INT/982
Overdracht van ondernemingen
ADVIES
Afdeling Interne Markt, Productie en Consumptie
Overdracht van ondernemingen als stimulans voor duurzaam herstel en groei in het midden- en kleinbedrijf
(initiatiefadvies)
Rapporteur: Mira-Maria KONTKANEN
Besluit van de voltallige vergadering
|
23/02/2022
|
Rechtsgrond
|
Art. 52, lid 2, van het reglement van orde
Initiatiefadvies
|
|
|
Bevoegde afdeling
|
Interne Markt, Productie en Consumptie
|
Goedkeuring door de afdeling
|
08/09/2022
|
Stemuitslag
(voor/tegen/onthoudingen)
|
47/0/0
|
Goedkeuring door de voltallige vergadering
|
DD/MM/YYYY
|
Zitting nr.
|
…
|
Stemuitslag
(voor/tegen/onthoudingen)
|
…/…/…
|
1.Conclusies en aanbevelingen
1.1De overdracht van ondernemingen is een belangrijk strategisch proces waarbij de continuïteit van ondernemingen wordt gewaarborgd en de werkgelegenheid wordt veiliggesteld. Daarom stelt het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) voor dat in het herstel- en groeibeleid van de Europese Unie en de lidstaten een belangrijke rol wordt toegekend aan de bevordering van de overdracht van ondernemingen.
1.2Dankzij de overdracht van ondernemingen kan het sociale weefsel van de plattelandsgebieden waar micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (mkmo’s) sterk vertegenwoordigd zijn, in stand worden gehouden. De ontwikkeling van goed functionerende ecosystemen voor de overdracht van ondernemingen en van ondersteunende diensten is essentieel voor de instandhouding van de bestaansmiddelen en de economie van plattelands- en mono-industriële gebieden. Het EESC is van mening dat dit erkend zou moeten worden in het kader van de tenuitvoerlegging van de langetermijnvisie van de EU voor plattelandsgebieden en in het actieplan voor het platteland.
1.3Geslaagde overdrachten van ondernemingen dragen ertoe bij dat bestaande banen behouden blijven, nieuwe banen worden geschapen en de werknemers toekomstperspectieven worden geboden in termen van continuïteit van het werk en professionele ontwikkeling. Het EESC moedigt de lidstaten aan om goede praktijken uit te wisselen over de wijze waarop de overdracht van een bedrijf aan de werknemers kan worden vergemakkelijkt, bijvoorbeeld in de vorm van een coöperatie.
1.4Hoe eerder ondernemers zich op de overdracht voorbereiden, hoe geslaagder de overdracht doorgaans is. De lidstaten moeten hun bewustmakingsactiviteiten inzake de overdracht van ondernemingen opvoeren en bedrijfs- en andere ondersteunende organisaties uitrusten om de overdracht van mkmo’s te bevorderen en te begeleiden. Het EESC roept de lidstaten ook op mechanismen voor vroegtijdige waarschuwing voor mkmo’s in te voeren en verder te ontwikkelen om de veerkracht, de levensvatbaarheid en uiteindelijk de overdraagbaarheid van de onderneming te ondersteunen.
1.5Overname van een bestaand bedrijf moet actief worden gepromoot als een mogelijkheid die voor startende ondernemers even aantrekkelijk is als het zelf opzetten van een bedrijf. Kennis over het kopen van een bedrijf en opvolging moet deel uitmaken van het onderwijs in ondernemerschap, zowel in het middelbaar als in het hoger onderwijs. Het EESC zou dan ook graag zien dat er stimulansen worden ontwikkeld voor de overdracht van kleine bedrijven aan jonge ondernemers. Dergelijke stimulansen zouden kunnen bestaan uit bewustmaking, adviesdiensten, begeleiding en toegang tot financiering. Ook zou het inzicht van jonge ondernemers in de sociale dialoog verder kunnen worden versterkt om bedrijfsoverdrachten voor alle betrokkenen te doen slagen. Evenzo zouden verdere stimulansen voor de overdracht van ondernemingen aan vrouwelijke ondernemers moeten worden ontwikkeld, om het aantal vrouwelijke ondernemers, dat momenteel te laag is, te vergroten.
1.6Financiering blijft een obstakel voor het slagen van de overdracht van ondernemingen; voor de meeste bedrijfsoverdrachten is externe financiering nodig. Het EESC dringt er bij elke lidstaat met klem op aan ervoor te zorgen dat er financiële instellingen beschikbaar zijn om de overdracht van mkmo’s te ondersteunen, bijvoorbeeld door hulp te bieden bij het stellen van zekerheden voor bankleningen.
1.7Het EESC beveelt de lidstaten aan om nationale belanghebbendenfora inzake de overdracht van ondernemingen op te richten waarin zowel publieke als particuliere belanghebbenden zijn vertegenwoordigd. Fora inzake de overdracht van ondernemingen bieden een systematische en langetermijnaanpak om bedrijfsoverdracht te bevorderen. Daarnaast bieden zij ruimte voor een voortdurende dialoog tussen nationale deskundigen en maken zij een efficiënter gebruik van middelen mogelijk.
1.8Het EESC is van mening dat in alle EU-lidstaten onlineplatforms voor bedrijfsoverdracht moeten worden opgezet en dat deze ook toegankelijk moeten zijn voor micro- en kleine ondernemingen. Er moet worden gewerkt aan de onderlinge verbanden en synergieën tussen de verschillende onlineplatforms in de lidstaten en de Europese Commissie zou kunnen faciliteren dat verschillende onlinemarktplaatsen in de EU met elkaar verbonden worden.
1.9Gegevens over bedrijfsoverdracht zijn vaak versnipperd, ontoereikend, verouderd en niet vergelijkbaar tussen de EU-lidstaten. Het EESC beveelt de Commissie en de lidstaten dan ook aan om de databank inzake de overdracht van ondernemingen verder te verbeteren.
1.10Er moet een regelmatig overzicht van de situatie op het gebied van bedrijfsoverdracht in Europa worden opgesteld, bijvoorbeeld in de vorm van een EU-brede barometer voor de overdracht van ondernemingen, die ook als input kan dienen voor empirisch onderbouwde beleidsvorming. De jaarlijkse assemblee van kleine en middelgrote ondernemingen in de EU (SME Assembly) moet worden gebruikt als een regelmatig forum voor discussie over en uitwisseling van ervaringen met de overdracht van mkmo’s. Ten slotte moeten verschillende bewustmakingsinitiatieven worden overwogen, zoals de organisatie van een nationale en/of Europese week van de overdracht van ondernemingen.
2.Inleiding
2.1Een toename van het aantal geslaagde overdrachten van ondernemingen zou direct ten goede komen aan de werkgelegenheid, de bedrijfscontinuïteit en de Europese economie als geheel. Zoals wordt aangegeven in de voorstellen van de Conferentie over de toekomst van Europa draagt de overdracht van ondernemingen bij aan veerkrachtigere en hechtere samenlevingen.
2.2De overdracht van ondernemingen vormt een steeds belangrijker en natuurlijker onderdeel van de strategische ontwikkeling, vernieuwing en groei van mkmo’s. Nu de Europese bevolking vergrijst en het aantal ondernemers dat van plan is zich uit het bedrijfsleven terug te trekken, toeneemt, is het voor de Europese mkmo-sector nog crucialer dat ondernemingen op succesvolle wijze worden overgedragen.
2.3Elk jaar worden in heel Europa ongeveer 450 000 bedrijven met 2 miljoen werknemers overgedragen. Geschat wordt dat elk jaar ongeveer 150 000 ondernemingen het risico lopen niet met succes te worden overgedragen, waardoor ongeveer 600 000 banen op de tocht komen te staan. Het gevaar voor een mislukte overdracht is het grootst bij de kleinste ondernemingen.
2.4Bedrijfsoverdracht kan een complex proces zijn als gevolg van financiële, management-, regelgevings-, administratieve of marktuitdagingen, zoals het met elkaar in contact brengen van verkopers en kopers. Tegelijkertijd vinden de meeste bedrijfsoverdrachten plaats binnen micro-ondernemingen met beperkte middelen. Een overdracht is vaak moeilijker voor kleine ondernemingen waar de eigenaar een dominante rol speelt.
2.5Een goed functionerend ecosysteem voor de overdracht van ondernemingen is van essentieel belang voor het slagen van een overdracht en helpt om dynamische markten voor de overdracht van ondernemingen tot stand te brengen. Ecosystemen voor de overdracht van ondernemingen bestaan uit diverse publieke en particuliere belanghebbenden: kopers, verkopers, voorgangers, opvolgers, bedrijfsadviseurs zoals bedrijfsmakelaars, accountants, advocaten en consultants, bemiddelaars, financiële instellingen, bedrijfsondersteunende organisaties, beleidsmakers en academici. Bewustmakingsactiviteiten waarmee beoogd wordt de paraatheid voor de overdracht van ondernemingen te vergroten, zijn een belangrijk onderdeel van het ecosysteem. Ook nu nog verschilt de situatie op het gebied van de overdracht van ondernemingen aanzienlijk van lidstaat tot lidstaat en van regio tot regio binnen een lidstaat, zodat er nog ruimte is voor wederzijds leren en verbetering van de ecosystemen voor de overdracht van ondernemingen in heel Europa. De uiteindelijke verantwoordelijkheid voor de overdracht ligt echter altijd bij de ondernemer.
