Beschikking van het Hof (Achtste kamer) van 4 maart 2010 – Kaul/BHIM

(Zaak C‑193/09 P)

„Hogere voorziening – Aanvraag tot inschrijving van woord ARCOL als gemeenschapswoordmerk – Oppositie door houder van gemeenschapswoordmerk CAPOL – Uitvoering door BHIM van arrest houdende vernietiging van beslissing van een van zijn kamers van beroep – Recht om te worden gehoord – Verwarringsgevaar – Minimaal vereiste mate van overeenstemming van merken – Afwijzing wegens kennelijke niet-relevantie van voor kamer van beroep aangedragen nieuwe elementen – Artikelen 8, lid 1, sub b, 61, lid 2, 63, lid 6, 73, tweede volzin, en 74, lid 2, van verordening nr. 40/94”

1.                     Gemeenschapsmerk – Procedurevoorschriften – Oppositieprocedure – Feiten en bewijzen die niet binnen daartoe gestelde termijn ter ondersteuning van oppositie zijn aangedragen (Verordening nr. 40/94 van de Raad, art. 74, lid 2) (cf. punt 39)

2.                     Hogere voorziening – Middelen – Loutere herhaling van voor Gerecht aangevoerde middelen en argumenten – Ontbreken van aanwijzing van gestelde onjuiste rechtsopvatting – Niet-ontvankelijkheid (Art. 225 EG; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie, art. 112, lid 1, sub c) (cf. punt 47)

3.                     Gemeenschapsmerk – Beroepsprocedure – Beroep bij gemeenschapsrechter – Uitvoering van arrest houdende vernietiging van beslissing van kamer van beroep – Nieuw onderzoek van beroep – Eerbiediging van rechten van verdediging (Verordening nr. 40/94 van de Raad, art. 61, lid 2, 63, lid 6, en 73) (cf. punten 60‑62, 66‑67)

4.                     Gemeenschapsmerk – Beslissingen van Bureau – Wettigheid – Eerdere beslissingspraktijk van Bureau – Verklaring van vertegenwoordiger van Bureau voor gemeenschapsrechter (Verordening nr. 40/94 van de Raad, art. 131, lid 4) (cf. punt 72)

5.                     Hogere voorziening – Middelen – Onjuiste beoordeling van feiten – Niet-ontvankelijkheid – Toetsing door Hof van beoordeling van voor Gerecht aangedragen feiten – Uitgesloten, behoudens geval van onjuiste opvatting (Art. 225, lid 1, EG; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea) (cf. punt 75)

Voorwerp

Hogere voorziening tegen het arrest van het Gerecht van eerste aanleg (Vijfde kamer) van 25 maart 2009, Kaul / BHIM (T‑402/07), waarbij het Gerecht heeft verworpen een beroep ingesteld door de houder van het gemeenschapswoordmerk „CAPOL” voor waren van klasse 1 en strekkende tot vernietiging van beslissing R 782/2000‑2 van de tweede kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (BHIM) van 1 augustus 2007 waarbij voor de tweede keer is verworpen het beroep tegen de beslissing van de oppositieafdeling met betrekking tot de aanvraag tot inschrijving van het woord „ARCOL” als gemeenschapswoordmerk voor waren van de klassen 1, 17 en 20, na de vernietiging van de aanvankelijke beslissing houdende afwijzing van de oppositie door de derde kamer van beroep bij arrest C‑29/05 P, BHIM/Kaul

Dictum

1)         De hogere voorziening wordt afgewezen.

2)         Kaul GmbH wordt verwezen in de kosten.