This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52014DC0357
COMMUNICATION FROM THE COMMISSION TO THE EUROPEAN PARLIAMENT, THE COUNCIL, THE EUROPEAN ECONOMIC AND SOCIAL COMMITTEE AND THE COMMITTEE OF THE REGIONS concerning the European Union Strategy for the Adriatic and Ionian Region
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S betreffende de strategie van de Europese Unie voor de Adriatische en Ionische regio
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S betreffende de strategie van de Europese Unie voor de Adriatische en Ionische regio
/* COM/2014/0357 final */
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S betreffende de strategie van de Europese Unie voor de Adriatische en Ionische regio /* COM/2014/0357 final */
Inhoud 1............ Inleiding.. 3 2............ Uitdagingen
en mogelijkheden. 4 2.1......... Uitdagingen. 4 2.2......... Mogelijkheden. 6 3............ Reactie:
een actieplan. 6 3.1......... Blauwe
Groei 7 3.2......... Het aansluiten van de regio.. 8 3.3......... Milieukwaliteit. 9 3.4......... Duurzaam
toerisme. 10 4............ Governance
en tenuitvoerlegging.. 11 5............ Koppelingen
aan andere EU-beleidsmaatregelen. 13 6............ Verder
reikende banden. 13 7............ Conclusie. 14 Bijlage
Kaart van de EU-strategie voor de Adriatische en Ionische regio.. 15 1.
Inleiding In deze mededeling wordt uiteengezet wat de
behoeften en het potentieel zijn ten aanzien van slimme, duurzame en inclusieve
groei in de Adriatische en Ionische regio. De mededeling biedt een kader voor
een coherente macroregionale strategie en een actieplan om deze uitdagingen en mogelijkheden
aan te gaan en te benutten, door middel van samenwerking tussen de deelnemende landen.
De regio is een functioneel geheel dat geografisch
gezien vooral bepaald wordt door het Adriatische en het Ionische bekken, maar
ook een aanzienlijk landoppervlak omvat. De mariene, kust- en landzones moeten
als aan elkaar gekoppelde systemen beschouwd worden. Door het toegenomen verkeer
van goederen, diensten en personen als gevolg van de toetreding van Kroatië tot
de EU, en in het vooruitzicht van de toetreding van andere landen in de regio, speelt
het achterland van havens een belangrijke rol. Bij nadere beschouwing van de
koppelingen van verkeer over land en over zee wordt ook duidelijk welke
negatieve effecten bepaalde niet-duurzame activiteiten aan land hebben op
kustgebieden en mariene ecosystemen. Deze regio, waar meer dan 70 miljoen mensen wonen, speelt
een belangrijke rol bij het versterken van de geografische continuïteit in
Europa. De strategie bouwt voort op het Adriatisch-Ionische Initiatief[1], waarbij
acht landen betrokken zijn (zie de landkaart aan het einde van deze mededeling).
De strategie staat open voor deelname van andere partners in de regio. Toenemende welvaart door handel en industrie zal de regio
in staat stellen om de economische crisis te boven te komen. De bevolking van
de regio verdient meer werkgelegenheid, betere mobiliteit, veiligere en
geïntegreerde energievoorziening, en verbetering van de kwaliteit van het
milieu. De Europese Raad van december 2012 verzocht de Commissie
om voor het einde van 2014 een EU-strategie voor de Adriatische en Ionische regio
(EUSAIR) te presenteren. De algemene doelstelling van de strategie is duurzame
economische en sociale vooruitgang in de regio te bevorderen door groei en nieuwe
banen, en door de aantrekkelijkheid, het concurrentievermogen en de connectiviteit
van de regio te verbeteren, en tegelijkertijd ook het milieu te beschermen en
gezonde en evenwichtige mariene en kustecosystemen te waarborgen. Dit zal
worden bereikt door samenwerking tussen landen die een gedeelde
geschiedenis en geografie hebben. Door de tenuitvoerlegging
van bestaand EU-beleid in de regio te versterken, levert de strategie een
duidelijke "toegevoegde EU-waarde" op, en biedt alle deelnemende
landen interessante mogelijkheden om hun beleid te aligneren met de algemene
visie van EU-2020.
De strategie zal ook bijdragen tot meer toenadering van de landen van de Westelijke
Balkan tot de EU, door hen mogelijkheden voor nauwe samenwerking met lidstaten
te bieden, teneinde gemeenschappelijke uitdagingen aan te pakken en de
specifieke mogelijkheden van de regio te benutten. De strategie
kan profiteren van: -
de
ervaring die in de loop van ruim tien jaar is opgedaan met het intergouvernementele
Adriatisch-Ionische initiatief. Succesvolle samenwerking heeft al sterke banden
tussen deelnemende landen gecreëerd, en als spin-off ook regionale samenwerking
tussen steden, kamers van koophandel en universiteiten; -
de
Maritieme Strategie voor de Adriatische en de Ionische Zee, die de Commissie op
30 november 2012 heeft goedgekeurd[2], en die
de mogelijkheden voor "blauwe groei" voor het zeebekken betreft; -
het
samenvallen van het lanceren van de strategie en het begin van de programmeringsperiode
2014-2020. Daardoor kan de strategie systematisch geïntegreerd worden in EU-,
nationale en regionale programma's, en kunnen alle beleidsmaatregelen en programma's
gemobiliseerd worden om deze aanpak te ondersteunen; -
de
lessen van de bestaande macroregionale strategieën[3],
namelijk de EU-strategie voor de Baltische regio en de EU-strategie voor de Donauregio,
ook wat samenwerking met niet-EU-landen betreft. Een van die lessen is dat het
noodzakelijk is zich te concentreren op een beperkt aantal gemeenschappelijke uitdagingen
en/of mogelijkheden, en ervoor te zorgen dat de deelnemende landen de strategie
overnemen, zich ervoor inzetten en zelf initiatieven nemen. De ervaring leert ook
dat de institutionele en administratieve capaciteiten versterkt moeten worden. 2.
Uitdagingen en mogelijkheden 2.1
Uitdagingen De Adriatisch-Ionische regio ziet zich
geconfronteerd met een aantal gemeenschappelijke uitdagingen. De regio had lang
te lijden onder moeilijke politieke en economische omstandigheden en conflicten,
maar de toetreding van Slovenië en Kroatië tot de EU, en het vooruitzicht dat
andere landen zullen volgen, bieden een mogelijkheid voor het versterken van
onderlinge banden en het overwinnen van de last van het verleden. De
voornaamste uitdagingen zijn: − Sociaaleconomische
dispariteiten: er zijn grote contrasten tussen landen, zowel wat
het BBP per hoofd als wat de werkloosheidscijfers betreft. Sommige regio's hebben
een BBP per hoofd dat 20 % hoger ligt dan het EU-gemiddelde, en een
werkloosheidscijfer van 4 %, andere hebben een BBP per hoofd dat 70 %
onder dit gemiddelde ligt, en een werkloosheidscijfer van 30 %. Bij gebrek
aan capaciteit maken ondernemingen onvoldoende gebruik van de transnationale
dimensie van marketing, innovatie of onderzoek, met name in de "blauwe
economie". Clusters waarbij het bedrijfsleven, onderzoekers en de publieke
sector betrokken zijn, zijn zeldzaam; −
Vervoer: de infrastructuur
van de regio vertoont ernstige tekortkomingen, met name tussen landen die al
langer lid van de EU zijn en andere landen, zodat de toegankelijkheid slecht is.
Met name het weg- en spoorwegnet in de Westelijke Balkan dient dringend
gemoderniseerd te worden, bottlenecks moeten verwijderd worden en noodzakelijke
verbindingen aangelegd. Intermodale connecties, verkeersmanagementsystemen en vergroting
van de capaciteit zijn evenzeer dringend noodzakelijk. Opstoppingen in het maritieme
verkeer komen steeds vaker voor, en de bewakings- en coördinatiecapaciteiten
dienen verbeterd te worden. Excessieve wachttijden en procedures aan grenzen
belemmeren het verkeer nog meer. Het multimodale vervoer is nog weinig
ontwikkeld; −
Energie: de onderlinge
koppeling van de elektriciteitsnetten blijft onvoldoende, waardoor de
ontwikkeling van een geïntegreerde energiemarkt verhinderd wordt, de capaciteit
beperkt blijft, en de winstgevende exploitatie van hernieuwbare energiebronnen
belemmerd wordt. Daarnaast zijn investeringen in gasnetwerken, met inbegrip van
LNG-faciliteiten, essentieel voor het waarborgen van efficiënte en gediversifieerde
levering; −
Milieu: toenemend
gebruik door de mens van de mariene en kustruimte bedreigt bepaalde ecosystemen.
Niet-duurzame toerismeactiviteiten vormen een belasting voor water, land en
biodiversiteit. De Adriatische Zee is ondiep en grotendeels omsloten[4], en
daardoor kwetsbaar voor vervuiling. Overbevissing, weggeworpen vistuig en
ecologisch ondeugdelijke aquacultuur bedreigen zowel de mariene biodiversiteit
als de menselijke gezondheid. Onbehandeld afvalwater en vast afval, hoofdzakelijk
afkomstig van het land, afvloeiing van kunstmest van landbouwactiviteiten die
eutrofiëring veroorzaakt, invasieve soorten uit ballastwater, en vervuiling
door olie- en gaswinning verergeren de situatie. De luchtkwaliteit wordt
aangetast door emissies van schepen en activiteiten aan land (havens,
industrie), en dit wordt vaak nog verergerd door lokale klimaat- en geografische
factoren. De illegale jacht op trekvogels heeft gevolgen voor de gehele EU.
Netwerken van beschermde zones, zoals NATURA 2000 en Emerald, zijn nog niet
voltooid; −
Natuurlijke
en door de mens veroorzaakte gevaren en risico's in verband met
klimaatverandering: nog afgezien van aanzienlijke seismische
activiteit is de regio kwetsbaar voor de negatieve gevolgen van klimaatverandering.
Het ontbreken van gemeenschappelijke risicobeoordelingen, rampenrisicomanagement
en geïntegreerde mitigatie- en aanpassingsstrategieën is een belangrijke uitdaging.
De betreffende landen beschikken over uiteenlopende ervaring, middelen en knowhow,
en kunnen afzonderlijk niet effectief reageren op een stijgende zeespiegel,
overstromingen, droogte, bodemerosie en bosbranden; −
Administratieve
en institutionele kwesties: de capaciteiten op nationaal, regionaal
of lokaal niveau moeten versterkt worden om te waarborgen dat de structuren
geschikt zijn voor samenwerking met partners over de grens, en voor coördinatie
van verschillende beleidsgebieden. Bij de aanpassing aan EU-wetgeving en het
toegang krijgen tot financiële instrumenten zullen de landen waarschijnlijk
niet hetzelfde tempo aanhouden, hetgeen de tenuitvoerlegging van een macroregionale
benadering zal belemmeren. Er zijn ook problemen in verband met corruptie, waardoor
het vertrouwen van het publiek en de ontwikkeling ondermijnd worden. Migratiedruk
en grensoverschrijdende georganiseerde misdaad maken een gecoördineerd beleid
inzake beveiliging van de grenzen noodzakelijk. 2.2
Mogelijkheden De regio biedt ook veel mogelijkheden, met een
aanzienlijk potentieel voor slimme, duurzame en inclusieve groei: − De blauwe economie kan belangrijke bijdragen leveren aan de
groei. Dat loopt uiteen van de ontwikkeling van "blauwe technologieën"
tot duurzame productie en consumptie van visserijproducten. Dit omvat nichemarkten
voor bv. recreatie, vrijetijdsbesteding en kleinschalige cruises. Innovatie kan
de kwetsbare scheepsbouwsector in staat stellen om over te schakelen op lage-emissie-
en energie-efficiënte vaartuigen[5], en samen te werken met gerelateerde sectoren, met inbegrip van
uitrusting van schepen en robotica; −
Connectiviteit: de regio
bevindt zich op een belangrijk Europees kruispunt. Het Adriatisch-Ionische zeebekken
is een natuurlijke waterweg die naar het hart van de EU voert. Dit is de
goedkoopste scheepvaartroute vanaf het verre Oosten via Suez, waardoor de
afstand tot de markten van Centraal Europa 3000 km korter wordt dan via noordelijke
havens. Er is een potentieel voor verbeterde land-zee-connectiviteit en
intermodaal vervoer, waardoor het concurrentievermogen van de economieën in het
achterland verbeterd zou worden; −
Cultureel
en natuurlijk erfgoed en biodiversiteit: het culturele,
historische en archeologische erfgoed van de regio, in combinatie met indrukwekkend
natuurschoon, is een van de belangrijkste pluspunten van de regio. Er zijn in
de hele wereld bekende steden (Venetië, Dubrovnik, Mostar, Athene) en natuurgebieden
(de Plitvice- en Skadar-meren). De regio is ook zeer biodivers: de flora is
bijzonder rijk geschakeerd, vooral in de ecoregio van de "Dinarische Boog"; − Toerisme: dit vormt
nu al een snel groeiende en belangrijke bijdrage aan het BBP, en zou kunnen
profiteren van meer en duurzame samenwerking, teneinde een ruimere markt te
bereiken en het seizoen te verlengen. De regio kan een voorbeeld van duurzame, verantwoordelijke
en gediversifieerde toerismeproducten en –diensten worden. Bestaande commerciële
mogelijkheden kunnen meer dynamisch benut worden, bv. door cruises die de lokale
economie ondersteunen of sportvisserij. Duurzaam toerismebeheer kan "red
tape" verwijderen, een betere ondernemingsklimaat voor kmo's creëren, gemeenschappelijke
normen, regels en statistieken vaststellen, en publiek-private partnerschappen bevorderen. 3.
