TOELICHTING
1.ACHTERGROND VAN DE GEDELEGEERDE HANDELING
De doelstelling van Verordening (EU) 2019/1021, als vastgesteld in artikel 1 ervan, is de mens en het milieu te beschermen tegen persistente organische verontreinigende stoffen (Persistent Organic Pollutants, POP’s) door de vervaardiging, het in de handel brengen en het gebruik van stoffen die vallen onder het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen (“het verdrag”) te verbieden, zo spoedig mogelijk geleidelijk af te schaffen of te beperken.
Perfluoroctaanzuur (PFOA), zouten daarvan en aanverwante verbindingen zijn bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/784 van de Commissie opgenomen in bijlage I bij Verordening (EU) 2019/1021. Ten tijde van de vaststelling van deze handeling heeft de sector van medische hulpmiddelen de Commissie ervan in kennis gesteld dat sommige voorwerpen die zij vervaardigen (waaronder enkele kritieke voorwerpen voor de behandeling van patiënten) PFOA en zouten daarvan bevatten boven de in de gedelegeerde handeling van de Commissie vastgestelde grenswaarde van 25 ppb (0,025 mg/kg, 0,0000025 massaprocent). Dit is niet het gevolg van een opzettelijk gebruik van PFOA bij de productie van de voorwerpen, maar houdt hoogstwaarschijnlijk verband met de aanwezigheid van PFOA-onzuiverheden in de PFAS-alternatieven met korte keten die worden gebruikt om de medische hulpmiddelen te vervaardigen. Deze medische hulpmiddelen zijn niet-implanteerbaar en niet-invasief en aangezien zij niet voor een vrijstelling in aanmerking komen, zouden ze na 3 december 2020 niet meer mogen worden geproduceerd. Om ervoor te zorgen dat deze medische hulpmiddelen kunnen blijven worden geproduceerd, stelt de Commissie voor de vermelding voor PFOA, zouten daarvan en aanverwante verbindingen in bijlage I bij Verordening (EU) 2019/1021 te wijzigen door voor andere medische hulpmiddelen dan implanteerbare hulpmiddelen en invasieve hulpmiddelen een UTC-grenswaarde (Unintentional Trace Contaminant — onopzettelijke sporenverontreiniging) van 2 ppm (2 mg/kg, 0,0002 massaprocent) in te voeren, dat na twee jaar moet worden herzien.
Na de vaststelling van de gedelegeerde handeling werd de Commissie ook door sommige belanghebbenden ervan in kennis gesteld dat de voorwaarden in verband met de UTC voor polytetrafluorethyleenmicropoeder (PTFE-micropoeder), en met name de vereiste dat de productie door ioniserende doorstraling bij maximaal 400 kiloGray moet plaatsvinden, te specifiek zijn. Bovendien blijkt het voor de handhavingsautoriteiten onmogelijk te bepalen of PTFE-micropoeders door doorstraling bij maximaal 400 kiloGray zijn geproduceerd. Daarom moet, in afwachting van de beoordeling van deze UTC door het ECHA, de verwijzing naar 400 kiloGray worden geschrapt.
Overeenkomstig artikel 15, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EU) 2019/1021 moet een gedelegeerde handeling tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EU) 2019/1021 worden vastgesteld om deze wijzigingen in de vermelding voor PFOA aan te brengen.
2.RAADPLEGING VOORAFGAAND AAN DE AANNEMING VAN DE HANDELING
Op 9 juni 2020 werd een deskundigengroep geraadpleegd (de “POP CA-bijeenkomst”) over de ontwerpwijziging en er werd rekening gehouden met de opmerkingen van deze groep. De groep bestaat uit vertegenwoordigers van alle relevante belanghebbenden (vertegenwoordigers van de lidstaten, het Europees Agentschap voor chemische stoffen, de chemische industrie en het maatschappelijk middenveld).
Van 1 tot en met 29 september 2020 is over de ontwerphandeling een openbare raadpleging gehouden. Alle ontvangen opmerkingen steunen de wijziging. Sommige opmerkingen betreffen de invoering van aanvullende wijzigingen in de vermelding voor PFOA, zouten daarvan en aanverwante verbindingen in bijlage I bij Verordening (EU) 2019/1021 of verwijzen naar de lopende wetgevingsprocedures voor andere stoffen. Dergelijke opmerkingen worden niet relevant geacht.
3.JURIDISCHE ELEMENTEN VAN DE GEDELEGEERDE HANDELING
De gedelegeerde handeling wijzigt de bestaande vermelding voor PFOA, zouten daarvan en aanverwante verbindingen in bijlage I bij Verordening (EU) 2019/1021 teneinde deze aan te passen aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang. De rechtsgrondslag voor de voorgestelde gedelegeerde handeling is artikel 15, lid 1, van Verordening (EU) 2019/1021.
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) …/... VAN DE COMMISSIE
van 27.11.2020
tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EU) 2019/1021 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft perfluoroctaanzuur (PFOA), zouten daarvan en aanverwante verbindingen
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2019/1021 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende persistente organische verontreinigende stoffen 1 , en met name artikel 15, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt: