Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52016PC0266

    Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt van de Unie in de gemengde commissie die is opgericht bij de kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds, met betrekking tot de goedkeuring van het reglement van orde van de gemengde commissie, en het instellen van gespecialiseerde werkgroepen

    COM/2016/0266 final - 2016/0143 (NLE)

    Brussel, 20.5.2016

    COM(2016) 266 final

    2016/0143(NLE)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    betreffende het standpunt van de Unie in de gemengde commissie die is opgericht bij de kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds, met betrekking tot de goedkeuring van het reglement van orde van de gemengde commissie, en het instellen van gespecialiseerde werkgroepen


    TOELICHTING

    Een kaderovereenkomst inzake een breed partnerschap en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds (hierna "de overeenkomst" genoemd), is op 9 november 2009 ondertekend en op 1 mei 2014 in werking getreden.

    De overeenkomst biedt een wettelijk kader voor verschillende kwesties, van regelmatige politieke dialoog tot sectorale samenwerking, en onderstreept de betrokkenheid van de EU bij Indonesië en het voornemen van de EU om de bilaterale betrekkingen te intensiveren.

    Met de overeenkomst wordt gestreefd naar de versterking van de samenwerking op uiteenlopende beleidsdomeinen, waaronder mensenrechten, non-proliferatie van massavernietigingswapens, terrorismebestrijding, bestrijding van corruptie en georganiseerde misdaad, handel, migratie, milieu, energie, klimaatverandering, transport, wetenschap en technologie, werkgelegenheid en sociale zaken, onderwijs, landbouw, ontwikkelingshulp en cultuur.

    Krachtens artikel 41 van de overeenkomst werd een gemengde commissie ingesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van beide partijen op het hoogst mogelijke niveau. De gemengde commissie heeft als doel te zorgen voor de goede werking en uitvoering van de overeenkomst, prioriteiten vast te stellen met betrekking tot de doelstellingen van de overeenkomst, en geschillen op te lossen die zich voordoen met betrekking tot de toepassing of de interpretatie van de overeenkomst.

    Om de gemengde commissie bij te staan en om besprekingen te vergemakkelijken tussen deskundigen op enkele belangrijke gebieden die vallen binnen de toepassingssfeer van de overeenkomst, wordt voorgesteld gespecialiseerde werkgroepen op te richten aangaande:

    1)    ontwikkelingssamenwerking;

    2)    handel en investeringen;

    3)    mensenrechtendialoog;

    4)    politieke dialoog; alsmede

    5)    veiligheidsdialoog.

    Voorts zal de EU tijdens de eerste bijeenkomst van de gemengde commissie voorstellen om een zesde gespecialiseerde werkgroep op te richten over milieu en klimaatverandering, krachtens artikel 14, lid 2, van het reglement van orde van de gemengde commissie.

    Met dit voorstel wordt het standpunt vastgesteld dat de EU in de gemengde commissie zal innemen met betrekking tot:

    i)    de goedkeuring van het reglement van orde van de gemengde commissie; alsmede

    ii)    de oprichting van de gespecialiseerde werkgroepen.

    Het standpunt van de EU wordt gebaseerd op de bijgaande ontwerpbesluiten van de gemengde commissie.

    2016/0143 (NLE)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    betreffende het standpunt van de Unie in de gemengde commissie die is opgericht bij de kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds, met betrekking tot de goedkeuring van het reglement van orde van de gemengde commissie, en het instellen van gespecialiseerde werkgroepen

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name de artikelen 207 en 209, en artikel 218, lid 9,

    Gezien het voorstel van de Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)De kaderovereenkomst inzake een breed partnerschap en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds (hierna "de overeenkomst" genoemd), is op 1 mei 2014 in werking getreden.

    (2)Krachtens artikel 41 van de overeenkomst werd een gemengde commissie ingesteld om onder meer te zorgen voor de goede werking en uitvoering van de overeenkomst.

    (3)Om de gemengde commissie te laten bijdragen tot de doeltreffende tenuitvoerlegging van de overeenkomst moet het reglement van orde van de gemengde commissie worden goedgekeurd.

    (4)Het standpunt van de Unie in de gemengde commissie over de goedkeuring van het reglement van orde moet worden gebaseerd op de aan dit besluit gehechte ontwerpbesluiten van de gemengde commissie,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1.    Het door de Unie in te nemen standpunt in de krachtens artikel 41 van de overeenkomst opgerichte gemengde commissie met betrekking tot:

    de goedkeuring van het reglement van orde van de gemengde commissie; alsmede

    de oprichting van gespecialiseerde werkgroepen,

    wordt gebaseerd op de aan dit besluit gehechte ontwerpbesluiten van de gemengde commissie.