Reactie: een actieplan In haar verslag[6] over de
toegevoegde waarde van macroregionale strategieën heeft de Commissie aanbevolen
dat nieuwe macroregionale strategieën gericht moeten zijn op een beperkt aantal
duidelijk omschreven doelstellingen, die aansluiten op specifieke behoeften aan
verbeterde samenwerking op hoog niveau. In die geest is een bottom-up-benadering
gevolgd en zijn er uitvoerige raadplegingen gehouden met betrokken partijen om
duidelijke en voor de regio specifieke doelstellingen vast te stellen. Daartoe zal een rollend[7] actieplan
worden uitgevoerd, parallel met de strategie, teneinde de maritieme dimensie uit
breiden tot het achterland. Het plan is gebaseerd op vier onderling
afhankelijke strategische
pijlers, en omvat een lijst van mogelijke indicatieve acties. De pijlers
zijn:
Blauwe Groei
Aansluiting van de regio (vervoers-
en energienetwerken)
Milieukwaliteit
Duurzaam toerisme
Ook
zijn er twee transversale aspecten geïdentificeerd: -
capaciteitsopbouw,
met inbegrip van communicatie, voor een efficiënte tenuitvoerlegging en voor de
bewustmaking en het verkrijgen van de steun van het publiek; -
onderzoek
en innovatie om hoogwaardige werkgelegenheid, groei en concurrentievermogen
te bevorderen. Samenwerking binnen transnationale netwerken kan helpen nieuwe ideeën
commercieel gestalte te geven en nieuwe producten en diensten te ontwikkelen. Bovendien zijn mitigatie van en aanpassing aan klimaatverandering,
en ook ramprisicobeheer, horizontale beginselen voor alle vier pijlers. In het raadplegingsproces is ook binnen iedere pijler
een beperkt aantal onderwerpen geïdentificeerd die dringend aandacht behoeven
en het meeste zouden profiteren van gezamenlijke actie. Deze onderwerpen zijn
ook relevant voor EU-beleidsmaatregelen, met name die met een territoriale
dimensie. De per pijler geselecteerde onderwerpen zijn hieronder aangegeven. 3.1.
Blauwe Groei De doelstelling van deze pijler, die gecoördineerd
wordt door Griekenland en Montenegro[8], is
innovatieve maritieme en mariene groei in de regio te stimuleren door duurzame
economische ontwikkeling en banen en commerciële mogelijkheden in de blauwe economie,
met inbegrip van visserij en aquacultuur. Daartoe dienen clusters van onderzoekscentra,
overheidsorganen en particuliere bedrijven bevorderd te worden. Gecoördineerd
visserijbeheer zal leiden tot betere gegevensverzameling, monitoring en controle.
Gezamenlijke planning en verbeterde administratieve en samenwerkingscapaciteit
zal leiden tot beter gebruik van bestaande middelen en verbeterde maritieme
governance op het niveau van het zeebekken. Blauwe technologieën Met het doel hooggeschoolde banen en commerciële mogelijkheden te creëren, door speciale aandacht voor onderzoek en innovatie, clusterontwikkeling en kennisoverdracht in verband met blauwe technologieën die specifiek zijn voor de regio, en gekoppeld aan regionale en nationale "slimme specialisatie"-strategieën (bv. groene scheepsbouw, zeezeilen, biotechnologie, onderwaterrobotica). Visserij en aquacultuur Met het doel de winstgevendheid en duurzaamheid van visserij en aquacultuur te verbeteren, door betere gegevensverzameling, toezicht en controle, de uitvoering van meerjarenplannen voor visserijbeheer op het niveau van het zeebekken, het harmoniseren van normen, het verbeteren van vaardigheden en het vermogen te voldoen aan EU-regels en -normen en het verhogen van de toegevoegde waarde van de lokale waardeketens van visserijproducten, met name door middel van speciale platforms voor onderzoek en innovatie, de gezamenlijke ontwikkeling van marktonderzoek en meer transparante marketing en verwerking. Maritieme en mariene governance en diensten Met het doel administratieve en institutionele capaciteiten, en maritieme diensten en governance te verbeteren, met inbegrip van gegevensuitwisseling, gezamenlijke planning en gecoördineerd beheer van bestaande hulpbronnen (bv. maritieme ruimtelijke ordening en geïntegreerd kustbeheer). Voorbeelden van mogelijke streefdoelen voor 2020 zijn: ·
een
verhoging van 20 % – vergeleken met de uitgangssituatie – van de
investering in onderzoek inzake blauwe technologieën; ·
meerjarige visserijbeheerplannen die op het niveau van de
zeebekkens goedgekeurd en uitgevoerd moeten worden; ·
100 % van het onder nationale jurisdictie vallende
zeewater moet bestreken worden door maritieme ruimtelijke ordening (Maritime
Spatial Planning) en 100 % van de
kustlijn moet bestreken worden door geïntegreerd kustbeheer (Integrated
Coastal Management), en de
uitvoeringsmechanismen moeten volledig gereed zijn. 3.2.
