ISSN 1977-0758 |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 71 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Wetgeving |
60e jaargang |
|
|
III Andere handelingen |
|
|
|
EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE |
|
|
* |
|
|
Rectificaties |
|
|
* |
||
|
* |
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst. |
NL |
Besluiten waarvan de titels mager zijn gedrukt, zijn besluiten van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn genomen en die in het algemeen een beperkte geldigheidsduur hebben. Besluiten waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje, zijn alle andere besluiten. |
II Niet-wetgevingshandelingen
VERORDENINGEN
16.3.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 71/1 |
VERORDENING (EU) 2017/452 VAN DE COMMISSIE
van 13 maart 2017
tot vaststelling van een tijdelijk verbod op de visserij op zeeduivel in VIIIc, IX en X en in de Uniewateren van Cecaf 34.1.1 door vaartuigen die de vlag van Frankrijk voeren
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een controleregeling van de Unie die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen (1), en met name artikel 36, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EU) 2017/127 van de Raad (2) zijn quota voor 2017 vastgesteld. |
(2) |
Uit door de Commissie ontvangen informatie blijkt dat, gezien de vangsten van het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage vermelde lidstaat voeren of daar zijn geregistreerd, het betrokken, voor 2017 toegewezen quotum is opgebruikt. |
(3) |
Daarom moet de visserij op dat bestand worden verboden, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Het opgebruiken van het quotum
Het quotum dat voor 2017 aan de in de bijlage bij deze verordening genoemde lidstaat is toegewezen voor de visserij op het in die bijlage vermelde bestand, wordt met ingang van de in die bijlage opgenomen datum als opgebruikt beschouwd.
Artikel 2
Verbodsbepalingen
De visserij op het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage genoemde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, is verboden met ingang van de in die bijlage opgenomen datum. Na die datum is het ook verboden om vis uit dit bestand die door deze vaartuigen is gevangen, aan boord te hebben, te verplaatsen, over te laden of aan te landen.
Artikel 3
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 13 maart 2017.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
João AGUIAR MACHADO
Directeur-generaal
Directoraat-generaal Maritieme Zaken en Visserij
(1) PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.
(2) Verordening (EU) 2017/127 van de Raad van 20 januari 2017 tot vaststelling, voor 2017, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn (PB L 24 van 28.1.2017, blz. 1).
BIJLAGE
Nr. |
03/TQ127 |
Lidstaat |
Frankrijk |
Bestand |
ANF/8C3411 |
Soort |
Zeeduivel (Lophiidae) |
Gebied |
VIIIc, IX en X; Uniewateren van Cecaf 34.1.1 |
Datum van sluiting |
16.2.2017 |
16.3.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 71/3 |
VERORDENING (EU) 2017/453 VAN DE COMMISSIE
van 13 maart 2017
tot vaststelling van een tijdelijk verbod op de visserij op golfrog in de Uniewateren van VIId door vaartuigen die de vlag van België voeren
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een controleregeling van de Unie die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen (1), en met name artikel 36, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EU) 2017/127 van de Raad (2) zijn quota voor 2017 vastgesteld. |
(2) |
Uit door de Commissie ontvangen informatie blijkt dat, gezien de vangsten van het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage vermelde lidstaat voeren of daar zijn geregistreerd, het betrokken, voor 2017 toegewezen quotum is opgebruikt. |
(3) |
Daarom moet de visserij op dat bestand worden verboden, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Het opgebruiken van het quotum
Het quotum dat voor 2017 aan de in de bijlage bij deze verordening genoemde lidstaat is toegewezen voor de visserij op het in die bijlage vermelde bestand, wordt met ingang van de in die bijlage opgenomen datum als opgebruikt beschouwd.
Artikel 2
Verbodsbepalingen
De visserij op het in de bijlage bij deze verordening vermelde bestand door vaartuigen die de vlag van de in die bijlage genoemde lidstaat voeren of daar geregistreerd zijn, is verboden met ingang van de in die bijlage opgenomen datum. Na die datum is het ook verboden om vis uit dit bestand die door deze vaartuigen is gevangen, aan boord te hebben, te verplaatsen, over te laden of aan te landen.
Artikel 3
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 13 maart 2017.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
João AGUIAR MACHADO
Directeur-generaal
Directoraat-generaal Maritieme Zaken en Visserij
(1) PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1.
(2) Verordening (EU) 2017/127 van de Raad van 20 januari 2017 tot vaststelling, voor 2017, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn (PB L 24 van 28.1.2017, blz. 1).
