EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52013PC0177

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het door de Europese Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité EU-Zwitserland met betrekking tot de vaststelling van de gevallen waarin geen gegevens hoeven te worden medegedeeld als bepaald in de eerste alinea van artikel 3, lid 3, van bijlage I bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer en inzake douaneveiligheidsmaatregelen

/* COM/2013/0177 final - 2013/0093 (NLE) */

52013PC0177

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het door de Europese Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité EU-Zwitserland met betrekking tot de vaststelling van de gevallen waarin geen gegevens hoeven te worden medegedeeld als bepaald in de eerste alinea van artikel 3, lid 3, van bijlage I bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer en inzake douaneveiligheidsmaatregelen /* COM/2013/0177 final - 2013/0093 (NLE) */


TOELICHTING

1.           ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

De overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer en inzake douaneveiligheidsmaatregelen[1] streeft ernaar de vereenvoudigde controles en formaliteiten bij de grensoverschrijding van goederen en het vlotte verloop van het handelsverkeer tussen de overeenkomstsluitende partijen te handhaven terwijl tegelijkertijd ook een hoog veiligheidsniveau in de toeleveringsketen wordt gegarandeerd.

Bij de uitvoer naar derde landen wordt deze veiligheid onder meer gewaarborgd door de verplichting bij het douanekantoor van uitvoer voorafgaand een summiere aangifte bij uitgang met veiligheidsgegevens over te leggen. Wanneer voor een derde land bestemde goederen het douanegebied van Zwitserland verlaten via het douanegebied van de Unie, moeten de in die aangifte vermelde veiligheidsgegevens aan het in de Unie gelegen kantoor van uitgang worden doorgegeven. Diezelfde procedure geldt omgekeerd voor de goederen die de Unie via een in Zwitserland gelegen kantoor van uitgang verlaten.

Het Gemengd Comité, ingesteld op grond van artikel 19, lid 1, van eerdergenoemde overeenkomst, is verantwoordelijk voor het beheer en de correcte toepassing van deze overeenkomst. Dit comité kan de gevallen bepalen waarin deze gegevens niet hoeven te worden medegedeeld. Deze ontheffing is onderworpen aan de voorwaarde dat het door de overeenkomst gewaarborgde veiligheidsniveau niet in het gedrang wordt gebracht. In het onderhavige ontwerpbesluit van het Gemengd Comité EU‑Zwitserland wordt voor bepaalde indirecte uitvoer door de lucht een ontheffing voor het doorgeven van veiligheidsgegevens voorgesteld. Aan de voorwaarde voor het handhaven van het veiligheidsniveau wordt geacht te zijn voldaan indien alle vracht, alvorens in een luchtvaartuig te worden geladen, door de luchtvervoerders is onderworpen aan de veiligheidscontroles bedoeld bij bijlage 17 bij het Verdrag van Chicago inzake de internationale burgerluchtvaart.

2.           RESULTATEN VAN DE RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELING

Raadpleging van belanghebbende partijen

De Zwitserse douaneautoriteiten hebben ingestemd met het ontwerpbesluit van het Gemengd Comité.

Effectbeoordeling

Er is geen behoefte aan een effectbeoordeling omdat het besluit uitvoering geeft aan een bepaling van de overeenkomst en de inhoud ervan niet wijzigt.

3.           JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

Dit voorstel voor een besluit van de Raad vormt het juridische instrument om het door de Europese Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité EU-Zwitserland vast te stellen met betrekking tot de uitvoering van bepaalde bepalingen uit de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer en inzake douaneveiligheidsmaatregelen.

Overeenkomstig het bepaalde in de eerste alinea van artikel 5 van Besluit 2009/556/EG van de Raad van 25 juni 2009 betreffende de voorlopige toepassing en de sluiting van voornoemde overeenkomst[2] wordt het gemeenschappelijk standpunt van de Europese Unie met gekwalificeerde meerderheid vastgesteld door de Raad, op voorstel van de Commissie.

4.           GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Dit besluit heeft geen financiële gevolgen voor de begroting van de Europese Unie.

5.           AANVULLENDE INFORMATIE

Geen.

2013/0093 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het door de Europese Unie in te nemen standpunt in het Gemengd Comité EU-Zwitserland met betrekking tot de vaststelling van de gevallen waarin geen gegevens hoeven te worden medegedeeld als bepaald in de eerste alinea van artikel 3, lid 3, van bijlage I bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer en inzake douaneveiligheidsmaatregelen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien de Overeenkomst van 25 juni 2009 tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer en inzake douaneveiligheidsmaatregelen[3] (hierna "de overeenkomst" genoemd),

Gezien Besluit 2009/556/EG van de Raad van 25 juni 2009 betreffende de voorlopige toepassing en de sluiting van voornoemde overeenkomst[4], en met name artikel 5, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)       Op grond van artikel 21 van de overeenkomst behoort het beheer van de overeenkomst tot de bevoegdheden van het bij deze overeenkomst ingestelde Gemengd Comité (hierna "het Gemengd Comité EU-Zwitserland" genoemd).