2.6Een geslaagde overdracht van eigendom kan resulteren in een veerkrachtigere, innovatievere en concurrerendere onderneming. Wanneer ondernemingen met nieuwe eigenaren meer groene en digitale bedrijfsmodellen aannemen, draagt de overdracht van ondernemingen ook bij aan de groene en digitale transitie van de mkmo-sector.
2.7De COVID-19-pandemie heeft ook duidelijk gemaakt dat de veerkracht van het Europese bedrijfsleven moet worden versterkt en dat de paraatheidsplanning moet worden verbeterd. Om de overdracht te laten slagen, moeten de onderneming en haar bedrijfsmodel solide zijn, alsook bestand tegen externe schokken. Financiële gezondheid en veerkracht vergroten de kans op een geslaagde overdracht.
3.Achtergrond
3.1De overdracht van ondernemingen is sinds het begin van de jaren negentig een onderdeel van het ondernemerschapsbeleid van de EU. In 1994 heeft de Europese Commissie een aanbeveling opgesteld om in de lidstaten de randvoorwaarden voor de overdracht van ondernemingen te verbeteren. In deze aanbeveling werd een reeks maatregelen voor de lidstaten voorgesteld om de situatie voor ondernemingen die zich op een overdracht voorbereiden, te verbeteren. Deze maatregelen omvatten bewustmakings- en voorbereidingsactiviteiten, verbetering van het financiële klimaat voor de overdracht van ondernemingen, het openen van juridische wegen voor herstructurering, het verschaffen van de juridische middelen om de continuïteit van het partnerschap in geval van overlijden van een partner of eigenaar te waarborgen, het waarborgen dat successie- of schenkingsrechten de overdracht van ondernemingen niet in de weg staan en het vergemakkelijken van de overdracht aan derden door middel van passende belastingvoorschriften.
3.2Daarna, in 2006, evalueerde de Commissie de aanbeveling en publiceerde zij de mededeling Uitvoering van het communautair Lissabonprogramma voor groei en werkgelegenheid – Overdracht van ondernemingen – Continuïteit door een nieuwe start. Uit de evaluatie bleek dat de uitvoering van de aanbeveling van 1994 nog verdere inspanningen vergde. In de mededeling van 2006 werd niet alleen aangedrongen op de uitvoering van de aanbeveling van 1994, maar werden ook verdere aanbevelingen voor de bevordering van de overdracht van ondernemingen gedaan, zoals het vergroten van de politieke aandacht voor de overdracht van ondernemingen, het bieden van gespecialiseerde ondersteuning en begeleiding, het organiseren van transparante markten voor de overdracht en het opzetten van nationale, regionale en lokale ondersteunende infrastructuur ter bevordering van de overdracht.
3.3In 2013 heeft de Commissie de voortgang van de aanbevelingen van 2006 geëvalueerd. De algemene conclusie was dat er sinds de mededeling van 2006 niet genoeg vooruitgang was geboekt bij de uitvoering van maatregelen om het kader voor de overdracht van ondernemingen te verbeteren. De in de evaluatie genoemde tekortkomingen hadden betrekking op gebieden als fiscale regelingen voor derden of werknemers of op het aanbieden van specifieke ondersteuning en financieringsinitiatieven. In de evaluatie werd er ook op gewezen dat er op EU- of lidstaatniveau niet voldoende beleidsmatige aandacht was voor de overdracht van ondernemingen, in tegenstelling tot de aandacht voor startende ondernemingen.
3.4In 2020 publiceerde de Europese Commissie een kmo-strategie voor de EU waarin zij haar toezegging bevestigde om de overdracht van ondernemingen verder te vergemakkelijken en de lidstaten te steunen bij hun inspanningen om een overdrachtsvriendelijk ondernemingsklimaat tot stand te brengen. Onlangs legde Commissie zich toe op het versterken van de empirische basis voor de overdracht van ondernemingen, waarover zij in 2021 een verslag heeft gepubliceerd. De acties van de Commissie en de door de EU gefinancierde goede praktijken kunnen worden gevolgd op de website van de Commissie.