BIJLAGE
Nr. |
02/TQ127 |
Lidstaat |
België |
Bestand |
RJU/07-D. |
Soort |
Golfrog (Raja undulata) |
Gebied |
Uniewateren van VIId |
Datum van sluiting |
27.1.2017 |
16.3.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 71/5 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/454 VAN DE COMMISSIE
van 15 maart 2017
tot intrekking van de aanvaarding van de verbintenis voor vier producenten-exporteurs op grond van Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU tot bevestiging van de aanvaarding van een verbintenis die is aangeboden in het kader van de antidumping- en de antisubsidieprocedure betreffende de invoer van fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium en de belangrijkste componenten daarvan (cellen) van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China voor de periode waarin de definitieve maatregelen worden toegepast
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie („het Verdrag”),
Gezien Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (1) („de antidumpingbasisverordening”), en met name artikel 8,
Gezien Verordening (EU) 2016/1037 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende bescherming tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (2) („de antisubsidiebasisverordening”), en met name artikel 13,
Met kennisgeving aan de lidstaten,
Overwegende hetgeen volgt:
A. VERBINTENIS EN ANDERE BESTAANDE MAATREGELEN
(1) |
Bij Verordening (EU) nr. 513/2013 (3) heeft de Europese Commissie („de Commissie”) een voorlopig antidumpingrecht ingesteld op fotovoltaïsche modules van kristallijn silicium („modules”) en de belangrijkste componenten daarvan (cellen en wafers) van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China („de VRC”) die in de Europese Unie („de Unie”) worden ingevoerd. |
(2) |
Een groep producenten-exporteurs heeft de Chinese Kamer van Koophandel voor de in- en uitvoer van machines en elektronische producten („CCCME”) opdracht gegeven om in hun naam bij de Commissie een prijsverbintenis in te dienen, wat zij heeft gedaan. Uit de bewoordingen van die prijsverbintenis blijkt duidelijk dat het gaat om een bundel individuele prijsverbintenissen van elke producent-exporteur, die om praktische redenen worden gecoördineerd door de CCCME. |
(3) |
Bij Besluit 2013/423/EU (4) heeft de Commissie die prijsverbintenis met betrekking tot het voorlopige antidumpingrecht aanvaard. Bij Verordening (EU) nr. 748/2013 (5) heeft de Commissie Verordening (EU) nr. 513/2013 gewijzigd om de technische wijzigingen in te voeren die door de aanvaarding van de verbintenis met betrekking tot het voorlopige antidumpingrecht nodig waren. |
(4) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 (6) heeft de Raad een definitief antidumpingrecht ingesteld op modules en cellen van oorsprong uit of verzonden uit de VRC („het betrokken product”) die in de Unie worden ingevoerd. Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 (7) heeft de Raad eveneens een definitief compenserend recht ingesteld op het betrokken product dat in de Unie worden ingevoerd. |
(5) |
Nadat de Commissie in kennis was gesteld van een gewijzigde versie van de door een groep producenten-exporteurs („de producenten-exporteurs”) en de CCCME aangeboden prijsverbintenis, heeft zij bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU (8) de aanvaarding van de gewijzigde prijsverbintenis („de verbintenis”) bevestigd voor de periode waarin de definitieve maatregelen worden toegepast. De bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU bevat de lijst van producenten-exporteurs waarvoor de verbintenis werd aanvaard, waaronder:
|
(6) |
Bij Uitvoeringsbesluit 2014/657/EU (9) heeft de Commissie een voorstel aanvaard van de producenten-exporteurs en de CCCME met verduidelijkingen omtrent de uitvoering van de verbintenis voor het betrokken product dat onder de verbintenis valt, namelijk modules en cellen van oorsprong uit of verzonden uit de VRC, momenteel ingedeeld onder de GN-codes ex 8541 40 90 (Taric-codes 8541409021, 8541409029, 8541409031 en 8541409039), vervaardigd door de producenten-exporteurs („onder de verbintenis vallend product”). De in overweging 4 bedoelde compenserende en antidumpingrechten en de verbintenis worden hierna samen aangeduid als „maatregelen”. |
(7) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/866 (10) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor drie producenten-exporteurs ingetrokken. |
(8) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1403 (11) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor een andere producent-exporteur ingetrokken. |
(9) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2018 (12) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor twee producenten-exporteurs ingetrokken. |
(10) |
De Commissie heeft een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de antidumpingmaatregelen geopend met een bericht van opening dat op 5 december 2015 in het Publicatieblad van de Europese Unie (13) is bekendgemaakt. |
(11) |
De Commissie heeft een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de compenserende maatregelen geopend met een bericht van opening dat op 5 december 2015 in het Publicatieblad van de Europese Unie (14) is bekendgemaakt. |
(12) |
De Commissie heeft ook een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen en de compenserende maatregelen geopend met een bericht van opening dat op 5 december 2015 in het Publicatieblad van de Europese Unie (15) is bekendgemaakt. |
(13) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/115 (16) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor een andere producent-exporteur ingetrokken. |
(14) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/185 (17) heeft de Commissie het bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 van de Raad ingestelde definitieve antidumpingrecht op het betrokken product van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China, uitgebreid tot het betrokken product verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan. |
(15) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/184 (18) heeft de Commissie het bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 van de Raad ingestelde definitieve compenserende recht op het betrokken product van oorsprong uit of verzonden uit de Volksrepubliek China uitgebreid tot het betrokken product verzonden uit Maleisië en Taiwan, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Maleisië en Taiwan. |
(16) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1045 (19) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor een andere producent-exporteur ingetrokken. |
(17) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1382 (20) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor vijf andere producenten-exporteurs ingetrokken. |
(18) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1402 (21) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor drie andere producenten-exporteurs ingetrokken. |
(19) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1998 (22) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor vijf andere producenten-exporteurs ingetrokken. |
(20) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2146 (23) heeft de Commissie de aanvaarding van de verbintenis voor twee andere producenten-exporteurs ingetrokken. |
B. BEPALINGEN VAN DE VERBINTENIS
(21) |
Overeenkomstig de verbintenis kan een producent-exporteur zijn verbintenis gedurende de periode van toepassing ervan te allen tijde vrijwillig opzeggen. |
C. VRIJWILLIGE OPZEGGING
(22) |
In oktober 2016 hebben Jetion Solar, Hareon Solar en GCL Technology de Commissie meegedeeld dat zij hun verbintenis wensten op te zeggen. |
(23) |
In januari 2017 heeft Talesun Solar de Commissie meegedeeld dat het zijn verbintenis wenste op te zeggen. |
D. INTREKKING VAN DE AANVAARDING VAN DE VERBINTENIS EN INSTELLING VAN DEFINITIEVE RECHTEN
(24) |
Derhalve heeft de Commissie overeenkomstig artikel 8, lid 9, van de antidumpingbasisverordening, artikel 13, lid 9, van de antisubsidiebasisverordening en de bepalingen van de verbintenis geconcludeerd dat de aanvaarding van de verbintenis voor Jetion Solar, Hareon Solar, GCL Technology en Talesun Solar moet worden ingetrokken. |
(25) |
Overeenkomstig artikel 8, lid 9, van de antidumpingbasisverordening en artikel 13, lid 9, van de antisubsidiebasisverordening zijn het definitieve antidumpingrecht dat is ingesteld bij artikel 1 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en het definitieve compenserende recht dat is ingesteld bij artikel 1 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 vanaf de dag van inwerkingtreding van deze verordening bijgevolg automatisch van toepassing op de invoer van het betrokken product van oorsprong uit of verzonden uit de VRC en vervaardigd door Jetion Solar, Talesun Solar, Hareon Solar en GCL Technology. |
(26) |
De Commissie herinnert er ook aan dat de douaneautoriteiten van de lidstaten, indien zij beschikken over aanwijzingen dat de op een verbintenisfactuur vermelde prijs niet overeenstemt met de werkelijk betaalde prijs, moeten onderzoeken of de verplichting om alle eventuele rabatten in de verbintenisfacturen op te nemen is geschonden, respectievelijk de MIP niet is nageleefd. Indien de douaneautoriteiten van de lidstaten concluderen dat er sprake is van een dergelijke schending, respectievelijk de MIP niet is nageleefd, moeten zij als gevolg daarvan de rechten innen. Om de werkzaamheden van de douaneautoriteiten van de lidstaten te vergemakkelijken, zoals voorgeschreven in artikel 4, lid 3, van het Verdrag, moet de Commissie in dergelijke situaties de vertrouwelijke tekst en andere informatie van de verbintenis delen, zij het uitsluitend met het oog op nationale procedures. |
(27) |
Ter informatie bevat de tabel in de bijlage bij deze verordening de producenten-exporteurs waarvoor de aanvaarding van de verbintenis bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU onverlet blijft, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De aanvaarding van de verbintenis met betrekking tot de volgende ondernemingen wordt ingetrokken:
Naam van de onderneming |
Aanvullende Taric-code |
GCL System Integration Technology Co. Ltd, Konca Solar Cell Co. Ltd, Suzhou GCL Photovoltaic Technology Co. Ltd, Jiangsu GCL Silicon Material Technology Development Co. Ltd, Jiangsu Zhongneng Polysilicon Technology Development Co. Ltd, GCL-Poly (Suzhou) Energy Limited, GCL-Poly Solar Power System Integration (Taicang) Co. Ltd, GCL SOLAR POWER (SUZHOU) LIMITED, GCL Solar System (Shuzhou) Limited |
B850 |
Jiangyin Hareon Power Co. Ltd, Hareon Solar Technology Co. Ltd, Taicang Hareon Solar Co. Ltd, Hefei Hareon Solar Technology Co. Ltd, Jiangyin Xinhui Solar Energy Co. Ltd, Altusvia Energy (Taicang) Co. Ltd, samen met hun verbonden onderneming in de Unie |
B842 |
Jetion Solar (China) Co. Ltd, Junfeng Solar (Jiangsu) Co. Ltd, Jetion Solar (Jiangyin) Co. Ltd, samen met hun verbonden onderneming in de Unie |
B830 |
Zhongli Talesun Solar Co. Ltd, samen met haar verbonden onderneming in de Unie |
B922 |
Artikel 2
1. Indien de douaneautoriteiten beschikken over aanwijzingen dat de prijs zoals vermeld op een verbintenisfactuur overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 1, onder b), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013, afgegeven door een van de ondernemingen waarvoor de prijsverbintenis aanvankelijk bij Uitvoeringsbesluit 2013/707/EU was aanvaard, niet overeenstemt met de betaalde prijs en dat die ondernemingen de verbintenis dus mogelijk hebben geschonden, kunnen de douaneautoriteiten, indien dit met het oog op nationale procedures noodzakelijk is, de Commissie verzoeken hun een afschrift van de verbintenis en andere informatie te verstrekken, teneinde de toepasselijke minimuminvoerprijs („MIP”) op de dag van afgifte van de verbintenisfactuur te kunnen controleren.
2. Indien uit die controle blijkt dat de betaalde prijs lager is dan de MIP, worden de overeenkomstig artikel 8, lid 9, van Verordening (EU) 2016/1036 en artikel 13, lid 9, van Verordening (EU) 2016/1037 als gevolg daarvan verschuldigde rechten geïnd.
Indien uit die controle blijkt dat er kortingen en rabatten niet in de handelsfactuur zijn opgenomen, worden de overeenkomstig artikel 3, lid 2, onder a), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 2, onder a), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 als gevolg daarvan verschuldigde rechten geïnd.
3. De in lid 1 bedoelde informatie mag uitsluitend worden gebruikt met het oog op de inning van de overeenkomstig artikel 3, lid 2, onder a), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2013 en artikel 2, lid 2, onder a), van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1239/2013 verschuldigde rechten. In dit verband mag die informatie door de douaneautoriteiten van de lidstaten uitsluitend met het oog op de vrijwaring van diens recht van verweer aan de debiteur van die rechten worden verstrekt. Dergelijke informatie mag onder geen beding aan derden worden bekendgemaakt.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 maart 2017.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 176 van 30.6.2016, blz. 21.
(2) PB L 176 van 30.6.2016, blz. 55.
(3) PB L 152 van 5.6.2013, blz. 5.
(4) PB L 209 van 3.8.2013, blz. 26.
(5) PB L 209 van 3.8.2013, blz. 1.
(6) PB L 325 van 5.12.2013, blz. 1.
(7) PB L 325 van 5.12.2013, blz. 66.
(8) PB L 325 van 5.12.2013, blz. 214.
(9) PB L 270 van 11.9.2014, blz. 6.
(10) PB L 139 van 5.6.2015, blz. 30.
(11) PB L 218 van 19.8.2015, blz. 1.
(12) PB L 295 van 12.11.2015, blz. 23.
(13) PB C 405 van 5.12.2015, blz. 8.
(14) PB C 405 van 5.12.2015, blz. 20.
(15) PB C 405 van 5.12.2015, blz. 33.
(16) PB L 23 van 29.1.2016, blz. 47.
(17) PB L 37 van 12.2.2016, blz. 76.
(18) PB L 37 van 12.2.2016, blz. 56.
(19) PB L 170 van 29.6.2016, blz. 5.
(20) PB L 222 van 17.8.2016, blz. 10.
(21) PB L 228 van 23.8.2016, blz. 16.
(22) PB L 308 van 16.11.2016, blz. 8.
(23) PB L 333 van 8.12.2016, blz. 4.