Het aansluiten van de regio De
doelstelling van deze pijler, die gecoördineerd wordt door Italië en Servië[9], is het
verbeteren van de connectiviteit inzake vervoer en energie binnen de regio en met
de rest van Europa. Onderling gekoppelde en duurzame vervoer- energienetwerken zijn
noodzakelijk voor de ontwikkeling van de regio. Samenwerking is nodig om bottlenecks
te beperken, en infrastructuurnetwerken en regelgevende kaders te ontwikkelen. Gecoördineerd
toezicht op maritiem verkeer en multimodaal transport zal het
concurrentievermogen verbeteren. Maritiem vervoer Veilig maritiem vervoer vereist geharmoniseerde surveillancesystemen en moderne intermodale havens, die als clusters functioneren. Samenwerking tussen landen en havens is vereist om het toenemende verkeer in de juiste banen te leiden en wereldwijd te kunnen concurreren, in het bijzonder met havens in het noorden van Europa. Intermodale verbindingen met het achterland Om de toename van het maritieme vervoer van goederen te kunnen verwerken, moeten de intermodale verbindingen met het achterland verbeterd worden. De ontwikkeling van knooppunten (nodes) en hubs die maritieme, rail-, weg-, lucht- en binnenlandse waterwegen combineren, dient gebaseerd te zijn op duurzame vervoersplannen die onder andere rekening houden met lokale en regionale plannen voor luchtkwaliteit. Gezamenlijke maatregelen, zowel fysieke als niet-fysieke, moeten de bottlenecks aan de grenzen beperken. Energienetwerken De drie doelstellingen van het energiebeleid van de EU – concurrentievermogen, zekerheid van de voorziening en duurzaamheid – zullen worden verwezenlijkt door een energiemarkt met goede interconnecties. Investeringen zijn nodig om elektriciteitsnetten aan elkaar te koppelen en gasnetwerken te voltooien. Er zullen regelgevende maatregelen worden genomen om belemmeringen voor grensoverschrijdende investeringen weg te nemen. || De streefcijfers voor 2020 zouden onder andere de volgende kunnen zijn: ·
Verdubbelen
van het huidige Adriatisch-Ionische marktaandeel in het containervervoer, en
het beperken van de milieugevolgen daarvan; ·
Wachttijden aan regionale grensovergangen met 50 % reduceren. 3.3.
Milieukwaliteit De doelstelling van deze pijler, die gecoördineerd wordt
door Slovenië en Bosnië-Herzegovina[10], is de milieukwaliteit aan te pakken
door samenwerking op regioniveau. De pijler zal bijdragen tot een goede milieustatus
voor mariene en kustecosystemen, de vervuiling van de zee terugdringen, de
bodemafdekking beperken, mitigeren en compenseren[11], luchtvervuiling
beperken[12] en het
teloorgaan van biodiversiteit en de achteruitgang van ecosystemen tot staan
brengen. Gezamenlijke actie om ecoregio's die meerdere landen bestrijken te
beschermen is goed voor het natuurlijke erfgoed van Europa en kan er ook voor
zorgen dat investeringen in infrastructuur het milieu en het landschap niet
schaden en de vervuiling niet verergeren. Het mariene milieu - Bedreigingen van de biodiversiteit in kust- en mariene zones: de druk op mariene en kustecosystemen wordt verlicht door meer kennis inzake biodiversiteit, en door gecoördineerde tenuitvoerlegging van Maritime Spatial Planning/Integrated Coastal Management, relevante milieuwetgeving[13] en het gemeenschappelijk visserijbeleid. Het verbeteren van de grensoverschrijdende openzeenetwerken van beschermde mariene zones (Marine Protected Areas, MPA's) en de uitwisseling van beste praktijken onder de beheersautoriteiten helpt eveneens de biodiversiteit te beschermen. - Zeevervuiling: gecoördineerde investeringen in waterzuiverings- en afvalverwerkingsinstallaties, gezamenlijke inspanningen betreffende zwerfvuil op zee gedurende de gehele levenscyclus daarvan, een gezamenlijke capaciteit om olielozingen en –lekkages, en andere vervuiling op grote schaal, te voorkomen en erop te reageren, beperking van lawaai onder water, en bewustmaking van landbouwers met betrekking tot de negatieve gevolgen van een excessief gebruik van nitraten, zullen de bedreigingen van de mariene flora en fauna aanzienlijk reduceren. Transnationale habitats aan land en biodiversiteit Gezamenlijk beheer van grensoverschrijdende ecoregio's zal aangemoedigd worden, evenals redelijke populaties van grote carnivoren en maatregelen inzake de naleving van voorschriften voor de jacht op trekvogels. Voorbeelden van mogelijke doelen zijn: ·
het opzetten, tegen het einde van 2015, van een gemeenschappelijke
platform van alle landen voor gegevensverzameling, onderzoek en analyse; ·
opwaardering
van de NATURA 2000- en Emerald-netwerken, en oprichting, tegen 2020, van een
samenhangend netwerk van Marine Protected Areas onder de Kaderrichtlijn Mariene
Strategie;
Marine Protected Areas die tegen 2020 10 % van de
oppervlakte van de Adriatische en de Ionische Zee bestrijken,
overeenkomstig internationale toezeggingen en verplichtingen.