3.5Het EESC heeft ook het belang van de overdracht van mkmo’s erkend en dringt aan op snelle maatregelen om dergelijke overdrachten tegen redelijke kosten te vergemakkelijken en te stroomlijnen. In zijn advies over de kmo-strategie van de EU dringt het EESC er ook op aan om speciale aandacht te schenken aan de grensoverschrijdende overdracht van mkmo’s, aangezien hiermee hoge kosten gepaard gaan en er op dit gebied grote verschillen bestaan tussen de wettelijke bepalingen in de betrokken lidstaten. In het follow-upadvies van het EESC over de kmo-strategie van de EU wordt het potentieel geïllustreerd van geslaagde overdrachten van ondernemingen om een onderneming digitaler en duurzamer te maken, in overeenstemming met de dubbele transitiedoelstelling van de EU.
4.Algemene opmerkingen
4.1Gezien de Europese demografie en de vergrijzing onder ondernemers is de overdracht van ondernemingen een steeds belangrijker thema voor mkmo’s. Ongeveer 90 % van de overdrachten van ondernemingen vindt plaats binnen micro-ondernemingen.
4.2Een toename van het aantal geslaagde overdrachten van ondernemingen komt direct ten goede aan de Europese economie. In vergelijking met startende ondernemingen presteren succesvol overgedragen ondernemingen beter op het gebied van levensvatbaarheid, omzet, winst, innovatief vermogen en werkgelegenheid. Volgens de Europese Commissie behouden bestaande ondernemingen gemiddeld vijf banen, terwijl een startende onderneming gemiddeld slechts twee banen schept. Bevordering van de overdracht van ondernemingen is dus het best mogelijke middel om de groei van ondernemingen te stimuleren.
4.3Dankzij de overdracht van ondernemingen kan het sociale weefsel van plattelandsgebieden waar mkmo’s sterk vertegenwoordigd zijn, in stand worden gehouden; naar schatting is ten minste een derde van de Europese mkmo’s in plattelandsgebieden gevestigd. Dergelijke ondernemingen zorgen voor de economische en sociale cohesie van deze gebieden door middel van hun diensten aan burgers, consumenten en plaatselijke economische activiteiten en door de werkgelegenheid die zij bieden. Overdracht van ondernemingen helpt voorkomen dat lokale ambachtelijke expertise verloren gaat. Vaak dragen de lokale ambachten en de detailhandel ertoe bij dat de consument een gevarieerd aanbod op de markt heeft en bieden zij een alternatief voor uniforme detailhandelsketens. Voor de consument betekent een geslaagde overdracht dat de diensten en producten worden voortgezet en vaak zelfs verbeterd. De ontwikkeling van goed functionerende ecosystemen voor bedrijfsoverdracht en van ondersteunende diensten is essentieel voor de instandhouding van de bestaansmiddelen en de economie van plattelands- en mono-industriële gebieden, hetgeen met name van belang is voor de agri- en de voedselverwerkende sector. Geslaagde overdrachten dragen er ook toe bij dat de dubbele transitie in plattelandsgebieden sneller verloopt via een transformatie die door een verandering van eigendom in gang wordt gezet. Het EESC is van mening dat de ontwikkeling van ecosystemen voor bedrijfsoverdracht en van ondersteunende diensten deel moet uitmaken van de uitvoering van de langetermijnvisie van de EU voor plattelandsgebieden en van het actieplan voor het platteland.
4.4Bevordering van bedrijfsoverdracht komt ook de werknemers ten goede, omdat daardoor de werkgelegenheid en de bedrijfscontinuïteit in stand worden gehouden. Vooral in mkmo’s zijn werknemers het meest waardevolle actief dat aan de nieuwe eigenaar wordt overgedragen. Daarom is het bij overdracht belangrijk dat het welzijn van de werknemers wordt gewaarborgd. Nieuwe eigenaren zijn vaak enthousiast om het bedrijf te ontwikkelen en te laten groeien. Dit betekent ook betere toekomstperspectieven voor de werknemers in termen van continuïteit van het werk en professionele ontwikkeling. Het EESC moedigt de lidstaten aan om goede praktijken uit te wisselen op het gebied van overdrachten waarbij werknemers kunnen blijven werken en de activiteiten verder kunnen ontwikkelen door hun onderneming over te nemen, bijvoorbeeld in de vorm van een coöperatie, een van de ondernemingsvormen in de sociale economie die heeft bewezen bestand te zijn tegen crisissituaties. Bevordering van de sociale dialoog en informatieverstrekking aan de werknemers maakt het ook gemakkelijker om tot buy-outs te komen. Dit is in overeenstemming met EESC-advies INT/925, waarin wordt benadrukt dat buy-outs door werknemers goede praktijken zijn om ondernemingen in crisis nieuw leven in te blazen en om kmo’s waarvan de eigenaren geen opvolgers hebben, over te dragen.