BIJLAGE
Lijst van ondernemingen:
Naam van de onderneming |
Aanvullende Taric-code |
Jiangsu Aide Solar Energy Technology Co. Ltd. |
B798 |
Alternative Energy (AE) Solar Co. Ltd. |
B799 |
Anhui Chaoqun Power Co. Ltd. |
B800 |
Anji DaSol Solar Energy Science & Technology Co. Ltd. |
B802 |
Anhui Schutten Solar Energy Co. Ltd. Quanjiao Jingkun Trade Co. Ltd. |
B801 |
Anhui Titan PV Co. Ltd. |
B803 |
Xi'an SunOasis (Prime) Company Limited TBEA SOLAR CO. LTD XINJIANG SANG'O SOLAR EQUIPMENT |
B804 |
Changzhou NESL Solartech Co. Ltd. |
B806 |
Changzhou Shangyou Lianyi Electronic Co. Ltd. |
B807 |
CHINALAND SOLAR ENERGY CO. LTD |
B808 |
ChangZhou EGing Photovoltaic Technology Co. Ltd. |
B811 |
CIXI CITY RIXING ELECTRONICS CO. LTD ANHUI RINENG ZHONGTIAN SEMICONDUCTOR DEVELOPMENT CO. LTD HUOSHAN KEBO ENERGY & TECHNOLOGY CO. LTD |
B812 |
CSG PVtech Co. Ltd. |
B814 |
China Sunergy (Nanjing) Co. Ltd. CEEG Nanjing Renewable Energy Co. Ltd. CEEG (Shanghai) Solar Science Technology Co. Ltd. China Sunergy (Yangzhou) Co. Ltd. China Sunergy (Shanghai) Co. Ltd. |
B809 |
Dongfang Electric (Yixing) MAGI Solar Power Technology Co. Ltd. |
B816 |
EOPLLY New Energy Technology Co. Ltd. SHANGHAI EBEST SOLAR ENERGY TECHNOLOGY CO. LTD JIANGSU EOPLLY IMPORT & EXPORT CO. LTD |
B817 |
Zheijiang Era Solar Co. Ltd. |
B818 |
GD Solar Co. Ltd. |
B820 |
Greenway Solar-Tech (Shanghai) Co. Ltd. Greenway Solar-Tech (Huaian) Co. Ltd. |
B821 |
Guodian Jintech Solar Energy Co. Ltd. |
B822 |
Hangzhou Bluesun New Material Co. Ltd. |
B824 |
Hanwha SolarOne (Qidong) Co. Ltd. |
B826 |
Hengdian Group DMEGC Magnetics Co. Ltd. |
B827 |
HENGJI PV-TECH ENERGY CO. LTD |
B828 |
Himin Clean Energy Holdings Co. Ltd. |
B829 |
Jiangsu Green Power PV Co. Ltd. |
B831 |
Jiangsu Hosun Solar Power Co. Ltd. |
B832 |
Jiangsu Jiasheng Photovoltaic Technology Co. Ltd. |
B833 |
Jiangsu Runda PV Co. Ltd. |
B834 |
Jiangsu Sainty Photovoltaic Systems Co. Ltd. Jiangsu Sainty Machinery Imp. And Exp. Corp. Ltd. |
B835 |
Jiangsu Shunfeng Photovoltaic Technology Co. Ltd. Changzhou Shunfeng Photovoltaic Materials Co. Ltd. Jiangsu Shunfeng Photovoltaic Electronic Power Co. Ltd. |
B837 |
Jiangsu Sinski PV Co. Ltd. |
B838 |
Jiangsu Sunlink PV Technology Co. Ltd. |
B839 |
Jiangsu Zhongchao Solar Technology Co. Ltd. |
B840 |
Jiangxi Risun Solar Energy Co. Ltd. |
B841 |
Jiangxi LDK Solar Hi-Tech Co. Ltd. LDK Solar Hi-Tech (Nanchang) Co. Ltd. LDK Solar Hi-Tech (Suzhou) Co. Ltd. |
B793 |
Jiangyin Shine Science and Technology Co. Ltd. |
B843 |
Jinzhou Yangguang Energy Co. Ltd. Jinzhou Huachang Photovoltaic Technology Co. Ltd. Jinzhou Jinmao Photovoltaic Technology Co. Ltd. Jinzhou Rixin Silicon Materials Co. Ltd. Jinzhou Youhua Silicon Materials Co. Ltd. |
B795 |
Juli New Energy Co. Ltd. |
B846 |
Jumao Photonic (Xiamen) Co. Ltd. |
B847 |
King-PV Technology Co. Ltd. |
B848 |
Kinve Solar Power Co. Ltd (Maanshan) |
B849 |
Lightway Green New Energy Co. Ltd. Lightway Green New Energy(Zhuozhou) Co. Ltd. |
B851 |
Nanjing Daqo New Energy Co. Ltd. |
B853 |
NICE SUN PV CO. LTD LEVO SOLAR TECHNOLOGY CO. LTD |
B854 |
Ningbo Jinshi Solar Electrical Science & Technology Co. Ltd. |
B857 |
Ningbo Komaes Solar Technology Co. Ltd. |
B858 |
Ningbo South New Energy Technology Co. Ltd. |
B861 |
Ningbo Sunbe Electric Ind Co. Ltd. |
B862 |
Ningbo Ulica Solar Science & Technology Co. Ltd. |
B863 |
Perfectenergy (Shanghai) Co. Ltd. |
B864 |
Perlight Solar Co. Ltd. |
B865 |
SHANGHAI ALEX SOLAR ENERGY Science & TECHNOLOGY CO. LTD SHANGHAI ALEX NEW ENERGY CO. LTD |
B870 |
Shanghai BYD Co. Ltd. BYD(Shangluo)Industrial Co. Ltd. |
B871 |
Shanghai Chaori Solar Energy Science & Technology Co. Ltd. |
B872 |
Propsolar (Zhejiang) New Energy Technology Co. Ltd. Shanghai Propsolar New Energy Co. Ltd. |
B873 |
SHANGHAI SHANGHONG ENERGY TECHNOLOGY CO. LTD |
B874 |
SHANGHAI SOLAR ENERGY S&T CO. LTD Shanghai Shenzhou New Energy Development Co. Ltd. Lianyungang Shenzhou New Energy Co. Ltd. |
B875 |
Shanghai ST Solar Co. Ltd. Jiangsu ST Solar Co. Ltd. |
B876 |
Shenzhen Sacred Industry Co. Ltd. |
B878 |
Shenzhen Topray Solar Co. Ltd. Shanxi Topray Solar Co. Ltd. Leshan Topray Cell Co. Ltd. |
B880 |
Sopray Energy Co. Ltd. Shanghai Sopray New Energy Co. Ltd. |
B881 |
SUN EARTH SOLAR POWER CO. LTD NINGBO SUN EARTH SOLAR POWER CO. LTD Ningbo Sun Earth Solar Energy Co. Ltd. |
B882 |
SUZHOU SHENGLONG PV-TECH CO. LTD |
B883 |
TDG Holding Co. Ltd. |
B884 |
Tianwei New Energy Holdings Co. Ltd. Tianwei New Energy (Chengdu) PV Module Co. Ltd. Tianwei New Energy (Yangzhou) Co. Ltd. |
B885 |
Wenzhou Jingri Electrical and Mechanical Co. Ltd. |
B886 |
Shanghai Topsolar Green Energy Co. Ltd. |
B877 |
Shenzhen Sungold Solar Co. Ltd. |
B879 |
Wuhu Zhongfu PV Co. Ltd. |
B889 |
Wuxi Saijing Solar Co. Ltd. |
B890 |
Wuxi Shangpin Solar Energy Science and Technology Co. Ltd. |