3.4.
Duurzaam toerisme De doelstelling van deze door Kroatië en Albanië[14]
gecoördineerde pijler is het volledige potentieel van de regio te ontwikkelen, in
termen van innovatief, duurzaam en verantwoordelijk toerisme. Diversificatie
van toerismeproducten en -diensten, en initiatieven om het seizoen te verlengen,
zullen het bedrijfsleven stimuleren en nieuwe banen creëren. Het wereldwijd
promoten van een Adriatisch-Ionische "brand" van toerismeproducten en
–diensten zal de vraag stimuleren. Een gediversifieerd toerismeaanbod (producten en diensten) Het rijke erfgoed van de regio vormt een potentieel dat nog onvoldoende benut wordt. Er kan gebruik worden gemaakt van het klimaat en de markt om een sterke bedrijfsgerichte dynamiek te ontwikkelen, gebaseerd op beste praktijken. Alternatief toerisme, en een toerismeaanbod dat het hele jaar bestrijkt, kunnen worden bevorderd in het kader van actieplannen voor territoriale ontwikkeling. Het diversifiëren en het verbeteren van de kwaliteit van het toerismeaanbod zijn essentieel voor duurzame toerismeproducten en ‑diensten. Duurzaam en verantwoordelijk beheer van toerisme (innovatie en kwaliteit) Er zijn aanvullende maatregelen nodig voor duurzame en verantwoordelijke ontwikkeling door alle betrokken partijen, zoals gemeenschappelijke normen en regels, het beperken van de gevolgen van massatoerisme voor het milieu, het verbeteren van vaardigheden en het betrekken van alle stakeholders (publieke, particuliere en bezoekers) bij het bevorderen van het concept van duurzaam en verantwoordelijk toerisme. Mogelijke voorbeelden van streefdoelen voor 2020 zijn: ·
een toename van 50% van het aantal bezoekers buiten het
hoofdseizoen;
5 nieuwe
macroregionale toerismeroutes.
4.
Governance en tenuitvoerlegging Uit de
ervaringen met bestaande macroregionale strategieën blijkt dat goede en stabiele
governancemechanismen van cruciaal belang zijn voor effectieve tenuitvoerlegging.