4.5In het herstel- en groeibeleid van de EU en de lidstaten moet de bevordering van bedrijfsoverdracht een belangrijke rol krijgen. Het EESC onderschrijft de reeds lang bestaande en strategische inspanningen van de Europese Commissie en van organisaties ter bevordering van bedrijfsoverdracht zoals Transeo om in Europa een overdrachtsvriendelijker klimaat te creëren. Er is echter nog ruimte voor verbetering. De mate van aandacht, de huidige algemene functionaliteit van het ecosysteem voor bedrijfsoverdracht en de omvang van de maatregelen ter bevordering van bedrijfsoverdracht verschillen aanzienlijk van lidstaat tot lidstaat. In een zich snel ontwikkelend ondernemingsklimaat moeten ondernemers groeikansen aangrijpen, zowel intern als door overnames. Alle soorten overdrachten van eigendom moeten in overweging worden genomen, met inbegrip van familieopvolgingen, management buy-ins en buy-outs, strategische overnames en buy-outs door werknemers.
4.6Om de transitie van Europa naar de digitale en groene economie te laten slagen, moeten mkmo’s erbij worden betrokken. Bedrijfsoverdracht is een natuurlijke manier om het bedrijfsmodel van mkmko’s te vergroenen en digitaler te maken, teneinde hun groene en digitale transitie te ondersteunen. Een geslaagde overdracht van eigendom kan resulteren in een veerkrachtigere, innovatievere en concurrerendere onderneming. Vanuit het oogpunt van hulpbronnen is de aankoop van een bestaand bedrijf met zijn productiemiddelen vaak ook milieuvriendelijker dan het aanschaffen van nieuwe productiemiddelen.
4.7Vooral wanneer de onderneming van een ouder wordende ondernemer aan een jongere wordt overgedragen, is het waarschijnlijk dat de jonge ondernemer beter toegerust is om nieuwe technologieën, productiemethoden en duurzame bedrijfsmodellen in de overgenomen onderneming te integreren. Daarom dringt het EESC aan op verdere stimulansen, zoals bewustmaking, adviesdiensten, begeleiding en toegang tot financiering met het oog op de overdracht van mkmo’s aan jonge ondernemers. Ook zou het inzicht van jonge ondernemers in de sociale dialoog verder kunnen worden versterkt, bijvoorbeeld door in ondernemerschapsopleidingen socialedialoogmodules op te nemen. Overname van een bestaand bedrijf moet actief worden gepromoot als een mogelijkheid die voor startende ondernemers even aantrekkelijk is als het zelf opzetten van een bedrijf. Evenzo zouden verdere stimulansen voor de overdracht van ondernemingen aan vrouwelijke ondernemers moeten worden ontwikkeld, om het aantal vrouwelijke ondernemers, dat momenteel te laag is, te vergroten.
4.8Voor de overgrote meerderheid van de overdrachten van ondernemingen is externe financiering nodig. De regelgeving in de financiële sector wordt steeds strenger. In dit licht moet de nadruk worden gelegd op twee belangrijke financiële instrumenten om bedrijfsoverdracht te bevorderen. Ten eerste is het duidelijk dat zekerheden nodig zijn om pakketten voor de overdracht van ondernemingen te financieren. Een groeiend aandeel van de bedrijfsactiva bestaat echter uit immateriële activa en het bankwezen moet aan steeds strengere regels voldoen. Elke lidstaat heeft een instantie of organisatie nodig die zekerheden levert voor bankleningen. Ten tweede neemt door de ontwikkeling van het regelgevingskader van de EU de vraag naar aandelenfinanciering toe. Sommige kopers zijn gekwalificeerd om het bedrijf in kwestie te runnen, maar beschikken niet over voldoende eigen vermogen. Het EESC dringt er bij de Commissie met klem op aan een proactieve rol te spelen bij de bevordering van de ontwikkeling van deze beide financiële instrumenten in de lidstaten.