B891 |
Wuxi Solar Innova PV Co. Ltd. |
B892 |
Wuxi Taichang Electronic Co. Ltd. China Machinery Engineering Wuxi Co.Ltd. Wuxi Taichen Machinery & Equipment Co. Ltd. |
B893 |
Xi'an Huanghe Photovoltaic Technology Co. Ltd. State-run Huanghe Machine-Building Factory Import and Export Corporation Shanghai Huanghe Fengjia Photovoltaic Technology Co. Ltd. |
B896 |
Yingli Energy (China) Co. Ltd. Baoding Tianwei Yingli New Energy Resources Co. Ltd. Hainan Yingli New Energy Resources Co. Ltd. Hengshui Yingli New Energy Resources Co. Ltd. Tianjin Yingli New Energy Resources Co. Ltd. Lixian Yingli New Energy Resources Co. Ltd. Baoding Jiasheng Photovoltaic Technology Co. Ltd. Beijing Tianneng Yingli New Energy Resources Co. Ltd. Yingli Energy (Beijing) Co. Ltd. |
B797 |
Yuhuan BLD Solar Technology Co. Ltd. Zhejiang BLD Solar Technology Co. Ltd. |
B899 |
Yuhuan Sinosola Science & Technology Co. Ltd. |
B900 |
Zhangjiagang City SEG PV Co. Ltd. |
B902 |
Zhejiang Fengsheng Electrical Co. Ltd. |
B903 |
Zhejiang Global Photovoltaic Technology Co. Ltd. |
B904 |
Zhejiang Heda Solar Technology Co. Ltd. |
B905 |
Zhejiang Jiutai New Energy Co. Ltd. Zhejiang Topoint Photovoltaic Co. Ltd. |
B906 |
Zhejiang Kingdom Solar Energy Technic Co. Ltd. |
B907 |
Zhejiang Koly Energy Co. Ltd. |
B908 |
Zhejiang Mega Solar Energy Co. Ltd. Zhejiang Fortune Photovoltaic Co. Ltd. |
B910 |
Zhejiang Shuqimeng Photovoltaic Technology Co. Ltd. |
B911 |
Zhejiang Shinew Photoelectronic Technology Co. Ltd. |
B912 |
Zhejiang Sunflower Light Energy Science & Technology Limited Liability Company Zhejiang Yauchong Light Energy Science & Technology Co. Ltd. |
B914 |
Zhejiang Sunrupu New Energy Co. Ltd. |
B915 |
Zhejiang Tianming Solar Technology Co. Ltd. |
B916 |
Zhejiang Trunsun Solar Co. Ltd. Zhejiang Beyondsun PV Co. Ltd. |
B917 |
Zhejiang Wanxiang Solar Co. Ltd. WANXIANG IMPORT & EXPORT CO LTD |
B918 |
ZHEJIANG YUANZHONG SOLAR CO. LTD |
B920 |
16.3.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 71/15 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/455 VAN DE COMMISSIE
van 15 maart 2017
tot verlening van een vergunning voor een preparaat van Lactobacillus fermentum (NCIMB 41636), Lactobacillus plantarum (NCIMB 41638) en Lactobacillus rhamnosus (NCIMB 41640) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor honden
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de vergunningsgronden en -procedures, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is een aanvraag voor een vergunning voor een preparaat van Lactobacillus fermentum (NCIMB 41636), Lactobacillus plantarum (NCIMB 41638) en Lactobacillus rhamnosus (NCIMB 41640) ingediend. Bij de aanvraag waren de krachtens artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste nadere gegevens en documenten gevoegd. |
(3) |
De aanvraag betreft de verlening van een vergunning voor het preparaat van Lactobacillus fermentum (NCIMB 41636), Lactobacillus plantarum (NCIMB 41638) en Lactobacillus rhamnosus (NCIMB 41640) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor honden, in te delen in de categorie „technologische toevoegingsmiddelen”. |
(4) |
De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 1 december 2015 (2) geconcludeerd dat het preparaat van Lactobacillus fermentum (NCIMB 41636), Lactobacillus plantarum (NCIMB 41638) en Lactobacillus rhamnosus (NCIMB 41640) geen ongunstige effecten heeft op de diergezondheid, de menselijke gezondheid of het milieu. De EFSA concludeerde tevens dat de toevoeging van het middel aan gepasteuriseerde melk of een product op basis van haver tot aanzuring leidt die bijdraagt aan de conservering van de aldus verkregen diervoeding voor honden. Specifieke eisen voor monitoring na het in de handel brengen acht de EFSA niet nodig. Zij heeft ook het verslag over de analysemethode voor het toevoegingsmiddel voor diervoeding geverifieerd dat door het bij Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingestelde referentielaboratorium was ingediend. |
(5) |
Uit de beoordeling van het preparaat van Lactobacillus fermentum (NCIMB 41636), Lactobacillus plantarum (NCIMB 41638) en Lactobacillus rhamnosus (NCIMB 41640) blijkt dat aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vermelde voorwaarden voor de verlening van een vergunning is voldaan. Het gebruik van dit preparaat zoals gespecificeerd in de bijlage bij deze verordening moet daarom worden toegestaan. |
(6) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Voor het in de bijlage beschreven preparaat, dat behoort tot de categorie „technologische toevoegingsmiddelen” en de functionele groep „conserveringsmiddelen”, wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden een vergunning voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 maart 2017.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.