(2)       Artikel 3, lid 3, tweede alinea, van bijlage I voorziet erin dat het Gemengd Comité de gevallen kan bepalen waarin de in de eerste alinea bedoelde gegevens niet hoeven te worden medegedeeld, mits het door de overeenkomst gewaarborgde veiligheidsniveau niet in het gedrang wordt gebracht.

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het standpunt dat de Europese Unie zal innemen in het Gemengd Comité EU-Zwitserland met betrekking tot de vaststelling van de gevallen waarin geen gegevens hoeven te worden medegedeeld als bepaald in de eerste alinea van artikel 3, lid 3, van bijlage I bij de overeenkomst, is vastgesteld in bijgaand ontwerpbesluit van het Gemengd Comité.

Artikel 2

Na vaststelling wordt het besluit van het Gemengd Comité bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel,

                                                                       Voor de Raad

                                                                       De voorzitter

BIJLAGE

ONTWERP

BESLUIT nr .../2013 VAN HET GEMENGD COMITÉ EU-ZWITSERLAND

van …

tot vaststelling van de gevallen waarin geen gegevens hoeven te worden medegedeeld als bepaald in de eerste alinea van artikel 3, lid 3, van bijlage I bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 25 juni 2009 inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer en inzake douaneveiligheidsmaatregelen

HET GEMENGD COMITÉ,

Gezien de Overeenkomst van 25 juni 2009 tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer en inzake douaneveiligheidsmaatregelen (hierna “de overeenkomst” genoemd), en met name artikel 21, lid 3, en bijlage I, artikel 3, lid 3, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De overeenkomst streeft ernaar de vereenvoudigde controles en formaliteiten bij de grensoverschrijding van goederen en het vlotte verloop van het handelsverkeer tussen de overeenkomstsluitende partijen te handhaven terwijl tegelijkertijd ook een hoog veiligheidsniveau in de toeleveringsketen wordt gegarandeerd.

(2) De overeenkomstsluitende partijen hebben zich ertoe verbonden op hun respectieve grondgebied een gelijkwaardig veiligheidsniveau te handhaven door middel van maatregelen die gebaseerd zijn op de in de Europese Unie geldende wetgeving.

(3) Wanneer voor een derde land bestemde goederen het douanegebied van een overeenkomstsluitende partij verlaten via het douanegebied van de andere overeenkomstsluitende partij, worden de veiligheidsgegevens in de summiere aangifte bij uitgang die is ingediend bij de bevoegde autoriteit van eerstgenoemde overeenkomstsluitende partij, door deze autoriteit doorgegeven aan de bevoegde autoriteit van laatstgenoemde overeenkomstsluitende partij.

(4) Het Gemengd Comité kan de gevallen bepalen waarin deze gegevens niet hoeven te worden medegedeeld, mits het door deze overeenkomst gewaarborgde veiligheidsniveau niet in het gedrang wordt gebracht.

(5) De lidstaten van de Europese Unie en de Zwitserse Bondsstaat zijn overeenkomstsluitende partijen bij het Verdrag van Chicago inzake de internationale burgerluchtvaart. Op grond van bijlage 17 bij dit Verdrag wordt alle vracht, alvorens in een luchtvaartuig te worden geladen, door de luchtvervoerders aan veiligheidscontroles onderworpen teneinde de internationale luchtvaart tegen wederrechtelijke daden te beschermen.

(6) De Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat zijn gebonden door de op 21 juni 1999 gesloten overeenkomst inzake luchtvervoer die met name de veiligheid en de beveiliging van de luchtvaart regelt,

BESLUIT:

Artikel 1

Bij de uitvoer van goederen als bedoeld in de eerste alinea van artikel 3, lid 3, van bijlage I bij de overeenkomst hoeven de gegevens niet te worden medegedeeld op voorwaarde dat:

(a) de goederen worden aanvaard door een luchtvaartmaatschappij die deze buiten het douanegebied van de overeenkomstsluitende partijen vervoert;

(b) de uitgang van de goederen bij het douanekantoor van de tweede overeenkomstsluitende partij via de lucht gebeurt;

(c) een summiere aangifte bij uitgang of een douaneuitgifte ten uitvoer, die voldoet aan de eisen voor die summiere aangifte, is overgelegd aan het bevoegde douanekantoor voor de plaats waar de goederen worden uitgevoerd;

(d) wanneer de goederen aankomen bij het douanekantoor op de plaats van uitgang uit het douanegebied van de tweede overeenkomstsluitende partij, verstrekt de vervoerder aan het kantoor in kwestie desgevraagd een kopie van de summiere aangifte bij uitgang voor de betrokken goederen

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de vaststelling ervan.

Gedaan te Brussel,

DOOR HET GEMENGD COMITÉ

DE VOORZITTER

[1]               PB L 199 van 31.7.2009, blz. 24.

[2]               PB L 199 van 31.7.2009, blz. 22.

[3]               PB L 199 van 31.7.2009, blz. 24.

[4]               PB L 199 van 31.7.2009, blz. 22.

Top