4.9Een groeiend aantal micro-, kleine en middelgrote familiebedrijven zal in de toekomst aan derden worden overgedragen. Om kopende derden aan te trekken, moet de onderneming in een levensvatbare en economisch gezonde en aantrekkelijke staat verkeren. Hoe eerder ondernemers zich op de overdracht voorbereiden, hoe geslaagder de overdracht doorgaans is. De lidstaten moeten hun bewustmakingsactiviteiten inzake de overdracht van ondernemingen opvoeren en de bedrijfs- en andere ondersteunende organisaties uitrusten om de overdracht van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen te bevorderen en te begeleiden. Steun in de vorm van vroegtijdige waarschuwing aan een onderneming in financiële moeilijkheden kan een ondernemer ook helpen om de onderneming weer financieel levensvatbaar te maken en op een overdracht voor te bereiden. Daarom roept het EESC de lidstaten op om steunmechanismen voor vroegtijdige waarschuwing voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen in te voeren en deze verder te ontwikkelen.
Een recente studie over de bevordering van de overdracht van ondernemingen in de Europese landen laat zien welke praktijken ter bevordering van de overdracht van ondernemingen in de lidstaten in andere landen kunnen worden overgenomen. Het EESC steunt de aanbeveling in de studie aan de lidstaten om nationale belanghebbendenfora inzake de overdracht van ondernemingen op te richten, waarin zowel publieke als particuliere belanghebbenden zijn vertegenwoordigd. Samenwerking tussen belanghebbenden is nodig op alle niveaus: regionaal, nationaal en internationaal. Fora inzake de overdracht van ondernemingen bieden — via een voortdurende dialoog tussen nationale deskundigen — een systematische en langetermijnaanpak voor de bevordering van de overdracht van ondernemingen en maken een efficiënter gebruik van middelen mogelijk. Uiteindelijk zou een door de Europese Commissie bevorderde grensoverschrijdende dialoog tussen verschillende nationale fora kunnen worden opgezet om de beste praktijken inzake de bevordering van de overdracht van ondernemingen in de EU-lidstaten uit te wisselen.
4.10Het EESC beveelt de lidstaten aan om ten volle gebruik te maken van digitale technologieën bij de bevordering van de overdracht van ondernemingen. Onlineplatforms voor de overdracht van ondernemingen, die in de meeste gevallen eigendom zijn van en beheerd worden door particuliere belanghebbenden, zouden in alle lidstaten opgezet moeten worden en ook toegankelijk moeten zijn voor micro- en kleine ondernemingen. Er moet worden gewerkt aan de onderlinge verbanden en synergieën tussen de verschillende onlineplatforms in de lidstaten, en de Europese Commissie zou de toegang tot verschillende onlinemarktplaatsen in de lidstaten kunnen faciliteren. Bovendien neemt het aantal grensoverschrijdende overdrachten van kleine ondernemingen toe. Betere samenwerking tussen nationale onlineplatforms zou een kosteneffectieve manier zijn om kleine ondernemingen in staat te stellen potentiële eigenaars in andere lidstaten te leren kennen.
4.11Voor een succesvolle Europese beleidsvorming inzake de overdracht van ondernemingen is betere gegevensverzameling nodig. Ook nu nog zijn de gegevens over bedrijfsoverdracht versnipperd en niet vergelijkbaar. Het EESC beveelt de Commissie en de lidstaten aan de voorgestelde stappen te nemen om de databank inzake de overdracht van ondernemingen te verbeteren. Deze stappen zijn uiteengezet in het recente rapport “Improving the evidence base on transfer of business in Europe: executive summary”. Het EESC beveelt ook aan om een EU-brede barometer voor de overdracht van ondernemingen te ontwikkelen. Deze barometer, waarmee om de vier jaar verslag wordt uitgebracht, kan als input dienen voor empirisch onderbouwde beleidsvorming op basis van verbeterde gegevens. Ook moeten verschillende bewustmakingsinitiatieven worden overwogen, zoals de organisatie van een nationale en/of Europese week van de overdracht van ondernemingen.
4.12Het EESC stelt voor dat de Europese Commissie niet alleen betere gegevensverzameling ontwikkelt, maar ook de situatie op het gebied van de overdracht van ondernemingen in Europa regelmatig evalueert. De jaarlijkse assemblee van kleine en middelgrote ondernemingen in de EU (SME Assembly) moet worden gebruikt als een regelmatig forum voor discussie over en uitwisseling van ervaringen met de overdracht van mkmo’s.
Brussel, 8 september 2022.
Alain COHEUR
Voorzitter van de afdeling Interne Markt, Productie en Consumptie
_____________