(2) EFSA Journal 2016;14(1):4340.
BIJLAGE
Identificatienummer van het toevoegingsmiddel |
Naam van de vergunninghouder |
Toevoegingsmiddel |
Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode |
Diersoort of -categorie |
Maximumleeftijd |
Minimumgehalte |
Maximumgehalte |
Overige bepalingen |
Einde van de vergunningsperiode |
||||||||||||
CFU toevoegingsmiddel/kg voedermiddel |
|||||||||||||||||||||
Categorie: technologische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: conserveringsmiddelen |
|||||||||||||||||||||
1a001 |
— |
Lactobacillus fermentum (NCIMB 41636), Lactobacillus plantarum (NCIMB 41638) en Lactobacillus rhamnosus (NCIMB 41640) |
Samenstelling van het toevoegingsmiddel Preparaat van Lactobacillus fermentum (NCIMB 41636), Lactobacillus plantarum (NCIMB 41638) en Lactobacillus rhamnosus (NCIMB 41640) met een minimum van 1,0 × 108 CFU/g toevoegingsmiddel Lactobacilli in totaal (met een minimum van 1,0 × 107 CFU/g toevoegingsmiddel van elke Lactobacillus) Karakterisering van de werkzame stof Levensvatbare cellen van Lactobacillus fermentum (NCIMB 41636), Lactobacillus plantarum (NCIMB 41638) en Lactobacillus rhamnosus (NCIMB 41640) Analysemethode (1) Kwantificering in het toevoegingsmiddel voor diervoeding: spreidplaatmethode onder gebruikmaking van MRS-agar (EN 15787). Identificatie: pulsed-field-gelelektroforese (PFGE) |
Honden |
— |
— |
— |
|
5 april 2027 |
(1) Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: http://irmm.jrc.ec.europa.eu/EURLs/EURL_feed_additives/Pages/index.aspx
16.3.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 71/18 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/456 VAN DE COMMISSIE
van 15 maart 2017
tot vaststelling van de forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1),
Gezien Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (2), en met name artikel 136, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 zijn, op grond van de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde, de criteria vastgesteld aan de hand waarvan de Commissie voor de producten en de perioden die in bijlage XVI, deel A, bij die verordening zijn vermeld, de forfaitaire waarden bij invoer uit derde landen vaststelt. |
(2) |
De forfaitaire invoerwaarde wordt elke dag berekend overeenkomstig artikel 136, lid 1, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011, met inachtneming van de variabele gegevens voor die dag. Bijgevolg moet deze verordening in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De in artikel 136 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 bedoelde forfaitaire invoerwaarden worden vastgesteld in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 maart 2017.
Voor de Commissie,
namens de voorzitter,
Jerzy PLEWA
Directeur-generaal
Directoraat-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling
(1) PB L 347 van 20.12.2013, blz. 671.
(2) PB L 157 van 15.6.2011, blz. 1.
BIJLAGE
Forfaitaire invoerwaarden voor de bepaling van de invoerprijs van bepaalde groenten en fruit
(EUR/100 kg) |
||
GN-code |
Code derde landen (1) |
Forfaitaire invoerwaarde |
0702 00 00 |
EG |
184,2 |
MA |
96,4 |
|
SN |
196,7 |
|
TN |
182,1 |
|
TR |
84,7 |
|
ZZ |
148,8 |
|
0707 00 05 |
TR |
181,1 |
ZZ |
181,1 |
|
0709 93 10 |
MA |
45,7 |
TR |
149,7 |
|
ZZ |
97,7 |
|
0805 10 22 , 0805 10 24 , 0805 10 28 |
EG |
44,2 |
IL |
80,2 |
|
MA |
51,7 |
|
TN |
49,0 |
|
TR |
72,8 |
|
ZZ |
59,6 |
|
0805 50 10 |
EG |
68,9 |
TR |
70,0 |
|
ZZ |
69,5 |
|
0808 10 80 |
CL |
122,2 |
CN |
154,7 |
|
US |
105,5 |
|
ZZ |
127,5 |
|
0808 30 90 |
AR |
126,5 |
CL |
126,5 |
|
CN |
84,3 |
|
TR |
148,9 |
|
ZA |
118,6 |
|
ZZ |
121,0 |
(1) Landennomenclatuur vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1106/2012 van de Commissie van 27 november 2012 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 471/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende communautaire statistieken van de buitenlandse handel met derde landen, wat de bijwerking van de nomenclatuur van landen en gebieden betreft (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 7). De code „ZZ” staat voor „overige oorsprong”.