    2.    De vertegenwoordigers van de Unie in de gemengde commissie kunnen instemmen met kleine wijzigingen in de ontwerpbesluiten zonder de Raad te raadplegen.

    Artikel 2

    Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

    Gedaan te Brussel,

       Voor de Raad

       De voorzitter

    Top

    Brussel, 20.5.2016

    COM(2016) 266 final

    BIJLAGEN

    bij het

    Voorstel voor een besluit van de Raad

    betreffende het standpunt van de Unie in de gemengde commissie die is opgericht bij de kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds, met betrekking tot de goedkeuring van het reglement van orde van de gemengde commissie, en het instellen van gespecialiseerde werkgroepen


    BIJLAGEN

    bij het

    Voorstel voor een besluit van de Raad

    betreffende het standpunt van de Unie in de gemengde commissie die is opgericht bij de kaderovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds, met betrekking tot de goedkeuring van het reglement van orde van de gemengde commissie, en het instellen van gespecialiseerde werkgroepen

    BIJLAGE 1

    BESLUIT NR. 1/2016 VAN DE GEMENGDE COMMISSIE EU-INDONESIË

    van ...

    tot goedkeuring van haar reglement van orde

    DE GEMENGDE COMMISSIE EU-INDONESIË,

    Gezien de kaderovereenkomst inzake een breed partnerschap en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds (hierna "de overeenkomst" genoemd), en met name artikel 41,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)De overeenkomst is op 1 mei 2014 in werking getreden.

    (2)Om bij te dragen aan de doeltreffende uitvoering van de overeenkomst, moet de gemengde commissie zo snel mogelijk worden opgericht.

    (3)Overeenkomstig artikel 41, lid 5, van de overeenkomst stelt de gemengde commissie haar eigen reglement van orde vast,

    BESLUIT:

    Enig artikel

    Het reglement van orde van de gemengde commissie, als vastgesteld in de bijlage, wordt goedgekeurd.

    Gedaan te …,

    Voor de gemengde commissie EU-Indonesië

    De voorzitter

    BIJLAGE A

    Reglement van orde van de gemengde commissie

    Artikel 1

    Samenstelling en voorzitterschap

    1. De gemengde commissie, die is ingesteld bij artikel 41 van de kaderovereenkomst inzake een breed partnerschap en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds (hierna "de overeenkomst" genoemd), voert haar taken uit overeenkomstig artikel 41 van de overeenkomst.

    2. De gemengde commissie bestaat uit vertegenwoordigers van beide partijen op het hoogst mogelijke niveau.

    3. De gemengde commissie wordt beurtelings voorgezeten door de minister van Buitenlandse Zaken van de Republiek Indonesië en de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid. Zij kunnen de bevoegdheid voor het voorzitterschap van de vergaderingen van de gemengde commissie geheel of gedeeltelijk overdragen aan een hoge ambtenaar.

    Artikel 2

    Vertegenwoordiging

    1. De partijen stellen elkaar in kennis van de lijst van hun vertegenwoordigers in de gemengde commissie ("leden"). De lijst wordt beheerd door het secretariaat van de gemengde commissie.

    2. Een lid dat zich door een vervanger wenst te laten vertegenwoordigen, deelt de voorzitter vóór die vergadering schriftelijk de naam van zijn of haar vervanger mee. De vervanger van een lid oefent alle rechten van dat lid uit.

    Artikel 3

    Delegaties

    1. De leden van de gemengde commissie mogen zich laten vergezellen door andere ambtenaren. Vóór elke vergadering worden de partijen via het secretariaat in kennis gesteld van de voorgenomen samenstelling van de delegaties die de vergadering bijwonen.

    2. Indien nodig kunnen deskundigen of vertegenwoordigers van andere organen met wederzijdse toestemming van de partijen voor de vergaderingen van de gemengde commissie worden uitgenodigd, als waarnemer of om informatie over een specifiek onderwerp te verstrekken.

