This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52012JC0030
Joint Proposal for a COUNCIL REGULATION amending Regulation (EU) No 267/2012 concerning restrictive measures against Iran
Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran
Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran
/* JOIN/2012/030 final - 2012/0313 (NLE) */
Relation | Act | Comment | Subdivision concerned | From | To |
---|---|---|---|---|---|
Adopted by | 32012R1067 |
Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran /* JOIN/2012/030 final - 2012/0313 (NLE) */
TOELICHTING (1)
Op 23 maart 2012 hechtte de Raad zijn
goedkeuring aan Verordening (EU) nr. 267/2012, waarbij
Verordening (EU) nr. 961/2010 werd ingetrokken en vervangen. (2)
In Besluit 2012/635/GBVB van
15 oktober 2012 zijn extra maatregelen tegen Iran vastgesteld, onder
meer de toevoeging van een aantal personen en entiteiten aan de lijst van aan
beperkende maatregelen onderworpen personen en entiteiten, die in
bijlage IX bij Verordening (EU) nr. 961/2010 is opgenomen. Dit
besluit voorziet ook in een afwijking van de beperkende maatregelen om de
continuïteit van de energievoorziening van de Unie te beschermen. (3)
Om aan die afwijking uitvoering te geven, moet
Verordening (EU) nr. 267/2012 worden gewijzigd. (4)
De hoge vertegenwoordiger van de EU voor
buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Europese Commissie stellen
dienovereenkomstig een wijziging voor. 2012/0313 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr.
267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, en met name artikel 215, Gezien Besluit 2010/413/GBVB van de Raad
van 26 juli 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran en tot
intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2007/140/GBVB[1], Gezien het gezamenlijke voorstel van de hoge
vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en
de Europese Commissie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Verordening (EU)
nr. 267/2012 van de Raad[2]
van 23 maart 2012 geeft uitvoering aan de maatregelen van
Besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran. Die
verordening voorziet onder andere in de bevriezing van alle tegoeden en
economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn van, in het bezit zijn
of onder zeggenschap staan van de personen, entiteiten en lichamen die in de
bijlagen VIII en IX bij de verordening zijn vermeld. (2) Besluit 2012/635/GBVB
van 15 oktober 2012 voorziet in een afwijking van de beperkende maatregelen
om de continuïteit van de energievoorziening van de Unie te beschermen. (3) Deze maatregel valt onder het
toepassingsgebied van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
en derhalve is regelgeving op het niveau van de Unie noodzakelijk voor de
tenuitvoerlegging ervan, met name om te garanderen dat hij in alle lidstaten
uniform door de marktdeelnemers wordt toegepast. (4) Verordening (EU)
nr. 267/2012 dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING
VASTGESTELD: Artikel 1 Verordening (EU) nr. 267/2012 wordt
als volgt gewijzigd: (1)
In artikel 23 komt lid 4 als volgt te
luiden: „4. Onverminderd de afwijkingen die zijn
toegestaan bij de artikelen 24, 25, 26, 27, 28, 28 bis of 29, is
het verboden gespecialiseerde diensten inzake financieel berichtenverkeer
waarvan gebruik wordt gemaakt met het oog op de uitwisseling van financiële
gegevens, te verstrekken aan de natuurlijke personen, rechtspersonen,
entiteiten of lichamen die zijn genoemd in de bijlagen VIII en IX.”. (2)
Het volgende artikel 28 bis wordt
toegevoegd: „Artikel 28 bis De verbodsbepalingen van artikel 23,
leden 2 en 3, zijn niet van toepassing op: (a) handelingen en transacties die worden verricht
ten aanzien van in bijlage II vermelde entiteiten die rechten bezitten die
voortvloeien uit een vóór 27 oktober 2010 door een andere soevereine
regering dan die van Iran gegunde productieverdelingsovereenkomst, voor zover
dergelijke handelingen en transacties betrekking hebben op de deelneming van
die entiteiten in die overeenkomst; (b) handelingen en transacties die worden verricht
ten aanzien van in bijlage II vermelde entiteiten, voor zover nodig voor de
uitvoering, tot 31 december 2014, van de verplichtingen die
voortvloeien uit de in artikel 12, onder b), bedoelde contracten,
mits voor deze handelingen en transacties vooraf per geval toestemming is
verleend door de betrokken bevoegde autoriteit en de bevoegde autoriteit de
andere bevoegde autoriteit en de Commissie in kennis heeft gesteld van haar
voornemen om toestemming te verlenen.”. Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de dag
na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Deze verordening is verbindend in al
haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, Voor
de Raad De
voorzitter [1] PB L 195 van 27.7.2010, blz. 39. [2] PB L 88 van 24.3.2012, blz. 1.