III Andere handelingen
EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE
16.3.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 71/20 |
BESCHIKKING VAN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA
Nr. 36/17/COL
van 10 februari 2017
met betrekking tot de gebrekkige effectieve naleving van de in punt 66n van bijlage XIII bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte genoemde handeling (Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG) en de uitvoeringsvoorschriften daarvan wat betreft certificaten afgegeven door de Hellenic Aviation Training Academy (HATA), en op grond daarvan afgegeven deel 66-bevoegdheidsbewijzen [2017/457]
DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA,
Gezien de in punt 66n van bijlage XIII bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (hierna „de EER-overeenkomst” genoemd) genoemde handeling, Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG (1) (hierna „de handeling” genoemd), als aangepast aan de EER-overeenkomst bij Protocol nr. 1 daarbij, en met name artikel 11, lid 2, van de handeling,
Gezien artikel 5 van het Besluit van het Permanent Comité van de EVA-staten nr. 3/2012/SC van 26 oktober 2012 tot vaststelling van de procedures voor de comités die de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA bijstaan bij de uitoefening van haar taken op grond van artikel 3 van Protocol nr. 1 bij de Overeenkomst tussen de EVA-staten betreffende de oprichting van een Toezichthoudende Autoriteit en een Hof van Justitie,
Na raadpleging van het Comité vervoer van de EVA,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In februari 2014 heeft het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (hierna „het Agentschap” genoemd) een normaliseringsinspectie luchtwaardigheid (AIR.EL.02.2014) uitgevoerd bij de Griekse burgerluchtvaartautoriteit (Hellenic Civil Aviation Authority — HCAA). Tijdens deze inspectie is een geval van niet-conformiteit vastgesteld dat, als het niet tijdig wordt rechtgezet, aanleiding geeft tot veiligheidsproblemen (bevinding van klasse D), overeenkomstig Uitvoeringsverordening (EU) nr. 628/2013 van de Commissie (2). |
(2) |
Het geval van niet-conformiteit had betrekking op vermeende examenfraude bij de krachtens deel 147 erkende onderhoudsopleidingorganisatie Hellenic Aviation Training Academy (HATA), met erkenningsnummer EL.147.0007. De veiligheidsproblemen houden verband met de mogelijkheid dat onderhoudcertificeringspersoneel op basis van erkenningscertificaten die door HATA zijn afgegeven krachtens bijlage III (deel 66) bij Verordening (EU) nr. 1321/2014 van de Commissie (3), een deel 66-bevoegheidsbewijs heeft gekregen op basis van vermeende frauduleuze activiteiten en bevoegdheden uitoefent en luchtvaartuigen vrijgeeft na onderhoud zonder over de nodige basiskennis van luchtvaartuigen te beschikken. |
(3) |
Op 26 februari 2014 heeft HCAA de goedkeuring van HATA ingetrokken en alle bevoegde autoriteiten van de lidstaten ervan in kennis gesteld dat HATA mogelijk frauduleuze erkenningscertificaten heeft afgegeven. |
(4) |
Op 3 juli 2014 hebben het Agentschap en HCAA overeenstemming bereikt over een corrigerend actieplan, dat onder meer bestaat uit een onderzoek naar erkenningscertificaten die door bevoegde autoriteiten van lidstaten zijn gebruikt om deel 66-bevoegdheidsbewijzen af te geven, en naar erkenningscertificaten die nog niet zijn gebruikt om deel 66-bevoegdheidsbewijzen te verkrijgen. |
(5) |
Op 9 december 2014 heeft het Agentschap een Safety Information Bulletin (SIB nr. 2014-32) uitgegeven, waarin informatie wordt verstrekt over het mogelijke veiligheidsprobleem ten gevolge van de vermeende examenfraude bij HATA en waarin aanbevelingen voor concrete maatregelen worden gedaan aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaten teneinde het probleem te verhelpen. |
(6) |
In april 2016 heeft het Agentschap opnieuw een normaliseringsinspectie uitgevoerd bij HCAA. Tijdens deze inspectie heeft het Agentschap het overeengekomen corrigerende actieplan geëvalueerd en is het tot de conclusie gekomen dat HCCA er niet in geslaagd was de overeengekomen acties doeltreffend uit te voeren binnen de afgesproken termijnen. Daarom heeft het Agentschap in mei 2016 een aanvullend verslag naar HCCA gestuurd, overeenkomstig artikel 22, lid 3, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 628/2013. |
(7) |
Aangezien HCAA onvoldoende onderzoeken naar HATA heeft gedaan om de vermeende fraude door deze organisatie vast te stellen en geen volledig onderzoek heeft gedaan naar de deel 66-bevoegdheidsbewijzen die op basis van de door HATA afgegeven erkenningscertificaten zijn afgegeven, blijft het potentiële veiligheidsrisico bestaan. Er heerst bezorgdheid over de erkenningscertificaten die HATA heeft afgegeven voor basiskennisexamens over de technische modules (modules 7, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17). |
(8) |
Op grond van het bovenstaande heeft het Agentschap de aanbeveling gedaan dat artikel 11, lid 1, van Verordening (EG) nr. 216/2008 niet meer van toepassing is op de door HATA afgegeven erkenningscertificaten voor basiskennisexamens over technische modules en op de deel 66-bevoegdheidsbewijzen die op basis van deze erkenningscertificaten door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten zijn afgegeven. Bovendien moet die bevoegde autoriteiten worden verzocht passende corrigerende acties en vrijwaringsmaatregelen uit te voeren om de veiligheidsrisico's te verhelpen. |
(9) |
Op 19 december 2016 heeft de Commissie besloten dat erkenningscertificaten voor het examen basiskennis over technische modules, afgegeven door Hellenic Aviation Training Academy (HATA) krachtens 147.A.145(a)(4) en aanhangsel III van bijlage IV (deel 147) bij Verordening (EU) nr. 1321/2014, die zijn ingediend door een aanvrager als bewijsstuk voor de afgifte van een deel 66-bevoegdheidsbewijs door de bevoegde autoriteiten ingevolge punt 66.B.100 van bijlage III (deel 66) bij die verordening, effectief niet aan Verordening (EG) nr. 216/2008 voldoen (4). |
(10) |
Als gevolg daarvan heeft de Europese Commissie ook besloten dat deel 66-bevoegdheidsbewijzen voor onderhoud van luchtvaartuigen, afgegeven door de bevoegde autoriteiten krachtens bijlage III (deel 66) bij Verordening (EU) nr. 1321/2014 op basis van erkenningscertificaten voor het examen basiskennis over technische modules die door HATA zijn afgegeven krachtens 147.A.145(a)(4) en aanhangsel III van bijlage IV (deel 147) bij die Verordening, effectief niet aan Verordening (EG) nr. 216/2008 voldoen. |
(11) |
Daarom is het noodzakelijk dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA een overeenkomstige beschikking vaststelt ten aanzien van deel 66-bevoegdheidsbewijzen voor onderhoud van luchtvaartuigen, afgegeven door de bevoegde autoriteiten van de EVA-staten, en dat de EVA-staten corrigerende maatregelen nemen om het vereiste veiligheidsniveau in de gegeven omstandigheden te waarborgen. |
(12) |
Overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EG) nr. 216/2008 dient een beschikking van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA betreffende de erkenning van de betrokken certificaten en de door de bevoegde autoriteiten uit te voeren passende corrigerende acties en vrijwaringsmaatregelen ter kennis te worden gebracht van alle EVA-staten, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD:
Artikel 1
Toepassingsgebied
Het volgende voldoet effectief niet aan Verordening (EG) nr. 216/2008 en de uitvoeringsvoorschriften daarvan:
|
Deel 66-bevoegdheidsbewijzen voor onderhoud van luchtvaartuigen, afgegeven door de bevoegde autoriteiten krachtens bijlage III (deel 66) bij Verordening (EU) nr. 1321/2014 van de Commissie op basis van erkenningscertificaten voor het examen basiskennis over technische modules die door de Hellenic Aviation Training Academy zijn afgegeven krachtens 147.A.145(a)(4) en aanhangsel III van bijlage IV (deel 147) bij die Verordening. |
Artikel 2
Corrigerende maatregelen
1. De bevoegde autoriteiten van de EVA-staten die deel 66-bevoegdheidsbewijzen hebben afgegeven op basis van door HATA afgegeven erkenningscertificaten voor het examen basiskennis over technische modules, voeren binnen drie maanden na de datum van kennisgeving van deze beschikking een nieuwe beoordeling uit van elk deel 66-bevoegdheidsbewijs in kwestie, rekening houdende met de aanbevelingen in de meest recente versie van Safety Information Bulletin (SIB) nr. 2014-32 dat op 9 december 2014 door het EASA is uitgegeven, onverminderd de onderhavige beschikking.