    Artikel 4

    Vergaderingen

    1. De gemengde commissie komt normaal gesproken ten minste eenmaal per twee jaar bijeen, tenzij door de partijen anders overeengekomen. Een vergadering van de gemengde commissie worden bijeengeroepen door de voorzitter. De vergadering wordt afwisselend in Indonesië en in Brussel gehouden, op een datum die in onderling overleg wordt vastgesteld. De partijen kunnen tevens besluiten tot buitengewone bijeenkomsten van de gemengde commissie.

    2. Bij wijze van uitzondering en indien beide partijen ermee instemmen, kunnen de vergaderingen van de gemengde commissie ook met behulp van technologische middelen plaatsvinden, bijvoorbeeld via video- of teleconferentie.

    3. De gemengde commissie vergadert op het hoogst mogelijke niveau, zoals overeengekomen door de partijen. In dit verband zetten de partijen zich in om, waar mogelijk, deelname op ministerieel niveau te waarborgen.

    4. Wanneer een gemengde commissie op ministerieel niveau wordt voorgezeten, wordt deze voorbereid door middel van een vergadering op het niveau van hoge ambtenaren.

    Artikel 5

    Openbaarheid

    1. De vergaderingen van de gemengde commissie zijn niet openbaar, tenzij de partijen anders besluiten. Wanneer een partij aan de gemengde commissie informatie overlegt die zij als vertrouwelijk aanduidt, behandelt de andere partij die informatie als zodanig.

    2. De gemengde commissie kan publieke verklaringen afleggen indien ze dit nodig acht.

    Artikel 6

    Secretariaat

    Een vertegenwoordiger van de Europese Dienst voor extern optreden en een vertegenwoordiger van de regering van de Republiek Indonesië treden gezamenlijk op als secretarissen van de gemengde commissie. Alle mededelingen van en aan de voorzitter van de gemengde commissie worden doorgestuurd naar de secretarissen. Correspondentie van en aan de voorzitter van de gemengde commissie kan verlopen in om het even welke schriftelijke vorm, ook e-mail.

    Artikel 7

    Agenda van de vergaderingen

    1. De voorzitter stelt voor elke vergadering een voorlopige agenda op. Die wordt, samen met de nodige documenten, gewoonlijk niet later dan 15 dagen voor de start van de vergadering aan de andere partij doorgestuurd.

    2. De voorzitter kan deskundigen uitnodigen voor de vergaderingen van de gemengde commissie om informatie over een specifiek agendapunt te verstrekken.

    3. De agenda wordt aan het begin van elke vergadering door de gemengde commissie goedgekeurd. Indien de partijen zulks overeenkomen, kunnen punten die niet op de voorlopige agenda staan, als agendapunten worden toegevoegd.

    4. De voorzitter kan met instemming van beide partijen de in lid 1 genoemde termijnen inkorten als dat in een bepaald geval noodzakelijk is.

    Artikel 8

    Goedgekeurde notulen

    1. De resultaten van de vergadering van de gemengde commissie worden vastgelegd in de vorm van goedgekeurde notulen.

    2. De twee secretarissen stellen gezamenlijk ontwerpnotulen van elke vergadering op, gewoonlijk binnen 30 kalenderdagen na de datum van de vergadering. De ontwerpnotulen zijn gebaseerd op een samenvatting door de voorzitter van de conclusies van de gemengde commissie.

    3. De notulen worden binnen 45 kalenderdagen na de vergaderdatum of uiterlijk op een andere door de partijen overeengekomen datum door beide partijen goedgekeurd. Zodra overeenstemming is bereikt over de notulen, worden twee originelen ondertekend door beide partijen. Iedere partij krijgt een origineel.

    Artikel 9

    Besluiten en aanbevelingen

    1. Voor de uitvoering van haar taken overeenkomstig artikel 41 van de overeenkomst, kan de gemengde commissie een besluit en/of aanbeveling vaststellen. Dergelijk besluit en/of dergelijke aanbeveling wordt voorzien van een volgnummer, de datum van vaststelling en een beschrijving van het onderwerp.

    2. Het besluit en/of de aanbeveling kan in bepaalde gevallen bij schriftelijke procedure worden vastgesteld.

    3. Onverminderd artikel 5 inzake openbaarheid kan elke partij beslissen om de besluiten en aanbevelingen van de gemengde commissie op te nemen in hun respectieve publicatieblad.

    Artikel 10

    Correspondentie

    1. De voor de gemengde commissie bestemde correspondentie wordt gericht aan de secretaris van een van de partijen, die op zijn beurt de andere secretaris inlicht.

