ondertekend; elke partij houdt één origineel exemplaar of gescande kopie bij.

    Artikel 8

    Schriftelijke procedure

    Indien nodig en gerechtvaardigd, kunnen aanbevelingen en besluiten van het Gemengd Comité via een schriftelijke procedure worden vastgesteld. Daartoe stellen de voorzitters elkaar in kennis van de ontwerpmaatregelen waarover het advies van het Gemengd Comité wordt gevraagd; dit kan vervolgens worden bevestigd via briefwisseling. Elke partij kan echter vragen dat het Gemengd Comité wordt bijeengeroepen om de kwestie te bespreken.

    Artikel 9

    Beraadslagingen

    1. Het Gemengd Comité stelt besluiten en aanbevelingen vast in onderlinge overeenstemming tussen de partijen.

    2. Besluiten of aanbevelingen van het Gemengd Comité dragen respectievelijk het opschrift "Besluit" of "Aanbeveling", gevolgd door een volgnummer, de datum van vaststelling en een beschrijving van het onderwerp.

    3. De besluiten en aanbevelingen van het Gemengd Comité worden ondertekend door de voorzitters.

    4. De besluiten van het Gemengd Comité worden door de partijen uitgevoerd overeenkomstig hun eigen interne procedures.

    5. De besluiten van het Gemengd Comité kunnen door de partijen in hun officiële publicatiebladen worden bekendgemaakt. Aanbevelingen of andere door het Gemengd Comité vastgestelde handelingen mogen worden bekendgemaakt als de partijen daarmee instemmen. Elke partij houdt één origineel exemplaar of gescande kopie van de besluiten en aanbevelingen bij.

    Artikel 10

    Werkgroepen

    1. Het Gemengd Comité kan technische werkgroepen oprichten om het comité bij de uitvoering van zijn taken bij te staan, en houdt toezicht op die werkgroepen. De taakomschrijving van een werkgroep moet worden opgenomen in een aanhangsel bij het besluit tot oprichting van die werkgroep. De taakomschrijving kan onder meer de samenstelling van de werkgroep omvatten.

    2. De werkgroepen bestaan uit vertegenwoordigers van de partijen.

    3. De werkgroepen werken onder het gezag van het Gemengd Comité, waaraan zij na elke vergadering verslag uitbrengen. Zij nemen geen besluiten, maar kunnen aanbevelingen doen aan het Gemengd Comité.

    4. Het Gemengd Comité kan te allen tijde besluiten een bestaande werkgroep op te heffen, zijn taakomschrijving te wijzigen of nieuwe werkgroepen op te richten die het comité bijstaan in zijn taken.

    Artikel 11

    Uitgaven

    1. De partijen zijn verantwoordelijk voor de betaling van hun eigen uitgaven voor deelname aan de vergaderingen van het Gemengd Comité en de werkgroep, met inbegrip van personeelskosten, reis- en verblijfkosten en kosten voor post en telecommunicatie.

    2. Andere uitgaven die betrekking hebben op de materiële organisatie van vergaderingen komen ten laste van de partij die gastheer is voor de vergadering.

    ______________________

    Top