2. Na afloop van deze nieuwe evaluatie doen de bevoegde autoriteiten van de EVA-staten het volgende:
a) |
voor zover gerechtvaardigd in het licht van artikel 1, beperken, schorsen of trekken ze de deel 66-bevoegdheidsbewijzen in overeenkomstig punt 66.B.500 van bijlage III (deel 66), en |
b) |
ze stellen de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA en het Agentschap hoe dan ook in kennis van de resultaten van de nieuwe evaluatie. |
Artikel 3
Inwerkingtreding
Deze beschikking is gericht tot de EVA-staten en treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan.
Gedaan te Brussel, 10 februari 2017.
Voor de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA
Helga JÓNSDÓTTIR
Lid van het College
Carsten ZATSCHLER
Directeur
(1) PB L 79 van 19.3.2008, blz. 1.
(2) De in punt 66qa van bijlage XIII bij de EER-overeenkomst genoemde handeling (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 628/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 inzake de werkmethoden van het Europees Agentschap voor de Veiligheid van de luchtvaart voor de uitvoering van normaliseringsinspecties en het toezicht op de toepassing van de regels van Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad, en houdende intrekking van Verordening (EG) nr. 736/2006 van de Commissie (PB L 179 van 29.6.2013, blz. 46)).
(3) De in punt 66q van bijlage XIII bij de EER-overeenkomst genoemde handeling (Verordening (EU) nr. 1321/2014 van de Commissie van 26 november 2014 betreffende de permanente luchtwaardigheid van luchtvaartuigen en luchtvaartproducten, -onderdelen en -uitrustingsstukken, en betreffende de goedkeuring van bij voornoemde taken betrokken organisaties en personen (PB L 362 van 17.12.2014, blz. 1)).
(4) Zie Besluit (EU) 2016/2357 van de Commissie van 19 december 2016 met betrekking tot de gebrekkige effectieve naleving van Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en de uitvoeringsvoorschriften daarvan voor wat betreft de certificaten die zijn afgegeven door Hellenic Aviation Training Academy (HATA), en deel 66-bevoegdheidsbewijzen die op basis daarvan zijn afgegeven (PB L 348 van 21.12.2016, blz. 72).
Rectificaties
16.3.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 71/23 |
Rectificatie van Verordening (EG) nr. 1251/2008 van de Commissie van 12 december 2008 ter uitvoering van Richtlijn 2006/88/EG van de Raad wat betreft de voorwaarden en certificeringsvoorschriften voor het in de handel brengen en de invoer in de Gemeenschap van aquacultuurdieren en producten daarvan en tot vaststelling van een lijst van vectorsoorten
( Publicatieblad van de Europese Unie L 337 van 16 december 2008 )
Bladzijde 44, artikel 1, onder c), i):
in plaats van:
„aquacultuurdieren bestemd voor de kweek, inclusief heruitzettingsgebieden, „put and take”-visbedrijven en open siervoorzieningen en heruitzetting in het wild, en”,
lezen:
„aquacultuurdieren bestemd voor de kweek, inclusief heruitzettingsgebieden, „put and take”-visbedrijven en open siervisvoorzieningen en heruitzetting in het wild, en”.
Bladzijde 44, artikel 1, onder d), i):
in plaats van:
„aquacultuurdieren bestemd voor de kweek, inclusief heruitzettingsgebieden, „put and take”-visbedrijven en open siervoorzieningen;”,
lezen:
„aquacultuurdieren bestemd voor de kweek, inclusief heruitzettingsgebieden, „put and take”-visbedrijven en open siervisvoorzieningen;”.
Bladzijde 44, artikel 1, onder d), iii):
in plaats van:
„waterdieren voor sierdoeleinden die bestemd zijn voor gesloten siervoorzieningen.”,
lezen:
„waterdieren voor sierdoeleinden die bestemd zijn voor gesloten siervisvoorzieningen.”.
Bladzijde 44, artikel 2, onder a):
in plaats van:
„„gesloten siervoorzieningen”: dierenwinkels, tuincentra, tuinvijvers, handelsaquaria of groothandels die waterdieren voor sierdoeleinden houden:”,
lezen:
„„gesloten siervisvoorzieningen”: dierenwinkels, tuincentra, tuinvijvers, handelsaquaria of groothandels die waterdieren voor sierdoeleinden houden:”.
16.3.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 71/23 |
Rectificatie van Verordening (EU) nr. 346/2010 van de Commissie van 15 april 2010 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1251/2008 wat betreft de voorschriften voor het in de handel brengen en de invoer van zendingen van aquacultuurdieren, bestemd voor lidstaten of delen daarvan waarvoor nationale maatregelen zijn goedgekeurd bij Besluit 2010/221/EU
( Publicatieblad van de Europese Unie L 104 van 24 april 2010 )
Bladzijde 2, artikel 1, punt 1, tot wijziging van artikel 1, onder b), i), van Verordening (EG) nr. 1251/2008:
in plaats van:
„waterdieren voor sierdoeleinden die afkomstig zijn van of bestemd zijn voor gesloten siervoorzieningen; en”,
lezen:
„waterdieren voor sierdoeleinden die afkomstig zijn van of bestemd zijn voor gesloten siervisvoorzieningen; en”.