    2. Het secretariaat ziet erop toe dat de correspondentie die aan de gemengde commissie is gericht, wordt doorgestuurd naar de voorzitter en, in voorkomend geval, als in artikel 11 van dit reglement van orde bedoelde documenten worden verspreid.

    3. De correspondentie van de voorzitter van de gemengde commissie wordt door het secretariaat naar de partijen gezonden en, in voorkomend geval, als in artikel 11 van dit reglement van orde bedoelde documenten verspreid.

    Artikel 11

    Documenten

    1. Wanneer de beraadslagingen van de gemengde commissie gebaseerd zijn op schriftelijke documenten, worden deze door het secretariaat genummerd en onder de leden verspreid.

    2. Elke secretaris is verantwoordelijk voor de verspreiding van de documenten aan de leden van zijn kant in de gemengde commissie en voor het systematisch verstrekken van kopieën aan de andere secretaris.

    Artikel 12

    Onkosten

    1. Elke partij draagt haar eigen personeels-, reis- en verblijfskosten en haar eigen kosten voor post en telecommunicatie in verband met de deelname aan vergaderingen van de gemengde commissie.

    2. Uitgaven in verband met de organisatie van vergaderingen en de reproductie van documenten komen ten laste van de partij die als gastheer voor de vergadering optreedt.

    Artikel 13

    Wijziging van het reglement van orde

    Beide partijen kunnen schriftelijk om een wijziging van het reglement van orde verzoeken, en het reglement kan worden gewijzigd in onderling overleg tussen de partijen overeenkomstig artikel 9.

    Artikel 14

    Werkgroepen en andere mechanismen

    1. De gemengde commissie kan gespecialiseerde werkgroepen of andere mechanismen instellen om haar te helpen bij de uitvoering van haar taken. De gespecialiseerde werkgroepen en andere mechanismen brengen aan de gemengde commissie verslag uit.

    2. De gemengde commissie kan besluiten bestaande gespecialiseerde werkgroepen of andere mechanismen op te heffen, of bijkomende specialiseerde werkgroepen of andere mechanismen in te stellen om haar te helpen bij de uitvoering van haar taken.

    4. De gespecialiseerde werkgroepen kunnen alleen aanbevelingen doen aan de gemengde commissie.



    BIJLAGE 2

    BESLUIT NR. 2/2016 VAN DE GEMENGDE COMMISSIE EU-INDONESIË

    van …

    betreffende het instellen van gespecialiseerde werkgroepen en andere mechanismen

    De gemengde commissie EU-Indonesië,

    Gezien de kaderovereenkomst inzake een breed partnerschap en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Indonesië, anderzijds (hierna "de overeenkomst" genoemd), en met name artikel 41,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)De overeenkomst is op 1 mei 2014 in werking getreden.

    (2)Om bij te dragen aan de doeltreffende uitvoering van de overeenkomst, moet het institutionele kader zo snel mogelijk worden ingesteld.

    (3)Krachtens artikel 41, lid 3, van de overeenkomst en artikel 14 van het reglement van orde van de gemengde commissie kan de commissie gespecialiseerde werkgroepen instellen om haar te helpen bij de uitvoering van haar taken.

    (4)Om op deskundigenniveau te kunnen beraadslagen over de kerngebieden die onder de toepassingssfeer van de overeenkomst vallen, kunnen gespecialiseerde werkgroepen of andere mechanismen worden ingesteld. De partijen kunnen na verder overleg de lijst met gespecialiseerde werkgroepen en/of de werkterreinen van de werkgroepen wijzigen.

    (5)Overeenkomstig artikel 9 van haar reglement van orde kan de gemengde commissie tevens bij schriftelijke procedure besluiten nemen.

    (6)Dit besluit van de gemengde commissie moet worden aangenomen om de gespecialiseerde werkgroepen of mechanismen tijdig operationeel te maken,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Enig artikel

    De in bijlage A genoemde gespecialiseerde werkgroepen en andere mechanismen worden ingesteld.

    Gedaan te …,

    Voor de gemengde commissie EU-Indonesië

    De voorzitter

    BIJLAGE A

    Gemengde commissie EU-Indonesië

    Gespecialiseerde werkgroepen en andere mechanismen

    1)    Gespecialiseerde werkgroep over ontwikkelingssamenwerking

    2)    Gespecialiseerde werkgroep over handel en investeringen

    3)    Mensenrechtendialoog

    4)    Politieke dialoog

    5)    Veiligheidsdialoog

    Top