Het verslag van de Commissie over governance van mei 2014[15]
identificeert drie belangrijke behoeften: sterker politiek leiderschap, effectieve
besluitvorming, en goede organisatie. Betere
governance betekent niet meer financiële middelen of meer bureaucratie; het
gaat erom hoe en door wie de strategie wordt uitgevoerd en gezamenlijke acties worden
gestart en gefinancierd. Governance dient zowel een politieke als een
operationele dimensie te omvatten, met verantwoordelijke ministeries en uitvoerende
organen die strategische doelstellingen vastleggen, en er vervolgens op toezien
dat de betreffende werkzaamheden ook uitgevoerd worden. Dit zal leiden tot
duidelijkere resultaten
en meer impact. Coördinatie Coördinatie
tussen deelnemende landen, en tussen de verschillende ministeries en besluitvormingsniveaus
in afzonderlijke landen, is noodzakelijk. Voor iedere pijler zullen twee coördinators
van relevante ministeries van twee verschillende landen nauw samenwerken met
hun tegenhangers in de andere betrokken landen om het actieplan te ontwikkelen
en uit te voeren. De Commissie zal
optreden als onafhankelijke facilitator en een EU-perspectief bieden, ondersteund
door een werkgroep op hoog niveau voor macroregionale strategieën, met vertegenwoordigers
van de EU-28 en van de deelnemende derde landen. Tenuitvoerlegging Essentiële
voorwaarden voor een goede tenuitvoerlegging zijn onder andere: -
dat
landen erkennen dat de strategie veel verschillende beleidssectoren bestrijkt,
en van belang is voor alle bestuursniveaus; -
volledige
en effectieve betrokkenheid van de niet-EU-landen op alle niveaus; -
politieke
steun op hoog niveau, met ministers die de algemene richting van de strategie
bepalen, de verantwoordelijkheid op zich nemen, beleid en financiële middelen
op elkaar afstemmen, en zorgen voor de nodige middelen en bevoegdheden voor de
besluitvormings- en technische niveaus; -
dat
de Commissie, als hoedster van de EU-dimensie, zorgt voor een strategische
aanpak op EU-niveau; -
dat
de landen de vorderingen volgen en evalueren, en steun en advies bieden bij de tenuitvoerlegging; -
dat
goed gebruik wordt gemaakt van het werk van bestaande regionale organisaties; -
dat
de coördinators van de pijlers betrouwbare steun ontvangen, met name met
gebruikmaking van de institutionele en capaciteitsopbouwende bijstand van het Adriatisch-Ionische
transnationale samenwerkingsprogramma 2014-2020; -
betrokkenheid
van belangrijke stakeholders van de doelgroepen: nationale, regionale en lokale
overheden, parlementsleden (regionale, nationale en Europese), economische en
sociale actoren, maatschappelijke organisaties, de academische wereld, en ngo's. Om een solide
basis voor de strategie te creëren, dienen vroegtijdig beslissingen genomen te
worden met betrekking tot deze punten. Financiering De strategie wordt onder andere uitgevoerd door bestaande
EU- en nationale financiering die verband houdt met de vier pijlers en de
thema's te mobiliseren en op één lijn te brengen. Door de strategie
goed te keuren, verplichten de regeringen van de deelnemende landen zich om
gebruik te maken van deze financiering om het actieplan uit te voeren. Met name
het Europese
Structuur- en Investeringsfonds en het Instrument voor pretoetredingssteun voor
2014-2020 bieden aanzienlijke middelen en een verscheidenheid van instrumenten
en technische opties. Er zijn ook andere voor de pijlers relevante fondsen
en instrumenten beschikbaar, met name Horizon 2020 voor alle pijlers, de
Connecting Europe Facility voor pijler 2, het programma LIFE voor pijler
3, alsook
voor mitigatie van en aanpassing aan klimaatverandering, en voor pijler 4 het COSME-programma
voor kmo's.
Er zijn ook nog andere middelen beschikbaar, met name van het Investeringskader
oor de Westelijke Balkan, de Europese Investeringsbank en andere internationale
financiële instellingen. Deze fondsen en instrumenten zouden een aanzienlijke
hefboomwerken kunnen ontwikkelen en financiering van particuliere investeerders
kunnen aantrekken. De strategie zal ook voortbouwen op het werk in het
kader van de twee andere macroregionale strategieën inzake innovatieve financiering. Verslaglegging
en evaluatie De evaluatie zal
gebaseerd zijn op de werkzaamheden van de coördinators van de pijlers, die
verslag zullen uitbrengen over de geboekte vorderingen. Om hiaten te
vullen in de gegevens die nodig zijn om de uitgangssituatie te bepalen, met
name in niet-EU-landen, zal de verzameling van gegevens worden bevorderd, als
een transversale capaciteit, via het Adriatisch-Ionische transnationale samenwerkingsprogramma.
De voornaamste succesindicator is de tenuitvoerlegging van het actieplan, maar
als eerste stap moeten ook meer verfijnde indicatoren ontwikkeld worden. De deelnemende
landen zullen jaarlijks een forum organiseren, om te overleggen over heroriëntering
van acties en nieuwe benaderingen te ontwikkelen. 5.
Koppelingen aan andere EU-beleidsmaatregelen Deze strategie
is gericht op het versterken van voor de regio relevant EU-beleid[16]. Zij
ondersteunt ook betere naleving van de wettelijke verplichtingen uit hoofde van
de EU-wetgeving, door aandacht te besteden aan hiaten en praktische problemen
die tot vertragingen kunnen leiden, met name in verband met de interne markt en
het milieu[17]. De nadruk wordt gelegd op een
geïntegreerde benadering, die verschillende beleidsterreinen koppelt met het
oog op een territoriaal coherente tenuitvoerlegging van EU-beleid. Hierbij
worden de links tussen EU-beleidsmaatregelen en –programma's benadrukt, met
inbegrip van de EU-strategieën
inzake biodiversiteit[18] en aanpassing
aan klimaatverandering[19], en de
O&O-kaderprogramma's
van de EU.
6.
Verder reikende banden De coördinatie met de parallelle EU-strategie voor de
Donauregio, en met de toekomstige EU-strategie voor de Alpenregio, dient
gewaarborgd te worden. Het INTERACT-programma kan
hierbij een centrale
rol spelen. Er
moet gestreefd worden naar synergieën met andere intergouvernementele lichamen
die geografisch hetzelfde terrein bestrijken als de strategie, zoals het Adriatisch-Ionische
Initiatief (AII), of ook een ander/breder werkterrein hebben, zoals de Regional
Cooperation Council (RCC) of het Central European Initiative (CEI). Coördinatie met programma's en initiatieven die het
hele Middellandsezeegebied bestrijken[20] en
consistentie met bestaande wettelijke kaders[21] zijn
evenzeer belangrijk. 7.
Conclusie Na
jaren van moeilijke politieke en economische omstandigheden ziet de toekomst
van de Adriatisch-Ionische regio er nu hoopgevender uit. Door een algemeen
kader te bieden voor beleidscoördinatie en territoriale samenwerking zal de strategie
de de kwaliteit van leven, werken en ontspannen in de regio verbeteren. De
regio kan een voorbeeldfunctie vervullen wat groei, nieuwe banen en nieuwe ideeën
betreft, en kan een toegangspoort naar andere delen van de wereld worden. Door
gezamenlijke inspanning kan de regio goed voorbereid worden op de uitdagingen en
mogelijkheden van de 21ste eeuw. De
Commissie verzoekt de Raad derhalve zijn goedkeuring te hechten aan deze mededeling.
Het Europees Parlement, het Comité van de Regio's en het Europees Economisch en
Sociaal Comité worden eveneens uitgenodigd om het document te bestuderen. Bijlage Kaart van de EU-strategie voor de Adriatische en Ionische regio [1] Het intergouvernementele Adriatisch-Ionische Initiatief
is gestart in 2000 met het doel de regionale samenwerking te versterken en de politieke
en economische stabiliteit te bevorderen, en aldus een solide basis voor het
Europese integratieproces te creëren. [2] COM(2012)
713. [3] COM(2011) 381;
SEC(2011) 1071; COM(2012) 128, COM(2013) 181; COM(2013) 468;
SWD(2013) 233. [4] Het noordelijk deel van de Adriatische zee is gemiddeld
ongeveer 50 meter diep. Complete uitwisseling van het water in de Adriatische
Zee met de rest van de Middellandse Zee neemt 3 à 4 jaar in beslag. [5] In
termen van SO2, NO2 en stofdeeltjes. [6] COM(2013) 468 van 27.6.2013. [7] Het actieplan zal regelmatig herzien en bijgewerkt
worden naarmate nieuwe behoeften geconstateerd worden. [8] De ontwikkeling van het actieplan werd voor de
afzonderlijke pijlers gecoördineerd door twee landen, een EU-lidstaat en een
niet-lidstaat, die voor die pijler gekozen hadden. [9] Zie noot 8. [10] Zie noot 8. [11] SWD(2012) 101 – Richtsnoeren op het gebied van goede
praktijken voor het beperken, verzachten en compenseren van bodemafdekking. [12] In
termen van SO2, NO2, stofdeeltjes en ozon. [13] Met
name de kaderrichtlijn voor een mariene strategie en de habitat- en de
vogelrichtlijn van de EU. [14] Zie noot 8. [15] Verslag van de Commissie betreffende het bestuur van
macroregionale strategieën, COM(2014) 284 van 20 mei 2014. [16] Zoals de richtlijn betreffende maritieme ruimtelijke
ordening, het gemeenschappelijk visserijbeleid, het EU-beleid voor het beheer
van risico's bij rampen, de transeuropese netwerken (vervoer en energie), de
toekomstige vervoersgemeenschappen, enz. [17] Met name de richtlijnen inzake vogels en habitats, de
kaderrichtlijnen water en mariene strategie, de richtlijnen inzake nitraten, luchtkwaliteit
en nationale emissieplafonds, en de kaderrichtlijn afval. [18] COM(2011)
244. [19] COM(2013)
216. [20] Met name de Unie voor het Middellandsezeegebied en de
Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee. [21] Met name het Verdrag van Barcelona inzake de bescherming
van het mariene milieu en de kustgebieden van de Middellandse Zee.